Appreciatie van de motie van het lid Tuinman c.s. over in gesprek treden met Oekraïense overheidsinstanties om te bezien onder welke voorwaarden ontheemde Oekraïners kunnen terugkeren naar hun thuisland (Kamerstuk 21501-20-2030)
Europese Raad
Brief regering
Nummer: 2024D10509, datum: 2024-03-19, bijgewerkt: 2024-03-22 09:41, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-20-2042).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid (VVD)
Onderdeel van kamerstukdossier 21501 20-2042 Europese Raad.
Onderdeel van zaak 2024Z04518:
- Indiener: E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-03-20 14:15: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-04-03 15:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-09-04 12:15: Aanvang middagvergadering Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
21 501-20 Europese Raad
Nr. 2042 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 maart 2024
Hierbij stuur ik u, zoals door Minister van Buitenlandse Zaken is toegezegd tijdens het debat over de staat van de oorlog in Europa van 14 maart jl., de schriftelijke appreciatie op de motie van het lid Tuinman c.s. (Kamerstukken II, 21 501-20, nr. 2030). De motie vraagt de regering in gesprek te treden met Oekraïense overheidsinstanties om te bezien welke voorwaarden gesteld dienen te worden om ontheemde Oekraïners terug te kunnen laten keren naar hun thuisland.
Ik ontraad de motie. Alle ontheemden uit Oekraïne, zowel mannen als vrouwen, die voldoen aan de voorwaarden van de Richtlijn Tijdelijke Bescherming (2001/55 EG), hebben het recht om in Nederland te blijven tot en met 4 maart 2025. De richtlijn maakt geen onderscheid tussen Oekraïense mannen die wel of niet onder de dienstplicht zouden vallen. Zolang de oorlog voortduurt en de veiligheidssituatie het niet toestaat, kan er geen sprake zijn van gedwongen terugkeer of vergelijkbare vormen van welke groep ontheemden uit Oekraïne dan ook. Daarbij komt dat de richtlijn een Europees raamwerk is, waarbij het onwenselijk is dat Nederland en Oekraïne onderling voorwaarden stellen voor terugkeer die uit de pas lopen met de gesprekken die hierover plaatsvinden in Europees verband. In de gesprekken in Europees verband is de kabinetsinzet het bevorderen van mogelijkheden tot vrijwillige en waardige terugkeer naar Oekraïne.
Uiteraard zijn we vanuit het ministerie continu in gesprek met de Oekraïense overheidsinstanties, ook over het onderwerp terugkeer. Dat blijven we onverminderd doen. Daarnaast informeer ik als coördinerend bewindspersoon voor de aanpak van de opvang van ontheemden uit Oekraïne uw Kamer door middel van de Verzamelbrief opvang Oekraïne structureel over de ontwikkelingen ten gevolge van de oorlog in Oekraïne. Ik blijf mij, samen met mijn collega’s, inspannen om uw Kamer tijdig en adequaat te blijven informeren.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
E. van der Burg