[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Aanbieding rapporten ‘Ontwikkel het Stagefonds door’ en ‘Evaluatieonderzoek Experiment Art. 36a Wet BIG’

Arbeidsmarktbeleid en opleidingen zorgsector

Brief regering

Nummer: 2024D15163, datum: 2024-04-15, bijgewerkt: 2024-04-18 14:09, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29282-573).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29282 -573 Arbeidsmarktbeleid en opleidingen zorgsector.

Onderdeel van zaak 2024Z06568:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

29 282 Arbeidsmarktbeleid en opleidingen zorgsector

Nr. 573 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 april 2024

Hierbij stuur ik u het rapport «Ontwikkel het Stagefonds1 door, verkenning vergoeding stagebegeleiding» (zie bijlage 1). In deze brief geef ik aan wat ik van plan ben om te doen met dit rapport.

In het Integraal Zorgakkoord (IZA) 2022 zijn afspraken gemaakt om de zorg toegankelijk, van goede kwaliteit en betaalbaar te houden. Eén van deze afspraken is om te verkennen of een vergoeding voor stagebegeleiding via een beschikbaarheidbijdrage mogelijk is.

De afgelopen periode heeft SiRM in opdracht van het Ministerie van VWS en met betrokkenheid van de NZa verkend hoe de bekostiging van stagebegeleiding optimaal en kostendekkend kan worden vormgegeven. Tevens is op verzoek van VWS en de NZa door SiRM ook breder verkend op welke wijze een kostendekkende vergoeding voor stagebegeleiding gerealiseerd kan worden, hetgeen heeft geleid tot het rapport «Ontwikkel het Stagefonds door, verkenning vergoeding stagebegeleiding» van SiRM. Bijgaand treft u het rapport aan. Omdat in het rapport wordt verwezen naar een reactie van Zorginstituut Nederland op een vraag, treft u deze voor de volledigheid eveneens bijgevoegd aan (zie bijlage 2). In het rapport van SiRM wordt geconcludeerd dat een vergoeding via de beschikbaarheidbijdrage of via aparte prestaties en tarieven onmogelijk is. Een bekostiging van de stages binnen de door gemeenten gefinancierde domeinen wordt als onwenselijk gezien, vanwege de stijgende uitvoerings- en administratieve lasten en twijfels over de doelmatigheid. Bovendien is er sectorbreed weinig draagvlak voor andere vormen van bekostiging, zoals via O&O-fondsen.

De komende tijd ga ik met partijen binnen het Bestuurlijk Overleg Arbeidsmarkt in overleg hoe ik vervolg kan geven aan de uitkomsten van het onderzoek, zoals weergegeven in het rapport. Hierbij houd ik ook rekening met het gegeven dat, ten behoeve van het verminderen van verantwoordingslast, het goed zou zijn als er minder regelingen zouden bestaan. Zoals eerder aangegeven in mijn brief van 6 juli 20232 is het mijn voornemen dat er een nieuw financieel arrangement voor het programma TAZ komt, waarin de regelingen en middelen KIPZ en Stagefonds en de middelen van SPP zullen opgaan. Door te werken met één instrumentarium met op elkaar afgestemde criteria in het kader van opleiden en arbeidsmarkt kan er meer gelijkheid en samenwerking in zorg en welzijn ontstaan. Op dit moment bestaan er namelijk meerdere subsidies die opleiden in de zorg ondersteunen, zijnde de subsidieregelingen Kwaliteitsimpuls Personeel Ziekenhuiszorg (KIPZ) en Stageplaatsen Zorg II (Stagefonds) en de subsidie Sectorplan Plus (SPP). Echter, merk ik dat er behoefte is aan meer structuur, logica en gelijkheid in deze regelingen om samenwerking te stimuleren.

Om de continuïteit van het opleiden in specifieke branches van de sector zorg en welzijn te waarborgen, werk ik voor de komende twee jaar als aanvulling op het onderdeel Strategisch Opleiden aan het onderdeel Regulier Opleiden van het TAZ-instrumentarium. De subsidieregeling Stagefonds zal hierin opgaan, tezamen met een deel van de middelen van de subsidieregeling KIPZ en de SPP. Over de nadere uitwerking van de twee regelingen ben ik in gesprek met het veld. Bovengenoemd rapport zal hierin worden meegenomen. Ik verwacht u na de zomer nader te kunnen informeren over de uitwerking van het TAZ-instrumentarium.

Tevens wordt hiernaast verkend hoe, na afloop van de looptijd van het TAZ-instrumentarium (Strategisch Opleiden en Regulier Opleiden), er een eenduidige toekomstbestendige bekostiging vormgegeven kan worden ten behoeve van een tegemoetkoming voor werkgeverslasten bij (specifieke) initiële opleidingen. Hoe vervolg gegeven kan worden aan deze verkenning is aan een volgend kabinet.

Tot slot stuur ik u hierbij ter informatie namens de Minister voor Medische Zorg het eindrapport «Evaluatieonderzoek Experiment Art. 36a Wet BIG Geregistreerd-mondhygiënist» dat is uitgevoerd door het Evaluatieteam Taakherschikking van het Maastricht UMC+ (zie bijlage 3). Aankomende periode zal besluitvorming worden voorbereid. De definitieve besluitvorming wordt aan een nieuw kabinet overgelaten.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
C. Helder


  1. De subsidieregeling Stageplaatsen Zorg II (Stagefonds) biedt een tegemoetkoming aan aanbieders die zorg en welzijn leveren op basis van de Zorgverzekeringswet (Zvw), Wet langdurige zorg (Wlz), Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), Jeugdwet en/of Wet publieke gezondheid (Wpg).↩︎

  2. Kamerstuk 29 282, nr. 533.↩︎