[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Voorhang ontwerpbesluit Verzamelbesluit Besluit bouwwerken leefomgeving 2024

Bouwregelgeving

Brief regering

Nummer: 2024D18196, datum: 2024-05-07, bijgewerkt: 2024-05-15 08:27, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-28325-269).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 28325 -269 Bouwregelgeving.

Onderdeel van zaak 2024Z07860:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

28 325 Bouwregelgeving

Nr. 269 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 mei 2024

Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit tot wijziging van het Besluit bouwwerken leefomgeving in verband met de invoering van regels over verblijfsvoorzieningen voor bouwwerkafhankelijke beschermde diersoorten, uitbreiding van de verplichting van CO2-meters in scholen, wijziging van de regels voor droge blusleidingen en toegankelijkheidseisen van gebouwen en verduidelijking van de regels voor vergunningplichtige gevallen bouwactiviteit (Verzamelbesluit Besluit bouwwerken leefomgeving 2024). Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerp-nota van toelichting.

De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure in artikel 23.5 van de Omgevingswet en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.

Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd.

Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.M. de Jonge