[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Derde nota van wijziging

Regels over energiemarkten en energiesystemen (Energiewet)

Nota van wijziging

Nummer: 2024D14181, datum: 2024-04-19, bijgewerkt: 2024-06-12 14:46, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36378-41).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36378 -41 Regels over energiemarkten en energiesystemen (Energiewet) .

Onderdeel van zaak 2023Z10598:

Onderdeel van zaak 2024Z06118:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

36 378 Regels over energiemarkten en energiesystemen (Energiewet)

Nr. 41 DERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 19 april 2024

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1.1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan de begripsbepaling van interconnector wordt toegevoegd «of een transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee».

2. In de begripsbepaling van interconnector voor elektriciteit wordt na «een Nederlands transmissiesysteem voor elektriciteit» ingevoegd «of een transmissiesysteem voor elektriciteit op zee».

3. In de begripsbepaling voor interconnectorsysteem voor elektriciteit wordt na «een transmissiesysteem voor elektriciteit» ingevoegd «of een transmissiesysteem voor elektriciteit op zee».

4. In de begripsbepaling voor transmissiesysteem voor elektriciteit op zee wordt na «de levering zelf niet inbegrepen,» ingevoegd «daaronder begrepen interconnectoren,» en wordt aan de begripsbepaling toegevoegd «of met dat systeem en een transportsysteem voor elektriciteit van een ander land».

5. Onder vervanging van de punt aan het slot van de begripsbepaling van zeggenschap door een puntkomma wordt een begripsbepaling toegevoegd, luidende:

zoneoverschrijdende capaciteit: zoneoverschrijdende capaciteit als bedoeld in artikel 2, onderdeel 70, van verordening 2019/943.

B

In artikel 3.23 wordt, onder vernummering van het tweede tot en met vijfde lid tot derde tot en met zesde lid, een lid ingevoegd, luidende:

2. Een transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit stelt op zijn systeem beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit ter beschikking.

C

In artikel 3.82 wordt na «en die één of meer windparken op zee verbinden met het transmissiesysteem voor elektriciteit» ingevoegd «of met dit systeem en het transportsysteem voor elektriciteit van een ander land».

D

Artikel 3.84 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding «1.» geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. De transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee stelt op zijn systeem beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit ter beschikking.

E

In artikel 3.88 wordt, onder vernummering van het tweede lid tot derde lid, een lid ingevoegd, luidende:

2. Een interconnectorsysteembeheerder voor elektriciteit stelt op zijn systeem beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit ter beschikking.

F

Artikel 3.89 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid vervalt, onder vervanging van de komma na «3.13» door «en», «en 3.46, eerste lid,».

2. Onder vernummering van het vijfde lid tot vierde lid, vervalt het vierde lid.

G

In artikel 3.117, vierde lid, wordt na «bedoeld in artikel 5.14,» ingevoegd «of ontvangsten uit procedures voor het ter beschikking stellen van zoneoverschrijdende capaciteit of congestiebeheer».

H

In artikel 3.118, eerste lid, wordt na «transporteren van elektriciteit of gas over het systeem,» ingevoegd «ter beschikking stellen van op het systeem beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit,».

Toelichting

Algemeen

Deze nota van wijziging van het voorstel van wet houdende regels over energiemarkten en energiesystemen (hierna: het wetsvoorstel) ziet op uitbreiding van de afbakening van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee, zodat de ontwikkeling en het beheer van interconnectoren als onderdeel van dit systeem ook mogelijk wordt. Hierdoor wordt de ontwikkeling van zogenaamde hybride interconnectoren mogelijk. Dat wil zeggen de ontsluiting van windparken via een verbinding met zowel het transmissiesysteem voor elektriciteit (op land) als met een transmissiesysteem of ander transportsysteem voor elektriciteit van een ander land.

Onderstaand wordt achtereenvolgens ingegaan op het algemene belang van hybride interconnectoren voor elektriciteit en de noodzaak van een wettelijke verankering daarvan in het wetsvoorstel. Daarnaast wordt de keuze toegelicht om hiertoe aansluiting te zoeken bij het bestaande kader voor het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee en wordt ook nader ingegaan op de gevolgen van deze keuze voor dat bestaande kader. De ontwikkeling van hybride interconnectoren voor gas wordt thans niet voorzien.

Het algemeen belang van hybride interconnectoren voor elektriciteit

Op dit moment worden windparken via het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee ontsloten naar het transmissiesysteem voor elektriciteit (op land). Dit wordt ook wel de aanlanding genoemd. Bij een hybride interconnector wordt een windpark op zee daarnaast ook ontsloten via een verbinding met het transmissiesysteem (of ander transportsysteem) voor elektriciteit van een ander land. Dit is een vorm van aanlanding, die via een interconnector verloopt. Deze ontsluiting overschrijdt immers de grens tussen Nederland en een ander land. De combinatie van ontsluiting twee kanten op zorgt er bovendien voor dat grensoverschrijdende elektriciteitsuitwisseling tussen beide landen mogelijk is. Deze functies tezamen kunnen gekarakteriseerd worden als een hybride interconnector.

In het algemeen wordt de ontwikkeling van hybride interconnectoren voor elektriciteit om meerdere redenen als wenselijk gezien. Deze interconnectoren zorgen allereerst voor een hogere benuttingsgraad van onderdelen van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee. Naast de aanlanding van windparken op zee kunnen deze onderdelen ook gebruikt worden voor grensoverschrijdende elektriciteitsuitwisseling. Bijvoorbeeld wanneer windparken op zee geen of in beperkte mate elektriciteit produceren, omdat dan transportcapaciteit beschikbaar is.

Ten tweede leiden hybride interconnectoren tot kostenbesparing en ruimtebesparing ten opzichte van een interconnectorsysteem dat op zichzelf staat en geen onderdeel is van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee. Voor de ontwikkeling van hybride interconnectoren voor elektriciteit als onderdeel van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee kan namelijk gebruik worden gemaakt van veel van de infrastructuur die anders in principe enkel gebruikt zou gaan worden voor de aanlanding van een windpark op zee naar het elektriciteitssysteem op land (transmissiesysteem voor elektriciteit). De enkele investering in de tweede ontsluiting van een windpark op zee naar het transmissiesysteem van een ander land zorgt ervoor dat grensoverschrijdende elektriciteitsuitwisseling mogelijk wordt.

Naast de ontsluiting van windparken op zee dragen hybride interconnectoren voor elektriciteit, net als reguliere interconnectoren (of interconnectorsystemen), door middel van het faciliteren van grensoverschrijdend elektriciteitsuitwisseling, bij aan verdere marktintegratie. Via deze verdere marktintegratie leveren hybride interconnectoren voor elektriciteit maatschappelijke voordelen op ten opzichte van een systeem dat minder geïntegreerd is met omringende elektriciteitsmarkten. Bijvoorbeeld een stabielere elektriciteitsprijs, verbeterde inpassing van hernieuwbare elektriciteitsproductie op zee in het bredere elektriciteitssysteem, ontwikkeling van systeemflexibiliteit en het borgen van leveringszekerheid van elektriciteit tegen lagere kosten.

Daarnaast zijn hybride interconnectoren voor elektriciteit een belangrijke eerste stap in de richting van een vermaasd en grensoverschrijdend elektriciteitssysteem op de Noordzee en sluit de ontwikkeling hiervan aan op de bredere Europese beleidsroute teneinde hybride interconnectoren voor elektriciteit te kunnen ontwikkelen. Naast Nederland werken andere landen aan de Noordzee, zoals België, Duitsland en Denemarken, op dit moment actief aan de ontwikkeling van hybride interconnectoren voor elektriciteit.

Juridisch inbedding hybride interconnectoren in het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee

Voor de ontwikkeling van concrete projecten van hybride interconnectoren is het noodzakelijk dat deze ingebed worden in een wettelijk kader. De huidige ontsluiting van een windpark op zee is onderdeel van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee. Dit systeem is een bundel van geografisch en technisch van elkaar gescheiden systemen die windparken op zee verbinden met een transmissiesysteem van elektriciteit (op land). Daarmee omvat het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee op dit moment geen interconnectoren, faciliteert het geen grensoverschrijdende elektriciteitsuitwisseling en kent het enkel een aanlandingsfunctie in de richting van Nederland.

De wijziging bestaat uit de toevoeging dat dit systeem, net als een transmissiesysteem voor elektriciteit (op land), ook interconnectoren kan omvatten. Hierdoor wordt het mogelijk om een windpark op zee te ontsluiten enerzijds met het transmissiesysteem voor elektriciteit (op land), zoals nu al mogelijk is, en anderzijds met het transmissiesysteem voor elektriciteit van een ander land. Omdat het hier, net als bij het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee, gaat om de ontsluiting van een windpark op zee is het logisch om bij dat kader aan te sluiten.

Met de keuze wordt ook aangesloten bij de eerder gemaakte beleidskeuze in het wetsvoorstel om alle ontsluiting van windparken op zee gezamenlijk onderdeel te laten zijn van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee. Hiervoor is destijds gekozen vanwege de lange termijn voordelen voor de netstabiliteit, leveringszekerheid, planologische coördinatie, financieringslasten, standaardisatie en hiermee gepaard gaande kostenreductie. Voor de windparken op zee die enkel ontsloten worden met transmissiesysteem van elektriciteit (op land) verandert er door deze wijziging niets.

Gevolgen van de uitbreiding van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee

Bovenstaande wijziging leidt ertoe dat alle artikelen die deel uitmaken van het wettelijke kader voor het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee ook van toepassing zijn op dit nieuwe deel van zijn systeem. Zo zal het bereik van het ontwikkelkader voor windenergie op zee toenemen, omdat het niet enkel een ontsluiting richting het Nederlandse transmissiesysteem voor elektriciteit, maar ook de mogelijke ontwikkeling van interconnectoren omvat. Hoe windparken op zee worden ontsloten wordt bepaald in het ontwikkelkader windenergie op zee. Daarin zal voor nieuw te ontwikkelen windparken op zee voortaan ook worden bepaald of deze worden ontsloten via een eenzijdige verbinding naar het Nederlandse transmissiesysteem voor elektriciteit (op land) of via een tweezijdige (hybride) verbinding met zowel het Nederlandse transmissiesysteem voor elektriciteit (op land) als met het transmissiesysteem (of ander transportsysteem) voor elektriciteit van een ander land. De beheer- en ontwikkeltaak van de transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee wordt, met de toevoeging dat zijn systeem mede interconnectoren kan omvatten, verruimd en is derhalve ook van toepassing op interconnectoren en de extra ontsluiting die daarmee mogelijk is richting een transmissiesysteem voor elektriciteit van een ander land. Dit is ook wenselijk gezien het belang van een doelmatige en gecoördineerde uitrol van een – op termijn – vermaasd net op zee.

Ook de in het wetsvoorstel opgenomen schadevergoedingsregeling transmissiesysteem voor elektriciteit op zee zal van toepassing zijn op windparken op zee die zullen worden ontsloten met een verbinding naar twee kanten, dus zowel richting het Nederlandse transmissiesysteem voor elektriciteit (op land) als via een interconnector, richting een transmissiesysteem voor elektriciteit van een ander land. Deze regeling biedt kortweg compensatie aan windparken op zee bij niet tijdige beschikbaarheid van de ontsluiting, of gehele of gedeeltelijke onderbreking van transport voor een periode die langer is dan het redelijkerwijs noodzakelijk onderhoud aan de ontsluitingsverbinding. De regeling bestaat al onder de Elektriciteitswet 1998 en zal onder het wetsvoorstel grotendeels gelijk blijven. Zo blijven de voorwaarden waaronder het recht op de schadevergoedingsregeling bestaat gelijk. Eventuele beperkingen op de ontsluiting van een windpark op zee als gevolg van marktkoppeling, dat onder andere verantwoordelijk is voor de toewijzing van grensoverschrijdende transportcapaciteit in de day-ahead en intra-day markt, vallen dan ook niet onder deze schadevergoedingsregeling. Dit is nu ook niet het geval. In het geval dat deze schadevergoedingsregeling van toepassing is zal wel rekening moeten worden gehouden met feit dat een windpark op zee ontsloten kan zijn met niet één, maar twee transmissiesystemen voor elektriciteit (van Nederland en een ander land). Bijvoorbeeld, wanneer de ontsluiting van een windpark richting een transmissiesysteem voor elektriciteit beperkt of in zijn geheel niet beschikbaar is, dan is er nog steeds een mogelijkheid voor ontsluiting richting het andere transmissiesysteem voor elektriciteit.

Naast bovenstaande verruiming zijn, om het inbegrip van interconnectoren voor elektriciteit in het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee en grensoverschrijdende elektriciteitsuitwisseling mogelijk te maken, wijzigingen van een aantal bepalingen in het wettelijke kader noodzakelijk. Er worden bepalingen toegevoegd zodat ook het aanbieden van op het systeem beschikbare zoneoverschrijdende capaciteit onderdeel vormt van het takenpakket van beheerders van transmissiesystemen voor elektriciteit. Als gevolg hiervan dient de bepaling die ziet op de bekostiging van niet-tariefgereguleerde taken van de transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee te worden gewijzigd.

Ex-ante inschatting van de gevolgen

De voorgestelde wijziging verruimt, ten opzichte van het referentiealternatief (i.e. de Elektriciteitswet 1998), de afbakening van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee. Hierdoor wordt de ontwikkeling en beheer van zogenaamde hybride interconnectoren door de transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee ook mogelijk. Hiermee wordt het mogelijk om de ontwikkeling van hybride interconnectoren voor elektriciteit daadwerkelijk te realiseren. Omdat hybride interconnectoren onderdeel worden van het bestaande wettelijk kader voor het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee is het de verwachting dat de voorgestelde wetswijzigingen niet tot grote gevolgen leiden voor bedrijven, burgers, en overheid.

De toevoeging leidt naar verwachting niet tot extra kosten. In het algemeen wordt verwacht dat bij de aanleg van hybride interconnectoren de kosten lager zullen liggen dan bij de situatie waar de aanlanding van een windpark op zee en een interconnectie voor elektriciteit los van elkaar worden ontwikkeld. Dit komt door het efficiënt combineren van functies interconnectie en aanlanding van windenergie op zee. Tegelijkertijd leidt interconnectie tot positieve effecten voor burgers en bedrijven in de vorm van minder prijsvolatiliteit en het borgen van de leveringszekerheid elektriciteit tegen lagere kosten.

Artikelsgewijs

Onderdeel A

Met dit onderdeel wordt in de eerste plaats, in het vierde subonderdeel, de begripsomschrijving van transmissiesysteem voor elektriciteit op zee aangepast. Er wordt toegevoegd dat dit systeem, net als een transmissiesysteem voor elektriciteit (op land), mede interconnectoren kan omvatten. Voorts wordt toegevoegd dat dit systeem windparken op zee niet alleen verbindt met het transmissiesysteem voor elektriciteit (op land), maar dat het windparken op zee tevens kan verbinden met een transportsysteem voor elektriciteit van een ander land. Indien beide het geval is, is sprake van een hybride interconnector. Dat wil zeggen een onderdeel van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee die de functie van ontsluiting van windparken op zee heeft door deze te verbinden met zowel het transmissiesysteem voor elektriciteit (op land) als met een transportsysteem voor elektriciteit van een ander land en met dit laatste tevens een interconnector omvat die grensoverschrijdende elektriciteitsuitwisseling mogelijk maakt. Met de aanpassing van de begripsbepaling zijn eveneens de begrippen aansluitovereenkomst en transportovereenkomst feitelijk uitgebreid en omvatten deze tevens aansluit- of transportovereenkomsten voor windparken op zee die worden ontsloten via een hybride verbinding.

De andere subonderdelen van onderdeel A zien op de aanpassing van begripsomschrijvingen die voortvloeien uit de uitbreiding van de begripsomschrijving van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee. In de begripsbepalingen voor interconnector wordt tot uitdrukking gebracht dat deze ook onderdeel kan zijn van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee. In de begripsbepaling voor interconnector voor elektriciteit wordt tot uitdrukking gebracht dat deze ook kan bestaan uit een verbinding van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee met het transmissiesysteem (of ander transportsysteem) voor elektriciteit van een ander land. In de begripsbepaling voor interconnectorsysteem voor elektriciteit wordt tot uitdrukking gebracht dat het gaat om een systeem van grensoverschrijdende transmissieleidingen en daarmee verbonden hulpmiddelen, die geen onderdeel zijn van het transmissiesysteem voor elektriciteit (op land) en ook niet van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee.

Ten slotte wordt een begripsbepaling van zoneoverschrijdende capaciteit toegevoegd. Verwezen wordt naar de definitie van dit begrip in verordening 2019/943. Zoneoverschrijdende capaciteit is aldaar gedefinieerd als het vermogen van het geïnterconnecteerde systeem om overdracht van elektriciteit tussen biedzones mogelijk te maken. De toevoeging van deze begripsbepaling houdt verband met de in de onderdelen B, D en E voorgestelde wijzigingen en wordt daar nader toegelicht.

Onderdelen B, D, E en H

Met onderdeel D wordt in artikel 3.84 van het wetsvoorstel een verplichting toegevoegd voor de transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee om zoneoverschrijdende capaciteit ter beschikking te stellen. Dit is een vorm van toegang tot zijn systeem ten behoeve van grensoverschrijdende handel in elektriciteit en is relevant indien dit systeem mede een interconnector omvat. Het gaat om het ter beschikking stellen van beschikbare capaciteit voor overdracht van elektriciteit tussen de biedzone van het ene land, waarin het transmissiesysteem van de transmissiesysteembeheerder op zee is gelegen, naar de biedzone van het andere land, waar het transmissiesysteem (of ander transportsysteem) is gelegen waarmee een grensoverschrijdende verbinding bestaat. De procedures voor het bepalen van de omvang van dergelijke capaciteit, de toewijzing van die capaciteit en congestiebeheer zijn of worden grotendeels vastgelegd bij in verordening 2019/943 en daarop gebaseerde gedelegeerde verordeningen. Omdat de bepaling in artikel 3.84 van het wetsvoorstel hier al mede op ziet, wordt de verplichting hieraan toegevoegd.

Voor zover voor de toepassing van deze verplichting nadere uitwerking in methoden of voorwaarden op nationaal niveau nodig is, wordt dit uitgewerkt in de methoden of voorwaarden voor elektriciteit, bedoeld in artikel 3.118 van het wetsvoorstel. Om die reden wordt, met onderdeel H voorgesteld om het ter beschikking stellen van zoneoverschrijdende capaciteit aan de opsomming in artikel 3.118, eerste lid, toe te voegen.

Met de inpassing van de uitbreiding van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee met interconnectoren is gebleken dat de hiervoor vermelde verplichting om zoneoverschrijdende capaciteit ter beschikking te stellen voor andere beheerders van een transmissiesysteem voor elektriciteit nog onvoldoende duidelijk in het wetsvoorstel is opgenomen. Mede gelet op het feit dat dit een vorm van toegang tot een transmissiesysteem voor elektriciteit betreft waarop artikel 6 van richtlijn 2019/944 tevens betrekking heeft, wordt dit met de onderdelen B en E hersteld. Met onderdeel B wordt deze verplichting voor een transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit toegevoegd aan artikel 3.23, eerste lid, en met onderdeel E voor een interconnectorsysteembeheerder voor elektriciteit toegevoegd aan artikel 3.88.

Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat het in theorie ook mogelijk is om een interconnector voor elektriciteit te hebben met een ander land, waarvan de biedzone dezelfde is als in Nederland. In dat geval zou nog steeds sprake zijn van een interconnector voor elektriciteit conform de begripsbepaling, maar is niet langer sprake van zonegrensoverschrijdende capaciteit en hoeft deze dus ook niet apart ter beschikking gesteld te worden. Op dit moment is de Nederlandse biedzone echter apart van die van biedzones in het buitenland en wordt dus op elke interconnector voor elektriciteit zonegrensoverschrijdende capaciteit aangeboden. Tot slot wordt opgemerkt dat voor een transmissiesysteembeheerder voor gas en een interconnectorsysteembeheerder voor gas een explicitering van een vergelijkbare verplichting ten behoeve van de grensoverschrijdende handel in gas niet nodig is en dit al onderdeel is van de transporttaak. Dit komt omdat voor grensoverschrijdende handel in gas op dezelfde wijze capaciteit wordt toegekend aan marktpartijen als de capaciteit binnen de grenzen van het Nederlandse transmissiesysteem voor gas.

Onderdeel C

De met dit onderdeel voorgestelde wijziging van artikel 3.82 van het wetsvoorstel houdt verband met de uitbreiding van de begripsbepaling van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee. Omdat dit systeem nu ook interconnectoren kan omvatten, wordt ook de functie van het systeem uitgebreid. De aanlanding van door een windpark op zee geproduceerde elektriciteit kan hierdoor een of twee kanten op plaatsvinden. Niet alleen richting het Nederlandse transmissiesysteem voor elektriciteit (op land), maar voor sommige windparken ook, via een interconnector, richting het transmissiesysteem (of ander transportsysteem) voor elektriciteit van een ander land. Dat wordt tot uitdrukking gebracht met de uitbreiding van de beschrijving van de functie van het transmissiesysteem voor elektriciteit op zee in artikel 3.82 van het wetsvoorstel.

Onderdeel F

De met dit onderdeel voorgestelde wijziging vloeit voort uit de met onderdeel E voorgestelde wijziging van artikel 3.88 van het wetsvoorstel. Daarmee wordt de verplichting voor een interconnectorsysteembeheerder voor elektriciteit om zoneoverschrijdende capaciteit aan te bieden expliciet opgenomen in artikel 3.88. Dit vervangt in feite de in artikel 3.89, tweede lid, opgenomen van overeenkomstige toepassing verklaring van artikel 3.46, eerste lid, van het wetsvoorstel dat gaat over het aanbieden van transport van elektriciteit. Dit kan dan ook vervallen in artikel 3.89, tweede lid, en dat regelt het eerste subonderdeel van dit onderdeel F. Met het tweede subonderdeel wordt voorgesteld om ook het vierde lid van artikel 3.89 te laten vervallen. Ook deze bepaling is niet meer nodig door de met onderdeel E voorgestelde wijziging.

Nu de verplichting voor een interconnectorsysteembeheerder voor elektriciteit om zoneoverschrijdende capaciteit aan te bieden expliciet wordt opgenomen in artikel 3.88, is ook duidelijk dat de methoden of voorwaarden, bedoeld in artikel 3.121 van het wetsvoorstel, mede de procedures voor het bepalen van de omvang van dergelijke capaciteit, de toewijzing van die capaciteit en congestiebeheer zal moeten omvatten. Dit voor zover die niet al zijn of worden vastgelegd in verordening 2019/943 of daarop gebaseerde gedelegeerde verordeningen of nadere uitwerking in de nationale methoden of voorwaarden behoeven. Zie hierover ook de toelichting bij de onderdelen B, D, E en H.

Onderdeel G

Met dit onderdeel wordt geregeld dat inkomsten die de transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee ontvangt uit het ter beschikking stellen van zoneoverschrijdende capaciteit of congestiebeheer in verband met een interconnector die onderdeel is van zijn systeem, of andere in verband met die interconnector verleende diensten aan derden, moeten worden meegeteld bij de vaststelling in welke mate de door de ACM vastgestelde totale toegestane inkomsten voor de transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee worden gedekt door inkomsten. Dergelijke inkomsten moeten, net als eventueel op grond van artikel 5.14 van het wetsvoorstel ontvangen subsidie, worden afgetrokken van het bedrag aan totale toegestane inkomsten bij de vaststelling van het restant van de totale toegestane inkomsten dat in rekening mag worden gebracht bij de transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit of de transmissie- en distributiesysteembeheerders voor elektriciteit.

Het is een Europeesrechtelijk toegekende bevoegdheid van de ACM om te bepalen of en zo ja, welk deel uit de veilinginkomsten wordt toegekend om de toegestane inkomsten van de transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee te compenseren.

Met verleende diensten aan derden wordt verwezen naar eventuele diensten die de transmissiesysteembeheerder voor elektriciteit op zee kan aanbieden in een derde land, zoals het Verenigd Koninkrijk. Zo wordt voorkomen dat deze transmissiesysteembeheerder een dubbele vergoeding krijgt.

Deze toelichting wordt ondertekend mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

De Minister voor Klimaat en Energie,
R.A.A. Jetten