Uitstel beantwoording vragen van het lid Sneller over het ACM-onderzoek naar de spaarmarkt
Mededeling (uitstel antwoord)
Nummer: 2024D26426, datum: 2024-06-21, bijgewerkt: 2024-10-01 16:00, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20232024-2038).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.P.R.A. van Weyenberg, minister van Financiën (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van zaak 2024Z10576:
- Gericht aan: M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Gericht aan: S.P.R.A. van Weyenberg, minister van Financiën
- Indiener: J.C. Sneller, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
2038
Vragen van het lid Sneller (D66) aan de Ministers van Financiën en van Economische Zaken en Klimaat over het rapport ACM naar aanleiding van de lage spaarrentes bij banken (ingezonden 14 juni 2024).
Mededeling van Minister Van Weyenberg (Financiën) (ontvangen 21 juni 2024).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het rapport van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) over de achterblijvende spaarrentes van Nederlandse banken, dat door uw voorganger, Minister Kaag, is gevraagd?1
Vraag 2
Deelt u de conclusies uit het ACM-rapport dat er sprake is van onvoldoende concurrentiedruk tussen banken in Nederland? Hoe duidt u de appreciatie die ACM eraan geeft, namelijk dat er sprake zou zijn van een «stilzwijgende afstemming» tussen banken? Kunt u daar een analyse van geven?
Vraag 3
Kunt u aangeven wat de analyse van het Ministerie van Financiën is waarom de spaarrentes van Nederlandse banken achterblijven ten opzichte van banken in andere Europese landen, bijvoorbeeld in Duitsland, Italië, Frankrijk en Spanje?
Vraag 4
In hoeverre speelt marktwerking hierin een rol, dus de inrichting van het bankenlandschap in deze landen versus hoe het in Nederland is ingericht met een paar grote systeembanken en een paar kleinere banken?
Vraag 5
In hoeverre heeft het ontbreken van concurrentiedruk volgens u te maken met het aantal (spaar)banken dat actief is in Nederland?
Vraag 6
Deelt u de mening dat een sterkere Europese kapitaalmarkt ervoor zou zorgen dat Europese (spaar)banken beter concurreren? Deelt u de mening dat spaarders en consumenten hier veel baat bij hebben, omdat door betere concurrentie de rentes omlaag gaan?
Vraag 7
Hoe kijkt u aan tegen de conclusie van de ACM om hun toezichtstaak wettelijk te verstevigen, zodat de ACM beter in kan grijpen in dit soort situaties?
Vraag 8
Deelt u de analyse dat de transparantie van banken kan worden verbeterd? Kunt u aangeven wat het Ministerie van Financiën kan doen om dit te bevorderen?
Vraag 9
Sinds 2011 zijn er al meerdere moties ingediend, onder andere door het lid Koolmees2, over nummerportabiliteit, waarbij uit onderzoek blijkt dat de overstapkans significant toeneemt3. Deelt u de analyse dat het makkelijker zou moeten worden voor spaarders en consumenten om hun IBAN-nummer mee te nemen naar een nieuwe bank en dat het overstappen hierdoor wordt vergemakkelijkt? Kunt u in beeld brengen welke stappen er tot nu toe zijn genomen, door dit en vorige kabinetten, om nummerportabiliteit verder te brengen?
Vraag 10
Kunt u aangeven wat u als Minister van Financiën doet om dit mogelijk te maken? Welke afspraken kunt u hier Europees niveau over maken? Welke vervolgstappen zou u een volgend Kabinet mee geven?
Vraag 11
Deelt u de analyse dat het loskoppelen van de betaal- en spaarrekening het overstappen voor spaarders en consumenten zou vergemakkelijken? Kunt u aangeven wat u als Minister van Financiën doet om dit mogelijk te maken? Welke afspraken kunt u hier Europees niveau over maken?
Mededeling
De schriftelijke vragen van het lid Sneller (D66) over het ACM-onderzoek naar de spaarmarkt (kenmerk 2024Z10576), ingezonden op 14 juni 2024, kunnen met het oog op een zorgvuldige en volledige beantwoording niet binnen de gebruikelijke termijn van drie weken worden beantwoord. Gelet op de nauwe samenhang met de eerder aan uw Kamer toegezegde appreciatie van het ACM-rapport, streef ik er naar de beantwoording van deze Kamervragen gelijktijdig met een appreciatie van het ACM-rapport, kort na het zomerreces, met uw Kamer te delen.
ACM, 28 mei 2024, «ACM: Spaarrentes blijven achter door te weinig concurrentie» (https://www.acm.nl/nl/publicaties/acm-spaarrentes-blijven-achter-door-te-weinig-concurrentie).↩︎
Onder andere: Kamerstuk 31 980, nr. 29 en Kamerstuk 31 789, nr. 60.↩︎
Kamerstuk 27 863, nr. 67 (https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-27863-67.html).↩︎