[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Geannoteerde agenda informele Landbouwraad 8-10 september 2024 (Boedapest)

Landbouw- en Visserijraad

Brief regering

Nummer: 2024D30619, datum: 2024-08-27, bijgewerkt: 2024-09-02 14:34, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-32-1666).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 21501 32-1666 Landbouw- en Visserijraad.

Onderdeel van zaak 2024Z12581:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 1666 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, VISSERIJ, VOEDSELZEKERHEID EN NATUUR

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 augustus 2024

Van 8–10 september a.s. vindt de informele Landbouwraad (hierna: de informele Raad) plaats in Boedapest, Hongarije. Tijdens de informele Raad zal een gedachtewisseling plaatsvinden over de toekomst van het Europees Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Middels deze brief informeer ik de Kamer over de Nederlandse inbreng.

Informele Landbouwraad

Het Hongaarse voorzitterschap heeft de toekomst van het GLB geagendeerd voor de informele Raad. Naar verwachting publiceert de Europese Commissie (Commissie) in 2025 een voorstel voor de volgende GLB-periode (2028–2034), na publicatie van het voorstel voor het volgende Meerjarig Financieel Kader (MFK). Het Hongaarse voorzitterschap streeft ernaar om tijdens de Landbouw- en Visserijraad op 21–22 oktober a.s. Raadsconclusies aan te nemen over de toekomst van het GLB om hiermee sturing te geven aan hoe het GLB na 2028 aangepast zou moeten worden. De Kamer zal geïnformeerd worden over de Nederlandse inzet en het proces omtrent de Raadsconclusies middels de geannoteerde agenda en het verslag van de Landbouw- en Visserijraad in oktober.

Het voorzitterschap stelt de volgende onderwerpen centraal in de discussie tijdens de informele Raad: het verminderen van administratieve lasten, concurrentiekracht en een GLB dat «vriendelijker» is voor boeren (farmer-friendly). Specifiek vraagt het voorzitterschap hoe het nieuwe prestatiemodel kan worden verbeterd en welke regelingen moeten worden versterkt, hoe het GLB zowel kan blijven bijdragen aan de duurzame transitie als aan het concurrentievermogen van de agrarische sector, en hoe lidstaten aankijken tegen maatregelen voor preventie, risicomanagement en crisissituaties.

Het komende jaar zal ik de Nederlandse positiebepaling voor de volgende GLB-periode verder vormgeven in samenspraak met uw Kamer, medeoverheden en belanghebbenden. Daarin zal het regeerprogramma leidend zijn voor mij. Omdat in Brussel het nadenken over de vormgeving van het toekomstige GLB al in volle gang is, steun ik het voornemen van het Hongaarse voorzitterschap om tijdens zijn mandaat richting te geven aan de discussie tussen de lidstaten over de toekomst van het GLB. Het is verstandig om in een vroeg stadium beelden die leven te delen, zodat de Commissie deze mee kan nemen in het voorstel voor het toekomstige GLB dat zij gaat formuleren. Voor dat voorstel en voor de discussies over de toekomst van het GLB die nog zullen volgen, zal ook het in september a.s. verwachte rapport van de Commissie over de strategische dialoog over de toekomst van de landbouw een belangrijke rol spelen. Deze strategische dialoog met diverse stakeholders heeft de voorzitter van de Commissie begin dit jaar geïnitieerd in navolging op de boerenprotesten. Daarnaast heeft de voorzitter van de Commissie aangekondigd om in de eerste honderd dagen van de nieuwe Commissie te komen met een visie op voedsel en landbouw. Ook deze visie zal van belang zijn voor de vormgeving van het toekomstige GLB.

Ten algemene zal ik tijdens de informele Raad benoemen dat het GLB gericht moet zijn op de landbouw van de toekomst. Daarbij vind ik de volgende thema’s met name belangrijk: langetermijn concurrentievermogen, boereninkomen, innovatie, doelgerichtheid, plattelandsontwikkeling, een stabiel GLB, vereenvoudiging en uitvoerbaarheid. Het verminderen van de complexiteit en administratieve lasten van het GLB is een prioriteit. Dit is noodzakelijk voor de uitvoerbaarheid van het GLB. Ik wil daarbij de systematiek van de Nationaal Strategische Plannen (NSP’s) handhaven en verbeteren. Door de NSP’s hebben lidstaten zelf meer ruimte om te kiezen hoe ze de GLB-middelen besteden en kan de uitvoering beter aansluiten op de nationale geografische situatie.

Verder moet het GLB primair bijdragen aan de langetermijn veerkracht en weerbaarheid van de agrarische sector in de EU door in te zetten op innovatie en het versterken van het concurrentievermogen. Dit kan bereikt worden door een meer resultaatgericht GLB en door een uitbreiding van de doelgerichte betalingen, zoals de eco-regeling, het Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLb), regelingen voor kennis en innovatie, plattelandsontwikkeling en generatievernieuwing.

Naast het versterken van het concurrentievermogen en de economische weerbaarheid van boeren, is een vitaal landelijk gebied belangrijk. Daarom moet het toekomstige GLB blijven bijdragen aan plattelandsontwikkeling en behoud van cultuurlandschap. Het GLB moet daarnaast jongeren blijven ondersteunen die het agrarische vak willen leren en agrarisch ondernemer willen worden. Tot slot is het van belang om synergiën te zoeken tussen het GLB en andere Europese investeringsfondsen.

De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur,
F.M. Wiersma