Antwoord op vragen van de leden Faber-van de Klashorst en Aardema over pro-Palestina demonstratie plaats in Amsterdam
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2024D12906, datum: 2024-04-02, bijgewerkt: 2024-04-04 12:13, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20232024-1386).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid (VVD)
Onderdeel van zaak 2024Z02725:
- Gericht aan: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
- Indiener: M.H.M. Faber-van de Klashorst, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M. Aardema, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1386
Vragen van de leden Faber-van de Klashorst en Aardema (beiden VVD) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over pro-Palestina demonstratie plaats in Amsterdam (ingezonden 19 februari 2024).
Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 2 april 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2023–2024, nr. 1199.
Vraag 1
Bent u ermee bekend dat er op zaterdag 17 februari 2024 een pro-Palestina demonstratie plaatsvond in Amsterdam?
Antwoord 1
Ja, daar ben ik mee bekend.
Vraag 2
Bent u ermee bekend dat tijdens die demonstratie een bord omhoog werd gehouden door de vicefractievoorzitter van GroenLinks in provinciale staten van Gelderland met daarop de tekst «viva viva INTIFADA» (zie de foto in het bericht)?1
Antwoord 2
Ja, daar ben ik nu mee bekend.
Vraag 3
Deelt u de mening dat «viva viva INTIFADA» niets anders is dan een keiharde oproep tot geweld?
Antwoord 3
Ik ben van mening dat de leus als zodanig te veroordelen is. De beoordeling of er mogelijk sprake is van een strafbaar feit in een individueel geval is primair een verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie en – mits de zaak wordt aangebracht bij de rechtbank – uiteindelijk is die beoordeling voorbehouden aan de rechter.
Vraag 4 en 5
Is de politie in Amsterdam overgegaan tot het aanhouden van deze persoon? Zo nee, waarom niet?
Kunt u de Kamer informeren of het Openbaar Ministerie tot vervolging over gaat van deze oproep tot geweld door deze politicus?
Antwoord 4 en 5
De hierboven, in vraag 2 aangehaalde specifieke uiting is tijdens de inzet niet gesignaleerd door de aanwezige politieagenten. Er is derhalve ten tijde van de demonstratie niet tot aanhouding overgegaan. Het Openbaar Ministerie is niet bekend met een aangifte en is geen strafrechtelijk onderzoek gestart.
Vraag 6
Wanneer zorgt u er nu eens voor dat dit soort handelingen keihard aangepakt wordt?
Antwoord 6
De beoordeling of er mogelijk sprake is van een strafbaar feit in een individueel geval is primair een verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie en – mits de zaak wordt aangebracht bij de rechtbank – uiteindelijk is die beoordeling voorbehouden aan de rechter.
GeenStijl, 18 februari 2024, «Totale GroenLinks-gek Paul Smits is de personificatie van de HEL waar de PvdA zich in heeft gestort», https://www.geenstijl.nl/5174889/Totale-idioot-Paul-Smits↩︎