Verslag van de Zitting 2023 (eerste deel) van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa
Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa
Verslag van een bijeenkomst
Nummer: 2024D05101, datum: 2024-02-09, bijgewerkt: 2024-05-27 12:43, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-20043-141).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F. Bakker-de Jong, griffier
- De rol en de verantwoordelijkheid van mannen en jongens
- Juridische en mensenrechtenaspecten Russische agressie tegen Oekraïne
- Conflict gerelateerd seksueel geweld
- Addressing the issue of Daesh foreign fighters and their families returning from Syria and other countries to the member States of the Council of Europe
- Bescherming van de pijlers van de democratie tijdens gezondheidscrises
- Huwelijkse gevangenschap
- Framework autonome wapens
Onderdeel van kamerstukdossier 20043 -141 Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa.
Onderdeel van zaak 2024Z02233:
- Indiener: F. Bakker-de Jong, griffier
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
Preview document (🔗 origineel)
Staten-Generaal | 1/2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
20 043 Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa
CA/Nr. 141 VERSLAG VAN DE ZITTING 2023 (EERSTE DEEL)
Vastgesteld 9 februari 2024
1. Inleiding
Een delegatie van acht Kamerleden nam van 23 tot en met 27 januari 2023 deel aan de eerste deelsessie van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa (PACE) in Straatburg.1
De delegatie bestond uit Petra Stienen (D66, delegatieleider), Ria Oomen-Ruijten (CDA), Caspar van den Berg (VVD), Tiny Kox (SP, PACE-president), Margreet de Boer (GroenLinks) en Bob van Pareren (Fractie-Nanninga) allen Eerste Kamerleden en de Tweede Kamerleden Agnes Mulder (CDA) en Pieter Omtzigt (Lid Omtzigt).
Tijdens deze zitting werd senator Tiny Kox (SP) met ruime meerderheid van stemmen herkozen tot President van de Parlementaire Assemblee. Naast debatten over actuele onderwerpen als de juridische en mensenrechtenaspecten van de agressie van de Russische Federatie tegen Oekraïne en de recente spanningen tussen Pristina en Belgrado, nam de Assemblee diverse rapporten aan. Belangrijk thema was de bestrijding van geweld tegen vrouwen, met rapporten van Margreet de Boer over huwelijkse gevangenschap en Petra Stienen over de rol en de verantwoordelijkheid van mannen en jongens bij het stoppen van gender gerelateerd geweld tegen vrouwen en meisjes. Verder kwam het rapport van Pieter Omtzigt over een eerlijke berechting van de buitenlandse strijders van Daesh aan de orde en werd de inzet van de Assemblee voor de aankomende top van staatshoofden en regeringsleiders in Reykjavik besproken. De IJslandse premier Katrin Jakobsdóttir en de Duitse Minister van Buitenlandse Zaken Annalena Baerbock spraken de Assemblee toe. Gedurende de week bracht de Voorzitter van de Eerste Kamer, Jan Anthonie Bruijn en de Griffier van de Eerste Kamer, Remco Nehmelman op uitnodiging van Tiny Kox een tweedaags bezoek aan de Assemblee en overige instellingen van de Raad van Europa. De delegatie sprak en marge van de sessie met de Permanent Vertegenwoordiger van Nederland bij de Raad van Europa, mevrouw Gonggrijp.
2. Nederlandse interventies in plenaire debatten
Bij de opening van de plenaire winterzitting op 23 januari 2023 koos de Parlementaire Assemblee haar voorzitter en ondervoorzitters. De verkiezing van voorzitter ging tussen Tiny Kox en de heer Oleksandr Merezhko uit Oekraïne die respectievelijk 175 stemmen en 44 stemmen ontvingen. Kox dankte de leden van de Assemblee voor hun voortdurende steun en onderstreepte dat de Raad van Europa en de Assemblee vorig jaar ongekende stappen hadden gezet als reactie op de unilaterale aanvalsoorlog van Rusland tegen Oekraïne, een oorlog die nooit had mogen worden begonnen en zo snel mogelijk moet eindigen. De Assemblee hield een moment van stilte voor alle slachtoffers van de Russische agressie. Kox verwees ook naar de aanstaande vierde top van staatshoofden en regeringsleiders op 16 en 17 mei dit jaar, waar gesproken zal worden over de toekomst van de Europese multilaterale samenwerking en de plaats van de Raad van Europa en de Assemblee in de politieke architectuur van Europa.
Tijdens de middagvergadering werd in de Assemblee het rapport van Pieter Omtzigt over de vervolging van de buitenlandse strijders van Daesh en hun gezinnen aangenomen. Hoewel deze strijders een ernstige bedreiging voor de samenleving vormen, is de voortdurende detentie en vervolging in Syrië of Irak contraproductief voor de veiligheid, gezien het risico van verdere radicalisering door Daesh bracht Omtzigt in. Veel Daesh-strijders blijven jarenlang vastzitten in kampen en gevangenissen in Noordoost-Syrië en Irak en het is onwaarschijnlijk dat zij een eerlijk proces krijgen dat voldoet aan de internationale normen, en in Irak bestaat de doodstraf voegde hij daaraan toe. Daarom zijn pleidooi voor een internationaal tribunaal, gelet op het internationale karakter van de gepleegde misdaden en het feit dat deze strijders uit de hele wereld komen. In afwachting van de oprichting van een internationaal of hybride tribunaal is het meest voor de hand liggende alternatief de vervolging van buitenlandse Daesh-strijders in het land waarvan zij de nationaliteit bezitten, aldus de heer Omtzigt. Als we nu zover zijn dat we zelfs genocide niet meer bestraffen, verliezen we onze geloofwaardigheid, sprak hij. Aangezien de meeste vervolgingen alleen plaatsvinden voor terrorisme-gerelateerde misdrijven riep de heer Omtzigt op om dit te verbreden en te vervolgen voor oorlogsmisdaden en genocide.
Op 24 januari werd het rapport over de aanpak van conflict gerelateerd seksueel geweld behandeld. Tijdens haar inbreng merkte Margreet de Boer op dat het belangrijk is dat het rapport spreekt van overlevenden, in plaats van slachtoffers omdat het duidelijk maakt dat slachtofferschap geen identiteit is, en dat slachtoffers sterke en onafhankelijke personen kunnen zijn. Om daaraan toe te voegen dat slachtoffers geen overlevenden worden door ze zo te noemen. We moeten de voorwaarden scheppen zodat ze overlevenden kunnen zijn, aldus De Boer.
Hierna sprak de Duitse Minister van Buitenlandse Zaken Baerbock de Assemblee toe. In haar toespraak riep zij de lidstaten op om tijdens de komende top van staatshoofden en regeringsleiders hun gehechtheid aan de kernwaarden van de Raad van Europa opnieuw te bevestigen. Ook riep zij alle lidstaten op het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens te respecteren en uitspraken van het Hof uit te voeren. In dit tijdperk dat wordt gekenmerkt door de Russische oorlog, kunnen we de vooruitgang op het gebied van vrijheid en mensenrechten in Europa niet langer als vanzelfsprekend beschouwen, vervolgde zij. De Minister benadrukte ook de noodzaak tot toetreding van de EU tot het EVRM en riep de lidstaten op om samen te werken om de mensenrechten in de digitale wereld te beschermen. Mevrouw Stienen complimenteerde namens de Alliance of Liberals and Democrats for Europe (ALDE) Minister Baerbock met haar leiderschap op het gebied van feministisch buitenlands beleid en wilde weten hoe zij haar ambities in de praktijk gaat brengen, niet alleen voor de mensen binnen Europa, ook voor de mensen in Iran en Oekraïne. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat er ook rekenschap wordt afgelegd over afschuwelijke daden van seksueel geweld tegen vrouwen, meisjes, mannen en jongens, en dat geseksualiseerde vormen van geweld tijdens conflict hoog op de agenda van het in te stellen ad hoc tribunaal voor Oekraïne komen, vroeg Stienen.
De Assemblee nam op 24 januari een resolutie aan met de inbreng voor de komende top in Reykjavik over de toekomst van de Raad van Europa. Het is van groot belang dat onze staatshoofden en regeringsleiders samenkomen om opnieuw te bevestigen dat zij zich blijven inzetten voor een liberale representatieve democratie die gebonden is aan de rechtsstaat en voor de mensenrechten in een op regels gebaseerde multilaterale internationale orde, sprak Caspar van den Berg. De top biedt onze leiders het noodzakelijke podium om de wereld hun solidariteit met het Oekraïense volk te tonen vervolgde de heer Van den Berg, maar er is nog een andere reden waarom de top zo belangrijk is en dat is de zorg om de kwaliteit van de liberale representatieve democratie en de rechtsstaat in heel Europa. Zonder voorbehoud opkomen voor de rechtsstaat, met inbegrip van een regering die betrouwbaar en te vertrouwen is, opkomen voor de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de bescherming van minderheden, is wat we van onze nationale leiders mogen verwachten en daarvoor zal de top de geschikt gelegenheid creëren, bracht Van den Berg in. Het belang van de betrokkenheid van het congres van lokale en regionale autoriteiten bij de voorbereiding van de politieke verklaring en het actieplan dat deel zal uitmaken van de komende top werd door Van den Berg onderstreept. Door de regionalisering en decentralisatie binnen veel van de lidstaten, spelen lokale en regionale autoriteiten een rol bij het bewaken van het handvest, verkiezingswaarnemingen, de rechtsstaat en menselijke rechten op lokaal en regionaal niveau, aldus Van den Berg.
Op 25 januari nam de Assemblee het rapport aan over de gevolgen van gewapend conflict op het milieu. Margreet de Boer bracht naar voren dat niet alleen militaire wapens worden ingezet tijdens een oorlog, ook honger en kou worden als wapens gebruikt, evenals seksueel geweld. Het vernietigen van de natuur, natuurlijke hulpbronnen en een gezond milieu is eveneens onderdeel van veel oorlogen vervolgde zij, soms als bijkomende schade, maar vaak met opzet. Ecocide kan langdurige gevolgen hebben, voor mensen die nu leven, voor mensen die in de toekomst leven, voor dieren en planten en hun diversiteit, voor het landschap, voor de planeet, sprak mevrouw De Boer. Het is goed dat dit rapport ecocide als oorlogsmisdaad erkent besloot zij haar inbreng.
Bij het debat over de recente spanningen tussen Pristina en Belgrade wees Ria Oomen-Ruijten namens de Group of the European People's Party (EPP/CD) op de noodzaak van duurzame oplossingen voor dit conflict. Ze vroeg de betrokken politici verantwoordelijkheid te nemen voor de mensen die zij vertegenwoordigen en die na zoveel jaren het recht hebben om onder vreedzame en welvarende omstandigheden te leven. Ook hield mevrouw Oomen-Ruijten een pleidooi voor de erkenning van Kosovo door Servië.
De Assemblee besprak tijdens een Joint Debate op 25 januari drie rapporten van de Commissie gelijkheid en non-discriminatie die in het teken stonden van geweld tegen vrouwen. Het eerste rapport ging over de vooruitgang en uitdaging van het Verdrag van Istanbul. Het tweede rapport was van Petra Stienen over de rol en de verantwoordelijkheid van mannen en jongens bij het stoppen van gendergerelateerd geweld tegen vrouwen aan de orde. Mevrouw Stienen opende haar betoog met een citaat van Margaret Atwood Mannen zijn bang dat vrouwen hen uitlachen, vrouwen zijn bang dat mannen hen willen vermoorden. Waarna zij de piramide van geweld gebruikte om het realistische gehalte van dit citaat te onderbouwen. Als je deze piramide beklimt, zie je stalking, gaslighting, aanranding, verkrachting en zelfs vrouwenmoord, sprak Stienen. De kosten van dit geweld tegen vrouwen voor onze samenleving kunnen niet worden onderschat, vervolgde zij. Overbelaste sociale diensten, het verlies van schooldagen, werkdagen, het politieapparaat en het gerechtelijk apparaat, volgens berekeningen van het Europees Instituut voor gendergelijkheid (EIGE) bedragen de maatschappelijke kosten in de Europese Unie 366 miljard euro per jaar.
Gendergerelateerd geweld tegen vrouwen en meisjes is een wereldwijd fenomeen van grove mensenrechtenschendingen, precies op de plaatsen waar zij zich veilig zouden moeten voelen voor dit geweld; op school, op kantoor, in een club, op straat op de sportvelden. betoogde mevrouw Stienen. Toch zag mevrouw Stienen redenen voor optimisme omdat meer mannen zich inzetten in de strijd tegen gendergerelateerd geweld al is het duidelijk dat er meer gedaan moet worden en dat de rol van mannen en jongens cruciaal is. Natuurlijk zijn niet alle mannen daders, maar de meeste daders van gendergerelateerd geweld zijn mannen, sprak Stienen. Mannen hebben de verantwoordelijkheid om de situatie te veranderen en mannen kunnen veranderingen bewerkstelligen door zich uit te spreken tegen schadelijke praktijken, als rolmodel op te treden en seksisme te bestrijden, aldus Stienen. En dit geldt voor alle mannen die hier vandaag aanwezig zijn en voor uw mannelijke collega's in uw commissies, fracties en uw parlementen en politieke partijen thuis, sloot zij af.
Ook besprak de Assemblee tijdens dit debat het rapport van Margreet de Boer over huwelijkse gevangenschap. Een mensenrechtenschending waar alleen al in Europa jaarlijks tienduizenden mensen mee te maken krijgen, iets waar mensen zich niet van bewust zijn en wat in de
publieke beleidsvorming vaak wordt genegeerd, opende mevrouw De Boer haar bijdrage. Iemand dwingen
in een huwelijk te blijven dat zij niet meer willen, en soms nooit wilde, kan gebeuren omdat de andere partner weigert mee te werken aan een scheiding, en dit gaat gepaard met ernstige schendingen van de mensenrechten, lichtte mevrouw De Boer toe. Vaak staat de weigering om te scheiden niet op zichzelf, maar maakt zij deel uit van een heel systeem van misbruik en dwang, vervolgde De Boer, waarbij de gevangen echtgenoot het slachtoffer kan zijn van economische dwang door de partner of de familie, of wordt geconfronteerd met bedreigingen of psychologische dwang en zij kunnen ook te maken krijgen met fysiek geweld, soms ook met zogenaamd eergerelateerd geweld. Dit zijn allemaal vormen van gendergerelateerd geweld, die in strijd zijn met het Verdrag van Istanbul of het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens, of met beide, aldus De Boer. Als wetgevers, als politici, moeten wij optreden om te voorkomen dat dergelijke situaties zich voordoen, en oplossingen vinden om ze aan te pakken wanneer ze zich voordoen, sprak zij. Daarbij onderstreepte mevrouw De Boer het belang van samenwerking met religieuze organisaties omdat religie een belangrijke rol speelt in het leven van veel mensen. Zij wees er op dat er binnen religieuze gemeenschappen al veel uitstekend werk wordt verricht om huwelijkse gevangenschap aan te pakken, vooral door feministische joods-orthodoxe en feministische moslimorganisaties.
Ten slotte kunnen, ongeacht de religie, sociale stigma's, financiële kwesties, emotionele druk, angst of afhankelijkheid allemaal belemmeringen zijn om te scheiden merkte De Boer op. Veel maatregelen ter uitvoering van het Verdrag van Istanbul, zowel binnen als buiten de juridische structuur, kunnen vrouwen helpen die in een huwelijk gevangen zitten en het risico lopen slachtoffer te worden van geweld vervolgde zij, we moeten veel harder werken om ervoor te zorgen dat geïsoleerde vrouwen toegang hebben tot de informatie die ze nodig hebben, en we moeten ervoor zorgen dat alle vrouwen – ook migrantenvrouwen – zich volledig bewust zijn van hun rechten. We moeten samenwerken met gemeenschappen en met mannen en jongens om de mentaliteit te veranderen, aldus De Boer. Zij sloot af met dankzegging aan Femmes for Freedom die deze kwestie voor het eerst op de agenda hadden gezet en de vele organisaties en gesprekspartners die hebben bijgedragen aan dit rapport en hard werken om huwelijkse gevangenschap tot het verleden te laten behoren.
3. Overige
De oorlog en het leed in Oekraïne liep als een rode draad door deze vergaderweek. De Assemblee nam unaniem een resolutie aan voor het oprichten van een Rusland Tribunaal, waarbij meerdere aanwezige landen Den Haag aanwezen als voorkeurplaats. De commissie gelijkheid en non-discriminatie nam op 24 januari het rapport van Stienen over innovatieve benaderingen van seksuele en reproductieve gezondheid en rechten aan. Op 23 januari sprak Tiny Kox bij de opening van de tentoonstelling Red Dress, een al 13 jaar lopend borduurproject waar vrouwen van over de hele wereld hun persoonlijke verhaal vertellen door middel van borduurwerk. In de aanloop naar International Holocaust Remembrance Day herdacht de Assemblee op 24 januari de slachtoffers van de Holocaust. Tijdens de vergadering van de Joint Committee op 26 januari gaf Petra Stienen als delegatieleider een toelichting over de kansen die het Standing Committee in Den Haag biedt in voorbereiding op de top in Reykjavik. De commissie gelijkheid en non-discriminatie benoemde Margreet de Boer tot rapporteur over «The reintegration of persons trapped in prostitution and human trafficking survivors». Bij het debat op 27 januari over het rapport De opkomst van dodelijke autonome wapensystemen en de noodzakelijke toetsing daarvan aan de Europese mensenrechtenwetgeving, sprak de Oekrainse Olena Khomenko mede namens Bob van Pareren over dat de ontwikkeling van deze wapens niet is tegen te houden. Daarom zal het effect op mensenrechten goed beschreven moeten worden, brachten zij in. Waarbij Khomenko aangaf dat Oekraïne dagelijks lijdt onder de Russische inzet van drones en dat deze oorlog helaas ook van Oekraïense kant inzet van dergelijke wapens vergt om te overleven.
Op woensdag 25 en donderdag 26 januari bracht de Voorzitter van de Eerste Kamer, Jan Anthonie Bruijn een bezoek aan de PACE. Hij werd vergezeld door de Griffier, Remco Nehmelman. Hij woonde op uitnodiging van PACE-voorzitter Kox de plenaire zitting bij. Hij sprak onder meer met de mensenrechtencommissaris van de Raad van Europa, Dunja Mijatovic en met de President van het Hof van de Rechten van de Mens, Síofra O’Leary en Jolien Schukking, de Nederlandse rechter bij het Hof en met een verantwoordelijke bij de Groep van Staten tegen Corruptie (GRECO).
Op woensdag 25 januari deed het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg uitspraak over de ontvankelijkheid van de zogeheten statenklacht van Nederland tegen Rusland voor betrokkenheid bij het neerhalen van vlucht MH17. Voorafgaand hieraan werden de nabestaanden ontvangen door PACE president Tiny Kox en door een aantal delegatieleden. Bij de uitspraak in het Hof waren enkele leden van de Nederlandse delegatie aanwezig. Na afloop van de uitspraak werden de nabestaanden ontvangen op de Nederlandse residentie, in aanwezigheid van de Voorzitter van de Eerste Kamer. En marge van de Wintersessie sprak de delegatie met Permanent Vertegenwoordiger van Nederland bij de Raad van Europa, mevrouw Gonggrijp.
De voorzitter van de delegatie,
Stienen
De griffier van de delegatie,
Bakker-de Jong
Alle aangenomen teksten van deze sessie zijn hier te vinden: Winter Session 2023↩︎