Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de non-papers bij de geannoteerde Agenda JBZ-Raad 4-5 maart 2024 (Kamerstuk 32317-872)
JBZ-Raad
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2024D11219, datum: 2024-03-22, bijgewerkt: 2024-04-22 16:29, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2024D11219).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. van Nispen, voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid (SP)
- Mede ondertekenaar: S.F.F. Meijer, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2024Z02907:
- Indiener: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
- Medeindiener: E. van der Burg, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Medeindiener: F.M. Weerwind, minister voor Rechtsbescherming
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-02-26 12:00: JBZ-Raad van 4 en 5 maart 2024 (algemeen) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-02-28 13:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-02-29 12:00: JBZ-Raad van 4 en 5 maart 2024 (vreemdelingen- en asielbeleid) (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-03-06 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-03-07 13:59: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-03-21 14:00: Non-papers bij de geannoteerde Agenda JBZ-Raad 4-5 maart 2024 (Kamerstuk 32317-872) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-05-29 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-06-10 12:00: JBZ-Raad van 13 en 14 juni 2024 (algemeen) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-06-12 13:00: JBZ-Raad van 13 en 14 juni 2024 (algemeen) (is omgezet naar een schriftelijk overleg op 10 juni 2024) (Commissiedebat), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
Preview document (🔗 origineel)
2024D11219 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Justitie en Veiligheid heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd over de non-papers bij de geannoteerde Agenda JBZ-Raad 4–5 maart 2024 (Kamerstuk 32 317, nr. 872).
De fungerend voorzitter van de commissie,
Van Nispen
Adjunct-griffier van de commissie,
Meijer
Inhoudsopgave
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie
II Reactie van de bewindspersonen
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie
Work on the Common European Asylum System (CEAS) after the Pact
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie stellen graag enkele vragen ter verduidelijking van de Nederlandse inzet als het gaat om het gemeenschappelijk Europees asielstelsel.
Kan de Staatssecretaris nader toelichten wat hij verstaat onder «explore migration conditionality» als het gaat om prikkels voor lidstaten, zodat ze volledig bijdragen aan de migratieprioriteiten van de Europese Unie (EU)? Deze leden lezen dat Nederland graag een grondige herziening ziet wat betreft het concept veilig derde land, inclusief «out-of-the-box arrangements». Kan de Staatssecretaris concreet toelichten wat voor soort regelingen hieronder kunnen vallen? Wat voor soort versobering heeft de Staatssecretaris in gedachten als het gaat om opvangvoorzieningen voor mensen uit veilige landen van herkomst? Kan de Staatssecretaris uiteenzetten of het uitsluiten van de opvang überhaupt wettelijk mogelijk is, zoals Nederland dat nu voorstelt in de non-paper?
EU commission 2024–2029 – external dimension of migration – elements for an ambitious partnership approach
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat de EU, waar nodig, negatieve maatregelen niet uit de weg moet gaan als de samenwerking op het gebied van migratie vastloopt. Kan de Staatssecretaris toelichten aan wat voor soort maatregelen hierbij gedacht kan worden? Kan de Staatssecretaris een voorbeeld geven van positieve uitkomsten in het verleden van dergelijke negatieve maatregelen, zowel in EU-verband als voor de Nederlandse inzet in relatie tot andere landen? Hoeveel dergelijke voorbeelden zijn er, zo vragen deze leden.
Key elements for a futureproof Schengen
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen dat Nederland ervoor pleit dat de Europese Commissie (EC) in een situatie van hoge migratiedruk binnen het Schengengebied, een aanbeveling moet doen om op risico gebaseerde steekproeven in te zetten door desbetreffende lidstaten. Tegelijkertijd constateren deze leden dat een herinvoering van grenscontroles binnen de Schengenzone alleen mogelijk is als er sprake is van een ernstige bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid. In hoeverre acht de Staatssecretaris een scenario, waarbij een hoge migratiedruk daadwerkelijk leidt tot een ernstige bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid reëel? Welke indicaties ziet de Staatssecretaris op dit moment om rekening te houden met een dergelijk scenario en dus te pleiten voor steekproeven? Tenslotte lezen deze leden dat Nederland pleit voor een mogelijke uitbreiding van het mandaat van Frontex om ook secundaire migratie binnen de EU tegen te gaan. Is de Staatssecretaris het met deze leden eens dat de inzet allereerst zou moeten zijn om de aanhoudende zorg over mensenrechtenschendingen weg te nemen, alvorens Frontex een rol te laten spelen bij het tegengaan van secundaire migratie binnen de EU? Zo nee, waarom niet?
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie zijn positief over de Nederlandse inzet op terugkeersamenwerking. Wel vragen deze leden wat de concrete Nederlandse inzet gaat zijn op de genoemde negatieve maatregelen, indien landen niet met terugkeersamenwerking mee willen werken. Op wat voor concrete maatregelen zet Nederland indien gevraagd in?
In bredere zin vragen de leden van de VVD-fractie wat de redenen zijn dat de terugkeerpercentages in de Europese Unie achterblijven.
De leden van de VVD-fractie lezen dat de Staatssecretaris een beoordeling van het «safe third country concept» als noodzakelijk ziet; wat gaat de Nederlandse inzet zijn bij de beoordeling van het veilige derde land concept? Ook vragen deze leden hoe Nederland wil bijdragen aan het bedenken van out-of-the-box ideeën op het gebied van migratie. Overweegt Nederland bijvoorbeeld om eigen expertise te delen? Wat gaat hierbij de Nederlandse inzet zijn op het betrekken van Frontex bij de selectie van mogelijke veilige derde landen?
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van het voornemen om coördinatie tussen de Europese Commissie, European External Action Service (EEAS) en lidstaten op het gebied van migratie te verbeteren. Hoe gaat Nederland zich hier concreet voor inzetten om dit te bewerkstelligen? Voor welke concrete maatregelen zet Nederland zich in voor landen die niet meewerken aan meer inzet op het gebied van migratie?
De leden van de VVD-fractie lezen dat Nederland stelt dat het plaatsen van mensensmokkelaars en -netwerken op de EU-sanctielijst verder verkend zou kunnen worden. Hoe gaat Nederland zich actief inzetten voor concretiseren van deze optie, in lijn is met de motie-Brekelmans en Veldkamp (Kamerstuk 36 410 VI, nr. 79)? Hoe verloopt de informatiedeling tussen stakeholders op dit vlak? Zijn hier nog knelpunten? Zo ja, hoe kunnen die knelpunten verholpen worden en wat is de inzet van Nederland hierin in Europa?
De leden van de VVD-fractie vragen of Nederland bereid is een voorstrekkersrol in te nemen als het gaat om oprichten van één werkgroep voor alle terugkeerzaken. Wordt in terugkeerzaken aan efficiënte informatiedeling gedaan? Zo nee, waarom niet? Zo ja, zijn hier nog knelpunten? Hoe worden lidstaten aangesproken die zich niet aan terugkeerafspraken houden?
De leden van de VVD-fractie vragen of toegelicht kan worden wat bedoeld wordt met «a migration marker»? Verder in de passage is te lezen dat er een concreet monitoring mechanisme moet komen hiervoor. Wat wordt hiermee bedoeld?
De leden van de VVD-fractie vragen welke landen Nederland voor ogen heeft om migratie-afspraken mee te maken. Is Nederland bereid om hier een voortrekkersrol in te nemen?
De leden van de VVD-fractie lezen dat er wordt gewerkt aan betere instrumenten om problemen te tackelen die te maken hebben met openbare ordeverstoringen in en bij aanmeldcentra. Welke instrumenten zijn dit en kunnen deze ook op korte termijn in Nederland worden ingezet?
De leden van de VVD-fractie lezen dat er in Europees verband wordt gesproken over een lange termijn aanpak van de opvang en terugkeer van Oekraïense ontheemden. Wat is hiervan de stand van zaken?
De leden van de VVD-fractie lezen dat er meer moderne technologie door lidstaten moet worden gebruikt bij interne grenzen, zoals bijvoorbeeld ANPR-camera’s, met de mogelijkheid om in de toekomst ook meer aan gegevensdeling te gaan doen. Wat is de inzet van Nederland hierin en hoe verloopt de financiering van meer ANPR-camera’s in de grensregio’s? Hoe zal informatiedeling geborgd moeten worden, wat is de inzet van Nederland hierin en hoe staan andere Schengen Lidstaten hierin?
Om Frontex goed in te zetten voor terugkeer wordt er ook gekeken naar de mogelijkheden om Frontex in te zetten in derde landen bij hun terugkeer proces? Hoe moeten de leden van de VVD-fractie dit voor zich zien? Wat is de inzet en kan Nederland hier nog aan bijdragen?
De VVD-fractieleden lezen dat de informatiedeling tussen Frontex en Europol verbeterd moet worden en belemmeringen hierin moeten worden weggehaald. Wat is de inzet van Nederland hierin?
Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie hebben kennisgenomen van het verslag van de formele bijeenkomst van de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken (JBZ-Raad) van 4 en 5 maart 2024 en hebben naar aanleiding hiervan de volgende vraag. Aangegeven wordt in het verslag dat de Commissie nu bezig is met de uitwerking van de EU-havenalliantie en dat Nederland heeft aangegeven actief betrokken te willen worden bij deze uitwerking. Het kabinet heeft hierbij ook het belang van publiek-private samenwerking in de strijd tegen drugshandel onderstreept. Tijdens het werkbezoek aan Rotterdam door de vaste Kamercommissie Justitie en Veiligheid kwam ter sprake dat de uithalers de sloten op de containers nu vaak kunnen openen middels pincodes, die door corrupte havenmedewerkers aan hen zijn verstrekt. Er wordt ingezet op het gebruik van andere sloten, zogenoemde smartseals, waardoor het uithalen aanzienlijk kan worden bemoeilijkt. De toepassing van deze smart technologie om drugstransporten in containers tegen te gaan, spreken deze leden zeer aan. Zij realiseren zich dat voor een effectieve toepassing hiervan nodig is dat dit zich niet beperkt tot een of enkele havens maar tot zoveel mogelijk havens in de EU. Deze leden vragen de Minister deze ontwikkeling omtrent toepassing van smartseals op (zee)containers aan te kaarten bij de uitwerking door de Commissie en de Kamer over de voortgang hierop te informeren voorafgaand aan de volgende JBZ Raad.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
Betreffende de non-paper «Pyrotechnics directive»
De leden van de D66-fractie stellen dat het in Nederland relatief eenvoudig blijft om aan zwaar illegaal vuurwerk te komen omdat het over de grens in buurlanden gewoon gekocht kan worden door consumenten. De aan het woord zijnde leden maken zich ernstige zorgen over de gevolgen daarvan, zoals dat zwaar vuurwerk wordt gebruikt als wapen jegens hulpverleners, dat door zwaar vuurwerk jaarlijks veel letsel wordt veroorzaakt en dat zwaar vuurwerk wordt gebruikt door criminele organisaties om aanslagen mee te plegen. Deze leden constateren dat er afgelopen jaar bijna 600 explosies in Nederland hebben plaatsgevonden, waarvan een groot deel volgens de politie en het Openbaar Ministerie (OM) gepleegd worden met illegaal vuurwerk.1 Nederland is overigens niet het enige land binnen de Europese Unie dat hevige problemen ondervindt vanwege vuurwerk. Ook in België en Duitsland wordt al langer gepleit voor een vuurwerkverbod, onder andere door hulpdiensten zoals de brandweer en politie.2 Deze leden achten het noodzakelijk om vergaander in EU-verband samen te werken om illegaal zwaar vuurwerk te bestrijden.
De leden van de D66-fractie constateren voorts dat dit dossier al geruime tijd loopt. Zij missen vanuit de Minister een strategie om op dit onderwerp daadwerkelijk resultaten te boeken. Deze leden verzoeken de Minister dan ook inzichtelijk te maken welke allianties worden aangegaan met andere landen om daadwerkelijk een vuist te maken. Op basis waarvan worden deze landen uitgezocht en eventueel overtuigd? Wat zijn de belangrijkste tegenwerpingen die de Minister terug hoort en/of bij welke tegenwerping heeft de Minister moeite met deze te weerleggen? Welke belangen of gevoeligheden spelen hier bij de landen die het meest stevig opponeren tegen de wens van de Minister? Wat is de aanpak van de Minister om hiermee om te gaan? Wat zijn de belangrijkste momenten de komende jaren waarop de Minister anticipeert om voortgang te boeken? Bieden de manifestos van de verschillende Europese partijen in dit opzicht nieuwe mogelijkheden? Kan de Kamer een overzicht krijgen van de belangrijkste interventies, gesprekken en initiatieven die de Minister op dit onderwerp heeft ondernomen de afgelopen jaren? Zij vragen dit om een beter gevoel te krijgen voor de wijze waarop dit thema ter hand is genomen en waar de kansen voor de komende jaren liggen.
De leden van de D66-fractie zijn verheugd met de inzet van de Nederlandse regering om te pleiten voor een verbod op zwaar explosief vuurwerk in EU-verband, aangezien er weinig vraag is naar dit type vuurwerk vanuit de professionele vuurwerkindustrie en dit vuurwerk voornamelijk wordt gebruikt door criminele organisaties. Deze leden achten het verder van belang dat Nederland in Europees verband pleit voor een harmonisatie van de vuurwerkmarkt. Juist vanwege grote verschillen in welke types vuurwerk legaal en illegaal zijn per lidstaat is handhaving op dit moment nagenoeg onmogelijk. Kan de Minister toezeggen zich in te zetten voor de totstandkoming van een harmonisatierichtlijn op het gebied van vuurwerk?
De leden van de D66-fractie onderschrijven verder dat de Minister zich zal inzetten voor de implementatie van de Pyro-Pass in de gehele Europese Unie. Met een dergelijke pas kunnen beroepsmatige kopers van vuurwerk zich identificeren bij het kopen van zwaar vuurwerk dat voor consumenten illegaal is. Kan de Minister uiteenzetten hoe de verschillende lidstaten kijken naar het op Europees niveau implementeren van de Pyro-Pass? Acht de Minister het noodzakelijk om daarnaast te pleiten voor strikte handhaving op het controleren van Pyro-Passen door verkopers?
De leden van de D66-fractie stellen ten slotte dat de Pyro-richtlijn voorschrijft aan welke kwaliteits- en veiligheidseisen vuurwerk binnen de EU moet voldoen, maar dat de Inspectie voor Leefomgeving en Transport (ILT) in 2021 constateerde dat het systeem van CE-markering niet functioneert en dat veel producten niet voldoen aan wet- en regelgeving.3 De aan het woord zijnde leden stellen dat de controle op kwaliteits- en veiligheidseisen verbeterd moet worden. Hoe is de Minister van plan zich daarvoor in te zetten in EU-verband? Kan de Minister toezeggen om te pleiten voor verbeterde kwaliteits- en veiligheidscontroles op vuurwerk?
Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie
De leden van de Volt-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de standpunten die het demissionaire kabinet inneemt in de non-paper. Zij willen daarbij opmerken dat zij het zorgwekkend vinden dat de non-papers louter ingaan op het bewaken van binnen- en buitengrenzen, terugkeer en verschillende vormen van externalisering van het Nederlands- en Europees asiel- en migratiebeleid. Zij merken op dat er weinig oog is voor het verbeteren van de interne structuren zoals onderlinge solidariteit, capaciteit, administratieve lasten en snelle integratie. Bovendien hebben deze leden ook vraagtekens bij de effectiviteit van de voorgestelde lijn. Zij hebben daarover nog een aantal vragen.
3. Non paper Return
De leden van de Volt-fractie vragen of er zicht is op hoeveel mensen er momenteel niet terugkeren of niet kunnen terugkeren. Welk percentage is dit van het volledige aantal asielzoekers in Europa? Kan de Staatssecretaris een overzicht geven om hoeveel mensen het gaat per land?
De leden van de Volt-fractie vragen welke stappen – naast samenwerking met landen van herkomst – worden genomen om terugkeer te bevorderen. Is er bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar verbeterde begeleiding van mensen die moeten terugkeer naar hun land van herkomst en de effecten daarvan op vrijwillige terugkeer? Deze leden verwijzen hierbij bijvoorbeeld naar de positieve signalen uit de pilot met Landelijke Vreemdelingenvoorzieningen (LVV) met betrekking tot vrijwillige terugkeer.
Return collaboration and reintegration
De leden van de Volt-fractie vragen wat de Staatssecretaris bedoelt met «innovative» arrangements. Verder vragen zij de Staatssecretaris om te schetsen op basis waarvan verwacht wordt dat negatieve maatregelen zullen werken om landen te bewegen asielzoekers terug te nemen. Hoe effectief verwacht de Staatssecretaris dat negatieve maatregelen zullen zijn en waarom? Bovendien vragen zij voor welke balans Nederland zal pleiten in de partnerschappen met betrekking tot migratie en andere onderdelen, zoals economische ontwikkeling, infrastructuur en energie.
Verder merken de leden van de Volt-fractie op dat de Staatssecretaris verwijst naar de verantwoordelijkheden van landen onder de Global Compact of Migration. Hoe verhoudt dit zich tot de percentages van vluchtelingen die al opgevangen worden in deze landen ten opzichte van het percentage van vluchtelingen dat Europa opvangt?
Daarnaast vragen de leden van de Volt-fractie hoe de Staatssecretaris programma’s onder het Europese fonds voor Asiel, Migratie en Integratie (AMIF), het Europese Instrument voor Nabuurschap, Ontwikkeling en Internationale Samenwerking (NDICI) en het Instrument voor Pre-Toetredingssteun (IPA) wil inzetten om terugkeer te bevorderen en welke verhouding in financiering hij voor zich ziet tussen de verschillende financieringsdoelstellingen binnen deze financieringsstructuren. Kan de Staatssecretaris hier door middel van voorbeelden en percentages van besteding kaders schetsen hoe Nederland deze financiering zou willen inzetten?
Strengthen EU internal return system
De leden van de Volt-fractie vragen of de Staatssecretaris concreet kan maken wat Frontex management van terugkeerzaken betekent, gezien Frontex daar nu louter als ondersteunende instelling werkt?
Overcoming legal barriers
De leden van de Volt-fractie vragen om welke reikwijdte het gaat wanneer de Staatssecretaris verwijst naar migranten met een strafblad. Geldt dit voor elk vergrijp? Welke juridische basis is er om met name voor deze groep de juridische procedures te versimpelen?
Daarnaast vragen de leden van de Volt-fractie naar een aantal voorbeelden voor wat de Staatssecretaris bedoelt met «out-of-the-box return collaborations with third countries»?
Increasing return from third countries
De leden van de Volt-fractie vinden het positief dat de Staatssecretaris het respect voor mensenrechten benadrukt en daar ook meteen monitoring aan toevoegt. Zij vragen daarbij wel welke basisvoorwaarden de Staatssecretaris dan zou willen stellen, alvorens de samenwerking van derde landen met Frontex aan te gaan en hoe de monitoring vormgegeven wordt om te garanderen dat er geen sprake is van mensenrechtenschendingen of deze meteen worden aangepakt. Daarnaast hebben de voornoemde leden enkele vragen over de uitbreiding van het Frontex-mandaat. Hoe denkt de Staatssecretaris irreguliere migratie te voorkomen door middel van Frontex? Vrijwillige terugkeer lijkt de meest effectieve route voor duurzame terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers. Hoe wenst Nederland vrijwillige terugkeer te vergroten? Hoe kan het vergroten van het mandaat van Frontex bijdragen aan een toename van mensen die vrijwillig terugkeren? Terugkeerders hebben vaak een negatieve associatie met Frontex. Waarom kiest de Staatssecretaris om de rol van deze organisatie verder te vergroten?
Daarnaast vragen de leden van de Volt-fractie hoe de Staatssecretaris in deze positie inzet op het Europees erkennen van de onmogelijkheid om terug te keren. Hoe kijkt de Staatssecretaris in dat kader naar de mogelijkheden in Duitsland voor de legalisering van verblijf van asielzoekers die niet terug kunnen keren?
5. Non paper Asylum
Improve monitoring and compliance, and explore conditionality
De leden van de Volt-fractie vragen welke afwegingen er zijn om fondsen zoals AMIF en het Integrated Border Management Fund (IBMF) conditioneel te maken aan het naleven van het Pact? Geldt dit gelijkwaardig voor alle onderdelen van het Pact of is de inzet van Nederland te koppelen aan bepaalde onderdelen van het Pact, zoals de grensprocedure? Welke aanvullende manieren ziet de Staatssecretaris om ervoor te zorgen dat de lidstaten bijdragen aan de gemeenschappelijke EU-migratieprioriteiten?
Increase the number of mandatory border procedures
De leden van de Volt-fractie vragen hoe de doeltreffendheid van de verhoogde procedures wordt gemeten als het gaat om het tegengaan van aanzuigende werking. Is de Staatssecretaris bereid de grensprocedures te herzien, op het moment dat blijkt dat dit geen positief effect heeft op het terugdringen van irreguliere migratie? Welke voorzorgsmaatregelen zullen worden genomen om misbruik van het systeem door lidstaten te voorkomen en een humane behandeling tijdens de grensprocedures te waarborgen?
De Volt-leden maken zich ook zorgen over de grootte van de grensgevangenissen. In de huidige voorstellen is bepaald dat de grenslanden samen 30.000 mensen in (semi)detentiecentra moeten hebben «op elk moment van het jaar». Dit is de «adequate capacity» (art. 48 van de nieuwe Asielprocedureverordening). Via een formule wordt vervolgens berekend wat dat betekent voor de capaciteit in de verschillende lidstaten. Onze koepelorganisatie European Council on Refugees and Exiles (ECRE) maakte op basis van deze formule een proefberekening en kwam uit op maar liefst 7.892 plekken voor Italië. Dat betekent dat Italië op elk moment minstens 7.892 (semi-)detentieplekken bezet moet hebben. Dat zijn grote grensgevangenissen. Kan de Staatssecretaris toelichten op welk hoger aantal Nederland wil inzetten? Wat betekent dit voor de capaciteit op Schiphol Justitieel Complex en/of de Gesloten Gezinsvoorzieining (GGV) te Zeist? Kan de Staatssecretaris bovendien bevestigen dat Nederland geen kinderen in celconstructies op gaat sluiten op Schiphol dan in wel andere gesloten settingen? Detentie van kinderen om de enkele reden dat zij bescherming zoeken is een schending van onder andere het Kinderrechtenverdrag en brengt veel schade toe. Daarom is Nederland jaren geleden gestopt met het detineren van kinderen op Schiphol.
Daarnaast lezen de leden van de Volt-fractie dat de meerderheid van de ongegronde asielverzoeken snel afgehandeld zal worden. Er kan echter niet beoordeeld worden of een asielverzoek ongegrond is zonder eerlijk proces. Welke aanleiding heeft de Staatssecretaris dan om vooraf deze asielverzoeken ongegrond te verklaren?
Review of the safe third country concept
De leden van de Volt-fractie maken zich grote zorgen over de door de Staatssecretaris voorgestelde herzieningen van het concept «veilig derde land». Daarom hebben zij de volgende vragen. Hoe rijmt de Staatssecretaris de wens om het bandencriterium af te schaffen met het advies van de United Nations High Commissioner for Refugees (UNHCR), waarin specifiek benadrukt wordt dat het leidt tot minder effectieve terugkeer en een scheefgroei van lastenverdeling tussen landen?
Bovendien vragen de leden van de Volt-fractie of de Staatssecretaris een aantal voorbeelden kan geven van hoe de applicatie van het concept «veilig derde land» kan worden verbeterd.
Address the asylum system’s remaining weaknesses and bottlenecks
De leden van de Volt-fractie maken zich grote zorgen over de voorstellen van het kabinet om de mogelijkheden voor detentie uit te breiden, alsook de ontvangstcondities te versoberen en mensen uit te sluiten van opvang. Deze leden hebben daarom de volgende vragen. Wat is de juridische rechtvaardiging voor het eventueel opsluiten van personen louter op basis van hun herkomst uit «veilige landen»? Welke concrete alternatieve oplossingen worden overwogen om de openbare orde rond opvangcentra aan te pakken, naast beperkingen aan opvangvoorzieningen en detentie? In de non-paper wordt gevraagd naar «betere instrumenten». Impliceert de Staatssecretaris een bredere implementatie van procesbeschikkingslocaties (PBL's) zoals die in Ter Apel, ondanks een recente rechterlijke uitspraak die deze onrechtmatig acht? Gezien de gedocumenteerde tekortkomingen van buitengrensfaciliteiten en de mogelijke psychologische schade als gevolg van langdurige detentie voor kinderen, welke concrete alternatieven zullen worden onderzocht om de bezorgdheid met betrekking tot «nationale veiligheid» weg te nemen zonder toevlucht te nemen tot het opsluiten van kwetsbare kinderen?
De leden van de Volt-fractie lezen bovendien dat de Staatssecretaris de stimulansen voor alleenreizende minderjarigen beoogt te verlagen. Welke stimulansen wil de Staatssecretaris specifiek aanpakken en op welke wijze?
A long-term EU coordinated approach for displaced persons from Ukraine
De leden van de Volt-fractie delen de mening van de Staatssecretaris dat een Europese aanpak nodig is om de opvang van ontheemde Oekraïners op de best mogelijke manier te regelen. Deze leden vragen de Staatssecretaris om te concretiseren wat er bedoeld wordt met «viable and flexible options for legal stay»? Bovendien vragen zij wanneer – in de ogen van de Staatssecretaris – de situatie het toelaat om mensen terug te laten keren naar Oekraïne? Aan welke criteria moet in dat geval ten minste voldaan zijn?
6. Non paper Borders
De leden van de Volt-fractie hebben zorgen dat de extra controles die de Staatssecretaris wil opleggen in het Schengengebied zullen leiden tot een beperking van de bewegingsvrijheid van Europeanen. Zij hebben daarom de volgende vragen.
Increased migratory pressure
De leden van de Volt-fractie vragen wanneer volgens de Staatssecretaris sprake is van hoge migratiedruk in Europa? Welke definitie zou hiervoor in Europa gehanteerd moeten worden? Klopt het dat de Staatssecretaris pleit voor het opvoeren van spot-checks aan de binnengrenzen zonder dat er sprake is van een hoge migratiedruk? Wat zijn de mogelijke consequenties voor het vrij verkeer van goederen en personen bij het uitvoeren van deze spot-checks? Welke rol ziet de Staatssecretaris hierin voor Frontex en hoe past dit binnen het huidige mandaat van de organisatie?
Met betrekking tot de Advance Passenger Information vragen de leden van de Volt-fractie hoe zij deze informatie willen opvragen en controleren in non-air modes of transport. Hoe kan de Staatssecretaris vooraf (lees: zonder asielprocedure) controleren of er niet voldaan wordt aan de toegangscriteria? Hoe verhoudt dit zich tot het Vluchtelingenverdrag en de Europese wet- en regelgeving?
Innovative solutions to strengthen our external borders
De leden van de Volt-fractie delen de mening van de Staatssecretaris dat financiering en een strategie voor de implementatie van het Pact noodzakelijk is. Wel vragen zij de Staatssecretaris om een concretisering van de verdeling van de financiering voor elk onderdeel van het Pact en de Nederlandse inzet daarop.
Daarnaast vragen de leden van de Volt-fractie zich af hoe de Staatssecretaris aankijkt tegen de mensenrechtenschendingen en pushbacks aan de Roemeense en Bulgaarse grens in het kader van de grenspilots?
Verder staan de leden van de Volt-fractie positief tegenover het voorstel voor een permanente onafhankelijke nationale monitoring en follow-up van de naleving van fundamentele rechten aan de grens. Zij vragen wel hoe de Staatssecretaris deze onafhankelijke monitoring ziet, gezien de problemen met schendingen van fundamentele rechten door nationale overheidsinstanties?
Towards the full potential of Frontex’s mandate
De leden van de Volt-fractie hebben zorgen over de uitbreiding van het Frontex-mandaat naar derde landen. Zij vragen daarom hoe de Staatssecretaris denkt dat mensenrechten gegarandeerd blijven worden, ook gezien de problemen die zich daarop nu voordoen in Europese lidstaten en de betrokkenheid van Frontex daarbij. Welke concrete voorstellen gaat de Staatssecretaris daarvoor doen?
Boost our fight against migrant struggling
De leden van de Volt-fractie hebben nog enkele vragen over de extraterritoriale jurisdictie van lidstaten op het gebied van mensensmokkel. Kan de Staatssecretaris een indicatie geven hoe dit idee ontvangen wordt door derde landen? Zijn er voorbeelden van landen waarmee dit nu al gebeurt?
Daarnaast vragen de leden van de Volt-fractie hoe er geïnvesteerd wordt in legale routes, zodat mensen niet langer gebruik moeten maken van mensensmokkelaars.
10 Non paper Extern
Strengthen Team Europe
De leden van de Volt-fractie lezen dat de Staatssecretaris pleit voor het verbeteren van de coördinatie tussen de EEAS en lidstaten. Deze leden vragen echter hoe de Staatssecretaris de samenwerking met het Europees Parlement in deze constructie voor zich ziet. Daarnaast lezen de voornoemde leden dat de Staatssecretaris inzet op een dialoog op gelijk niveau. Dit verwelkomen deze leden, maar zij vragen de Staatssecretaris wel op welke wijze zij deze dialoog op gelijk niveau tot stand willen brengen.
Invest in international protection and advance (innovative) migration management
De leden van de Volt-fractie vragen om een reflectie van de Staatssecretaris over hoe het opzetten van bijvoorbeeld return hubs bijdraagt aan het sluiten van gebalanceerde en gelijkwaardige partnerschappen. Daarnaast lezen deze leden dat er gehandeld moet worden binnen de kaders van Europees en internationaal recht. Dit is positief. Toch vragen zij hoe dit gehandhaafd zal worden. Betekent dit ook dat partnerlanden de Europese standaarden zullen moeten overnemen wanneer het bijvoorbeeld asielprocedures betreft?
Enable JHA agencies to be active on the external dimension
De leden van de Volt-fractie verwelkomen dat de Staatssecretaris aangeeft dat alle activiteiten van Justice and Home Affairs (JHA) agencies in overeenstemming moeten zijn met internationale en Europese wetgeving, alsook fundamentele rechten moeten garanderen. Toch vragen zij in hoeverre dit gegarandeerd kan worden en hoe dit gemonitord en gehandhaafd zou moeten worden volgens de Staatssecretaris. Wat betekent dit voor de samenwerking met autoritaire regimes?
II Reactie van de bewindspersonen
NOS, 22 december 2023, Huisarrest voor Italiaanse producent van zwaar Cobra-vuurwerk (https://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2502569-huisarrest-voor-italiaanse-producent-van-zwaar-cobra-vuurwerk).↩︎
VRT NWS, 29 december 2023, Illegaal vuurwerk eenvoudig te koop op sociale media: binnen 15 minuten zwaar knalvuurwerk gevonden (https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2023/12/29/jongeren-vinden-elkaar-massaal-op-sociale-media-om-illegaal-vuur/#:~:text=De%20Cobra%20is%20een%20reeks,mogen%20particulieren%20enkel%20feestvuurwerk%20kopen).
Voice of Europe, 2 januari 2024, Brussels fire brigade urges EU to prohibit fireworks (https://www.voiceofeurope.com/brussels-fire-brigade-urges-eu-to-prohibit-fireworks/).
DW, 1 februari 2024, Germany: Police and firefighters call for firework ban (https://www.dw.com/en/germany-police-and-firefighters-call-for-firework-ban/a-64260047).↩︎
Rijksoverheid, 30 september 2021, CE-markering consumentenvuurwerk functioneert niet (https://www.ilent.nl/actueel/nieuws/2021/09/30/ce-markering-consumentenvuurwerk-functioneert-niet).↩︎