De gang van zaken omtrent toekenningen en reserveringen voor het Nationaal Groeifonds
Schriftelijke vragen
Nummer: 2024D07969, datum: 2024-03-04, bijgewerkt: 2024-04-08 15:27, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2024Z03401).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H. Vermeer, Tweede Kamerlid (BBB)
Onderdeel van zaak 2024Z03401:
- Gericht aan: M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Indiener: H. Vermeer, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2024Z03401
Vragen van het lid Vermeer (BBB) aan de Minister van Economische Zaken en Klimaat over de gang van zaken omtrent toekenningen en reserveringen voor het Nationaal Groeifonds (ingezonden 4 maart 2024).
Vraag 1
Bij de drie indieningsrondes die tot nu toe hebben plaatsgevonden is er over 52 projecten positief besloten, waarbij een bedrag van 8,5 miljard euro aan voorwaardelijke toekenningen is gemoeid, kunt u aangeven op welke manier deze bedragen voorwaardelijk zijn?
Vraag 2
Kunt u aangeven hoe dit totaalbedrag verdeeld is over de verschillende voorziene tranches en wanneer deze tranches verwacht worden?
Vraag 3
Kunt u aangeven in welke mate de toekenningen verplicht zijn?
Vraag 4
Kunt u aangeven of en in welke mate de 3,1 miljard euro aan reserveringen verplicht zijn, indien de aanvrager aan afgesproken voorwaarden heeft voldaan of op korte termijn zal voldoen?
Vraag 5
Kunt u aangeven of u, naast de pauzeknop voor nieuwe inschrijvingen, ook overweegt af te zien van bestaande reserveringen?
Vraag 6
Zijn er los van de 3,1 miljard euro aan reserveringen door het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat concrete verwachtingen gewekt bij bedrijven voor toekomstige tranches? En zo ja welke?
Vraag 7
Zo ja, gaat het daarbij ook om (schriftelijke) toezeggingen?
Vraag 8
Wilt u bovenstaande vragen afzonderlijk beantwoorden?
Vraag 9
Kunt u de antwoorden op bovenstaande vragen binnen drie weken naar de Kamer sturen?