Belastingverdragen
Schriftelijke vragen
Nummer: 2024D30760, datum: 2024-08-28, bijgewerkt: 2024-09-16 16:55, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2024Z12625).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S. Maatoug, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: L.C.J. Stultiens, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van zaak 2024Z12625:
- Gericht aan: F.L. Idsinga, staatssecretaris van Financiën
- Indiener: S. Maatoug, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: L.C.J. Stultiens, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2024Z12625
Vragen van de leden Maatoug en Stultiens (beiden GroenLinks-PvdA) aan de Staatssecretaris van Financiën over belastingverdragen (ingezonden 28 augustus 2024).
Vraag 1
Deelt u de mening dat de belastingverdragen die Nederland heeft met de laagbelastende jurisdicties (LBJ’s) Bahrein, Barbados en Panama afdoen aan de effectiviteit van de Wet bronbelasting 2021 vanwege de daarin opgenomen uitzondering voor verdragslanden?
Vraag 2
Bent u ervan op de hoogte dat de er bij de implementatie van de Wet bronbelasting 2021 is ingezet op volledige effectuering van de bronbelasting door heronderhandelingen van belastingverdragen met LBJ’s binnen een termijn van drie jaar op te starten en dat deze termijn sinds 1 januari 2024 is verstreken?
Vraag 3
Klopt het dat Bahrein en Barbados, zoals aangegeven in het jaarlijkse overzicht van onderhandelingen van belastingverdragen 2024, van plan zijn een winstbelasting van negen procent in te voeren? Kunt u aangeven of deze winstbelasting in beide landen algemeen zal gelden of dat er, voor zover u weet, sprake zal zijn van uitzonderingen en omzet- of winstdrempels?
Vraag 4
Deelt u de opvatting dat heronderhandeling van de belastingverdragen met Bahrein en Barbados alsnog op korte termijn noodzakelijk is als de aangekondigde winstbelastingen niet algemeen blijken te gaan gelden? Hoe lang mag dit wat u betreft maximaal nog duren (gelet op het feit dat de genoemde driejaarstermijn al is verstreken)?
Vraag 5
Bent u ervan op de hoogte dat Panama sinds 2017 (met een korte onderbreking) op de zwarte lijst voor belastingparadijzen van de Europese Unie staat en geen ambitie toont om daaraan iets te doen?
Vraag 6
Klopt het dat het belastingverdrag met Panama niet wordt heroverwogen vanwege «constructief contact» met Panama, zoals aangegeven in het jaarlijkse overzicht van onderhandelingen van belastingverdragen 2024? Kunt u toelichten waaruit dit «constructief contact» heeft bestaan en hoe dit zich verhoudt tot de niet-coöperatieve houding van Panama in Europees verband?
Vraag 7
Bent u zich ervan bewust dat de Wet bronbelasting 2021 is ingevoerd als «defensieve» maatregel richting landen op de hierboven genoemde zwarte lijst van de Europese Unie? Bent u van mening dat de Wet bronbelasting 2021 voldoende defensief uitwerkt ten aanzien van Panama, gegeven het feit dat er een uitzondering voor verdragslanden bestaat, dat Nederland nog steeds een verdrag met Panama heeft, dat Panama nog steeds op de zwarte lijst staat en dat de eerder genoemde driejaarstermijn is verstreken?
Vraag 8
Kunt u voor de jaren 2021, 2022 en 2023 de geldstromen uit Nederland naar Panama in kaart brengen, uitgesplitst naar rente, royalty’s en dividenden?
Vraag 9
Bent u bereid een harde deadline te stellen aan Panama’s inspanningen om van de zwarte lijst van de Europese Unie te worden verwijderd, inclusief een resultaatsverplichting voor de verdragsonderhandelingen, met als uiterste consequentie het opzeggen van het belastingverdrag met Panama? Zo ja, welke termijn vindt u hiervoor passend?
Vraag 10
Hoe heeft het kabinet de effectiviteit van de Wet bronbelasting 2021 de afgelopen jaren gemonitord? Hoe is bijgehouden in hoeverre de bronbelasting inderdaad wordt geheven over stromen richting laagbelastende jurisdicties en wanneer actie moest worden ondernomen?
Vraag 11
Hoe komt het dat er niet eerder actie ondernomen is richting Bahrein, Barbados en Panama, ondanks het feit dat de gestelde driejaarstermijn inmiddels is verstreken? Bent u het ermee eens dat dit niet in lijn is met de doelstellingen en de voornemens die ten grondslag lagen aan de Wet bronbelasting 2021?
Vraag 12
Is het kabinet van plan de komende jaren een voortrekkersrol te vervullen bij het bestrijden van internationale belastingontwijking?
Vraag 13
Klopt het dat Nederland tegen de ontwikkeling van een VN-belastingverdrag heeft gestemd? Kunt u toelichten waarom? In hoeverre is een tegenstem wat u betreft te rijmen met een voortrekkersrol bij het bestrijden van internationale belastingontwijking?
Vraag 14
Bent u het ermee eens dat een VN-belastingverdrag kan bijdragen aan het bestrijden van internationale belastingontwijking? Zo nee, waarom niet?
Vraag 15
Bent u het ermee eens dat het van belang is dat lage-inkomenslanden ook mee kunnen praten en mee kunnen beslissen over de aanpak van internationale belastingontwijking, aangezien zij daar vaak nog meer nadeel van ondervinden dan andere landen?
Vraag 16
Indien er een VN-belastingverdrag komt, hoe staat u dan tegenover het eerlijk belasten van rijke individuen en multinationals als uitgangspunt?
Vraag 17
Wat is de positie van het Nederlandse kabinet ten aanzien van een eventueel VN-belastingverdrag? Wat is volgens u voor Nederland van belang bij de totstandkoming van een dergelijk verdrag?