Verslag houdende een lijst van vragen inzake Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)(Kamerstuk 36550-VIII)
Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Lijst van vragen
Nummer: 2024D20020, datum: 2024-05-17, bijgewerkt: 2024-06-04 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2024D20020).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I.J.M. Michon-Derkzen, voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VVD)
- Mede ondertekenaar: M.H.M. Huls, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2024Z06223:
- Indiener: R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Medeindiener: M.L.J. Paul, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-04-16 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-05-17 12:00: Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-05-23 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-06-20 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-06-25 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
2024D20020 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap belast met het voorbereidend onderzoek van het wetsvoorstel inzake de Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen in de vorm van een lijst van vragen.
De fungerend voorzitter van de commissie,
Michon-Derkzen
Adjunct-griffier van de commissie,
Huls
Nr | Vraag |
1 | Volgen de salarissen in het onderwijs volledig de contractloonontwikkeling in de markt? Wordt de volledige loonruimte beschikbaar gesteld voor het onderwijs? |
2 | Is de incidentele loonontwikkeling ook onderdeel van de volledige loon- en prijsbijstelling voor 2024? |
3 | In hoeverre worden de ruimtebrieven tegenwoordig inzichtelijk gemaakt voor alle sociale partners? |
4 | In hoeverre staan de uitgaven van het Nationaal Groeifonds vast voor de komende jaren? Wat betekent het schrappen van het Nationaal Groeifonds door het aanstaande kabinet voor de investeringen in het onderwijs? |
5 | Krijgen de meevallers op de onderwijsbegroting ook allemaal een bestemming op de onderwijsbegroting? |
6 | Hoeveel geld is er vanuit het Nationaal Groeifonds bedoeld vrijgemaakt voor de Nationale Aanpak Professionalisering van Leraren? Wat heeft dit opgeleverd? |
7 | Op basis van welke factoren worden de verwachte aantallen leerlingen en studenten berekend en wat is de reden dat het dit jaar verschilt met het daadwerkelijke aantal? |
8 | Hoe wordt in het beleid en de bekostiging van onderwijsinstellingen rekening gehouden met de leerlingen- en studentendaling op de langere termijn? |
9 | Waardoor halen veel minder mensen binnen de gestelde tijd hun diploma, aangezien er circa € 11,6 miljoen minder nodig is dan verwacht voor het omzetten van prestatiebeurzen naar giften? |
10 | Waaruit bestaat de openstaande verplichting op het budget bekostiging aan Oekraïense nieuwkomers ter hoogte van € 23,8 miljoen? |
11 | Hoeveel extra leraren heeft de Regeling zij-instroom opgeleverd? Is er bekend hoeveel potentieel er nog zit aan het aantal zij-instromers? Hoeveel extra aanvragen zijn er gedaan? |
12 | Vanuit welke posten worden de middelen voor het masterplan Campus Groningen geëxtensiveerd op de artikelen 6 en 7? |
13 | Wat is de bestemming van de overige € 3,6 miljoen die vrijvalt vanuit de Convenanten G5 in 2025 nadat cumulatief € 14,8 miljoen in 2024 en 2025 is ingezet voor de ophoging van het budget voor de Regeling zij-instroom? |
14 | Wat is de reden dat bij twee NGF-projecten de middelen naar achteren worden geschoven (de Biotech booster en het NGF Collectief Laaggeletterdheid)? |
15 | Voor welke begrotingsproblematiek wordt € 48,4 miljoen ingezet? |
16 | Kunt u toelichten welke programma’s voor cultuur in de Oekraïne zijn gefinancierd, hoe «kennisopbouw» en «samenwerking» exact zijn vormgegeven, wat de precieze financiële stromen zijn en wat de toegevoegde waarde van deze programma’s is voor het behoud en versterken van de Nederlandse identiteit en cultuur? |
17 | Wat valt onder niet-relevante sf1-raming en wat valt onder de reguliere sf-raming en hoe verhouden deze budgetten zich tot elkaar? |
18 | Hoeveel studenten zijn er minder gaan studeren dan verwacht en hoeveel wordt er gemiddeld minder geleend, aangezien er een meevaller is van € 1,1 miljard op de niet-relevante sf-raming door een lager aantal studenten en doordat er minder wordt geleend? |
19 | Hoeveel resterende middelen zijn er vrijgevallen bij de beëindiging van het Nationaal Programma Onderwijs en wat is de bestemming van deze middelen? |
20 | Kon worden geanticipeerd op de relevante renteontvangsten, die tegenvallen doordat er bij de vorige raming geen rekening was gehouden met het deel van de studenten voor wie er wel rente wordt gerekend, maar nog niet hoeft af te lossen? |
21 | Kon worden geanticipeerd op een structurele tegenvaller van € 22,2 miljoen, veroorzaakt door een tegenvaller op de lesgeldontvangsten? |
22 | Is bekend wat de reden is dat steeds meer studenten het lesgeld in termijnen betalen? |
23 | Hoe veel leerlingen en scholen ontvangen nu de schoolmaaltijden? |
24 | Wanneer lopen de schoolmaaltijden af wanneer deze niet verlengd worden, zoals nu het geval is? |
25 | Wat is de reden dat de aanvullende bekostiging op artikel 1 in de jaren 2025 t/m 2028 wordt verlaagd? |
26 | Waarvoor wordt de circa € 127 miljoen ingezet, die in 2026 wordt gealloceerd vanuit basisvaardigheden in artikel 1.2? Gaat het hier (deels) om een bijstelling naar beneden? |
27 | Wat zijn de belangrijkste en de meest bekostigde overige subsidies, waarvoor € 23,8 miljoen extra wordt vrijgemaakt in artikel 1.2? |
28 | In hoeverre voldoen de coördinatoren van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, die per school een basisteam voor verbetering basisvaardigheden samenstellen en die bestaan sinds september 2022, inmiddels aan de eisen die de Minister wenst te stellen aan de regulering van de onderwijsadviesbranche? |
29 | Waarvoor wordt de circa € 75 miljoen ingezet, die in 2026 wordt gealloceerd vanuit basisvaardigheden in artikel 3.2? Of gaat het (deels) om een bijstelling naar beneden? |
30 | Wat zijn de belangrijkste en de meest bekostigde overige subsidies, waarvoor € 17,3 miljoen extra wordt vrijgemaakt in artikel 3.2? |
31 | Vanaf wanneer kunnen leerlingen in het praktijkonderwijs hun reiskosten vergoed krijgen? Op welke manier wordt het geld verdeeld? |
32 | Waarvoor wordt de circa € 11,8 miljoen ingezet, die in 2024 wordt gealloceerd vanuit het College voor Toetsen en Examens in artikel 4.5? Gaat het hier (deels) om een bijstelling naar beneden? |
33 | Wat is de reden dat de bekostiging van het onderwijsdeel van hogescholen op artikel 6 in de jaren 2027 en 2028 wordt verlaagd? |
34 | Waarvoor wordt de circa € 22 miljoen ingezet die in 2024 extra is vrijgemaakt voor het studievoorschot kwaliteitsafspraken in artikel 6.1 en waarom was dit extra budget nodig? |
35 | Waarvoor wordt de circa € 12,9 miljoen euro ingezet die in 2024 extra is vrijgemaakt voor het studievoorschot kwaliteitsafspraken in artikel 7.1 en waarom was dit extra budget nodig? |
36 | Kunt u inzake «incidentele subsidies voor het uitwisselen van cultuur», toelichten wat wordt verstaan onder «uitwisselen van cultuur» alsmede wat hiervan de meerwaarde is voor het behoud en versterken van de Nederlandse identiteit en cultuur? |
37 | Waarom worden de overige subsidies op artikel 9 in de jaren 2026 t/m 2028 met jaarlijks € 735.000,– verlaagd? |
38 | Waarom worden op artikelen 11 en 12 de uitgaven op diverse posten in de jaren 2025 t/m 2028 verlaagd? |
39 | Wat zijn de verwachtingen rondom de kosten van het studentenreisproduct, nu het budget kosten OV2-contract met € 120,3 miljoen is verlaagd? |
40 | Kan nader worden toegelicht hoe de tegenvaller bij DUO3 (het bedrag van € 18,9 miljoen) is verdeeld tussen de huisvesting, het voldoen aan wet- en regelgeving en ICT-systemen? |
41 | Kan de Minister inzake de subsidies voor «Internationaal cultuurbeleid (incl. HGIS)» aangeven waar de stijging van € 569.000 door wordt veroorzaakt? |
42 | Kunt u aangeven wat de meerkosten bij de aankoop van rechten voor uitzendingen van de zogenaamde superevenementen en de Olympische Spelen heeft veroorzaakt alsmede welke regels er zijn m.b.t. de aankoop van rechten voor uitzendingen van «superevenementen»? |
43 | Kunt u aangeven wat de herpositionering en duurzame borging van de archief- en bibliotheekfunctie op het gebied van gendergelijkheid precies omvat en waar de kosten van € 1 miljoen precies uit zijn opgebouwd? |
44 | Waarom is er een neergang in de doorstroom richting hbo4? |
45 | Waarom hebben geboorteprognoses van het CBS5 nu al effect op de ramingen t/m 2029? |
46 | Hoe kon het bedrag van € 89 miljoen voor «school en omgeving», dat nu als meevaller wordt gerekend, onbedoeld uit worden gekeerd? Wat is er met het geld gebeurd? Hoe is er controle op de besteding van dit geld? |
1 sf: studiefinanciering 2 OV: openbaar vervoer 3 DUO: Dienst Uitvoering Onderwijs 4 hbo: hoger beroepsonderwijs 5 CBS: Centraal Bureau voor de Statistiek |