Ontwerpbesluit gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden
Regels omtrent gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden (Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden)
Brief regering
Nummer: 2024D13358, datum: 2024-04-04, bijgewerkt: 2024-04-19 14:40, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35447-28).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid (VVD)
- Beslisnota bij Kamerbrief over ontwerpbesluit gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden
- Ontwerpbesluit gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden
Onderdeel van kamerstukdossier 35447 -28 Regels omtrent gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden (Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden).
Onderdeel van zaak 2024Z05769:
- Indiener: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-04-09 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-04-25 10:00: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-05-16 14:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
35 447 Regels omtrent gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden (Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden)
Nr. 28 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 april 2024
Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit tot uitvoering van de Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden (Besluit gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden). Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerpnota van toelichting.
De voorlegging geschiedt in het kader van de in het wetsvoorstel Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden1 opgenomen voorhangprocedure (artikelen 2.3, tweede lid, 2.4, tweede lid, 2.11, tweede lid, 2.12, derde lid, 2.22, tweede lid, 2.30, tweede lid, WGS).2 De voorlegging van het gehele ontwerpbesluit geschiedt mede ter uitvoering van een toezegging aan de Eerste Kamer om ook de artikelen van het ontwerpbesluit voor te leggen, waarop de voorgeschreven voorhangprocedure niet van toepassing is.3 De voorhangprocedure biedt uw Kamer dan ook de mogelijkheid zich uit te spreken over het gehele ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld. Na vaststelling van het besluit worden drie artikelen opnieuw aan uw Kamer voorgelegd vanwege een in het wetsvoorstel voorgeschreven nahangprocedure.4
Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.
Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yeşilgöz-Zegerius
Kamerstukken I 2020/21, 35 447, A.↩︎
Ook de artikelen 2.19, derde lid, en 2.27, vijfde lid, WGS bevatten een voorhangprocedure, maar deze delegatiegrondslagen worden niet ingevuld nu in het ontwerpbesluit besluit geen deelnemers worden toegevoegd aan de in deze artikelen beschreven RIEC's en Zorg- en Veiligheidshuizen.↩︎
Kamerstukken I 2022/23, 35 447, K, blz. 26/27 (memorie van antwoord, vraag 31).↩︎
Dit betreft de toevoeging van deelnemers aan het Financieel Expertisecentrum en de Infobox Crimineel en Onverklaarbaar Vermogen. Hiervoor is niet alleen een voorhang- maar ook een nahangprocedure verplicht (artikelen 2.3, derde lid, en 2.11, derde lid, WGS).↩︎