Motie van het lid Kathmann over een juridische grondslag ontwikkelen met kaders voor het gebruik van gezichtsherkenning door de politie en de mate waarin andere rechten mogen worden ingeperkt
Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
Motie
Nummer: 2024D19672, datum: 2024-05-16, bijgewerkt: 2024-05-17 13:38, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-26643-1172).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B.C. Kathmann, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van kamerstukdossier 26643 -1172 Informatie- en communicatietechnologie (ICT).
Onderdeel van zaak 2024Z08422:
- Indiener: B.C. Kathmann, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2024-05-16 16:30: Tweeminutendebat Inzet algoritmes en data-ethiek (CD 17/4) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
- 2024-05-21 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
- 2024-09-03 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-11-27 13:39: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)
Nr. 1172 MOTIE VAN HET LID KATHMANN
Voorgesteld 16 mei 2024
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de politie gebruikmaakt van gezichtsherkenningssoftware conform een zelf opgesteld «inzetkader gezichtsherkenningstechnologie», maar een formele juridische grondslag nog altijd ontbreekt;
constaterende dat uit de AVG reeds volgt dat de persoonlijke levenssfeer slechts per wet mag worden beperkt en hier een juridische grondslag voor nodig is;
van mening dat de belangenafweging voor het proportioneel inzetten van gezichtsherkenning een zware politieke keuze betreft en deze democratisch vastgestelde kaders vereist;
verzoekt de regering om een juridische grondslag te ontwikkelen met kaders voor het gebruik van gezichtsherkenning door de politie en de mate waarin andere rechten mogen worden ingeperkt;
verzoekt de regering om te bevorderen dat het gebruik van gezichtsherkenning bij de politie altijd is voorzien van een juridische grondslag, uitbreidingen zonder grondslag niet toe te staan, en nieuwe toepassingen verplicht op te nemen in het Algoritmeregister,
en gaat over tot de orde van de dag.
Kathmann