[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Voortgang NIMH-verificatieonderzoeken dienst- en bevelweigeraars voormalig Nederlands-Indië

Indonesië

Brief regering

Nummer: 2024D27580, datum: 2024-06-28, bijgewerkt: 2024-08-15 14:45, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-26049-122).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 26049 -122 Indonesië.

Onderdeel van zaak 2024Z11513:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

26 049 Indonesië

Nr. 122 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 juni 2024

Op 14 juni 2023 vond in uw Kamer het debat plaats over het onderzoeksprogramma Onafhankelijkheid, Dekolonisatie, Geweld en Oorlog in Indonesië 1945–1949 en de kabinetsreactie op de slotconclusies van dit onderzoek met de Minister-President, de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Defensie. In de kabinetsreactie wordt de mogelijkheid geboden voor de rehabilitatie van bepaalde groepen dienst- en bevelweigeraars. Dit op basis van verificatieonderzoek uitgevoerd door het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH).

Graag informeer ik u hierbij dat het NIMH meerdere aanvragen voor verificatieonderzoek heeft ontvangen. Op het gebied van bevelweigering heb ik uw Kamer op 13 mei 2024 geïnformeerd (Kamerstuk 26 049, nr. 121) over de rehabilitatie van drie mariniers, de zogenaamde Pakisaji-zaak. Ook heeft het NIMH een tweetal onderzoeken afgerond naar dienstweigering. Alhoewel in beide gevallen uit het onderzoek niet kan worden vastgesteld dat de dienstweigering destijds was gebaseerd op kennis over de toepassing van extreem geweld, wordt wel veel duidelijk over de persoonlijke omstandigheden waaronder dienst werd geweigerd en de hardvochtige behandeling nadien. Het daardoor veroorzaakte leed is onomkeerbaar en de betrokkenen en hun nabestaanden vallen daarvoor dan ook excuses ten deel. Deze heb ik per brief aan de nabestaanden doen toekomen, evenals het onderliggende verificatieonderzoek. Momenteel zijn nog een tiental zaken van dienstweigering bij het NIMH in onderzoek.

In lijn met mijn toezegging (TZ202307-049) aan de heer Dassen (Volt) zal het Ministerie van Defensie in nauwe samenwerking met het NIMH de mogelijkheid tot aanvraag van verificatieonderzoek naar mogelijke dienst- of bevelweigering op passende wijze onder de aandacht blijven brengen. Als Minister van Defensie hecht ik eraan dat dit zorgvuldig gebeurt. Zeker gezien de emoties die deze zeer bewogen periode kan oproepen, bij betrokkenen, hun nabestaanden en niet in de laatste plaats bij Indië-veteranen.

De Minister van Defensie,
K.H. Ollongren