Lijst van vragen over de A-brief projecten ‘Vervanging LC-fregatten’ en ‘Bewapening maritieme lucht- en raketverdediging’ (Kamerstuk 27830-426)
Materieelprojecten
Lijst van vragen
Nummer: 2024D14457, datum: 2024-04-10, bijgewerkt: 2024-04-15 15:52, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2024D14457).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R. de Roon, voorzitter van de vaste commissie voor Defensie (PVV)
- Mede ondertekenaar: N.E. Manten, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2024Z03304:
- Indiener: C.A. van der Maat, staatssecretaris van Defensie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie
- 2024-03-05 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-03-14 10:45: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Defensie
- 2024-04-03 10:00: A-brieven Verwerving Amfibische transportschepen, vervanging LC-fregatten en bewapening maritieme lucht- en raketverdediging (Technische briefing), vaste commissie voor Defensie
- 2024-04-10 12:00: A-brief projecten ‘Vervanging LC-fregatten’ en ‘Bewapening maritieme lucht- en raketverdediging’ (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Defensie
- 2024-06-13 14:30: Materieel/Personeel (Commissiedebat), vaste commissie voor Defensie
- 2024-06-20 14:20: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2024D14457 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Defensie heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Staatssecretaris van Defensie over de A-brief projecten «Vervanging LC-fregatten» en «Bewapening maritieme lucht- en raketverdediging» (Kamerstuk 27 830, nr. 426).
De fungerend voorzitter van de commissie,
De Roon
Adjunct-griffier van de commissie,
Manten
Nr | Vraag |
1 | Hoe wordt er rekening gehouden met de snelle ontwikkelingen van klimaatneutrale technologieën ten aanzien van de bouw van de LC-fregatten (LCF)? Hoe flexibel is de gekozen oplossing voor methanol? |
2 | Welke maatregelen worden genomen om de huidige fregatten operationeel te houden tot de komst van de nieuwe fregatten? |
3 | Welke specifieke bijdragen zullen kennisinstituten TNO, Marin en NLR leveren bij de innovatie van de fregatten? |
4 | Wat is het verschil tussen de bewapening van de huidige LC-fregatten en de bewapening de nieuwe LC-fregatten? |
5 | Wat is de benodigde hoeveelheid wapens en munitie per nieuw LC-fregat? |
6 | Wat zijn de kosten voor de bouw van een LC-fregat? |
7 | Wat zijn de kosten voor de volledige bewapening van een nieuw LC-fregat? Is er iets te zeggen over geschatte levertijden ten aanzien van munitie, ook in de toekomst? |
8 | Worden nieuwe wapensystemen voor nabijverdediging onderdeel van de nieuwe LC-fregatten? |
9 | Hoe zijn de innovatie-bijdragen van de kennisinstituten Marin, TNO en NLR ten aanzien van de ontwikkeling van de LC-fregatten bestendigd? |
10 | Zijn er gebieden op zee die nu door grote antischeepsraketten van grote mogendheden aan ons ontzegd worden? |
11 | Kunnen de huidige LC-fregatten ook nog verkocht worden? |
12 | Waarom wordt in dit specifieke geval gekozen voor een aanbesteding bij de Nederlandse industrie zonder concurrentiestelling? |
13 | Hoe verhouden de opdrachten van Damen in Nederland en Duitsland zich tot de capaciteit van Damen en in hoeverre brengt dit risico's of kansen met zich mee voor de projectplanning voor Nederland? |
14 | Hoe ziet u de uitvoering van de intentie tot het vormen van een partnerschap met de industrie voor zich, in combinatie met de ambitie om kostenefficiënt te werk te gaan door ook internationale samenwerkingen aan te gaan die kostenbesparing als doel hebben? |
15 | Hoe zorgen risicoreserveringen in de budgetten en strategische keuzes, zoals samenwerking met de industrie en internationale partners, voor kostenefficiëntie? |
16 | Hoe is Nederland precies betrokken bij de Hypersonic Defence Interceptor Study (HYDIS)? |
17 | Wat zijn de operationele capaciteiten van de nieuwe LC-fregatten in vergelijking met de huidige fregatten, specifiek op het gebied van commandovoering en bescherming van maritieme taakgroepen? |
18 | Op welke wijze zullen de nieuwe LC-fregatten interoperabel zijn met systemen en platforms van NAVO-bondgenoten en hoe wordt dit bereikt? |
19 | Betekent het dat de casco’s wel degelijk in Nederland gebouwd kunnen worden, aangezien ze buiten Nederland worden gebouwd om budgettaire redenen? Wat is dan de financiële delta? |
20 | Wat betekent het overplaatsen van de 127 mm kanonnen van de oude naar de nieuwe fregatten voor de eventuele verkoop van de oude fregatten zonder kanon en acht u het waarschijnlijk dat het kanon van het laatst te bouwen fregat met opleverdatum 2041 reëel is? |
21 | Loopt het vervangingsproces voor de LC-fregatten op schema, aangezien deze in de loop van de jaren ’30 aan vervanging toe zijn? |
22 | Klopt het dat het dreigingsbeeld niet veranderd is sinds de bouw van de huidige klasse LC-fregatten? |
23 | In hoeverre is de verdediging/bewapening van de LC-fregatten nog opgewassen tegen moderne dreigingen? |
24 | Komt de vervanging van het type rakketten op de huidige LC-fregatten op tijd? |
25 | Welke methode van concurrentiestelling gaat Defensie toepassen bij de keuze van de raketbewapening? |
26 | Kunt u de maritieme operationele concepten duiden die u in de analyse ten behoeve van de kwalitatieve behoeftestelling gebruikt heeft om tot de kwalitatieve behoeftestelling in deze A-brief te komen? |
27 | Welke omgevingsfactoren wat betreft dreiging en toekomstig optreden zijn volgens u wezenlijk veranderd de afgelopen 25 jaar en op welke wijze heeft dat invloed gehad op de kwalitatieve behoeftestelling? |
28 | Houdt u rekening met de inzet van een nieuw LC-fregat in de Pacific en welke implicaties heeft dat met betrekking tot een mogelijk Taiwan scenario? |
29 | Heeft u scenario’s ontwikkeld met betrekking tot de «future operating environment», de dreiging en het toekomstige maritieme optreden om vast te stellen welke kwaliteit en kwantiteit Defensie nodig heeft met betrekking tot maritieme luchtverdediging en commandovoering? Zo ja, kunt u de scenario’s met de Kamer delen en uitleggen op welke wijze de scenario’s tot de keuzes in de A-brief hebben geleid? |
30 | Is men aan het onderzoeken of HYDIS en HYDEF tegen de tijd van de B-brief en D-brief ver genoeg zijn om te kiezen voor de bewapening? Of zoekt men alternatieven? |
31 | Is de nieuwe LCF het beste middel tegen onderzeeboten of is dit puur een capaciteit naast dat andere schepen als Anti-Submarine Warfare Frigate (ASWF) dat als hoofdtaak hebben? Kortom, wordt dit een specialiteit of een neventaak? |
32 | Zijn twee inzetbare LCF’s tegelijkertijd genoeg? Heeft de marine ooit behoefte gehad aan meer inzetten tegelijkertijd die meer LCF’s vragen? |
33 | Hoe wordt er voorkomen dat er tijdelijk niet minder LC-fregatten beschikbaar zijn dan het huidige aantal van vier? |
34 | Welke opties overweegt Defensie indien de LC-fregatten eerder dan gepland aan vervanging toe zijn? |
35 | In hoeverre is de focus op Europese strategische autonomie nieuw in de vervanging van de LC-fregatten? |
36 | Hoe voorziet u het optreden van de Marine in de toekomst en op welke wijze vullen de beoogde LC-fregatten daar een rol in? |
37 | Hoe bent u tot de kwantitatieve behoefte gekomen van vier LC-fregatten? Is dat enkel gebaseerd op een op een vervangen? |
38 | Welke maritieme luchtverdediging en commandovoeringscapaciteit vraagt de NAVO met het Defence Planning Process uit bij Nederland? |
39 | Worden er geen stappen gezet op het gebied van autonome systemen, aangezien er in de kwalitatieve behoefte van de fregatten niet wordt gesproken over drones op, onder of in het water? |
40 | Hoeveel kleinere bedrijven zijn er in de toeleveringsketen betrokken bij Thales en Damen als genoemde partners? |
41 | Wanneer verwacht het kabinet meer te kunnen zeggen over het bouwen van casco’s in Nederland? Wat voor voordelen en nadelen heeft dat en wat zijn de nadere besluitvormingspunten die vereist zouden zijn? |
42 | Welke lopende defensieorders liggen al bij Damen Naval? |
43 | Welke mogelijkheden zijn er voor Defensie om een juiste balans te vinden tussen genoemde criteria? |
44 | Welke verdeling van werkzaamheden beoogt u bij de alliantie van Thales en Damen? |
45 | In hoeverre sluit de kwalitatieve en kwantitatieve behoefte uit de A-brief aan bij de NAVO-behoefte? Is er sprake van een delta? |
46 | Verwacht u met twee fregatten in de vaart aan de toekomstige vraag van de NAVO en de EU te kunnen voldoen, aangezien de kwantitatieve behoefte is gesteld op vier fregatten om zodoende te allen tijde twee fregatten in de vaart te hebben? |
47 | Kunt u aangeven in hoeverre de te verwerven ASW-fregatten de taken van de te verwerven LC-fregatten kunnen overnemen en omgekeerd? |
48 | Kunt u aangeven hoe groot het aandeel van Nederlandse industriële participatie in de ESSM block 2 raketten is? |
49 | Hoe wordt er gezorgd voor maximale Nederlandse participatie en maximale kwaliteit en veiligheid voor ons Defensiepersoneel? |
50 | Hoe wordt harmonisatie nagestreefd met NAVO-landen in het kader van de vervanging van de LC-fregatten? |
51 | In welke concrete fase bevinden Denemarken, Duitsland en Noorwegen zich voor de vervanging van hun fregatten? |
52 | Welke initiatieven ontplooit u en wanneer om de Nederlandse maakindustrie gereed te krijgen om invulling te geven aan de beoogde Industriële Participatie? |
53 | Hoe ver op land moeten de 127 mm kanonnen doelen effectief kunnen raken? |
54 | Kan het kabinet toelichten of het klopt dat de oude LCF's zonder radar en kanonnen worden doorverkocht? Of worden ze verschroot? |
55 | Wat zijn de verwachte kosten en baten van de APAR radars en 127mm kanonnen niet overzetten, nieuwe kopen voor de nieuwe LCF’s en dan de oude LCF's wel met deze systemen kunnen doorverkopen aan bevriende landen? |
56 | Bent u bereid om het onderhoud en de instandhouding onder dezelfde voorwaarden te stellen als de ontwikkeling en bouw, aangezien er in de A-brief niet wordt gesproken over onderhoud? |
57 | In hoeverre vervult de nieuwe LC-klasse fregatten een rol in het beschermen van onze belangen op de Noordzee? |
58 | Kunt u een inschatting geven hoeveel het totale budget ongeveer omvat, zodat de Kamer de investering in LC-fregatten kan wegen op het totale investeringsbudget van Defensie? |
59 | Wat wordt het leidende principe met betrekking tot de naamgeving van de LC-fregatten? |
60 | Kunt u aangeven in hoeverre het Commando Materieel en IT in staat is alle maritieme projecten parallel van elkaar in te kopen? |
61 | Welk percentage van het budget voor de LC-fregatten verwacht u te moeten reserveren voor de inhuur inkoopproces? |
62 | Met de vervanging van zo ongeveer de hele vloot, welke initiatieven verwacht u te ontplooien om de interoperabiliteit te waarborgen, aangezien dat een NAVO prioriteit is, zodat Nederlandse capaciteiten en maritieme capaciteiten van andere landen samen kunnen werken? |
63 | Met de vervangen van zo ongeveer de gehele Nederlandse vloot, welk «lessons learned» systeem zet u in om ervaringen in ontwerp, bouw en gebruik uit eerdere vervangingsprojecten te kapitaliseren? |