Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2023-2024

21 501-31 Raad voor de Werkgelegenheid, Sociaal Beleid, Volksgezondheid en Consumentenzaken

Nr. 762 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 juli 2024

Hierbij ontvangt u het Verslag van de Formele Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid van 16 juli jl. te Brussel.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Y.J. van Hijum

Verslag Formele Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid van 16 juli 2024 te Brussel

Op de agenda van de Formele Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid van 16 juli jl. stonden twee beleidsdebatten en de aanname van een opinie van het Werkgelegenheidscomité (Employment Committee, EMCO) en het Sociale Beschermingscomité (Social Protection Committee, SPC) geagendeerd. Nederland werd op ambtelijk niveau vertegenwoordigd, gezien de relatief lichte agenda.

Agendapunt: Europees Semester en beleidsdebat arbeidsmarkttekorten en vaardigheden

De Raad heeft van gedachten gewisseld over het Lentepakket dat in het kader van het Europees Semester is gepubliceerd. Lidstaten hebben stilgestaan bij de werkgelegenheids- en sociale beleidsaspecten van de landspecifieke aanbevelingen (LSA’s), en in het bijzonder bij het aanpakken van tekorten aan arbeidskrachten en vaardigheden in de EU.

De lidstaten onderschreven het belang van het adresseren van uitdagingen met betrekking tot arbeidsmarkttekorten en vaardigheden in het licht van het concurrentievermogen van de Unie. Nationale hervormingen en investeringen, die mede in het kader van de Nationale Hervormingsplannen plaatsvinden, kunnen hieraan bijdragen. Veel lidstaten wezen op het belang van het voorzien in banen van hoogwaardige kwaliteit en het creëren van de juiste arbeidsvoorwaarden- en omstandigheden, waaronder mogelijkheden voor eenieder om opleidingen te volgen. Lidstaten vroegen eveneens aandacht voor ondervertegenwoordigde en kwetsbare groepen op de arbeidsmarkt, waaronder vrouwen, pensioengerechtigden en personen met een handicap.

Nederland heeft ingebracht dat het aanpakken van arbeidsmarkttekorten niet alleen in het belang is van de Europese economieën, maar ook van onze samenlevingen als geheel. Werk zorgt ervoor dat mensen in hun levensonderhoud kunnen voorzien, biedt mogelijkheden tot zelfontplooiing en draagt bij aan de sociale cohesie. Nederland heeft toegelicht dat er belangrijke uitdagingen zijn met betrekking tot de grote vraag naar werknemers met de juiste vaardigheden en het verhogen van de participatiegraad van moeilijk bereikbare groepen. Met betrekking tot het bevorderen van om- en bijscholing heeft Nederland aandacht gevraagd voor een brede leercultuur en het belang van leven lang leren, inclusief informeel leren. Daarnaast heeft Nederland onder de aandacht gebracht dat in het Hoofdlijnenakkoord het streven is uitgesproken dat werken meer loont, hetgeen een extra impuls kan geven aan de arbeidsmarktparticipatie.

De Raad heeft vervolgens een opinie van EMCO en SPC over de Europees Semester cyclus aangenomen.

Agendapunt: Beleidsdebat arbeidsmarktparticipatie personen met een handicap

De Raad wisselde van gedachten over de sociale inclusie van personen met een handicap op EU- en nationaal niveau en de ondersteuning van (re)integratie op de arbeidsmarkt.

Lidstaten benoemden dat het bevorderen van de arbeidsmarktparticipatie van personen met een handicap in het belang is van het versterken van het concurrentievermogen van de EU-economie en het aanpakken van de uitdagingen van de vergrijzing en het tekort aan arbeidskrachten. Dit is eveneens belangrijk omdat werkgelegenheid van groot belang is voor het bevorderen van de sociale inclusie van personen met een handicap. Lidstaten verwelkomden in dit licht ook de door de Commissie in 2021 gepubliceerde Europese strategie voor rechten van personen met een handicap 2021–2030. Aanvullend noemden lidstaten initiatieven die zij nationaal namen om de arbeidsmarktparticipatie van personen met een handicap te bevorderen, waaronder het bieden van goede arbeidsomstandigheden, passende om- en bijscholing, het bieden van goede randvoorwaarden en voorzieningen, en het creëren van bewustwording. Daarnaast benoemden lidstaten het belang van het uitwisselen van goede praktijken onderling.

Nederland heeft eveneens onderstreept dat werkgelegenheid één van de belangrijkste instrumenten is in het bevorderen van de sociale inclusie van personen met een handicap. Iedereen heeft recht op gelijke kansen en ondersteuning om te kunnen participeren op de arbeidsmarkt, of men nu een beperking heeft of niet. Nederland heeft toegelicht dat het kabinet in 2023 samen met vele partners gewerkt heeft aan de totstandkoming van een meerjarige nationale strategie om de ambities van het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap te implementeren. Nederland heeft vervolgens enkele voorbeelden van maatregelen uit de nationale strategie genoemd, waaronder de Banenafspraak om extra banen te creëren, het Breed Offensief om drempels op de arbeidsmarkt weg te nemen, Simpel Switchen om de overgangen tussen uitkering en (betaald) werk (en vice versa) te versoepelen en het Sociaal Innovatiefonds om inclusief werkgeverschap te stimuleren.