Memorie van toelichting
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2025
Memorie van toelichting
Nummer: 2024D31165, datum: 2024-09-17, bijgewerkt: 2024-10-02 10:42, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36600-A-2).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36600 A-2 Vaststelling van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2025.
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024–2025 |
36 600A | Vaststelling van de begrotingsstaat van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2025 |
Nr. 2 |
|
Geraamde uitgaven en ontvangsten
Figuur 1 Geraamde uitgaven verdeeld over productartikelen en niet-beleidsartikelen (bedragen x € 1 mln). Totaal € 9.429,1 miljoen
Figuur 2 Geraamde ontvangsten verdeeld over productartikelen en niet-beleidsartikelen (bedragen x € 1 mln). Totaal € 9.429,1 miljoen
Figuur 3 Gemiddelde jaarlijkse ontvangsten (-) en uitgaven (+) per productartikel in de periode 2024–2038 (bedragen x € 1 mln). Totaal € 9.544,2 miljoen
A. Artikelsgewijze toelichting bij het begrotingswetsvoorstel
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld.
Het wetsvoorstel strekt ertoe om de onderhavige begrotingsstaat voor het aangegeven jaar vast te stellen.
Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor dat jaar. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota.
Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten vastgesteld. De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zogenoemde begrotingstoelichting).
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat
B.Madlener
B. Artikelsgewijze toelichting bij de begrotingsartikelen
1. Leeswijzer
Voor u ligt de ontwerpbegroting 2025 van het Mobiliteitsfonds (A).
Structuur
De opzet en structuur van de begroting voor het Mobiliteitsfonds zijn gebaseerd op de rijksbegrotingsvoorschriften van het Ministerie van Financiën. De begrotingstoelichting kent een opbouw waarbij afhankelijk van de informatievraag- en behoefte verder kan worden ingezoomd.
- Allereerst is de begroting(wet)staat voor het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2025 opgenomen. Deze dient ter autorisatie van de budgetten die op artikelniveau in de verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen worden voorgesteld;
- In de Uitvoeringsagenda Mobiliteit is vervolgens inzichtelijk gemaakt welke projecten in 2025 worden opgeleverd en bij welke projecten de uitvoering in 2025 begint;
- Het laatste onderdeel van de agenda, Begroting op hoofdlijnen, verstrekt inzicht in de belangrijkste budgettaire voorstellen die leiden tot wijziging van de begroting. Hiermee kan snel een indruk worden verkregen van de inhoud van dit wetsvoorstel;
- In de artikelgewijze toelichting bij dit wetsvoorstel zijn de MIRT-tabellen met de realisatieprojecten alsmede de verkenningen en planuitwerkingprogramma’s opgenomen waarin de begrotingsmutaties op projectniveau zichtbaar zijn gemaakt. Deze MIRT-tabellen zijn in ieder geval voorzien van toelichtingen indien sprake is: 1) van een wijziging (anders dan door de verwerking van loon- en prijsbijstelling ) in het taakstellend projectbudget groter dan 10% of meer dan € 10 miljoen; 2) van een wijziging groter dan 1 jaar in de oplevering van het project. De stand vorig betreft de stand in de eerste suppletoire begroting 2024. Meer gedetailleerde informatie over de projecten die zich thans in de fase van verkenning, planuitwerking en realisatie bevinden, kunt u vinden in de individuele projectbladen van het MIRT Overzicht 2025. Voor de projecten in de MIRT tabellen is waar mogelijk een digitale verwijzing opgenomen naar het projectblad van dat project in het MIRT Overzicht;
- In de verdiepingsbijlage is door middel van een meerjarige mutatietabel (voor gehele looptijd van het fonds) op artikelonderdeelniveau de aansluiting gemaakt tussen de vorige stand van de begroting en de nu voorgestelde stand in de Ontwerpbegroting 2025;
- De overige bijlagen geven voor enkele specifieke onderwerpen inhoudelijk meer toelichting of betreffen overzichtsconstructies.
Normering
Mede naar aanleiding van overleg met de Tweede Kamer zijn in aanvulling op de rijksbegrotingsvoorschriften de onderstaande punten in deze begroting verwerkt:
- Naar aanleiding van de motie van de leden Van Helvert en Van Veldhoven (Kamerstukken II 2015–2016, 34 475 XII, nr. 12) worden bij alle begrotingsartikelen op het Mobiliteitsfonds en Deltafonds groter dan € 1 miljard de begrotingsmutaties boven de € 5 miljoen toegelicht. Dit heeft als praktische uitwerking dat bij de artikelen tussen de € 200 miljoen en € 1 miljard de ondergrens voor technische mutaties ook neerwaarts is bijgesteld. Voor beleidsmatige mutaties was er bij de artikelen van deze omvang reeds sprake van een ondergrens van € 5 miljoen. De norm voor het toelichten van de begrotingsmutaties op het niveau van artikelonderdeel is hiermee als volgt:
Omvang begrotingsartikel (stand Ontwerpbegroting in € miljoen) | Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen) | Technische mutaties (ondergrens in € miljoen) |
< 50 | 1 | 2 |
≥ 50 en < 200 | 2 | 4 |
≥ 200 < 1000 | 5 | 5 |
≥ 1000 | 5 | 5 |
- In bijlage 1 wordt de voeding van het Mobiliteitsfonds weergegeven. Daarbij is het verschil met artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen van de begroting Hoofdstuk XII uitgewerkt. Dit verschil betreft de overige ontvangsten van het fonds.
- Op de productartikelen worden onder de desbetreffende tabel «budgettaire gevolgen van de uitvoering» na de begrotingsperiode extracomptabel de budgetten op het niveau van artikelonderdeel weergegeven voor de looptijd tot en met 2038.
- Significante kasschuiven en begrotingsmutaties op de beschikbare budgetten worden in de verdiepingsbijlage op hetzelfde detailniveau (artikelonderdeel) tot en met 2038 toegelicht. Dit rekening houdend met de norm zoals hierboven is aangegeven.
- Voor Exploitatie, Onderhoud en Vervanging (Instandhouding) is een aparte bijlage 4 opgenomen. Specifiek voor Spoorwegen (artikelonderdeel 13.02) geldt dat in bijlage 5 een meer uitgebreide inhoudelijke toelichting is opgenomen op de aanwending van de bijdrage aan ProRail. In deze begroting is een specificatie van de uitgaven opgenomen, conform de specificatie zoals opgenomen in het beheerplan en de jaarrekening van ProRail.
Kasschuiven
In het Wetgevingsoverleg begrotingsonderzoek van 12 oktober 2016 is uitgebreid met de Kamer gesproken over kasschuiven op de fondsbegrotingen. In het kader van de informatievoorziening wordt hieronder aangegeven waarom deze kasschuiven worden doorgevoerd op de fondsbegrotingen en op welke plek de doorgevoerde kasschuiven in de begroting 2025 worden toegelicht.
Op de begrotingen van het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds vinden jaarlijks kasschuiven plaats. Middels kasschuiven blijft het beschikbare kasbudget per jaar en per modaliteit aansluiten op de geactualiseerde programmering. Kasschuiven zijn altijd budgetneutraal, hetgeen betekent dat de hoeveelheid middelen die meerjarig beschikbaar is niet wijzigt als gevolg van de kasschuif. In de verdiepingsbijlage van het Mobiliteitsfonds zijn de significante kasschuiven in de begroting 2025 over de gehele looptijd van de begroting inzichtelijk gemaakt en toegelicht. Indien sprake is van politiek relevante kasschuiven dan worden deze tevens opgenomen en toegelicht in de begroting op hoofdlijnen. De begroting op hoofdlijnen treft u aan in hoofdstuk Uitvoeringsagenda Mobiliteit.
Rijksbrede Taakstellingen Hoofdlijnenakkoord (HLA)
Op 16 mei 2024 is het HLA van het kabinet-Schoof gepubliceerd. Uit de budgettaire bijlage volgt dat aan de begrotingen van IenW geen middelen zijn toegevoegd. Wel staat er in totaal € 2,5 miljard gereserveerd op de Aanvullende Post van het ministerie van Financiën voor de infrastructurele ontsluiting van nieuwe woningbouw.
In het HLA zijn vier taakstellingen opgenomen die IenW direct raken: een taakstelling op het ambtenarenapparaat, een subsidietaakstelling, een taakstelling op de specifieke uitkeringen (SPUKs) en een taakstelling op het non-Official Development Assistance (ODA) budget van de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS).
Voor het MF zijn twee taakstellingen van toepassing: taakstelling op het ambtenarenapparaat en de taakstelling op de SPUKs. Bij RWS geldt er een taakstelling op het ambtenarenapparaat. De taakstelling is ingepast door RWS op de apparaatsbudgetten van RWS (artikelonderdeel 12.06 en artikelonderdeel 15.06).
In het HLA is daarnaast opgenomen dat SPUKs worden overgeheveld naar het Gemeente- of Provinciefonds met een budgetkorting van 10%. De korting is verwerkt in de begroting 2025 van het MF op de artikelen 12, 14 en 15. De SPUK-budgetten zijn hiermee met 10% gekort.
Voor nadere toelichting omtrent taakstellingen wordt verwezen naar de Begroting op Hoofdlijnen, de Verdiepingsbijlage en de Beleidsbegroting HXII.
Financiële risico's en onzekerheden
In verschillende onderdelen van de begroting van het Mobiliteitsfonds wordt stil gestaan bij financiële risico's en onzekerheden.
- In onderdeel 2.3 wordt het risico op een voordelig saldo en daarop genomen beheersmaatregelen in de vorm van het instrument overprogrammering toegelicht.
- In onderdeel 2.4 wordt de flexnorm in beeld gebracht. Dit geeft aan in welke mate de begroting van het Mobiliteitsfonds planflexibel is om tekorten en financiële risico's op te vangen.
- In onderdeel 3.1 bij artikelonderdeel 11.04 wordt toegelicht hoe de investeringsruimte op het Mobiliteitsfonds ervoor staat en welke ruimte resteert om potentiële risico's op te vangen.
- In de onderdelen 3.2 t/m 3.6 wordt de stand van zaken op de instandhoudings- en aanlegprojecten en -programma's toegelicht. Hier wordt ook stil gestaan bij mogelijke financiële risico's en onzekerheden.
- In bijlage 4 wordt bij instandhouding van alle IenW-netwerken stil gestaan en toegelicht wat de mogelijke financiële risico's en onzekerheden zijn.
2. Uitvoeringsagenda Mobiliteit
2.1 Mijlpalen en Resultaten
Hieronder wordt ingegaan op de mijlpalen in het lopende programma. Hiermee wordt inzichtelijk gemaakt, welke projecten in 2025 worden opgeleverd en bij welke projecten de uitvoering in 2025 start.
Exploitatie, onderhoud en vernieuwing
In 2025 gaat IenW onder meer de volgende activiteiten in het kader van exploitatie, onderhoud en vernieuwing uitvoeren.
Hoofdwegen | ‒ | Verkeersmanagement waaronder inzet weginspecteurs bij incidenten, het op alle bemeten wegvakken inwinnen van betrouwbare route- en reisinformatie. Deze informatie tijdig aan de NDW te leveren, het realiseren van benuttingsmaatregelen en connecting mobility. |
‒ | Beheer en onderhoud waaronder verhardingsonderhoud, onderhoud aan kunstwerken en onderhoud aan Dynamisch Verkeersmanagement (DVM) systemen. | |
‒ | Uitvoering van het programma vervangingen en renovaties waaronder het programma Stalen Bruggen. | |
Spoorwegen | ‒ | Regulier beheer en onderhoud, waaronder het inspecteren en schouwen van de infrastructuur, functieherstel bij verstoringen, het saneren van geluidsschermen en het onderhouden en schoonmaken van stations. |
‒ | Groot onderhoud, waaronder het slijpen van spoorstaven en het seizoenbestendig houden van de sporen. | |
‒ | Het vervangen van spoorstaven, dwarsliggers en wissels en de vervanging van andere systemen, zoals energie, transfer en treinbeveiliging en treinbeheersing. | |
Hoofdvaarwegen | ‒ | Verkeersmanagement waaronder activiteiten in het kader van verkeersbegeleiding, bediening van objecten en vaarwegmarkering. |
‒ | Uitvoering van het programma vervangingen en renovaties en afronding «NoMo AOV» achterstallig onderhoud vaarwegen programma. | |
‒ | Beheer en onderhoud maatregelen om de breedte en diepte van de vaarweg te handhaven en maatregelen om de kunstwerken (sluizen en bruggen) en verkeersvoorzieningen te kunnen laten functioneren. |
Voor een nadere toelichting op de stand van zaken van exploitatie, onderhoud en vernieuwing wordt verwezen naar de toelichting op de productartikelen en naar het MIRT Projectenoverzicht 2025.
Ontwikkeling
Hieronder zijn de mijlpalen voor 2025 per modaliteit opgenomen.
Openstelling | ‒ | A16 Rotterdam |
‒ | A1 Apeldoorn-Azelo 2e fase (verbreding naar 2 x 4 rijstroken tussen Apeldoorn en Twello) |
Indienststelling | ‒ | Diverse deelprojecten bij de landelijke programma’s (o.a. fietsparkeren Toegankelijkheid stations, Kleine functiewijzigingen, Overwegenaanpak en Meerjarenprogramma geluidsanering Spoor) |
‒ | Programma suïcide preventie | |
‒ | ERTMS: Diverse deelprojecten | |
‒ | Goederen: Emplacementen op orde (diverse deelprojecten) | |
‒ | PHS: Ede | |
‒ | PHS: Tilburg | |
‒ | PHS: Rijswijk – Rotterdam | |
Start aanleg | ‒ | Diverse deelprojecten bij landelijke programma’s (o.a. Fietsparkeren, Toegankelijkheid Stations, Kleine Functiewijzigingen, Overwegenaanpak en Meerjarenprogramma Geluidsanering Spoor) |
‒ | Programma Hoogfrequent Spoorvervoer, diverse deelprojecten | |
‒ | Goederen: emplacementen op orde (diverse deelprojecten) | |
‒ | PHS Nijmegen | |
‒ | ERTMS, diverse deelprojecten |
Openstelling | ‒ | Nieuwe Sluis Terneuzen |
‒ | Toekomst visie Waal: Overnachtingshaven Lobith (locatie Spijk) | |
Start aanleg |
2.2 Begroting op Hoofdlijnen
Stand ontwerpbegroting 2024 | 10.245.581 | 19.325.126 | 9.989.139 | 9.731.856 | 9.185.003 | 10.258.896 | 67.007.994 | |||
Mutaties 1e suppletoire begroting 2024 | ‒ 406.979 | ‒ 9.713.115 | 471.752 | 456.755 | 644.000 | 87.639 | 2.032.759 | |||
Stand 1e suppletoire begroting 2024 | 9.838.602 | 9.612.011 | 10.460.891 | 10.188.611 | 9.829.003 | 10.346.535 | 69.040.753 | |||
Mutaties NvW 1e suppletoire begroting 2024 | ‒ 4.000 | ‒ 6.200 | ||||||||
Stand 1e suppletoire begroting 2024 Na Nota van Wijziging | 9.834.602 | 9.605.811 | 10.460.891 | 10.188.611 | 9.829.003 | 10.346.535 | 69.040.753 | |||
Belangrijkste mutaties Mobiliteitsfonds ontwerpbegroting 2025 | ||||||||||
Kaderrelevante mutaties hoofdstuk MF | 355.868 | ‒ 176.690 | 172.701 | 416.110 | 488.890 | 339.704 | 3.612.489 | 8.647.410 | ||
1 | Rijksbrede Taakstellingen | ‒ 12.501 | ‒ 31.629 | ‒ 16.811 | ‒ 19.911 | ‒ 15.682 | ‒ 100.008 | ‒ 12.501 | ||
- Specifieke Uitkeringen | ‒ 19.128 | ‒ 4.310 | ‒ 7.410 | ‒ 3.181 | ||||||
- Apparaat RWS | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 100.008 | ‒ 12.501 | |||
2 | Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming | ‒ 466.000 | ‒ 133.000 | ‒ 7.000 | 93.000 | 438.270 | 74.730 | |||
3 | Bijdragen derden | 11.332 | 219 | 21 | ‒ 15.135 | ‒ 349.917 | ‒ 35.300 | |||
- Hoofdwegen | 8.331 | 219 | 21 | ‒ 15.135 | ‒ 48.717 | |||||
- Spoorwegen | 82 | ‒ 301.200 | ‒ 35.300 | |||||||
- Vaarwegen | 2.026 | |||||||||
- Megaprojecten | 893 | |||||||||
4 | CA-middelen BKN Spoor | 678.467 | ||||||||
5 | Extrapolatie | 8.260.051 | ||||||||
- Bijdrage aan MF | 7.974.384 | |||||||||
- Ontvangsten derden | 285.667 | |||||||||
6 | Loon- en prijsbijstelling | 324.334 | 332.151 | 317.234 | 309.422 | 293.045 | 327.430 | 2.619.440 | 327.430 | |
7 | Omvorming ProRail | 40.000 | 20.000 | 20.000 | 20.000 | 40.000 | 40.000 | 320.000 | 33.000 | |
8 | Overboekingen HXII | 14.812 | ‒ 49.959 | ‒ 12.835 | 102.575 | 73.775 | 1.100 | 1.144 | ||
- NS tarieven | ‒ 42.000 | |||||||||
- Overige overboekingen HXII | 14.812 | ‒ 7.959 | ‒ 12.835 | 102.575 | 73.775 | 1.100 | 1.144 | |||
9 | Overboeking Deltafonds | ‒ 951 | ||||||||
10 | Overboekingen ministeries | ‒ 33.659 | ‒ 600 | 12.910 | 7.924 | 8.981 | 1.991 | 5.093 | ||
Stand ontwerpbegroting 2025 | 10.190.470 | 9.429.121 | 10.633.592 | 10.604.721 | 10.317.893 | 10.686.239 | 72.653.242 | 8.647.410 | ||
Mutatie onder kader MF | ||||||||||
1 | Dekkingsopgave Mobiliteitsfonds | |||||||||
Opgave Totaal | 11.03 | 29.388 | 5.330 | 3.630 | 4.305 | 6.880 | 125.955 | |||
11.04 | ‒ 190.763 | ‒ 117.501 | ‒ 64.724 | ‒ 111.025 | ‒ 75.355 | ‒ 72.930 | ‒ 196.355 | |||
Risicoreserveringen | 11.04 | 1.000 | 7.000 | 54.300 | 53.300 | 53.300 | 44.000 | |||
12 | 4.031 | 10.850 | 10.850 | 30.839 | 10.850 | 10.850 | 10.900 | |||
13 | 122.550 | 64.550 | 21.544 | 4.900 | 1.900 | 1.900 | 15.500 | |||
15 | 32.794 | 34.101 | 10.000 | 5.000 | 5.000 | |||||
17 | 2.000 | 7.000 | 10.000 | 12.356 | ||||||
Dekking Totaal | 11.04 | 70.495 | 113.644 | 15.981 | 106.815 | 77.344 | 3.541 | 338.833 | 102.000 | |
Dekkingsbronnen Risicoreserveringen | 11.04 | 105.739 | 338.833 | 102.000 | ||||||
12 | 28.107 | 4 | 14.771 | 3.541 | ||||||
13 | 5.197 | 6.766 | 1.210 | 1.815 | 2.344 | |||||
15 | 27.191 | 1.135 | ||||||||
HXII | 10.000 | 105.000 | 75.000 | |||||||
2 | Prijsstijgingen | 11.04 | ‒ 140.638 | ‒ 27.500 | ‒ 126.884 | ‒ 63.500 | ‒ 26.000 | ‒ 26.000 | ‒ 138.400 | |
12 | 19.220 | 1.910 | 54.112 | 7.500 | 99.000 | |||||
13 | 103.000 | 2.000 | ||||||||
15 | 12.418 | 17.590 | 61.772 | 40.000 | 8.000 | 7.000 | 12.400 | |||
17 | 6.000 | 6.000 | 11.000 | 16.000 | 18.000 | 19.000 | 27.000 | |||
3 | Toevoeging instandhoudingsmiddelen 2031 en 2032 RWS | 11.03 | ‒ 2.240.000 | |||||||
12 | 1.444.000 | |||||||||
15 | 796.000 | |||||||||
4 | BKN Spoor | 11.03 | ‒ 400.000 | |||||||
11.04 | ‒ 59.751 | ‒ 79.325 | ‒ 79.325 | ‒ 79.325 | ‒ 503.979 | ‒ 485.000 | ||||
13.02 | 20.000 | 79.751 | 99.325 | 79.325 | 79.325 | 903.979 | 485.000 | |||
13.07 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 |
Toelichting
Kader relevante mutaties MF: Dit zijn mutaties die effect hebben op het totale kader van het MF.
Rijksbrede Taakstellingen:
In het Hoofdlijnenakkoord (HLA) van kabinet-Schoof zijn Rijksbrede taakstellingen opgenomen. Voor het MF zijn er twee taakstellingen relevant:
- Op het ambtenarenapparaat van RWS is structureel € 12,5 miljoen van de apparaatsbudgetten van RWS (artikel 12 en artikel 15) generaal afgeboekt.
- De budgetten voor Specifieke Uitkeringen (SPUK's) zijn met 10% gekort. Het gaat om de volgende SPUKs: Regeling Slim, Veilig en Duurzame Mobiliteit, Schoon Emissieloos Bouwen (artikel 12) , Woningbouw op Korte Termijn, Mobiliteitspakketten (artikel 14) en de Regeling Kademuren (artikel 15). In de begrotingsperiode 2024 tot en met 2029 gaat het om een totaalbedrag van € 34 miljoen;
Kaderaanpassing Mobiliteitsfonds Augustusbesluitvorming: In het Voorjaar is op het MF kritisch gekeken naar de budgetten en zijn er middelen naar latere jaren toe geschoven om zo een meer realistische begroting te creëren. Deze exercitie is herhaald in de huidige ontwerpbegroting conform de begrotingsregels van het kabinet-Schoof. Zodoende is er een additionele kaderaanpassing geweest op het MF van in totaal € 606 miljoen. Over de gehele looptijd van het fonds is de kaderaanpassing budgetneutraal. De kaderaanpassing bestaat uit twee delen:
- Er vindt een budgettaire schuif van € 83 miljoen uit 2025 en € 98 miljoen uit 2026 plaats naar 2030 en later en daarmee is de schuif budgetneutraal. Deze kaderaanpassing wordt gefaciliteerd omdat een deel van de programmering op de Reservering Scheepvaartveiligheid Wind op Zee niet wordt gerealiseerd in 2026 en daarmee kan wegschuiven naar 2030 en later.
- Volgens de begrotingsregels van het kabinet-Schoof dient de raming van de uitgaven realistisch te zijn en moeten de uitgaven in een realistisch kasritme geplaatst worden, rekening houdend met de capaciteit op de arbeidsmarkt, de uitvoering en productie.
- Voor het MF en DF geldt dat de overprogrammering in 2025 is verhoogd als pilot om te onderzoeken of dit tot een realistischere raming leidt. Voor het MF gaat het om een verhoging van € 425 miljoen. De overprogrammering in 2025 komt hiermee op € 1.283 miljoen in 2025. In paragraaf 2.3 wordt dit nader toegelicht;
- Bijdragen derden: Dit betreft de wijziging van diverse bijdragen van derden aan het Mobiliteitsfonds. In de artikelgewijze toelichting en verdiepingsbijlage worden deze bijdragen per modaliteit nader toegelicht;
- BKN Spoor (AP-middelen EOV): Op de Aanvullende Post zijn vanuit het Coalitieakkoord Rutte-IV middelen gereserveerd voor de instandhouding (zowel voor RWS als ProRail). Deze middelen (€ 678 miljoen) worden op prijspeil 2024 bij de Ontwerpbegroting 2025 overgeboekt ten behoeve van de opgave voor BKN Spoor;
- Extrapolatie: Bij de begroting 2025 wordt de looptijd van het Mobiliteitsfonds beleidsarm met een jaar verlengd tot en met 2038. Het niveau van extrapolatie is gelijk aan het jaar 2037 in de begroting 2024 na verwerking van structurele begrotingsmutaties. Daarnaast zijn de structurele bijdragen van derden doorgetrokken. Met de verlenging tot en met 2038 komt in totaal – inclusief structurele ontvangsten van derden – een ruimte van circa € 8,3 miljard beschikbaar op het Mobiliteitsfonds. Deze ruimte wordt met voorrang ingezet voor het dekken van de doorlopende verplichtingen, zoals de uitgaven die benodigd zijn voor de instandhouding van het huidige areaal en het opvangen van risico's en tegenvallers. Hiervoor is in 2037 alle ruimte nodig. Er resteert geen vrije investeringsruimte in 2037. Er wordt bovendien € 485 miljoen van de vrije investeringsruimte in 2038 ingezet voor de instandhoudingsopgave BKN Spoor. Bij de mutaties onder het kader wordt dit nader toegelicht.
- Loon- en prijsbijstelling 2024: Dit betreft de verwerking van de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2024. Deze middelen zijn bij de eerste suppletoire begroting 2024 aan de beleidsbegroting Hoofdstuk XII toegevoegd. Deze tranche is bij de begroting 2025 overgeboekt vanuit Hoofdstuk XII naar het Mobiliteitsfonds en toebedeeld aan diverse artikelen;
- Omvorming ProRail: De in de begroting 2024 beoogde datum van de omvorming van ProRail per 1 januari 2025 is niet langer haalbaar. Bij Voorjaarsnota 2024 zijn de middelen reeds grotendeels technisch uit de begroting gehaald, dat wil zeggen dat zowel het inkomstenkader (belastinginkomsten) als het uitgavenkader (Mobiliteitsfonds) is verlaagd voor de eenmalige belastingverrekening. Bij de begroting 2025 vindt het restant van deze budgetneutrale technische verwerking plaats. Zodra er meer duidelijkheid is over de omvorming, worden de middelen op basis van actuele standen opnieuw geraamd met inachtneming van de geldende budgettaire afspraken op dit dossier;
Overboekingen HXII: Voor de uitvoering van diverse projecten en programma's op het MF is tot en met 2038 in totaal € 130,6 miljoen overgeboekt vanuit de beleidsbegroting Hoofdstuk XII naar het Mobiliteitsfonds.
- De grootste betreft de overboeking voor NS-tarieven in 2025. In 2023 heeft de Kamer met het amendement-Bikker (36410A, nr. 10) de tariefsverhoging van de NS tarieven over 2024 (8,7%) eenmalig afgewend. Om te voorkomen dat de tarieven in 2025, naast de reguliere prijsontwikkeling van 2025, alsnog stijgen met deze 8,7% extra, heeft het kabinet besloten de kosten voor 2025 evenredig over de reiziger, NS en IenW te verdelen. De middelen voor deze demping voor 2025 komen uit de generieke investeringsruimte op het Mobiliteitsfonds, nadat deze middelen in het juiste ritme zijn gezet.
- In de artikelgewijze toelichting en verdiepingsbijlage worden de overige overboekingen tussen HXII en het MF nader toegelicht;
- Overboeking Deltafonds: Er is € 0,95 miljoen van het Eigen Vermogen RWS overgeboekt naar het Deltafonds;
- Overboekingen ministeries: Dit betreft de overboekingen van en naar andere begrotingshoofdstukken voor de periode 2025 tot en met 2038. In totaal gaat het om € 2,7 miljoen. In de artikelgewijze toelichting en verdiepingsbijlage worden deze overboekingen nader toegelicht.
Mutaties binnen kader MF: dit zijn mutaties die binnen het kader van MF plaatsvinden en kunnen dus niet het kader verhogen of verlagen.
- Dekkingsopgave MF 2025: In deze begroting is de interne dekkingsopgave op het Mobiliteitsfonds verwerkt. De totaalopgave betreft € 838,9 miljoen, waarvan € 178,3 miljoen voor het Hoofdwegenet, € 411,1 miljoen voor Spoorwegen, € 247,5 voor het Hoofdvaarwegennet en € 2 miljoen voor de opgave Fietsareaal. Met de Nota van Wijziging op de eerste suppletoire begroting 2024 is € 10,2 miljoen (€ 4 miljoen in 2024 en € 6,2 miljoen in 2025) van de dekkingsopgave reeds verwerkt voor de uitvoering van het Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur (PBNI), waardoor de totale dekkingsopgave op het MF in de begroting 2025 uitvalt op € 828,7 miljoen. Dekking komt uit diverse meevallers en terugbetalingen en de inzet van risicoreserveringen bij de modaliteiten (in totaal: € 407,7 miljoen). Het overige deel wordt gedekt uit de extrapolatieruimte 2037 op het MF (€ 330,3 miljoen) en de inzet van de reservering CA-middelen in 2025 (€ 90,7 miljoen). De dekkingsopgave MF wordt nader toegelicht in artikel 11, 12, 13, 15, 17 en in de verdiepingsbijlage;
- Prijsstijgingen: Bij de verschillende modaliteiten hebben diverse projecten en programma's last gehad van excessieve prijsstijgingen mede als gevolg van de stijgende prijsindex in de GWW-sector. De opgave betreft in totaal € 549 miljoen. Dekking komt vanuit de generieke investeringsruimte op artikelonderdeel 11.04 en wordt overgeboekt naar de artikelen 11, 12, 13, 15 en 17.
- Toevoeging CA-middelen Instandhouding 2031 en 2032: Op het MF zijn de overgehevelde middelen tot en met 2030 toebedeeld voor het BKN RWS. Bij de begrotingsbesluitvorming 2025 is besloten om de onverdeelde instandhoudingsmiddelen voor de jaren 2031 en 2032 bij RWS beleidsarm door te trekken om zodoende aan de voortrollende achtjarige instandhoudingsprogrammering te voldoen. Er is in de jaren 2031 en 2032 in totaal € 2.240 miljoen aan het instandhoudingskader op artikel 12 en 15 toegevoegd.
BKN-spoor: Dit betreffen mutaties onder het kader om de instandhoudingsopgave (BKN Spoor) te dekken. Het betreffen de volgende mutaties:
- Uit de generieke investeringsruimte op artikel 11.04 wordt € 821 miljoen overgeboekt naar artikelonderdeel 13.02. Hiervan komt € 223 miljoen uit het restant van de extrapolatieruimte 2037 en het overige gedeelte uit risicoreserveringen.
- De € 60 miljoen, die met de Voorjaarsnota 2024 was overgeboekt naar artikelonderdeel 13.07 Rente en Aflossing vanwege de technische afboeking van omvorming ProRail, is met de ontwerpbegroting 2025 weer overgeboekt naar artikelonderdeel 13.02 ten behoeve van de BKN Spoor instandhoudingsopgave.
- Er is € 485 miljoen ingezet vanuit de extrapolatieruimte in 2038. Met deze middelen uit de vrije investeringsruimte wordt een belangrijke stap gezet naar een nieuw basiskwaliteitsniveau voor de OV-infrastructuur.
- Er wordt € 400 miljoen ingezet uit de CA-reservering instandhouding (2035-2038) die bij Rutte IV is toegevoegd aan het MF.
2.3 Overprogrammering
Het Mobiliteitsfonds is een productbegroting. Op het Mobiliteitsfonds worden dus voor een groot deel investeringsuitgaven gedaan voor het uiteindelijk realiseren van projecten. De programmering van projecten wordt doorlopend geactualiseerd op basis van de laatst beschikbare informatie. De kasramingen van de projecten in de begroting worden op de reguliere begrotingsmomenten aangepast. De afgelopen jaren heeft bijvoorbeeld de stikstofproblematiek bij meerdere projecten geleid tot (kas)vertraging. De kasramingen in de begroting zijn hier vervolgens op aangepast.
Het kabinet-Schoof heeft in de startnota het advies van de 17e Studiegroep Begrotingsruimte opgevolgd en het investeringsplafond afgeschaft. Het MF behoudt wel de 100% eindejaarsmarge, waardoor de middelen die aan het einde van het jaar resteren via het voordelig saldo aan het volgende jaar kan worden toegevoegd.
Het instrument overprogrammering wordt als instrument ingezet om te voorkomen dat programmavertragingen direct tot een voordelig saldo leiden en zorgt ervoor dat de beschikbare budgetten voor het investeringsprogramma zo veel mogelijk tot besteding komen in de jaren waarin deze beschikbaar zijn gesteld. Hiermee wordt geanticipeerd op een voorspelbare mate van vertraging, die zich op portfolio-niveau altijd voordoet. Overprogrammering houdt in dat de programmering in de eerste jaren hoger is dan het beschikbaar budget. Over de planperiode zijn beiden in evenwicht.
Overprogrammering kan alleen worden ingezet voor beheersing van reguliere ramingsonzekerheden. Onzekerheden van exogene aard, bijv. juridische ontwikkelingen of krapte op de arbeidsmarkt, kunnen hiermee niet (volledig) opgevangen worden. De hoogte van de overprogrammering wisselt van jaar op jaar binnen een bepaalde marge en hangt af van bijvoorbeeld het risicobeeld van de onderliggende programmering. Over de maximale hoogte hebben het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en het Ministerie van Financiën afspraken gemaakt.
12 Hoofdwegennet | ‒ 234 | ‒ 602 | ‒ 395 | ‒ 106 | ‒ 178 | ‒ 258 | ‒ 1.773 | 1.773 |
- Aanleg | ‒ 144 | ‒ 221 | ‒ 169 | 144 | 221 | 169 | ||
- Planning en studies | ‒ 90 | ‒ 381 | ‒ 226 | ‒ 250 | ‒ 399 | ‒ 427 | ‒ 1.773 | 1.773 |
13 Spoorwegen | ‒ 139 | ‒ 265 | ‒ 274 | ‒ 292 | ‒ 227 | ‒ 239 | ‒ 1.435 | 1.435 |
- Aanleg | ‒ 101 | ‒ 227 | ‒ 182 | ‒ 223 | ‒ 176 | ‒ 166 | ‒ 1.074 | 1.074 |
- Planning en studies | ‒ 38 | ‒ 39 | ‒ 92 | ‒ 69 | ‒ 50 | ‒ 73 | ‒ 361 | 361 |
15 Hoofvaarwegennet | ‒ 49 | ‒ 106 | ‒ 10 | ‒ 102 | ‒ 70 | ‒ 129 | ‒ 467 | 467 |
- Aanleg | ‒ 44 | ‒ 69 | ‒ 27 | 44 | 69 | 27 | ||
- Planning en studies | ‒ 5 | ‒ 37 | 17 | ‒ 146 | ‒ 139 | ‒ 156 | ‒ 467 | 467 |
17 Megaprojecten | ‒ 141 | ‒ 310 | ‒ 268 | ‒ 428 | ‒ 385 | ‒ 340 | ‒ 1.873 | 1.873 |
- Aanleg | ‒ 137 | ‒ 307 | ‒ 262 | ‒ 410 | ‒ 330 | ‒ 288 | ‒ 1.734 | 1.734 |
- Planning en studies | ‒ 4 | ‒ 3 | ‒ 6 | ‒ 18 | ‒ 55 | ‒ 52 | ‒ 139 | 139 |
Totale overprogrammering | ‒ 562 | ‒ 1.283 | ‒ 948 | ‒ 928 | ‒ 860 | ‒ 965 | ‒ 5.547 | 5.547 |
Toelichting
De Ontwerpbegroting 2025 laat het volgende zien:
- Bij de eerste suppletoire begroting 2024 is de programmering op het Mobiliteitsfonds meerjarig geactualiseerd op basis van de beschikbare informatie over de ontwikkeling van de projectramingen.
- Als gevolg daarvan is er, in het kader van realistisch ramen en rekening houdend met het advies van de 17e Studiegroep Begrotingsruimte, een kaderaanpassing doorgevoerd in de eerste suppletoire begroting 2024 op het MF. Er is € 819 miljoen in 2024 en € 770 miljoen in 2025 (in totaal circa € 1,6 miljard) verschoven naar latere jaren. Hierbij is zoveel mogelijk rekening gehouden met de programma-actualisaties die zijn verwerkt in de Ontwerpbegroting 2025.
- Bij Ontwerpbegroting 2025 is er nogmaals kritisch gekeken naar de projectramingen en zijn vervolgens de laatste programma-actualisaties meerjarig doorgevoerd. Het gaat met name om de programma-actualisatie op de Reservering Scheepvaartveiligheid Wind op Zee waar een deel van de middelen uit 2026 zijn verschoven naar 2030 en later, omdat voorzien is dat de programmering niet in 2026 wordt gerealiseerd. Er schuift in totaal € 181 miljoen weg uit 2025 en 2026.
- Bovendien is er een schuif nodig geweest om het basiskwaliteitsniveau Spoor vast te stellen. Het gaat om een schuif van in totaal € 920 miljoen naar de jaren 2026 tot en met 2029.
- Volgens de begrotingsregels van het kabinet-Schoof dienen de ramingen van de uitgaven realistisch te zijn en moeten de uitgaven in een realistische kasritme geplaatst worden, rekening houdend met de capaciteit op de arbeidsmarkt, de uitvoering en productie. Op het MF zijn daarom extra middelen weggeschoven door de overprogrammering in 2025 (zowel op aanleg als planning en studies), op het Hoofdwegennet, Spoorwegennet, het Hoofdvaarwegennet en de programma's ERTMS en PHS, te verhogen.
- Bovengenoemde actualiseringen leiden tot een overprogrammering van € 562 miljoen in 2024 en € 1.283 miljoen in 2025. Dit betekent dat mogelijke programmavertragingen van € 562 miljoen in de laatste maanden van 2024 niet leiden tot aanpassing van het uitgavenkader.
- De eenmalig hoge overprogrammering in 2025 is een pilot met het Ministerie van Financiën. Er is afgesproken dat IenW niet remt op de productie, want de ambitieuze agenda van het kabinet staat. Gedurende 2025 wordt gemonitord of de hogere overprogrammering effectief is om kasvertragingen op te vangen.
Figuur 4 Investeringsprogramma en budget (bedragen x € 1.000)
In de bovenstaande grafiek wordt het investeringsprogramma over 15 jaar weergegeven, onderverdeeld naar de MIRT-categorieën. De categorieën: aanleg, geïntegreerde contractvormen (DBFM-contracten), planning en studies vallen onder de budgetten voor ontwikkeling. De categorie vernieuwing valt onder de budgetten voor exploitaite, onderhoud en vernieuwing. Deze categorieën vormen tezamen het investeringsprogramma binnen het Mobiliteitsfonds. De onderliggende projecten komen middels het kas-verplichtingenstelsel tot betaling. Het instrument overprogrammering wordt toegepast op het investeringsprogramma, omdat er sprake kan zijn van kasversnellingen en kasvertragingen als gevolg van geactualiseerde projectramingen. Op het onderhoudsprogramma vindt geen overprogrammering plaats, omdat kasversnellingen en –vertragingen hierop worden opgevangen binnen de begroting van de uitvoeringsorganisaties.
De zwarte lijn geeft het totale beschikbare budget weer in het investeringsprogramma en geldt als het vastgestelde uitgavenplafond. De grafiek laat zien dat het investeringsprogramma in de eerste jaren hoger ligt dan het beschikbare budget. Waarbij er dus sprake is van overprogrammering. Vanaf 2031 is sprake van de omgekeerde situatie en ligt het beschikbare budget hoger dan het investeringsprogramma; er is sprake van onderprogrammering. De totale programmering en het budget over de looptijd van het fonds zijn hiermee aan elkaar gelijk, zodat het investeringsprogramma volledig budgettair gedekt is.
2.4 Flexnorm
In de begroting 2018 is de flexnorm geïntroduceerd, waarmee het inzicht in de meerjarige hardheid van de bestuurlijke afspraken is aangescherpt. De flexnorm is een percentage dat aangeeft welk aandeel van de aanlegbudgetten (inclusief investeringsruimte) naar mening van het kabinet flexibel is om bij nieuwe planvorming te betrekken. Het betreft de ruimte binnen de begroting waar nog geen definitieve oplossing is bepaald en gekozen kan worden voor een alternatieve aanwending of oplossing. Overigens geldt ook dat waar wél bestuurlijke afspraken zijn gemaakt, maar er nog geen juridische verplichtingen zijn aangegaan, de budgetten nog altijd onverminderd door de Tweede Kamer te amenderen zijn.
In onderstaande tabel is weergegeven welke budgetten in de begroting 2025 conform hierboven geschetste flexnorm flexibel zijn om bij nieuwe planvorming te betrekken. Voor nadere duiding over de generieke investeringsruimte wordt verwezen naar de toelichting in artikel 11.
11.01 | Verkenningen | 4.758 |
11.02 | Korte termijn mobiliteitsmaatregelen | |
11.03 | Reserveringen | 10.381 |
11.04 | Generieke investeringsruimte | 4.415 |
Totaal | ||
Als percentage van de budgetten (inclusief investeringsruimte) | 13,7% |
3. Productartikelen
3.1 Artikel 11 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte
A. Omschrijving van de samenhang in het beleid
Met het artikel 11 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte wordt invulling gegeven aan een meer flexibele planning van infrastructuur zoals toegezegd in de kabinetsreactie op IBO Flexibiliteit in infrastructurele planning (Kamerstukken II 2016-2017, 34 550 A, nr. 5).
Het artikel bevat alle (plan)flexibele budgetten die gereserveerd zijn voor het verbeteren van de bereikbaarheid en gerelateerd aan de beleidsdoel stellingen zoals beschreven in de begroting Hoofdstuk XII, Hoofdlijnennotitie Mobiliteitsvisie 2050 en de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). De planflexibele budgetten zijn de budgetten die naar mening van het kabinet flexibel zijn om bij (nieuwe) planvorming te betrekken. Het gaat om de (beschikbare) investeringsruimte, reserveringen die worden aangehouden en om budgetten voor projecten in de verkenningsfase. Over deze budgetten zijn nog geen (definitieve) bestuurlijke afspraken gemaakt en ze zijn niet-juridisch verplicht. Door deze budgetten te plaatsen op één artikel zijn alle flexibele budgetten overzichtelijk gepresenteerd. Na besluitvorming, zoals een voorkeursbeslissing, wordt budget overgeheveld naar het desbetreffende productartikel. Het gaat om algemene reserveringen, de investeringsruimte, verkenningen naar bereikbaarheidsopgaven en reserveringen voor korte termijn mobiliteitsmaatregelen. De budgetten op artikel 11 zijn de basis voor het berekenen van de flexnorm in de uitvoeringsagenda mobiliteit.
In dit artikel staan ook de brede verkenningen nieuwe stijl. Kenmerkend aan deze verkenningen is dat ze – indien mogelijk - modaliteitsneutraal zijn, een niet-infrastructurele oplossing wordt meegenomen en dat ze niet automatisch doorgaan naar de planuitwerking, maar dat een expliciete afweging (tussen verkenningen) plaatsvindt. Dit is vastgelegd in de MIRT- werkwijze. In deze werkwijze staat het opgavengericht werken voorop. Samen met bestuurlijke partners wordt steeds bezien welke maatregel op welk schaalniveau, op de korte en op de lange termijn het meest bijdraagt aan de opgave bereikbaarheid. Zo ontstaat een mix van maatregelen die samen met andere partners over een langere periode worden uitgevoerd.
B. Budgettaire gevolgen van uitvoering
Verplichtingen | 0 | 374.296 | 316.826 | 1.038.524 | 676.797 | 1.035.680 | 1.285.637 |
Uitgaven | 0 | 63.266 | 235.168 | 458.142 | 821.529 | 987.694 | 1.541.301 |
11.01 Verkenningen | 0 | 1.258 | 37.215 | 90.858 | 218.373 | 264.686 | 708.907 |
11.02 Korte termijn mobiliteitsmaatregelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
11.03 Reserveringen | 0 | 55.508 | 133.730 | 256.868 | 182.936 | 316.127 | 357.767 |
11.03.01 Gebiedsrogramma's | 0 | 2.503 | 2.498 | 142.072 | 27.934 | 113.931 | 150.931 |
11.03.02 Overige reserveringen | 0 | 43.775 | 77.765 | 74.752 | 83.870 | 109.222 | 124.934 |
11.03.03 Reserveringen Coalitieakkoord | 0 | 9.230 | 53.467 | 40.044 | 71.132 | 92.974 | 81.902 |
11.04 Generieke investeringsruimte | 0 | 6.500 | 64.223 | 110.416 | 420.220 | 406.881 | 474.627 |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 47.500 |
11.09 Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 47.500 |
Geschatte Budgetflexibiliteit
De budgetten zijn in 2025 niet juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2025. De verkenningen zijn bestuurlijk gebonden, de reserveringen en de risicoreserveringen binnen de generieke investeringsruimte zijn in 2025 beleidsmatig gereserveerd.
Juridisch verplicht | |
Bestuurlijk gebonden | 16% |
Beleidsmatig gereserveerd | 84% |
Nog niet ingevuld/vrij te besteden |
C. Toelichting
11.01 Verkenningen
Motivering
In dit artikel staan de brede verkenningen nieuwe stijl. Kenmerkend aan de verkenningen nieuwe stijl is dat ze - indien mogelijk - modaliteitsneutraal zijn, een niet-infrastructurele oplossing wordt meegenomen en dat ze niet automatisch doorgaan naar de planuitwerking maar een expliciete afweging (tussen verkenningen) plaatsvindt. De verkenningen op dit artikel dragen bij aan de bereikbaarheidsdoelstellingen uit de Hoofdlijnennotitie Mobiliteitsvisie 2050 en de Nationale Omgevingsvisie (NOVI).
Projecten Noord Nederland | ||||
Verkenning Groningen Suiker | 97 | 94 | * | |
Projecten Noordwest-Nederland | ||||
A9 Rottepolderplein | 5 | 5 | ||
OV en Wonen in en rond Utrecht | 905 | 879 | ||
OV-verbinding Amsterdam-Haarlemmermeer | 872 | 847 | * | |
Verkenning Oude Lijn | 1402 | 1361 | * | |
A27 Zeewolde-Eemnes | 3 | 3 | ntb | |
Projecten Zuidwest-Nederland | ||||
A15 Papendrecht-Gorinchem | 138 | 134 | ntb | |
Verkenning MerwedeLingelijn | 57 | 55 | * | |
Verkenning Rail Gent Terneuzen | 106 | 103 | 1 | |
Verkenning BRT Leiden-Zoetermeer | 37 | 36 | ||
Capaciteitsverruiming A16 Van Brienenoordcorridor Rotterdam | 290 | 282 | ntb | |
Projecten Zuid-Nederland | ||||
A2 Deil-Den Bosch/Vught | 126 | 122 | ntb | |
A58 Tilburg-Breda | 25 | 24 | ntb | |
Verkenning HUB Den Bosch | 142 | 138 | * | |
Projecten Oost-Nederland | ||||
A50 Ewijk-Bankhoef-Paalgraven & corridor Nijmegen-Eindhoven | 452 | 438 | 2024 | |
Verkenning Knooppunt OV Nijmegen | 45 | 44 | ||
N35 Wijthmen-Nijverdal | 112 | 15 | ntb | 2 |
Totaal verkenningsprogramma | ||||
Begroting (MF 11.01) | 4.814 | 4.578 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Verkenning Rail Gent Terneuzen: Indien het project onverhoopt geen doorgang vindt, vloeien de dan nog onbestede middelen weer terug naar de onverdeelde middelen van het NGF.
- N35 Wijthmen-Nijverdal: Via het amendement (36 410 A, nr. 27) heeft de Tweede Kamer de budgetschuif voor de N35 verkenning Wijthmen-Nijverdal ongedaan gemaakt. Het eerder afgeroomde bedrag van € 94 miljoen is weer toegevoegd aan het projectbudget.
De projecten in de verkenningenfase zijn geïndexeerd naar prijspeil 2024.
*In het projectoverzicht van de voorjaarsnota 2024 was per abuis voor een aantal projecten een verkeerde stand opgenomen. De betreffende projecten zijn met een «*» aangegeven en de standen «vorig» zijn gecorrigeerd.
11.02 Korte termijn mobiliteitsmaatregelen
Motivering
Op dit artikelonderdeel zijn middelen gereserveerd voor korte termijn mobiliteitsmaatregelen. Met het programma Beter Benutten is de afgelopen jaren veel ervaring opgedaan door met kleine en/of slimme maatregelen mobiliteitsvraagstukken aan te pakken. De gereserveerde middelen op dit artikel zijn nog niet specifiek toegewezen aan decentrale overheden of specifieke uitvoeringsmaatregelen. Daarmee zijn deze budgetten planflexibel.
11.03 Reserveringen
Motivering
Op dit artikelonderdeel zijn middelen gereserveerd voor beleidsprioriteiten of voorziene omstandigheden waarbij nog geen sprake is van een formele verkenning of gedragen uitwerking. Deze middelen zijn bestemd voor specifieke toekomstige opgaven. Dit zijn bijvoorbeeld de gebiedsgerichte bereikbaarheidsprogramma’s. In deze gebiedsgerichte bereikbaarheidsprogramma’s wordt de bereikbaarheidsopgave in deze gebieden adaptief en integraal opgepakt. Daarbij wordt samengewerkt met de verschillende decentrale overheden. Wanneer duidelijk is hoe en wanneer de opgaven worden aangepakt, bijvoorbeeld met een verkenning of ander soortige (korte termijn) maatregelen worden de gereserveerde middelen overgeboekt naar het betreffende productartikel of artikelonderdeel op artikel 11.
Producten
Projecten Noordwest-Nederland | ||||
Programma Samen Bouwen aan Bereikbaarheid | 8 | 8 | nvt | |
Projecten Zuid-Nederland | ||||
Reservering Netwerkontwikkeling A2/N2 | 239 | ntb | 1 | |
Multimodaal Metropool Regio Eindhoven | 175 | nvt | 2 | |
Brainport Eindhoven | 828 | 813 | nvt | * |
Reserveringen | ||||
N33 en Nedersaksenlijn | 340 | 480 | ntb | 3 |
Beheer en onderhoud Caribisch Nederland | 72 | 69 | nvt | |
Maatregelenpakket Spoorgoederenvervoer | 7 | 8 | nvt | |
ERTMS | 725 | 704 | nvt | * |
Programma Hoogfrequent Spoor | 133 | nvt | 4 | |
Slimme en duurzame mobiliteit | 4 | 4 | nvt | |
Pakket Zeeland | 112 | 93 | nvt | 5 |
Schoon Emissieloos Bouwen (rijksdiensten) | 105 | 102 | nvt | |
Reservering Bereikbaarheid WoMo HWN | 17 | 16 | nvt | |
Robuuste Hoofdvaarwegen | 173 | 168 | nvt | |
Goederenvervoercorridors | 11 | 12 | nvt | |
Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur (PBNI) | 146 | nvt | 6 | |
Stikstof | 14 | 13 | nvt | |
Strategisch Capaciteitsmanagement | 3 | 3 | nvt | |
Verduurzaming Gebouwen | 1 | nvt | 7 | |
Modaliteitspecifieke reservering | 43 | 16 | nvt | 8 |
Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuur | 100 | 100 | nvt | 9 |
Westerscheldetunnel | 147 | nvt | 10 | |
Lelylijn | 6 | 5 | nvt | |
RegioExpress | 87 | 85 | nvt | |
EurregioRail | 33 | 32 | nvt | |
Ontsluiting Woningbouw | 36 | 39 | nvt | |
Reservering Instandhouding | 7.017 | 7.767 | nvt | 11 |
Totaal reserveringen | 10.435 | 10.683 | ||
Begroting (MF 11.03) | 10.435 | 10.683 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Reservering Netwerkontwikkeling A2/N2: dit betreft een reservering voor het project Hoofdwegennet/Onderliggend Wegennet A2/N2 met Brainportlijn en noordwestelijke ontsluiting, ontvangen vanuit het Nationaal Groeifonds. De middelen zijn met VJN 2024 al overgeboekt ten behoeve van de Brainportregio Eindhoven;
- Multimodaal Metropool Regio Eindhoven: dit betreft een reservering voor het Multimodaal pakket Metropool Regio Eindhoven (MRE), ontvangen vanuit het Nationaal Groeifonds. Deze middelen worden ingezet voor de Ruimtelijke Schaalsprong met Brainportregio Eindhoven. De middelen zijn met VJN 2024 al overgeboekt naar het MF
- N33 en Nedersaksenlijn: voor de N33 Midden (Zuidbroek-Appingedam) is € 145 miljoen overgeboekt naar het artikel 12. Voor de N33 Noord (Appingedam-Eemshaven) is € 5 miljoen van de totale reservering (€ 250 miljoen) overgeboekt naar het artikel 12 om de studiekosten van het MIRT-onderzoek te bekostigen;
- Programma Hoogfrequent Spoor (PHS): Er is een overboeking geweest vanuit de risicoreservering PHS naar de reservering PHS. De risico is al opgetreden, daarom zijn de middelen overgemaakt van artikelonderdeel 11.04 naar 11.03;
- Maatregelenpakket Zeeland: vanuit de generieke investeringsruimte (artikelonderdeel 11.04) is € 20,4 miljoen toegevoegd voor de meerjarige dekking van de exploitatiebijdrage aan NS voor de contractlijn in Zeeland. Daarnaast is € 4,5 miljoen overgeboekt naar de beleidsbegroting HXII ten behoeve van de exploitatiebijdrage NS 2024;
- Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur (PBNI): Voor de jaren 2026 tot en met 2037 is in totaal € 146,1 miljoen gereserveerd voor het IenW-aandeel in de uitvoering van het actieplan Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur (PBNI);
- Verduurzaming Gebouwen: dit betreft de reservering voor de verduurzaming van RWS-gebouwen;
- Modaliteitspecifieke reservering: dit betreft een aanvulling van de modaliteitspecifieke reservering voor de modaliteiten Wegen, Vaarwegen en Spoor. Dekking komt vanuit de integrale opgave op het MF;
- Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuur: er zijn middelen vanuit het Klimaatfonds met VJN 2024 overgeboekt naar het MF. Het gaat om € 100 miljoen ten behoeve van het uitvoeringsprogramma Klimaatneutrale en Circulaire Infrastructuur (KCI). Per abuis is deze reservering niet toegevoegd aan het projecttabel bij de eerste suppletoire begroting 2024. Deze is nu meegenomen bij de begroting 2025.
- Westerscheldetunnel: dit betreft een overboeking naar het beleidsartikel voor de mogelijke verlening van een Specifieke Uitkering (SPUK) aan de provincie Zeeland voor de gederfde tolinkomsten als gevolg van het vervroegd tolvrij maken van de Westerscheldetunnel.
- CA-middelen instandhouding: De resterende middelen in 2025 (€ 90,7 miljoen) zijn ingezet voor de integrale opgave op het MF. Daarnaast is in de begroting van 2025 besloten om vanuit de reservering instandhouding de financiering van het BKN RWS beleidsarm met twee jaar door te trekken. Het instandhoudingskader op artikel 12 en artikel 15 op het MF is in totaal met circa € 1.120 miljoen voor 2031 en 2032 verhoogd.
Voor zover hierboven niet toegelicht zijn de getroffen reserveringen geïndexeerd naar prijspeil 2024.
*In het projectoverzicht van de voorjaarsnota 2024 was per abuis voor een aantal projecten een verkeerde stand opgenomen. De betreffende projecten zijn met een «*» aangegeven en de standen «vorig» zijn gecorrigeerd.
11.04 Generieke investeringsruimte
Motivering
Op dit artikelonderdeel is de generieke investeringsruimte tot en met 2038 begroot. Dit betreft de investeringsruimte waarvoor nog geen bestemming is aangegeven, en ook niet specifiek is toebedeeld aan een beleidsreservering, (gebieds)programma, verkenning of een modaliteit.
De generieke investeringsruimte is onder meer beschikbaar voor het kunnen opvangen van (toekomstige) risico’s en nieuwe beleidswensen onder andere op basis van de Nationale Omgevingsvisie (NOVI), toekomstbeelden en de IMA (Integrale Mobiliteitsanalyse). De vrije investeringsruimte wordt jaarlijks gevoed door de verlenging van het fonds. Na bestuurlijke overleggen MIRT informeert het kabinet de Tweede Kamer over de voorstellen om de voor het huidig kabinet beschikbare investeringsruimte in te zetten.
Het beschikbare budget op artikelonderdeel 11.04 bedroeg in de ontwerpbegroting 2024, € 6,1 miljard; waarvan € 6,8 miljard gereserveerd voor risicoreserveringen en € 700 miljoen staat op de minregel Vrachtwagenheffing.
Door de aanpassingen doorgevoerd bij de 1e suppletoire begroting 2024 en de hieronder genoemde aanpassingen is de omvang van de investeringsruimte in de begroting 2025, € 4,9 miljard tot en met 2038. De investeringsruimte is grotendeels gereserveerd voor risicoreserveringen en tegenvallers (€ 4,2 miljard). Daarnaast is de minregel van de vrachtwagenheffing met de 1e suppletoire begroting 2024 verhoogd met € 160 miljoen tot een bedrag van € 860 miljoen. Verder Er restereert een vrij investeringsruimte van € 1,56 miljard vanwege de extrapolatie 2038.
Vrije investeringsruimte | ||||||||
Risicoreserveringen | 6.500 | 64.223 | 110.416 | 420.220 | 406.881 | 474.627 | 436.596 | 276.740 |
Voorfinanciering vrachtwagenheffing | ‒ 215.000 | ‒ 215.000 | ||||||
Totaal | 6.500 | 64.223 | 110.416 | 420.220 | 406.881 | 474.627 | 221.596 | 61.740 |
Vrije investeringsruimte | 1.077.506 | 1.077.506 | ||||||
Risicoreserveringen | 346.001 | 279.796 | 325.916 | 305.642 | 338.317 | 212.237 | 193.449 | 4.197.561 |
Voorfinanciering vrachtwagenheffing | ‒ 215.000 | ‒ 215.000 | ‒ 860.000 | |||||
Totaal | 131.001 | 64.796 | 325.916 | 305.642 | 338.317 | 212.237 | 1.270.955 | 4.415.067 |
Producten
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Dekkingsopgave MF 2025: In deze begroting is de interne dekkingsopgave op het Mobiliteitsfonds verwerkt. De opgave betreft in totaal € 838,9 miljoen, waarvan € 178,3 miljoen voor het Hoofdwegenet, € 411,1 miljoen voor Spoorwegen, € 247,5 miljoen voor het Hoofdvaarwegennet en € 2 miljoen voor de opgave Fiets. Met de Nota van Wijziging op de eerste suppletoire begroting 2024 is € 10,2 miljoen (€ 4 miljoen in 2024 en € 6,2 miljoen in 2025) van de dekkingsopgave reeds verwerkt voor de uitvoering van het Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur (PBNI). De opgave wordt gedekt uit verschillende dekkingsbronnen bij de modaliteiten. Vanuit het Hoofdwegennet wordt er € 226,4 miljoen gedekt. Vanuit het Spoorwegennet wordt er € 153 miljoen gedekt en vanuit het Hoofdvaarwegennet wordt er € 28,3 gedekt. Verder is een deel van de opgave gedekt door de reservering CA-middelen in 2025 (€ 90,7 miljoen). Tot slot is het overige deel gedekt uit de extrapolatieruimte 2037 (€ 330,3 miljoen). Zowel de dekkingsmutaties als de opgavemutaties zijn verwerkt op artikelonderdeel 11.04;
- Loon-en prijsbijstelling 2024: De loon- en prijsbijstelling tranche 2024 is vanuit het Ministerie van Financiën toegvoegd aan artikelonderdeel 11.04 en verdeeld over de verschillende projecten en reserveringen op het Mobiliteitsfonds;
- NS-tarieven: In 2023 heeft de Kamer met het amendement-Bikker (36410A, nr. 10) de tariefsverhoging van de NS tarieven over 2024 (8,7%) eenmalig afgewend. Om te voorkomen dat de tarieven in 2025, naast de reguliere prijsontwikkeling van 2025, alsnog stijgen met deze 8,7% extra, heeft het kabinet besloten de kosten voor 2025 evenredig over de reiziger, NS en IenW te verdelen. De middelen voor deze demping voor 2025 komen uit de generieke investeringsruimte op het Mobiliteitsfonds (€ 42 miljoen), nadat deze middelen in het juiste ritme zijn gezet.
- Minregel Vrachtwagenheffing: De minregel voor vrachtwagenheffing is met de Voorjaarsnota 2024 verhoogd met € 160 miljoen tot € 860 miljoen om de verplichtingen op de contracten in de exploitatiefase vast te leggen. De vrachtwagenheffing wordt nu geraamd op de beleidsbegroting HXII, artikel 15. Het streven is om de minregel met de Voorjaarsnota 2025 definitief op te heffen op het Mobiliteitsfonds;
- Prijsstijgingen: diverse aanleg- en instandhoudingsprojecten op de verschillende modaliteiten hebben last gehad van excessieve prijsstijgingen. Bij de ontwerpbegroting 2025 gaat het om een opgave van € 549 miljoen. Voor het Hoofdwegennet gaat het om een opgave van € 182 miljoen. Voor het Spoorwegennet gaat het om een opgave van € 208 miljoen en voor het Hoofdvaarwegennet gaat het om een opgave van € 159 miljoen. Dekking is gevonden binnen het MF en komt uit de generieke investeringsruimte. De middelen zijn toegevoegd aan de verschillende projecten op de artikelen 12, 13, 15 en 17 van het Mobiliteitsfonds.
- BKN-Spoor: Vanaf 2026 is er een tekort in het Exploitatie, Onderhoud en Vernieuwingsbudget bij ProRail. De middelen vanuit de generieke investeringsruimte op artikelonderdeel 11.04 zijn inclusief loon-en prijsbijstelling 2024 overgeboekt naar artikelonderdeel 13.02 (€ 578 miljoen). Dit geldt eveneens voor de resterende extrapolatieruimte 2037 van € 223 miljoen, dat is overgeboekt naar artikelonderdeel 13.02. De middelen gelden als dekking voor de tekorten die zijn ontstaan bij de instandhoudingsbudgetten van ProRail.
3.2 Artikel 12 Hoofdwegennet
A. Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van het hoofdwegennet verantwoord. Dit betreft de onderdelen exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling, geïntegreerde contractvormen/PPS, en netwerkgebonden kosten. Deze producten zijn gerelateerd aan de beleidsdoelen en -instrumenten zoals beschreven in beleidsartikel 14 Wegen en Verkeersveiligheid op de beleidsbegroting Hoofdstuk XII.
B. Budgettaire gevolgen van uitvoering
Verplichtingen | 4.431.149 | 4.575.841 | 4.696.363 | 3.989.805 | 2.898.831 | 3.070.126 | 3.226.278 |
Uitgaven | 3.210.933 | 3.898.451 | 3.940.969 | 4.475.822 | 4.198.790 | 4.275.981 | 3.946.443 |
12.01 Exploitatie | 5.763 | 6.293 | 5.676 | 9.922 | 10.550 | 9.764 | 8.618 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 5.763 | 6.293 | 5.676 | 9.922 | 10.550 | 9.764 | 8.618 |
12.02 Onderhoud en vernieuwing | 1.034.926 | 1.258.444 | 1.369.323 | 1.479.874 | 1.450.530 | 1.534.478 | 1.376.014 |
12.02.01 Onderhoud | 774.855 | 929.188 | 983.801 | 922.160 | 932.349 | 946.368 | 957.055 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 774.855 | 929.188 | 983.801 | 922.160 | 932.349 | 946.368 | 957.055 |
12.02.04 Vernieuwing | 260.071 | 329.256 | 385.522 | 557.714 | 518.181 | 588.110 | 418.959 |
12.03 Ontwikkeling | 581.266 | 740.684 | 730.850 | 1.011.721 | 902.231 | 1.007.529 | 897.144 |
12.03.01 Aanleg | 445.216 | 377.306 | 345.388 | 646.939 | 627.880 | 546.194 | 300.429 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 22.591 | 2.775 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
12.03.02 Planning en studies | 128.602 | 235.937 | 219.327 | 271.972 | 241.100 | 458.403 | 484.459 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 19.130 | 21.487 | 16.095 | 10.040 | 7.830 | 7.830 | 10.882 |
12.03.03 Optimalisering gebruik | 7.448 | 127.441 | 166.135 | 92.810 | 33.251 | 2.932 | 112.256 |
12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 778.672 | 1.123.476 | 1.057.604 | 1.063.119 | 904.439 | 835.056 | 799.823 |
12.06 Netwerkgebonden kosten HWN | 810.306 | 769.554 | 777.516 | 911.186 | 931.040 | 889.154 | 864.844 |
12.06.01 Apparaatskosten RWS | 631.499 | 657.991 | 661.958 | 660.428 | 654.407 | 655.384 | 651.920 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 631.499 | 657.991 | 661.958 | 660.428 | 654.407 | 655.384 | 651.920 |
12.06.02 Overige netwerkgebonden kosten | 178.807 | 111.563 | 115.558 | 250.758 | 276.633 | 233.770 | 212.924 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 170.307 | 111.563 | 115.558 | 250.758 | 276.633 | 233.770 | 212.924 |
Ontvangsten | 116.288 | 104.959 | 124.305 | 118.556 | 122.404 | 112.016 | 207.422 |
12.09 Ontvangsten | 116.288 | 104.959 | 124.305 | 118.556 | 122.404 | 112.016 | 207.422 |
12.09.01 Ontvangsten | 0 | 63.410 | 11.834 | 3.200 | 14.156 | 11.010 | 43.838 |
12.09.02 Tolopgave | 0 | 41.549 | 112.471 | 115.356 | 108.248 | 101.006 | 163.584 |
Budgetflexibiliteit
Juridisch verplicht | 94% |
Bestuurlijk gebonden | 6% |
Beleidsmatig gereserveerd | |
Nog niet ingevuld/vrij te besteden |
Toelichting
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2025 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2025. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
C. Toelichting
12.01 Exploitatie
Motivering
Met exploitatie streeft IenW naar een veilig en optimaal gebruik van de beschikbare weginfrastructuur en het bereiken van een voorspelbare en betrouwbare reistijd van deur tot deur op de meest duurzame manier en met oog voor de leefomgeving. Daarmee worden de verkeersveiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid in Nederland bevorderd.
Producten
De uitgaven voor de exploitatie hebben betrekking op het verzamelen en verspreiden van verkeersdata en op besturingssoftware voor informatiepanelen en andere apparatuur. Samen met de weginspecteurs van Rijkswaterstaat (RWS) resulteert dit in:
- Verkeersbegeleiding bij grote drukte, inclusief grootschalige evenementen en crisissituaties zoals bij een weeralarm;
- Hulpverlening, bevorderen doorstroming en informatievoorziening bij pech en ongevallen (incidentmanagement);
- Maatregelen ter bevordering van gedisciplineerd en sociaal weggedrag, bijvoorbeeld ter voorkoming van het negeren van rode kruizen en vlucht- strookparkeren;
- Voorlichting over rijkswegen, zoals voorlichting over de gevolgen van wegwerkzaamheden.
De meeste van deze maatregelen worden ingezet vanuit zes regionale verkeerscentrales en een landelijke verkeerscentrale. Hierbij wordt het rijkswegennet in samenhang met het regionale wegennet beschouwd door toepassing van gebiedsgericht verkeersmanagement waarbij wordt ingezet op regionale samenwerking.
De activiteiten die door RWS centraal worden uitgevoerd, worden bekostigd uit het budget voor netwerkgebonden kosten.
Meetbare gegevens
Verkeerssignalering | km op rijbaan | 2.964 | 2.984 | 3.011 |
Verkeerscentrales | aantal | 6 | 6 | 6 |
Spitsstroken | km | 293 | 286 | 254 |
Toelichting
De lengte van de verkeerssignalering neemt in 2025 naar verwachting toe als gevolg van de openstelling van de A16 Rotterdam.
De lengte spitsstroken zal in 2025 afnemen doordat bij de verbreding op de A2 tussen Het Vonderen en Kerensheiden de spitsstroken omgezet worden naar permanente rijstroken.
Levering verkeersgegevens: op alle bemeten wegvakken wordt betrouwbare reis en routeinformatie ingewonnen en tijdig geleverd aan de serviceproviders | ||||
1. beschikbaarheid data voor derden: % van de RWS-meetlocaties dat goed functioneert | 93% | 91% | 90% | 90% |
2. actualiteit data voor derden: % van de gegevens van een meetminuut, dat binnen 75 sec. daarna door RWS wordt geleverd aan NDW | 100% | 99% | 95% | nvt |
Toelichting
Deze indicator geeft aan in welke mate RWS intensiteit- en snelheidsgegevens van de meetlocaties beschikbaar heeft en ze tijdig doorgeeft aan het Nationaal Dataportaal Wegverkeer (NDW).
De indicator kent twee aspecten, namelijk:
- de mate van beschikbaarheid van de RWS meetlocaties (aantal x tijd);
- de mate waarin meetgegevens tijdig (binnen 75 seconden) verstuurd zijn naar de NDW.
Dit tweede aspect van deze indicator komt vanaf 2025 te vervallen. De meting is niet meer relevant, aangezien het ontvangende systeem tegenwoordig gebruik maakt van Floating Car Data (mobiele telefoons in auto's).
De percentages worden berekend ten opzichte van de totalen.
12.02 Onderhoud en vernieuwing
Motivering
Door middel van onderhoud en vernieuwing worden het hoofdwegennet en de directe omgeving op orde gehouden, zodat het vervullen van de primaire functie gewaarborgd is: het faciliteren van veilig, vlot en comfortabel vervoer van personen en goederen met aandacht voor de kwaliteit van het milieu. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen regulier onderhoud enerzijds en vernieuwingen anderzijds.
Producten
Het regulier onderhoud van hoofdwegen omvat maatregelen aan verhar dingen, kunstwerken (zoals bruggen, tunnels en viaducten), verkeersvoor- zieningen, landschap en milieu en voorzieningen voor verkeersmanagement (zoals signalering en verkeerscentrales).
In bijlage 4 'Instandhouding' van deze begroting wordt uitgebreid ingegaan op de werking van de instandhouding van de netwerken die onder verant woordelijkheid van IenW vallen.
Maatregelen
In de begroting van 2024 is besloten tot een verschuiving van financiële middelen en personele capaciteit naar instandhouding1, aanvullend op de extra vrijgemaakte middelen uit het coalitieakkoord van het kabinet Rutte IV. Met deze middelen werkt IenW aan de grootste onderhoudsopgave van onze infrastructuur ooit. Het streven is een structurele groei van het productievolume te realiseren van € 2 miljard naar € 3 miljard per jaar (prijspeil 2022), waarvan € 0,8 miljard per jaar voor vernieuwing van infrastructuur. Dit is toegelicht in de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 17 maart 2023 (Kamerstuk 29 385, nr. 119). Over de aanpak van IenW om de productie op instandhouding te vergroten en de validatie van de omvang van de instandhoudingsopgave is de Kamer op 17 juni 2024 per brief geinformeerd (Kamerstuk 29 385, nr. 139).
12.02.01 Onderhoud
IenW zet in op veiligheid, beschikbaarheid en betrouwbaarheid van het hoofdwegennet over de hele levenscyclus van de infrastructuur. Die omhelst wegen, bruggen, viaducten, tunnels, aquaducten, matrixborden, verkeerscentrales en verkeersvoorzieningen. Onderhoud betreft zowel het preventief als het correctief onderhoud.
Zoals in de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 11 november 2022 (Kamerstuk 29 385, nr. 116) is toegelicht, worden drie uitgangspunten gehanteerd bij de nadere uitwerking van keuzes, namelijk een efficiënte en duurzame inzet, haalbaar en maakbaar, en een eerlijke verdeling van kosten. Het doel is om op alle netwerken de veiligheid te blijven bieden en toe te werken naar hoger niveau van voorspelbaarheid en beschikbaarheid. Hiermee zorgen we ervoor dat nu en in de toekomst onze wegen, vaarwegen en waterwerken goed te gebruiken zijn. Dit is de basis. Deze basis geeft ook voorspelbaarheid in de uitvoering, zowel voor marktpartijen als voor RWS.
De uitgaven voor het onderhoud bestaan hoofdzakelijk uit:
- Uitgaven voor onderhoud van verhardingen waaronder het herstel van vorstschade en het zoveel mogelijk voorkomen daarvan;
- Uitgaven voor onderhoud van kunstwerken;
- Uitgaven voor onderhoud aan (Dynamisch Verkeersmanagement) DVM- systemen zoals matrixborden, informatiepanelen en verkeerscentrales;
- Klein variabel en vast onderhoud aan verkeersvoorzieningen, zoals onderhoud aan bermen, geleiderail, bewegwijzering, geluidsschermen en verlichting;
- Uitgaven voor geluidmaatregelen (landschap en milieu) als gevolg van naleving van geluidproductieplafonds voor zover geen onderdeel van een aanlegproject.
Meetbare gegevens
In onderstaande figuur is een verdeling gegeven van de onderhoudskosten. De percentages zijn gebaseerd op een meerjarig gemiddelde over de periode 2021-2025.
Figuur 5 Onderverdeling van de onderhoudskosten hoofdwegennet
Rijbaanlengte | Hoofdrijbaan | km | 5.858 | 5.849 | 5.893 |
Rijbaanlengte | Verbindingswegen en op- en afritten | km | 1.612 | 1.619 | 1.631 |
Areaal asfalt | Hoofdrijbaan | km2 | 77,3 | 77,4 | 77,7 |
Areaal asfalt | Verbindingswegen en op- en afritten | km2 | 14,4 | 14,4 | 14,6 |
Groen areaal | km2 | 184,4 | 184 | 184,4 |
- Bron: Rijkswaterstaat 2024
Toelichting
In 2025 wordt een toename van de lengte van de hoofdrijbaan voorzien met name als gevolg van de openstelling van de A16 Rotterdam. Er wordt een toename van de oppervlakte voorzien met name als gevolg van de openstelling van de A16 Rotterdam en de verbreding van de A1 tussen Apeldoorn en Twello. De verbindingswegen en op- en afritten nemen in 2025 naar verwachting in lengte en oppervlakte toe als gevolg van de aanleg van de A16 Rotterdam.
Wegen | Oppervlakte wegdek (Exclusief verzorgingsbanen) |
km2 | 92,3 | 983.801 |
- Bron: Rijkswaterstaat 2024
Toelichting
In deze tabel wordt het totale areaal exclusief verzorgingsbanen weergegeven. In 2025 betreft dit in totaal 92,3 vierkante kilomer als gevolg van de aanleg van de A16 Rotterdam en de openstelling van extra rijstroken op de A1 tussen Apeldoorn en Twello.
Voor de netwerken in beheer van RWS moeten de afspraken over het basiskwaliteitsniveau worden vertaald naar nieuwe indicatoren en streefwaarden. Daarom wordt in afwachting daarvan in onderstaande tabel nog uitgegaan van de prestatieafspraken vanuit de Beheer en Onderhoud (BenO) overeenkomst 2022-2023.
Files door Werk in Uitvoering, als gevolg van aanleg en gepland onderhoud (1): | 2,8% | 4,4% | 10,0% | 10,0% |
Technische Beschikbaarheid: deel van lengte en tijd (%) dat de weg veilig beschikbaar is, zonder dat rij- of vluchtstroken zijn afgesloten als gevolg van aanleg of geplande onderhoudswerkzaamheden |
98,2% | 98,5% | 90,0% | 90,0% |
Veiligheid (2): | ||||
a. voldoen aan norm voor verhardingen (stroefheid en spoorvorming) | 99,7% | 99,6% | 99,7% | 99,7% |
b. voldoen aan norm gladheidbestrijding (binnen 2 uur preventief strooien). | 99% | 99% | 95% | 95% |
Toelichting
- Files door Werk in Uitvoering, als gevolg van aanleg en gepland onderhoud (1): deze indicator betreft de verhouding ‘Files door aanleg, beheer en onderhoud’ ten opzichte van ‘Alle files’. Hierbij worden alleen files meegeteld die een snelheid hebben lager dan 50 km/uur en een lengte van minstens 2 km. De overige vertragingen, namelijk die met een snelheid tussen 50 en 100 km/uur en/of over korte lengte, worden niet benoemd als files, maar als congestie.
Veiligheid (2): de indicator kent twee aspecten, namelijk:
a) het voldoen aan de veiligheidsnormen: dit wordt gemonitord aan de hand van de schadekenmerken stroefheid en spoorvorming, en
b) het tijdig bestrijden van wintergladheid: dit wordt gemonitord aan de hand van de situaties waarin tijdig preventief dient te worden gestrooid.
12.02.04 Vernieuwing
Op dit artikelonderdeel staan de beschikbare budgetten voor vernieuwing (voorheen: vervanging en renovatie) van het hoofdwegennet. Sinds medio vorige eeuw is in hoog tempo een groot deel van de infrastructuur aangelegd. Het is van belang dat de veiligheid en de beschikbaarheid van het hoofdwegennet in stand worden gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien. Op basis van onderzoek wordt jaarlijks een analyse gemaakt voor welke kunstwerken vervanging of renovatie aan de orde is. RWS bekijkt via inspecties waar maatregelen nodig zijn. Voor een zichtperiode van ongeveer 7 jaar is dit vooruit te plannen in concrete projecten. Voor de periode daarna zijn budgetten beschikbaar, maar wordt de invulling van het programma op een later moment concreet. De werkwijze staat verder toegelicht in bijlage 4 'Instandhouding'. In het MIRT-projectenoverzicht worden onderliggende projecten inzichtelijk gemaakt.
12.03 Ontwikkeling
Motivering
Om een betrouwbaar netwerk te realiseren en de verwachte verkeersgroei te faciliteren, worden infrastructuurprojecten voorbereid en uitgevoerd. Zo wordt bereikt dat de noodzakelijke wegcapaciteit beschikbaar is en komt. Daarbij wordt rekening gehouden met de kaders van veiligheid en leefbaarheid.
Maatregelen
Herprioritering MIRT
In 2023 heeft IenW besloten om meerdere MIRT-projecten te pauzeren vanwege een opeenstapeling van factoren (stikstof, capaciteit en financiën). IenW focust op wat wél kan en zet haar financiële middelen en capaciteit zo in dat de bereikbaarheid en veiligheid daar het meeste van profiteren. Dit betekent inzet op het in stand houden van de infrastructuur en aanlegprojecten die in (naderende) realisatie zijn. Dit samen betekende bij de begroting 2024 een financiële schuif, waarbij gereserveerde budgetten van (weg)projecten grotendeels anders zijn ingezet. Voor het hoofdwegennet was de omvang van de financiële schuif € 3,4 miljard (prijspeil 2022), waarvan € 2,3 miljard is geschoven binnen het aanlegprogramma (Kamerstuk 36 410 A, nr. 2).
Verkeersveiligheid hoofdwegennet
Er wordt op verschillende manieren geïnvesteerd in verder verbeteren van de verkeersveiligheid op het hoofdwegennet. Vanuit het Coalitieakkoord van het kabinet Rutte IV is voor de jaren 2023-2026 in totaal € 200 miljoen beschikbaar gesteld voor het verbeteren van de verkeersveiligheid op Rijks-N-wegen. Daarnaast worden verschillende verkeersveiligheids-maatregelen genomen vanuit het programma Meer Veilig. Zo is € 25 miljoen beschikbaar voor het veiliger maken van de bermen van N-wegen in beheer van het Rijk.
12.03.01 Aanleg
Motivering
Op dit artikel staan de beschikbare budgetten die noodzakelijk zijn voor de (realisatie)activiteiten bij het hoofdwegennet. Voorbeelden zijn uitgaven die worden gedaan voor de uitvoering (bouwfase) van MIRT-projecten.
Mijpalen Aanlegprojecten
In 2025 wil IenW de volgende mijlpalen realiseren.
Openstelling | A16 Rotterdam |
A1 Apeldoorn-Azelo 2e fase (verbreding naar 2 x 4 rijstroken tussen Apeldoorn en Twello) |
Producten
Projecten Nationaal | |||||||||||||
Kleine projecten / Afronding projecten | 6.079 | 6.080 | 6.005 | 24 | 10 | 6 | 11 | 12 | 1 | 10 | |||
Programma snelheidsaanpassing | 55 | 55 | 52 | 3 | |||||||||
Programma aansluitingen | 133 | 133 | 127 | 6 | |||||||||
Quick Wins Wegen | 12 | 12 | 12 | ||||||||||
ZSM 1+2 (spoedwet wegverbreding) | 1.478 | 1.478 | 1.476 | 2 | 2016 | 2016 | |||||||
Projecten Noordwest-Nederland | |||||||||||||
A10 Amsterdam praktijk-proef FES | 41 | 41 | 38 | 3 | 2018 | 2018 | |||||||
A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel (Zuidas) | 833 | 809 | 96 | 42 | 87 | 99 | 94 | 78 | 106 | 230 | 2032-2036 | 2032-2036 | |
A1/A6/A9 Schiphol-Amsterdam-Almere | 1.218 | 1.211 | 982 | 31 | 33 | 60 | 84 | 28 | 2027 | 2027 | |||
A1 Bunschoten-Knooppunt Hoevelaken | 19 | 19 | 19 | 2015 | 2015 | ||||||||
A2 Holendrecht - Oudenrijn | 1.209 | 1.209 | 1.209 | 2012 | 2012 | ||||||||
A9 Badhoevedorp | 292 | 292 | 288 | 4 | 2017 | 2017 | |||||||
N50 Ens - Emmeloord | 19 | 19 | 19 | 2016 | 2016 | ||||||||
Projecten Zuidwest-Nederland | |||||||||||||
A15 Papendrecht-Sliedrecht | 22 | 22 | 18 | 4 | 2021 | 2021 | |||||||
A4-A44 Rijnlandroute | 557 | 553 | 407 | 59 | 62 | 29 | regio | regio | |||||
A4 Burgerveen - Leiden | 541 | 541 | 541 | 2015 | 2015 | ||||||||
A4 Delft - Schiedam | 642 | 642 | 642 | 2015 | 2015 | ||||||||
A4 Vlietland / N14 | 16 | 16 | 16 | 2020 | 2020 | ||||||||
N57/N59 EuroRAP (verkeersveiligheid) | 22 | 21 | 8 | 3 | 11 | n.t.b. | n.t.b. | ||||||
N61 Hoek-Schoondijke | 111 | 111 | 111 | 2015 | 2015 | ||||||||
Projecten Zuid-Nederland | |||||||||||||
A2 Passage Maastricht | 686 | 686 | 679 | 7 | 2016 | 2016 | |||||||
A4 Dinteloord-Bergen op Zoom | 260 | 260 | 259 | 2014 | 2014 | ||||||||
A76 Aansluiting Nuth | 59 | 61 | 59 | regio | regio | ||||||||
A27 Houten Hooipolder | 110 | 110 | 110 | ||||||||||
A2 Het Vonderen-Kerensheide | 417 | 348 | 44 | 26 | 60 | 89 | 133 | 65 | 2025-2027 | 2025-2027 | 1 | ||
Projecten Oost-Nederland | |||||||||||||
A12-A15 Ressen - Oudenbroeken (ViA15) | 686 | 671 | 173 | 8 | 61 | 432 | 7 | 5 | n.t.b. | n.t.b. | |||
A1 Apeldoorn - Azelo: fase 1 en fase 2a | 493 | 489 | 345 | 97 | 46 | 5 | 2023-2025 | 2023-2025 | |||||
A1 Apeldoorn Zuid - Beekbergen | 29 | 29 | 29 | 2017 | 2017 | ||||||||
A50 Ewijk - Valburg | 269 | 269 | 269 | 2017 | 2017 | ||||||||
N35 Combiplan Nijverdal | 319 | 319 | 317 | 1 | 1 | 2015 | 2015 | ||||||
N35 Wijthmen - Nijverdal | 24 | 24 | 4 | 12 | 7 | 2 | 2018 | 2018 | |||||
N35 Zwolle - Wijthmen | 50 | 50 | 49 | 2018 | 2018 | ||||||||
Projecten Noord-Nederland | |||||||||||||
A7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 2 | 928 | 915 | 744 | 82 | 83 | 11 | 8 | 2025 | 2025 | ||||
N31 Leeuwarden (De Haak) | 222 | 222 | 220 | 2 | 2014 | 2014 | |||||||
Overige maatregelen | |||||||||||||
Fileaanpak | 61 | 61 | 61 | 1 | |||||||||
Meer kwaliteit leefomgeving | 152 | 158 | 152 | 1 | |||||||||
Meer veilig | 117 | 115 | 115 | 1 | |||||||||
Afrondingen | |||||||||||||
Totaal aanlegprogramma | 18.181 | 18.051 | 15.695 | 406 | 466 | 702 | 366 | 191 | 107 | 247 | |||
Totaal uitvoeringsprogramma | 18.181 | 18.051 | 15.695 | 406 | 466 | 702 | 366 | 191 | 107 | 247 | |||
Aanleg uitgaven op MF 12.03.01 mbt Planning en studies | 99 | 100 | 113 | 117 | 134 | 24 | |||||||
Programma Aanleg | 505 | 566 | 815 | 483 | 325 | 131 | |||||||
Budget Aanleg (MF 12.03.01) | 361 | 345 | 646 | 627 | 546 | 300 | |||||||
Overprogrammering (-) | ‒ 144 | ‒ 221 | ‒ 169 | 144 | 221 | 169 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Dit betreft een budgetoverheveling vanuit beheer en onderhoud omdat de onderhoudswerkzaamheden en Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) werkzaamheden geïntegreerd zijn opgedragen, een budgettoevoeging voor tweetal noodzakelijke scopewijzigingen, een budgettoevoeging die voornamelijk wordt veroorzaakt door prijsstijgingseffecten op de scopewijziging en de verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2024.
In het contract A2 Vonderen-Kerensheide zijn de geplande beheer en onderhoud en Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) werkzaamheden geïntegreerd opgedragen. Deze middelen worden d.m.v. een budgetoverheveling aan het projectbudget toegevoegd.
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2024.
12.03.02 Planning en studies
Motivering
Op dit artikel staan de beschikbare budgetten die noodzakelijk zijn voor de (studie)activiteiten bij het hoofdwegennet. Voorbeelden zijn de greserveerde realisatiebudgetten voor de projecten in de planning- en studiefase (planuitwerking).
Wettelijke grondslag subsidieverlening
Op grond van de Algemene wet bestuursrecht geldt dat in het algemeen subsidie wordt verleend op grond van een wettelijk voorschrift. Uit de Algemene wet bestuursrecht volgt dat één van de uitzonderingen hierop subsidies vormen waarvan zowel de subsidieontvanger als het maximale bedrag in de begroting worden vermeld.
In de tabel budgettaire gevolgen van uitvoering bij dit artikel is onder artikelonderdeel 12.03.02 Planning en Studies een bedrag van € 146,5 miljoen aan subsidieverplichtingen opgenomen. Voor het jaar 2025 bedraagt dit € 29,3 miljoen. Dit bedrag heeft betrekking op de mogelijke verlening van een Specifieke Uitkering (SPUK) aan de provincie Zeeland voor de gederfde tolinkomsten als gevolg van het vervroegd tolvrij maken van de Westerscheldetunnel. Ook in de periode 2026 t/m 2029 zal jaarlijks maximaal € 29,3 miljoen verstrekt voor de gederfde tolinkomsten. Deze begrotingsvermelding vormt de wettelijke grondslag voor de hier bedoelde verlening van een specifieke uitkering als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de Financiële-Verhoudingswet jo. artikel 4:23, derde lid, onder c, van de Algemene Wet Bestuursrecht.
Producten
Aanleg uitgaven op MF 12.03.01 mbt Planning en studies -projecten | ‒ 1.444 | ‒ 1.599 | |||
Projecten Nationaal | |||||
Beter Benutten | 97 | 96 | nvt | nvt | |
Geluidsaneringprogramma – weg | 562 | 550 | nvt | nvt | |
Kosten voorbereiding tol | 110 | 109 | nvt | nvt | |
Exploitatie tol | 497 | 471 | nvt | nvt | |
Reservering voor LCC | 484 | 424 | nvt | nvt | |
Snelfietsroutes | 46 | 44 | nvt | nvt | |
Voorbereiding vrachtwagenheffing | 399 | 343 | nvt | nvt | 1 |
Exploitatie vrachtwagenheffing | 474 | 460 | nvt | nvt | |
Impuls Strategisch Plan Verkeersveiligheid | 436 | 421 | nvt | nvt | |
Maatregelen Fietsveiligheid | 52 | 0 | nvt | nvt | 2 |
Verkeersveiligheid Rijks-N-wegen | 198 | 194 | nvt | nvt | |
Bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen | 170 | 165 | nvt | nvt | |
Projecten Noordwest-Nederland | |||||
A1/A28 Knooppunt Hoevelaken | 480 | 471 | ntb | ntb | |
A12/A27 Ring Utrecht | 1.773 | 1.725 | ntb | ntb | |
A7/A8 Corridor Amsterdam-Hoorn | 547 | 531 | ntb | ntb | |
A6 Almere Oostvaarders-Lelystad | 149 | 144 | ntb | ntb | |
Rijksbijdrage aan de Noordelijke Randweg Utrecht | 28 | 27 | Regio | Regio | |
Stedelijke Bereikbaarheid Almere | 32 | 31 | Regio | Regio | |
Projecten Zuidwest-Nederland | |||||
A20 Nieuwerkerk a/d IJssel – Gouda | 216 | 209 | ntb | ntb | |
A4 Burgerveen – N14 | 358 | 347 | ntb | ntb | |
A4 Haaglanden – N14 | 157 | 153 | ntb | ntb | |
Westerscheldetunnel | 151 | 0 | nvt | nvt | 3 |
Projecten Zuid-Nederland | |||||
A67/A73 Knooppunt Zaarderheiken | 5 | 6 | ntb | ntb | |
N65 Vught – Haaren | 89 | 89 | 2024-2026 | Regio | |
Toegangsweg Maastricht-Aachen Airport | 4 | 4 | ntb | ntb | |
Programma SmartwayZ.NL: A67 Leenderheide-Geldrop | 79 | 77 | ntb | ntb | |
Programma SmartwayZ.NL: InnovA58 | 588 | 572 | ntb | ntb | |
Programma SmartWayZ.nl: ASML De Run | 1 | 1 | nvt | nvt | |
Programma SmartwayZ.NL: ITS en Smart Mobility | 10 | 10 | nvt | nvt | |
SmartWayZ.NL programmaorganisatie | 1 | 1 | nvt | nvt | |
Projecten Oost-Nederland | |||||
A1/A30 Barneveld | 23 | 23 | ntb | ntb | |
N35 Nijverdal – Wierden | 129 | 125 | ntb | ntb | 4 |
N35 Knooppunt Raalte | 26 | 15 | Regio | Regio | |
N50 Kampen – Kampen Zuid | 17 | 17 | ntb | ntb | |
A28 Amersfoort-Hoogeveen | 34 | 33 | 2026 | 2026 | |
A1/A35 Azelo-Buuren | 1 | 1 | ntb | ntb | |
Projecten Noord-Nederland | |||||
Toegangsweg Groningen Airport Eelde | 7 | 7 | ntb | ntb | |
N33 Midden (Zuidbroek-Appingedam) | 200 | 115 | ntb | ntb | 5 |
N33 Noord (Appingedam - Eemshaven) | 5 | 0 | ntb | ntb | 6 |
Overige projecten en reserveringen | 163 | 198 | |||
Projecten in voorbereiding | |||||
Projecten Nationaal | |||||
Studiebudget Verkenningen / MIRT onderzoeken | |||||
Programma DUMO | |||||
Programma Fiets | |||||
Strategisch plan Verkeersveiligheid | |||||
Afrondingen | |||||
Totaal programma planning en studies | 7.352 | 6.610 | |||
Begroting (MF 12.03.02) | 7.352 | 6.610 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Voorbereiding vrachtwagenheffing: dit betreft een actualisatie om het budget voor de uitvoeringskosten van de realisatiefase van Vrachtwagenheffing op een actueel prijspeil te brengen. De daadwerkelijke gerealiseerde kosten zullen vanaf 2026 vanuit de opbrengsten van de Vrachtwagenheffing worden terugbetaald aan het Mobiliteitsfonds.
- Maatregelen Fietsveiligheid: voor vernieuwende maatregelen die de fietsveiligheid verbeteren wordt er een nieuwe regeling uitgewerkt. Hiervoor wordt vanuit de reservering Strategisch Plan Verkeersveiligheid totaal € 50 miljoen euro overgeboekt naar artikel 12.
- Westerscheldetunnel: dit betreft een overboeking vanuit artikel 11.03 naar het beleidsartikel voor de mogelijke verlening van een Specifieke uitkering (SPUK) voor de gederfde tolinkomsten als gevolg van het vervroegd tolvrij maken van de Westerscheldetunnel aan de Provincie Zeeland.
- N35 Knooppunt Raalte: dit betreft een overboeking vanuit artikel 11.03 naar het beleidsartikel om het tekort bij het project Knooppunt Raalte te dekken.
- N33 Midden (Zuidbroek-Appingedam): de geraamde regionale bijdrage is in de begroting 2025 naar beneden bijgesteld n.a.v. de wijzigingsovereenkomst bij het project Zuidelijke Ringweg Groningen uit 2021. Ook is aan het projectbudget € 145 miljoen toegevoegd vanuit ‘Nij Begun' (artikel 11.03).
- N33 Noord (Appingedam - Eemshaven): voor de N33 Noord (Appingedam-Eemshaven) is € 5 miljoen van de reservering van € 250 miljoen uit 'Nij Begun' overgeboekt vanuit artikel 11.03 naar het beleidsartikel om de studiekosten van het MIRT-onderzoek te bekostigen.
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2024.
12.03.03 Optimalisering gebruik
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden uitgaven gedaan die de optimalisering van het gebruik van infrastructuur op de weg bevorderen. Voorbeelden zijn intelligent verkeersmanagement, informatie over werk in uitvoering en beperkte infrastructurele aanpassing van weginfrastructuur.
Producten
Digitale Infrastructuur voor Toekomstbestendige Mobiliteit | 32 | 31 | nvt |
Schoon Emissieloos Bouwen | 232 | 230 | nvt |
Slim, Veilig, Doelmatig en Duurzaam Gebruik van Mobiliteitsinfrastructuur | 126 | 131 | nvt |
Noordwest-Nederland | |||
Ringen draaiende houden WoMo | 220 | 212 | nvt |
Zuidwest-Nederland | |||
Ringen draaiende houden WoMo | 55 | 53 | nvt |
Zuid-Nederland | |||
Reservering VDL | 5 | 5 | nvt |
Ringen draaiende houden WoMo | 55 | 53 | nvt |
Quickwins A2 Deil-Vught | 14 | 14 | nvt |
Totaal Optimalisering gebruik | 739 | 729 | |
Begroting (MF 12.03.03) | 739 | 729 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
De budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2024. Het budget vanaf 2026 is met 10% gekort vanwege de taakstelling uit het Hoofdlijnenakkoord. Dit is verwerkt bij de SPUKs Schoon Emissieloos Bouwen en Slim, Veilig, Doelmatig en Duurzaam Gebruik van Mobiliteitsinfrastructuur.
12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
Motivering
Bij infrastructuurprojecten boven het drempelbedrag van € 60 miljoen wordt middels een Publiek Private Comparator (PPC) getoetst of een DBFM-contract meerwaarde op kan leveren. Infrastructuurprojecten die via een DBFM (Design, Build, Finance en Maintain) contract worden aanbesteed, hebben als kenmerk dat sprake is van de overdracht van de integrale onderdelen van een bouwproject (ontwerp, bouw, onderhoud en financiering) aan een private opdrachtnemer. In plaats van een product wordt een dienst uitgevraagd, te weten de beschikbaarheid van de infrastructuur. De betaling voor deze dienst vindt plaats aan de hand van de overeengekomen prestatie die wordt afgezet tegen de daadwerkelijk geleverde prestatie, de beschikbaarheid. De beschikbaarheidsvergoeding wordt pas uitgekeerd na openstelling van het project; tijdens de bouw dient de DBFM- opdrachtnemer daarom zelf de financiering te regelen. Omdat het project gefinancierd is door banken en/of institutionele beleggers, is sprake van een sterke druk vanuit de financierders op de opdrachtnemer om de afgesproken prestatie ook te leveren: op tijd en binnen de geraamde kosten. Een lager prestatieniveau leidt tot lagere betalingen, die op hun beurt de terugbetaling van de financiering moeten zeker stellen. In de bouwfase is doorgaans wel sprake van een gedeeltelijke betaling (de partiële beschikbaarheidsvergoeding) als sprake is van de uitbreiding van een bestaande weg die ook tijdens de verbouwing beschikbaar moet blijven voor het wegverkeer. Bij openstelling van de weg wordt overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding. Het afronden van een aanbesteding resulteert in een meerjarige verplichting, van zowel aanleg als ook beheer en onderhoud op het desbetreffende project. Op dit begrotingsartikel bestaat daarmee geen enkele budgetflexibiliteit. Slechts bij onderpresteren van de opdrachtnemer kunnen boetes en kortingen worden aangebracht.
De verplichting aan de DBFM-opdrachtnemer vervalt aan het einde van de looptijd van het contract waarna het beheer en onderhoud van deze wegvakken terugkomen bij RWS en de bijbehorende budgetten geraamd worden op het reguliere onderhoudsartikel (artikelonderdeel 12.02 Onderhoud en Vernieuwing).
Producten
De projecten A16 Rotterdam, A24 Blankenburgverbinding, A9 Badhoe- vedorp-Holendrecht en A12/A15 Ressen-Oudbroeken (ViA15) verkeren in de bouwfase en kennen een partiële beschikbaarheidsvergoeding. De volledige beschikbaarheidsvergoeding wordt na openstelling betaald. De A12/A15 Ressen-Oudbroeken (ViA15) wacht op moment van schrijven op een uitspraak van de Raad van State omtrent het Tracébesluit.
Projectomschrijving | huidig | vorig | t/m 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | later | huidig | vorig | |||
Projecten Noordwest-Nederland | |||||||||||||||
A10 Tweede Coentunnel | 2.266 | 2.249 | 1.454 | 60 | 60 | 61 | 60 | 60 | 60 | 451 | 2013 | 2013 | 2037 | ||
A12 Lunetten - Veenendaal | 729 | 724 | 471 | 29 | 28 | 27 | 27 | 27 | 27 | 93 | 2012 | 2012 | 2033 | ||
A1/A6/A9 SA Badhoevedorp-Holendrecht | 1.473 | 1.350 | 88 | 92 | 82 | 52 | 126 | 169 | 78 | 785 | 2027 | 2027 | 2040 | ||
A1/A6/A9 Schiphol - Amsterdam - Almere (deeltraject A1/A6) | 1.932 | 1.912 | 869 | 66 | 64 | 64 | 64 | 63 | 63 | 678 | 2019 | 2019 | 2042 | ||
A1/A6/A9 Schiphol - Amsterdam - Almere (deeltraject A6 Almere) | 405 | 400 | 134 | 19 | 17 | 21 | 17 | 16 | 16 | 165 | 2019 | 2019 | 2040 | ||
A1/A6/A9 Schiphol - Amsterdam - Almere (deeltraject A9 Gaasperdammerweg) | 1.218 | 1.205 | 549 | 53 | 51 | 50 | 50 | 50 | 50 | 365 | 2020 | 2020 | 2038 | ||
A27/A1 Utrecht-Eemnes-Bunschoten | 378 | 373 | 102 | 17 | 16 | 15 | 15 | 15 | 16 | 182 | 2019 | 2019 | 2043 | ||
Aflossing tunnels | 965 | 976 | 852 | 32 | 30 | 27 | 15 | 9 | 1 | ||||||
Projecten Zuidwest-Nederland | |||||||||||||||
A15 Maasvlakte - Vaanplein | 2.385 | 2.370 | 1.709 | 74 | 76 | 65 | 61 | 61 | 61 | 278 | 2015 | 2015 | 2035 | ||
A16 Rotterdam | 1.979 | 1.937 | 432 | 243 | 136 | 116 | 99 | 65 | 61 | 827 | 2025 | 2025 | 2043 | ||
A24 Blankenburgverbinding | 2.120 | 2.081 | 370 | 274 | 104 | 151 | 77 | 76 | 77 | 991 | 2024 | 2024 | 2043 | ||
Projecten Zuid-Nederland | |||||||||||||||
A59 Rosmalen - Geffen | 271 | 272 | 271 | 2005 | 2005 | 2020 | |||||||||
A27 Houten-Hooipolder | 2.516 | 2.382 | 98 | 110 | 357 | 377 | 256 | 182 | 228 | 908 | 2029-2031 | 2029-2031 | 2046 | ||
Projecten Oost-Nederland | |||||||||||||||
A12-A15 Ressen - Oudenbroeken (ViA15) | 220 | 220 | 208 | 12 | nvt | nvt | 2044 | ||||||||
A12 Ede - Grijsoord | 172 | 170 | 87 | 11 | 10 | 10 | 10 | 10 | 10 | 24 | 2016 | 2016 | 2032 | ||
N18 Varsseveld – Enschede | 332 | 329 | 146 | 15 | 11 | 11 | 11 | 11 | 11 | 116 | 2018 | 2018 | 2043 | ||
Projecten Noord-Nederland | |||||||||||||||
N31 Leeuwarden - Drachten | 170 | 170 | 164 | 1 | 5 | 2007 | 2007 | 2022 | |||||||
N33 Assen - Zuidbroek | 368 | 364 | 188 | 15 | 15 | 15 | 16 | 16 | 16 | 87 | 2014 | 2014 | 2034 | ||
Tolgefinancierde uitgaven (NCW) | |||||||||||||||
Tolgefinancierde uitgaven A12/A15 Ressen - Oudbroeken (ViA15) | 557 | 557 | 1 | 27 | 529 | ||||||||||
Afrondingen | |||||||||||||||
Totaal | 20.456 | 20.041 | 8.194 | 1.063 | 998 | 1.001 | 844 | 775 | 741 | 6.028 | |||||
Budget (MF 12.04) | 20456 | 20041 | 8194 | 1063 | 998 | 1001 | 844 | 775 | 741 | 6028 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Het verschil wordt veroorzaakt doordat het project Tunnel de Noord van de aflossing tunnels is afgerond. Daarnaast betreft het een budgettaire aanpassing ten aanzien van de loon- prijsbijstelling 2024.
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2024.
12.06 Netwerkgebonden kosten Hoofdwegennet
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten (inclusief afschrijving en rente) van RWS en de overige netwerkgebonden kosten geraamd. De overige netwerkgebonden kosten komen ten goede aan exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling en DBFM, en betreffen taken die gecentraliseerd binnen RWS worden opgepakt. Het gaat bij deze zogeheten landelijke taken onder meer om het verzamelen van basisinformatie, onderhouden van ICT-systemen, het inspecteren van het areaal en de ontwikkeling van kennis en innovatie. Er is gekozen voor centrale uitvoering met het oog op enerzijds uniformiteit in werkwijze en anderzijds kostenbesparing.
12.09 Ontvangsten
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de bijdragen van derden aan de producten op het gebied van Rijkswegen, die rechtstreeks aan IenW worden betaald, verantwoord.
Producten
Totaal geraamde inkomsten tol
Met de Wet Tijdelijke Tolheffing (TTH) Blankenburgverbinding en ViA15, die op 15 maart 2016 in werking is getreden, is vastgelegd dat bij de projecten A24 Blankenburgverbinding en A12/A15 Ressen-Oudbroeken (ViA15) tol geheven kan worden. De toekomstige tolontvangsten zijn geraamd op artikel 12.09. Bij tolheffing wordt uitgegaan van een periode van 25 jaar. Voor een overzicht van de totaal geraamde inkomsten tol (met uitgangspunt tolheffing tot 2030) wordt verwezen naar bijlage 7 Tol.
Bijdragen van derden
Dit betreffen de bijdragen van decentrale overheden en andere derden aan projecten in de investeringen van Rijkswegenprojecten.
Bijdragen van derden | 63 | 12 | 3 | 14 | 11 | 44 |
Geraamde inkomsten tol | 42 | 112 | 115 | 108 | 101 | 164 |
Totaal Ontvangsten (MF 12.09) | 105 | 124 | 118 | 122 | 112 | 208 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
In 2025 wordt een bijdrage van € 124 miljoen verwacht. Dit komt met name ten bate van de projecten A12/A15 Ressen-Oudbroeken (ViA15) (€ 6,4 miljoen), A1/A6/A9 Schiphol-Almere (€ 3,1 miljoen) en A7 Zuidelijke Ringweg Groningen (€ 1,2 miljoen). Het restant is een optelsom van bijdragen kleiner dan € 1 miljoen en komt ten bate van diverse andere projecten. Daarnaast wordt € 100 miljoen aan tolopbrengsten verwacht bij het project A24 Blankenburgverbinding.
3.3 Artikel 13 Spoorwegen
A. Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van Spoorwegen verantwoord. Het productartikel Spoorwegen is gerelateerd aan de beleidsdoelstellingen en beleidsinstrumenten zoals beschreven in de begroting Hoofdstuk XII bij beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor.
B. Budgettaire gevolgen van uitvoering
Verplichtingen | 3.421.619 | 3.463.299 | 2.297.036 | 2.743.150 | 2.986.239 | 2.247.012 | 2.944.570 |
Uitgaven | 2.662.611 | 3.286.928 | 2.732.066 | 3.109.223 | 3.121.830 | 2.544.412 | 2.864.752 |
13.02 Exploitatie, onderhoud en vernieuwing | 2.022.887 | 2.665.721 | 2.246.247 | 2.457.555 | 2.528.502 | 2.039.610 | 2.455.225 |
13.03 Ontwikkeling | 425.832 | 387.021 | 269.771 | 459.505 | 411.052 | 337.242 | 299.432 |
13.03.01 Aanleg personenvervoer | 299.335 | 224.502 | 183.850 | 302.469 | 222.696 | 204.098 | 188.248 |
13.03.02 Aanleg goederenvervoer | 67.456 | 41.725 | 19.004 | 48.596 | 47.584 | 20.693 | 22.298 |
13.03.03 Optimalisering gebruik | 3.536 | 4.835 | 173 | ||||
13.03.04 Planning en studies personenvervoer | 33.989 | 98.805 | 39.313 | 45.086 | 64.922 | 58.568 | 82.885 |
13.03.05 Planning en studies goederenvervoer | 21.516 | 17.154 | 27.431 | 63.354 | 75.850 | 53.883 | 6.001 |
13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 213.892 | 234.186 | 216.048 | 192.163 | 182.276 | 167.560 | 110.095 |
13.07 Rente en aflossing | 0 | 0 | 0 | ||||
Ontvangsten | 368.900 | 238.204 | 303.115 | 148.284 | 150.284 | 153.284 | 155.284 |
13.09 Ontvangsten | 368.900 | 238.204 | 303.115 | 148.284 | 150.284 | 153.284 | 155.284 |
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2025 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2025. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
Juridisch verplicht | 98% |
Bestuurlijk gebonden | 2% |
Beleidsmatig gereserveerd | |
Nog niet ingevuld/vrij te besteden |
C. Toelichting
13.02 Exploitatie, onderhoud en vernieuwing
Motivering
Op grond van richtlijn 91/440/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschap van 29 juli 1991 kan een beheerder voor de spoorweginfrastructuur worden aangewezen en kunnen lidstaten financiële middelen verstrekken aan de beheerder om te voldoen aan zijn taken. De Minister van IenW heeft op 14 december 2014 aan ProRail een concessie verleend voor het beheer van de hoofdspoorweginfrastructuur in de periode 2015 tot en met 2024. In 2024 wordt gewerkt aan een beleidsneutrale verlenging van de beheerconcessie voor de periode tot 1 januari 2029. In de beheerconcessie staan de afspraken tussen de overheid en ProRail over het beheer van de hoofdspoorweginfrastructuur. Deze afspraken gaan onder meer over de beschikbaarheid, betrouwbaarheid en kwaliteit van de hoofdspoorweginfrastructuur en de daarmee samenhangende voorzieningen, maar ook over de kwaliteit van de informatievoorziening. Jaarlijks wordt aan ProRail subsidie verstrekt voor de instandhouding van de hoofdspoorweginfrastructuur, overeenkomstig het bepaalde in de Wet Mobiliteitsfonds.
De beheerconcessie bevat instrumenten als prestatie-indicatoren, programma’s en maatregelen, audits en reviews, verplichtingen om informatie aan IenW te verstrekken en/of besluiten voor te leggen en verplichtingen met betrekking tot samenwerking en transparantie. De ruggengraat van de concessie is de jaarcyclus waarmee in het beheerplan jaarlijks afspraken worden gemaakt tussen de Minister van IenW en ProRail over de te bereiken prestaties en de te nemen maatregelen. De Minister van IenW geeft jaarlijks in de beleidsprioriteitenbrief aan welke prestaties het komende jaar van ProRail worden verwacht. ProRail stelt op basis van de beleidsprioriteitenbrief een beheerplan op en consulteert belanghebbenden over de hoofdlijnen van het ontwerp beheerplan. Vervolgens legt ProRail het beheerplan ter instemming voor aan de Minister van IenW.
Nadat de Minister van IenW heeft ingestemd met het beheerplan, wordt deze toegezonden aan de Tweede Kamer. Na afloop van het jaar legt ProRail op grond van de Concessie verantwoording af in de jaarrapportage en op grond van de Wet Mobiliteitsfonds in het jaarverslag en de jaarrekening. Zodra deze documenten zijn vastgesteld worden ook deze aan de Tweede Kamer toegezonden.
Het voornemen om ProRail om te vormen tot zbo heeft geleid tot een wetsvoorstel Wet publiekrechtelijke omvorming ProRail dat bij de Tweede Kamer is ingediend op 14 juli 2023. Dit wetsvoorstel inclusief de bijbehorende nota van wijziging is eerder controversieel verklaard. Met het aantreden van het nieuwe kabinet is het aan bij de vaste commissie Infrastructuur en Waterstaat om deze stukken voor behandeling te agenderen.
Als ProRail wordt omgevormd tot zbo heeft dit onder andere tot gevolg dat bovengenoemde ‘instrumenten’ zoals de beheerconcessie, het beheerplan, de subsidie en de beleidsprioriteitenbrief zullen worden vervangen door de instellingswet, het meerjarenplan, de begrotingsbijdrage en de jaarbrief. Definitieve bepaling van het moment van inwerkingtreding zal plaatsvinden na afronding van de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel, waarbij met het oog op een zorgvuldige en beheerste start van het zbo voldoende implementatietijd in acht zal worden genomen.
Producten
De exploitatie-, onderhoud- en vernieuwingsactiviteiten van het spoor zijn gericht op het realiseren van de in het beheerplan opgenomen prestaties per prestatiegebied zoals opgenomen in de beheerconcessie. Onderdeel hiervan zijn de activiteiten van ProRail die samenhangen met verkeersleiding en capaciteitsmanagement. In het beheerplan zelf wordt jaarlijks een uitgebreide beschrijving opgenomen van de belangrijkste activiteiten die voor dat jaar zijn gepland. ProRail ontvangt voor de uit te voeren activiteiten een subsidie van het Rijk. Bij de vaststelling van de subsidie voor exploitatie, onderhoud en vernieuwing wordt rekening gehouden met de inkomsten van de gebruiksvergoeding die ProRail ontvangt van de vervoerders en eventuele bijdragen van andere partijen voor onderhoudsactiviteiten. Nadere informatie over areaal, prestaties en budgetten is opgenomen in bijlage 4 Instandhouding en bijlage 5 ProRail.
Maatregelen
In 2023/2024 heeft het ministerie van IenW samen met ProRail een nieuw basiskwaliteitsniveau (BKN) voor de periode vanaf 2026 tot en met 2037 voor de hoofdspoorweginfrastructuur opgesteld waarmee de budgetbehoefte in evenwicht is gebracht met de beschikbare middelen. Om dit te bewerkstelligen zijn diverse maatregelen getroffen zoals meer efficiency in de ProRail-organisatie, prioritering in de onderhoudswerkzaamheden en gerichte keuzes in het doorvoeren van maatschappelijke ambities en ontwikkelingen in het beheer van het hoofdspoorwegennet. De Kamer is hierover met brief van 7 juni 2024, nr. 2024D236092 geïnformeerd. Naast het beheersen van de opgave is ook ingezet op aanvullend budget. Bij deze begroting worden middelen toegevoegd uit Artikel 11 op het Mobiliteitsfonds, de Aanvullende Post bij het ministerie van Financiën en vindt tevens een technische correctie plaats vanuit de generale middelen, welke samenhangt met de tot op heden uitgestelde ZBO-vorming ProRail.
13.03 Ontwikkeling Spoor
IenW is verantwoordelijk voor de uitbreiding van de hoofdspoorweginfrastructuur. Deze wordt in belangrijke mate gefinancierd met middelen uit de Rijksbegroting. Op dit artikelonderdeel worden de uitgaven begroot die noodzakelijk zijn voor:
- door ProRail uit te voeren planningen en studies;
- door IenW uit te voeren planningen en studies;
- voorbereiding van de uitvoering van nieuwbouwprojecten Spoor;
- uitvoering van deze projecten.
13.03.01 Aanlegprogramma personenvervoer spoor
Maatregelen
Projecten Nationaal | |||||||||||||
Maatregelenpakket HSL Zuid | 174 | 173 | 147 | 14 | 4 | 4 | 5 | divers | divers | ||||
Benutten Betrouwbaarheid & Capaciteit | |||||||||||||
Geluidsanering Spoorwegen (MJPG) | 624 | 610 | 121 | 13 | 38 | 84 | 91 | 73 | 46 | 158 | divers | divers | |
Programma Behandelen en Opstellen | 175 | 171 | 31 | 7 | 20 | 19 | 27 | 37 | 19 | 17 | divers | divers | |
Uitvoeringsprogramma geluid emplacementen (UPGE) | 29 | 29 | 15 | 1 | 1 | 1 | 1 | 4 | 4 | 3 | 2011/ 2018- 2025 | 2011/ 2018- 2024 | |
Verbeteraanpak stations | 12 | 12 | 4 | 0 | 1 | 1 | 1 | 1 | 1 | 2 | divers | 2020 | |
Spoorcapaciteit 2030 | 884 | 860 | 76 | 33 | 38 | 71 | 99 | 118 | 168 | 281 | divers | divers | |
Innovatieprogramma Spoortrillingen | 23 | 22 | 6 | 7 | 7 | 1 | 1 | 1 | divers | divers | |||
Regionale knelpunten | 17 | 16 | 1 | 3 | 4 | 8 | 1 | ||||||
Stations en stationsaanpassingen | |||||||||||||
Kleine stations | 13 | 13 | 6 | 7 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | divers | divers | ||
Toegankelijkheid stations | 526 | 522 | 387 | 27 | 12 | 9 | 15 | 15 | 18 | 43 | divers | divers | |
Overige projecten/lijndelen etc. | |||||||||||||
Programma ATB-Vv | 81 | 79 | 9 | 2 | 6 | 6 | 3 | 1 | 17 | 37 | divers | divers | |
Fietsparkeren bij stations | 457 | 493 | 241 | 18 | 26 | 29 | 24 | 28 | 23 | 68 | divers | divers | 1 |
Kleine projecten personenvervoer | 232 | 243 | 47 | 37 | 33 | 23 | 20 | 19 | 52 | divers | divers | ||
Nazorg gereedgekomen lijnen/halten | 33 | 33 | 6 | 5 | 6 | 6 | 6 | 3 | divers | divers | 2 | ||
Programma Overwegen | 950 | 933 | 608 | 74 | 59 | 79 | 52 | 30 | 27 | 21 | divers | divers | |
Programma aanpak suïcidepreventie | 22 | 22 | 9 | 1 | 3 | 5 | 3 | 2021/2026 | 2021 | ||||
Programma kleine functiewijzigingen | 399 | 396 | 281 | 24 | 15 | 15 | 18 | 18 | 14 | 14 | divers | divers | |
Maaslijn | 226 | 220 | 11 | 8 | 51 | 70 | 59 | 27 | divers | divers | |||
Schoon en Emissieloos Bouwen | 87 | 77 | 0 | 7 | 21 | 16 | 21 | 7 | 7 | 8 | divers | divers | 3 |
Projecten Noordwest-Nederland | |||||||||||||
Stations en Stationsaanpassingen | |||||||||||||
Amsterdam CS Cuypershal | 28 | 28 | 23 | 4 | 1 | 1 | divers | 2022 | |||||
Paspoort- en beveiligingsfaciliteiten op A'dam CS | 22 | 21 | 3 | 7 | 4 | 1 | 3 | 4 | |||||
Projecten Zuidwest-Nederland | |||||||||||||
Programma Wind in de Zeilen | 10 | 9 | 2 | 2 | 1 | 4 | 1 | divers | divers | ||||
Stations en Stationsaanpassingen | |||||||||||||
Emplacement Den Haag centraal | 120 | 77 | 34 | 21 | 36 | 25 | 3 | 2023-2026 | 2023-2025 | 4 | |||
Projecten Oost Nederland | |||||||||||||
Traject Oost | 223 | 222 | 190 | 10 | 10 | 7 | 6 | divers | divers | ||||
Regionale lijnen | 17 | 17 | 17 | 1 | 2017/2021 | 2017/2021 | |||||||
Spoorzone Ede Oost | 49 | 49 | 42 | 1 | 5 | ||||||||
Projecten Noord Nederland | |||||||||||||
Sporendriehoek Noord-Nederland | 146 | 146 | 132 | 2 | 1 | 11 | divers | divers | |||||
Afrondingen | |||||||||||||
Totaal ProRail projecten | |||||||||||||
Totaal overige (niet ProRail) projecten | |||||||||||||
Totaal uitvoeringsprogramma | |||||||||||||
Planning- en studieuitgaven binnen aanlegprogramma | ‒ 221 | ‒ 213 | ‒ 83 | ‒ 38 | ‒ 15 | ‒ 30 | ‒ 21 | ‒ 15 | ‒ 11 | ‒ 8 | |||
Afrekening voorschotten | 248 | 248 | 248 | ||||||||||
Programma Aanleg | |||||||||||||
Aanleg uitgaven binnen planning en studies | 75 | 74 | 32 | 16 | 8 | 10 | 4 | 6 | |||||
Aanleg uitgaven binnen MF11 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||||||||
Budget Aanleg (MF 13.03.01) | 76 | 74 | 32 | 17 | 8 | 10 | 4 | 6 | |||||
Overprogrammering (-) | ‒ 101 | ‒ 227 | ‒ 182 | ‒ 223 | ‒ 176 | ‒ 166 | 1074 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Programma Fietsparkeren: Een deel van de scope van het Programma Fietsparkeren bij Amsterdam CS (de stallingen onder de oostelijke sporen (SOOS)) wordt overgeheveld naar het PHS project Amsterdam CS waarbinnen de werkzaamheden efficiënter kunnen worden uitgevoerd. Het hiermee samenhangende budget ad € 44,1 miljoen is overgeboekt naar MF-artikel 17.10.
- Programma Overwegen: In verband met prijsstijgingen binnen de deelprojecten Wolfheze en Gilze Rijen is het projectbudget verhoogd met € 7 miljoen vanuit de daarvoor getroffen risicoreservering (MF 11.04).
- Schoon en Emissieloos Bouwen: Het projectbudget is verhoogd met € 7,7 miljoen vanuit het Klimaat- en transitiefonds ter dekking van de door ProRail ingediende subsidieaanvraag Laadinfrastructuur.
- Emplacement Den Haag CS: De planning en het ontwerp van het project zijn aangepast. De reden is dat in het oorspronkelijke ontwerp rekening was gehouden met toepassing van de Nieuwe Generatie-seinen. Deze bleken echter nog niet beschikbaar. Daarnaast heeft ProRail extra kosten moeten maken voor toepassing van kwartsloze ballast. Het projectbudget is verhoogd met € 41 miljoen en de indienststelling is nu voorzien in 2026.
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2024.
13.03.02 Aanlegprogramma goederenvervoer spoor
Maatregelen
Projecten Nationaal | |||||||||||||
Optimalisering Goederencorridor Rotterdam-Genua | 171 | 171 | 161 | 1 | 1 | 1 | 1 | 7 | divers | divers | |||
Programma Emplacementen op orde | 233 | 231 | 168 | 30 | 1 | 1 | 3 | 8 | 12 | 10 | divers | divers | |
Kleine projecten goederenvervoer | 26 | 27 | 6 | 11 | 5 | 4 | divers | divers | * | ||||
Projecten Zuidwest-Nederland | divers | divers | |||||||||||
Calandbrug | 188 | 186 | 137 | 4 | 4 | 18 | 16 | 10 | divers | 2020/2025 | |||
Geluidmaatregelen Zeeuwselijn | 22 | 22 | 20 | 1 | divers | divers | |||||||
Spooraansluiting 2e Maasvlakte achterlandverbinding | 254 | 249 | 75 | 9 | 12 | 45 | 59 | 30 | 14 | 9 | divers | divers | |
Projecten Zuid-Nederland | |||||||||||||
Projecten Oost Nederland | |||||||||||||
Uitv.progr Goederenroute Elst-Deventer-Twente (NaNov) | 145 | 144 | 119 | 2 | 5 | 15 | 5 | divers | divers | ||||
Overige projecten | |||||||||||||
Nazorg gereedgekomen projecten | 1 | 2 | divers | divers | * | ||||||||
Afrondingen | |||||||||||||
Totaal uitvoeringsprgramma | |||||||||||||
Planning en studieuitgaven binnen het aanlegprogramma | ‒ 315 | ‒ 310 | ‒ 168 | ‒ 14 | ‒ 15 | ‒ 36 | ‒ 40 | ‒ 28 | ‒ 6 | ‒ 9 | |||
Afrekening voorschotten | 21 | 21 | 21 | ||||||||||
Programma Aanleg | |||||||||||||
Aanleguitgaven binnen planning en studies | 1 | 1 | 1 | ||||||||||
Budget Aanleg (MF 13.03.02) | 1 | 1 | 1 | ||||||||||
Overprogrammering (-) |
*In het projectoverzicht van de voorjaarsnota 2024 was per abuis voor een aantal projecten een verkeerde stand opgenomen. De betreffende projecten zijn met een «*» aangegeven en de standen «vorig» zijn gecorrigeerd.
13.03.03 Optimalisering gebruik
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden uitgaven gedaan die de optimalisering van het gebruik van infrastructuur bevorderen. Dit zijn maatregelen die door ProRail worden uitgevoerd.
Modal shift OVS | 9 | 9 | N.V.T. |
Totaal Optimalisering gebruik | 9 | 9 | |
Begroting (MF 13.03.03) | 9 | 9 |
13.03.04 Planning en studies personenvervoer
Planning- en studiekosten van aanlegprogramma MF 13.03.01 | |||||
Projecten Nationaal | |||||
Beter Benutten Decentraal Spoor (fase 2) | 11 | 11 | divers | ||
Grensoverschrijdend Spoorvervoer | 143 | 154 | divers | ||
Kleine projecten Personenvervoer | 97 | 95 | divers | * | |
Reizigerfonds | 3 | 3 | divers | * | |
Projecten Zuid-Nederland | |||||
Knooppunt Den Bosch | divers | ||||
Toekomstvast Spoor Zuid NL | 201 | 195 | divers | ||
Projecten Zuidwest-Nederland | |||||
Stadionpark Rotterdam | 139 | 135 | |||
Projecten Oost-Nederland | |||||
Verduurzaming Dieselspoorlijnen | 98 | 98 | divers | ||
Quick scan decentraal spoor Gelderland | 12 | 11 | divers | ||
Projecten Noordwest-Nederland | |||||
Multimodale knoop Schiphol | 146 | 142 | |||
Amsterdam Zuid 3e perron | 429 | 416 | |||
Projecten Noord Nederland | |||||
Nedersaksenlijn | 1 | 1 | |||
Meppel: Spoor- en perroncapaciteit | 79 | 77 | |||
Lelylijn | 3 | 3 | * | ||
HRMK Spoorbrug | 82 | 79 | * | ||
Overige projecten en reserveringen | |||||
Studie en innovatiebudget | 40 | 39 | * | ||
afrekening voorschotten | 20 | 20 | |||
Totaal planning en studies personenvervoer | |||||
Planning en studieuitgaven binnen het aanlegprogramma | 221 | 213 | |||
Programma Aanleg | |||||
Aanleguitgaven binnen planning en studies | ‒ 75 | ‒ 74 | |||
Planning en studieuitgaven op MF 11 | 23 | 20 | |||
Begroting (MF 13.03.04) | 1.725 | 1.693 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
1. Grensoverschrijdend spoorvervoer: De scope benodigd voor maatregelen bij het emplacement Eindhoven-Eindhoven Oost zijn onderdeel van onder het programma Grensoverschrijdend Spoorvervoer opgenomen deelproject Eindhoven-Düsseldorf. In verband met de raakvlakken met PHS en om de productstap Breda-Eindhoven tijdig mogelijk te maken, is deze scope en het bijbehorende budget ad € 17 miljoen overgeheveld naar deelproject PHS Eindhoven. Daarnaast is het budget verhoogd met € 2 miljoen in verband met het ontstane tekort op het deelproject Emmen-Rheine.
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2024.
*In het projectoverzicht van de voorjaarsnota 2024 was per abuis voor een aantal projecten een verkeerde stand opgenomen. De betreffende projecten zijn met een «*» aangegeven en de standen «vorig» zijn gecorrigeerd.
13.03.05 Planning en studies goederenvervoer
Planuitwerkingskosten van realisatieprogramma MF 13.03.02 | |||||
Projecten Nationaal | |||||
Kleine projecten Goederenvervoer | 1 | 3 | Diversen | * | |
Overige projecten en reserveringen | |||||
Programma 740 treinen | 106 | 103 | Diversen | ||
Afrekening voorschotten | 2 | 2 | |||
Totaal programma planning en studies goederenvervoer | |||||
Planning en studieuitgaven binnen het aanlegprogramma | 315 | 310 | |||
Programma Aanleg | |||||
Aanleguitgaven binnen planning en studies | 1 | 1 | |||
Begroting (MF 13.03.05) | 425 | 419 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
De budgettaire aanpassingen zijn mutaties voor verwerking van de loon- en prijsbijstelling 2024.
*In het projectoverzicht van de voorjaarsnota 2024 was per abuis voor een aantal projecten een verkeerde stand opgenomen. De betreffende projecten zijn met een «*» aangegeven en de standen «vorig» zijn gecorrigeerd.
13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
Motivering
De Staat betaalt volgens de contractuele overeenkomst met Infraspeed voor de beschikbaarheid van de HSL-Zuid infrastructuur, zoals deze door het consortium Infraspeed is ontworpen, gebouwd (enkel de bovenbouw) en wordt onderhouden (onder- en bovenbouw) tot en met 2031. Het contractbeheer, inclusief het verrichten van betalingen, wordt uitgevoerd door ProRail, met uitzondering van de rente- en belastingaanpassingen. ProRail ontvangt hiervoor een bijdrage van IenW.
Producten
Beschikbaarheidsvergoeding | 3.981 | 3.981 | 2.727 | 234 | 216 | 192 | 182 | 168 | 110 | 151 | 2006 | 2031 |
Rente- en belastingaanpassingen | ‒ 141 | ‒ 141 | ‒ 141 | |||||||||
Totaal | 3.840 | 3.840 | 2.586 | 234 | 216 | 192 | 182 | 168 | 110 | 151 | ||
Begroting (MF 13.04) | 3.840 | 3.840 | 2.586 | 234 | 216 | 192 | 182 | 168 | 110 | 151 |
13.07 Rente en aflossing
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de eenmalige uitgaven verantwoord die samenhangen met de afrekeningen van de incidentele Vennootschapsbelasting, dividendbelasting en herzienings-btw tussen ProRail en de Belastingdienst als gevolg van de voorgenomen omvorming van ProRail tot zbo. Over de achtergrond hiervan is de Kamer geïnformeerd bij de brieven van 11 december 2020 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 35 396, nr. 13) en 4 februari 2021 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 35 396, nr. 13). De begrote transitiebedragen zijn gebaseerd op transitie per 1 januari 2025. Na vaststelling van de wet en daarmee de transitiedatum worden deze bedragen herbezien door middel van een vaststellingsovereenkomst met de Belastingdienst.
Vanaf de begroting 2021 maakt de rente op leningen van ProRail onderdeel uit van artikel 13.02 'exploitatie, onderhoud en vernieuwing'.
Producten
13.09 Ontvangsten
Motivering
Dit artikelonderdeel bevat de verantwoording van de bijdragen van derde partijen rechtstreeks aan IenW voor spooruitgaven. ProRail int de gebruiksvergoeding van vervoerders en het grootste deel van de onderhoudsbijdragen van derde partijen, deze zijn daarom gesaldeerd met de uitgaven opgenomen in de begroting onder artikelonderdeel 13.02.
Producten
Vergoedingen huidige concessieperiode | 191 | 303 | 148 | 150 | 153 | 126 |
Vergoedingen volgende concessieperiode | 47 | 0 | 0 | 0 | 0 | 30 |
Terugbetaling voorschotten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bijdragen van derden | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal Ontvangsten (MF 13.09) | 238 | 303 | 148 | 150 | 153 | 155 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
Concessie NS
Tot en met 2024 betaalt NS jaarlijks een concessievergoeding aan de Staat voor de exploitatie van het Hoofdrailnet. Vanaf 2025 ontvangt NS jaarlijks een concessiesubsidie. De afspraken hierover zijn vastgelegd in de Concessie voor het Hoofdrailnet 2025-2033 (Kamerstuk 29984, nr. 1176).
3.4 Artikel 14 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's
A. Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van regionale/lokale infrastructuur, de impulsen inzake de Regionale Mobiliteitsfondsen en het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn (RSP-ZZL) toegelicht. De producten van dit artikel zijn gerelateerd aan de beleidsdoelstellingen en beleidsinstrumenten zoals beschreven in de begroting Hoofdstuk XII bij beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor.
B. Budgettaire gevolgen van uitvoering
Verplichtingen | 1.050.282 | 1.419.215 | 174.089 | 60.730 | 72.731 | 143.345 | 169.700 |
Uitgaven | 563.297 | 993.214 | 597.904 | 251.821 | 122.884 | 173.784 | 200.598 |
14.01 Regionale infrastructuur | 0 | 5.506 | 80.970 | 125.147 | 95.809 | 158.991 | 171.014 |
14.01.02 Planning en studies prg reg/lok | 0 | 5.498 | 72.391 | 60.729 | 72.730 | 143.345 | 169.700 |
14.01.03 Aanleg reg/lok | 0 | 8 | 8.579 | 64.418 | 23.079 | 15.646 | 1.314 |
14.03 Bereikbaarheidsprogramma's | 563.297 | 987.708 | 516.934 | 126.674 | 27.075 | 14.793 | 29.584 |
14.03.01 Concrete bereikbaarheidsprojecten | 0 | 5 | |||||
14.03.02 Regionaal Mobiliteitsprojecten | 0 | 1 | |||||
14.03.03 Ruimtelijke economisch programma | 0 | 1 | |||||
14.03.04 Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur | 563.297 | 613.944 | 217.915 | 69.030 | |||
14.03.05 Mobiliteitspakketten | 0 | 373.757 | 299.019 | 57.644 | 27.075 | 14.793 | 29.584 |
Ontvangsten | 0 | 42 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
14.09 Ontvangsten | 0 | 42 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2025 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2025. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
Juridisch verplicht | 88% | |
Bestuurlijk gebonden | 12% | |
Beleidsmatig gereserveerd | ||
Nog niet ingevuld/vrij te besteden |
C. Toelichting
14.01 Regionale infrastructuur
Motivering
Binnen dit artikel zijn de budgetten opgenomen voor de aanlegprojecten, waarvoor een aparte projectsubsidie wordt of is verleend. Om in aanmerking te komen voor een aparte projectsubsidie moeten de kosten van de meest kosteneffectieve oplossing hoger zijn dan € 225 miljoen indien dat project geheel of gedeeltelijk wordt gerealiseerd binnen één of meer van de samenwerkingsgebieden, waarin de Metropoolregio Amsterdam, Metropoolregio Rotterdam Den Haag is gelegen, of € 112,5 miljoen, indien dat project geheel in een ander gebied wordt gerealiseerd. Het project moet passen binnen de beleidsdoelstellingen voor regionale bereikbaarheid, zoals verwoord in de begroting Hoofdstuk XII beleidsartikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor, de Lange Termijn Spooragenda (LTSa) en het Toekomstbeeld OV.
Producten
Algemeen
Regionale lokale projecten worden uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de decentrale overheid. IenW levert een bijdrage aan de aanleg kosten van die projecten. Dit betekent ook dat de uitvoeringsperiode van een project niet gelijk hoeft te lopen met de periode waarin de rijksbijdrage beschikbaar komt in het MIRT.
Planning en studies
Voor regionale/lokale infrastructuurprojecten wordt geen apart planning- en studieprogramma opgenomen in het MIRT. In de begroting zijn dan ook geen middelen voor dit product opgenomen. De planningen en studies worden onder verantwoordelijkheid van de decentrale overheid uitgevoerd en pas na toetsing en besluitvorming door IenW al dan niet opgenomen in het planning- en studieprogramma.
Projectomschrijving | huidig | vorig | PB of TB | Indienststelling | |
Overige projecten en reserveringen | |||||
Rotterdam HOV | 691 | 671 | |||
Randstadrail/Metronet Rotterdam | 275 | 267 | |||
Stedelijk OV Den Haag | 337 | 327 | |||
Projecten in voorbereiding | 20 | 19 | |||
Overige projecten in voorbereiding | 62 | 61 | |||
Gesignaleerde risico's | |||||
Totaal planning en studies | |||||
Planuitwerkingskosten op MF 11 | 33 | 32 | |||
Begroting (MF 14.01.02) | 1.418 | 1.377 |
Legenda
PB = Projectbesluit
TB = Tracébesluit
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
De budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van loon- en prijsbijstelling 2024.
14.01.03 Aanlegprogramma Regionaal/lokaal
Hieronder vallen de uitgaven (subsidies) voor de realisatie van grote regionale/lokale infrastructuurprojecten die door regionale overheden worden aangelegd.
Projecten Zuidwest-Nederland | |||||||||||||
HOV-NET Zuid-Holland Noord (vh Rijn-Gouwelijn) | 183 | 180 | 70 | 9 | 64 | 23 | 16 | 1 | divers | divers | |||
Afrondingen | |||||||||||||
Totaal Aanleg | |||||||||||||
Begroting (MF 14.01.03) | 183 | 180 | 70 | 9 | 64 | 23 | 16 | 1 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
14.03 Bereikbaarheidsprogramma's
Motivering
Binnen dit artikel zijn de budgetten opgenomen voor de bereikbaarheidsprogramma’s. In het verleden werd op artikel 14.03 het Regionaal Mobiliteitsfonds (RMf) RSP voor Noord Nederland begroot en verantwoord. Vanaf ontwerpbegroting 2024 worden binnen dit artikel de budgetten voor bovenplanse infrastructuur en de mobiliteitspakketten begroot en verantwoord. Deze budgetten hebben tot doel nieuwe woningbouwlocaties te ontsluiten en bereikbaar te maken.
Producten
14.03.04 Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur
Hieronder vallen de middelen die tot doel hebben om gemeenten in staat te stellen bovenplanse infrastructurele voorzieningen te realiseren zodat op locaties in heel Nederland op korte termijn woningbouw kan plaatsvinden. Hierover zijn afspraken gemaakt in het BO Leefomgeving van 2022 (kamerstuk 35925-A-76) en BO MIRT van 2022 (kamerstuk 36200-A-9).
In totaal is er € 1.472 miljoen beschikbaar gesteld voor deze afspraken. Door middel van de regeling ‘specifieke uitkering woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur’ worden de middelen uitgekeerd aan gemeenten.
Woningbouw op korte termijn door bovenplanse infrastructuur | 1.472 | 1.445 | 563 | 614 | 218 | 77 | 1 | |||||||
Begroting (MF 14.03) | 1.464 | 1.445 | 563 | 614 | 218 | 69 |
Belangrijkste budgettaire aanpassingen
- Het vorig projectbudget bij de eerste suppletoire begroting 2024 (i.e. stand vorig van 1523 naar 1445) is hier gecorrigeerd omdat bij VJN een BTW-afdracht naar BCF voor de woningbouwmiddelen kortetermijn heeft plaatsgevonden. Het huidig projectbudget is bijgesteld ivm de prijsindexatie op de Woningbouwmiddelen KT. Het budget vanaf 2026 is met 10% gekort vanwege de taakstelling uit het Hoofdlijnenakkoord.
14.03.05 Mobiliteitspakketten
Mobiliteitspakketten | 1.134 | 1.114 | 0 | 374 | 299 | 58 | 27 | 15 | 30 | 332 | |||
Begroting (MF 14.03) |
Belangrijkste budgettaire aanpassingen
- Het vorig projectbudget bij VJN2024 (i.e. stand vorig van € 1130 miljoen naar € 1114 miljoen) is hier gecorrigeerd omdat bij VJN een overboeking (€ 16 miljoen) heeft plaatsgevonden van programma mobiliteitspakketten naar kleine projecten personenvervoer inzake een subsidieaanvraag voor project verbetermaatregelen station Almere Centrum en - Buiten (ProRail). Het huidig projectbudget is bijgesteld ivm de prijsindexatie op de Mobiliteitspakketten. Het budget vanaf 2026 is met 10% gekort vanwege de taakstelling uit het Hoofdlijnenakkoord.
3.5 Artikel 15 Hoofdvaarwegennet
A. Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de producten op het gebied van rijksvaarwegen verantwoord. Dit betreffen de onderdelen exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling, geïntegreerde contractvormen/Publiek Private Samenwerking (PPS), netwerkge bonden kosten en de investeringsruimte. De doelstellingen van het onder liggende beleid zijn terug te vinden in de begroting Hoofdstuk XII en vinden hun oorsprong in de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). Het artikel Hoofdvaarwegennet op het Mobiliteitsfonds is gerelateerd aan beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens op de begroting Hoofdstuk XII.
B. Budgettaire gevolgen van uitvoering
Verplichtingen | 1.175.786 | 1.926.881 | 1.324.929 | 1.349.998 | 1.347.466 | 1.414.737 | 1.469.342 |
Uitgaven | 1.358.394 | 1.397.451 | 1.406.135 | 1.608.559 | 1.563.631 | 1.524.587 | 1.453.779 |
15.01 Exploitatie | 9.856 | 12.147 | 10.528 | 25.221 | 27.539 | 23.829 | 22.161 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 9.856 | 12.147 | 10.528 | 25.221 | 27.539 | 23.829 | 22.161 |
15.02 Onderhoud en vernieuwing | 457.760 | 671.135 | 798.530 | 834.667 | 780.669 | 709.088 | 690.407 |
15.02.01 Onderhoud | 421.711 | 534.885 | 549.993 | 499.244 | 440.493 | 450.471 | 447.893 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 420.811 | 534.055 | 544.905 | 498.729 | 440.081 | 450.162 | 447.718 |
15.02.04 Vernieuwing | 36.049 | 136.250 | 248.537 | 335.423 | 340.176 | 258.617 | 242.514 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
15.03 Ontwikkeling | 323.902 | 188.567 | 108.461 | 217.064 | 203.349 | 270.035 | 225.760 |
15.03.01 Aanleg | 309.660 | 176.627 | 32.174 | 49.571 | 89.092 | 111.350 | 66.510 |
15.03.02 Planning en studies | 9.673 | 3.890 | 64.148 | 160.119 | 110.445 | 157.311 | 159.250 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 7.958 | 1.937 | 2.257 | 1.854 | 1.854 | 1.854 | 1.854 |
15.03.03 Optimalisering gebruik | 4.569 | 8.050 | 12.139 | 7.374 | 3.812 | 1.374 | 0 |
15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 131.564 | 91.675 | 71.068 | 61.279 | 70.941 | 55.590 | 55.260 |
15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN | 435.312 | 433.927 | 417.548 | 470.328 | 481.133 | 466.045 | 460.191 |
15.06.01 Apparaatskosten RWS | 379.311 | 399.860 | 381.844 | 382.802 | 384.963 | 386.917 | 386.732 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 379.311 | 399.860 | 381.844 | 382.802 | 384.963 | 386.917 | 386.732 |
15.06.02 Overige netwerkgebonden kosten | 56.001 | 34.067 | 35.704 | 87.526 | 96.170 | 79.128 | 73.459 |
- Waarvan bijdrage aan agentschap RWS | 56.001 | 34.067 | 35.704 | 87.526 | 96.170 | 79.128 | 73.459 |
Ontvangsten | 98.158 | 39.569 | 13.161 | 3.085 | 701 | 7.838 | 150 |
15.09 Ontvangsten | 98.158 | 39.569 | 13.161 | 3.085 | 701 | 7.838 | 150 |
In de tabel Budgettaire gevolgen van uitvoering bij dit artikel is in de regel Verplichtingen een bedrag van totaal € 1.324.929 miljoen aan verplichtingen voor het jaar 2025 opgenomen. Van dit bedrag heeft een bedrag van maximaal € 128.648 miljoen betrekking op de mogelijke verlening van een uitkering voor het project «Verbreding sluis Kornwerderzand» aan de Provincie Fryslân. Deze begrotingsvermelding vormt de wettelijke grondslag voor de hier bedoelde verlening van een specifieke uitkering als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van de Financiële-Verhoudingswet jo. artikel 4:23, derde lid, onder c, van de Algemene Wet Bestuursrecht.
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2025 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2025. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
Juridisch verplicht | 95% |
Bestuurlijk gebonden | 5% |
Beleidsmatig gereserveerd | |
Nog niet ingevuld/vrij te besteden |
C. Toelichting
15.01 Exploitatie
Motivering
De activiteiten binnen exploitatie worden uitgevoerd om een vlot, betrouwbaar en veilig scheepvaartverkeer op het hoofdvaarwegennet te realiseren. Er zijn met RWS voor exploitatie, onderhoud en vernieuwing prestatieafspraken gemaakt en er zijn indicatoren opgesteld om aan te sluiten op de beleidsdoelen.
Producten
Bij exploitatie gaat het voornamelijk om de volgende activiteiten
- Verkeersbegeleiding, bediening van objecten en vaarwegmarkering;
- Monitoring en informatieverstrekking;
- Vergunningverlening en handhaving;
- Crisisbeheersing en preventie.
In het goederenvervoer over water is een groei voorzien (Integrale Mobiliteitsanalyse [2021] en Integrale Mobiliteitsanalyse [2023]), die deels met exploitatie wordt gefaciliteerd, rekening houdend met autonome ontwikkelingen. Daarnaast is de inzet om de betrouwbaarheid en reistijd te verbeteren. Beleidsdoelstellingen op het gebied van exploitatie zijn:
- Het zoveel mogelijk beperken van de gemiddelde structurele wachttijd bij sluizen in de hoofdvaarwegen;
- Het afstemmen van de bediening van bruggen en sluizen op de vraag vanuit de markt.
In de Kamerbrief Toekomst Binnenvaart die op 30 november 20223aan de Tweede Kamer is aangeboden, zijn de belangrijkste veranderingen, uitdagingen en kansen geschetst voor de binnenvaart. Voor wat betreft de infrastructuur geldt dat we willen toewerken naar toekomstbestendige vaarwegen: klimaatadaptief en betrouwbaar. In de Kamerbrief modal shift aanpak van 15 november 20224 is de verwachte groei van het goederenvervoer en het groeipotentieel van de vaarwegen gepresenteerd.Om dit groeipotentieel te benutten en/of een reverse modal shift te voorkomen, wordt ernaar toegewerkt om alle huidige vaarwegen optimaal te gaan onderhouden.
Zoals beschreven in de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 17 maart 2023 (Kamerstuk 29 385, nr. 119)5 wordt om het areaal in stand te houden en bij een groeiend gebruik voorspelbaar te blijven, gezocht naar mogelijkheden om ook de kostenontwikkeling in de hand te houden. Door technologische ontwikkelingen als smart shipping en verdergaande digitalisering kan een deel van de systemen en voorzieningen ten behoeve van de informatieverstrekking en verkeersbegeleiding naar de toekomst toe waarschijnlijk efficienter worden ingericht. Aanpassingen zullen afgestemd worden op de snelheid van de technologische ontwikkeling en de implementatie ervan bij de gebruikers. Ook wordt in het kader van droogte gekeken naar het ontwikkelen van klimaatadaptieve schepen met minder diepgang of andere vervoersconcepten, waardoor investeringen aan de infrastructuur mogelijk minder groot zullen zijn. Zo wordt bekeken welke vaarwegtrajecten, gegeven de geschetste toekomstige ontwikkelingen ook in aanmerking kunnen komen voor een aanpassing van bedienvensters. Om de vaarwegen toekomstbestendig en betaalbaar te houden, wordt onderzocht waar beperkingen in de bediening en begeleiding mogelijk zijn om de doelen voor de binnenvaart structureel te kunnen behouden. Daartoe wordt onderzoek in gang gezet naar a) opwaardering/afwaardering van vaarwegen; b) de functie en een bijpassend onderhoudsregime oevers; c) het langetermijn verkeersmanagement; d) betaald gebruik van overnachtingsplaatsen voor de recreatievaart; en e) de veiligheidsperspectieven bij een invoering van een verplicht vaarbewijs voor de recreatievaart.
Naast het gastheerschap op de vaarwegen, is ook toezicht van belang. Dit wordt door ILT, politie en RWS uitgevoerd om de veiligheid voor de gebruikers te borgen. Dit toezicht heeft ook een preventieve werking. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Binnenvaartwet is meer nadruk komen te liggen op bestuursrechtelijke handhaving door IenW (in plaats van strafrechtelijke handhaving door de politie). In geval van calamiteiten, zoals schade en verontreinigingen, wordt hierover bericht en adequaat opgetreden. Hiervoor is een calamiteitenorganisatie operationeel.
De activiteiten die door RWS centraal worden uitgevoerd, worden bekostigd uit het budget voor netwerkgebonden kosten.
Meetbare gegevens
Begeleide vaarweg | km | 857 | 857 | 857 |
Bediende objecten | stuks | 234 | 235 | 235 |
Toelichting
Alleen de vaarwegen die vanuit vaste verkeersposten worden begeleid , zijn in het hierboven opgenomen areaal meegeteld. De vaarwegen in beheer bij RWS die met patrouillevaartuigen worden bestreken zijn derhalve niet meegerekend. In 2025 blijft het aantal kilometer begeleide vaarweg gelijk net zoals het aantal bediende objecten. De trendbreuk ten opzichte van de begroting 2024 is toegelicht in het jaarverslag 2023.
15.02 Onderhoud en Vernieuwing
Motivering
Onderhoud en vernieuwing worden uitgevoerd om een vlot, betrouwbaar en veilig scheepvaartverkeer op het hoofdvaarwegennet te realiseren. Er zijn met RWS voor exploitatie, onderhoud en vernieuwing prestatieafspraken gemaakt en er zijn indicatoren opgesteld om aan te sluiten op de beleidsdoelen.
Producten
Het regulier onderhoud en vernieuwing van rijksvaarwegen omvat maatregelen aan bodems, oevers, kunstwerken zoals sluizen en bruggen, verkeersvoorzieningen, landschap en milieu en voorzieningen voor exploitatie, zoals verkeerscentrales.
In bijlage 4 'Instandhouding' van deze begroting wordt uitgebreid ingegaan op de werking van de instandhouding van de netwerken die onder verantwoordelijkheid van IenW vallen.
Maatregelen
In de begroting van 2024 is besloten tot een verschuiving van financiële middelen en personele capaciteit naar instandhouding6, aanvullend op de extra vrijgemaakte middelen uit het coalitieakkoord van het kabinet Rutte IV. Met deze middelen werkt IenW aan de grootste onderhoudsopgave van onze infrastructuur ooit. Het streven is een structurele groei van het productievolume te realiseren van € 2 miljard naar ruim € 3 miljard per jaar (prijspeil 2022), waarvan € 0,8 miljard per jaar voor vernieuwing van infrastructuur. Dit is toegelicht in de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 17 maart 2023 (Kamerstuk 29 385, nr. 119). Over de aanpak van IenW om de productie op instandhouding te vergroten en de validatie van de omvang van de instandhoudingsopgave is de Kamer op 17 juni 2024 per brief geinformeerd (Kamerstuk 29 385, nr. 139).
15.02.01 Onderhoud
Een voorwaarde voor het optimaal gebruiken van het vaarwegennet is de bedrijfszekerheid van de infrastructuur van de vaarwegen.
De activiteiten zijn erop gericht, om de scheepvaart (beroeps- en recreatie vaart) zo goed mogelijk te faciliteren. Het betreft maatregelen om de breedte en diepte van de vaarweg te handhaven. Daarnaast betreft het maatregelen om de kunstwerken (sluizen en bruggen) en verkeersvoorzieningen te laten functioneren. Om verkeersoverlast tot een minimum te beperken, worden zowel de werkzaamheden binnen onderhoud als werkzaamheden die voortkomen uit het ontwikkelingprogramma goed afgestemd. Binnen onderhoud vallen zowel het preventief als het correctief onderhoud.
Met de extra beschikbare financiële middelen verwachten we dat op termijn het aantal ongeplande stremmingen kan worden teruggedrongen, waardoor de voorspelbaarheid met betrekking tot de beschikbaarheid van de vaarroutes groter wordt.
Kustwacht
De Kustwacht Nederland is een organisatie met eigen taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De directeur Kustwacht maakt jaarlijks een Activiteitenplan en Begroting (APB) en legt dit voor aan de raad voor de kustwacht. De ministerraad stelt het APB vervolgens vast. De directeur Kustwacht beschikt over een informatiecentrum, schepen, surveillance vliegtuigen en helikopters.
De Minister van IenW is als coördinerend minister voor Noordzee-aangelegenheden verantwoordelijk voor totstandkoming van geïntegreerd beleid voor de Noordzee en het Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht. De Minister van Defensie is beheerder van de Kustwacht. De overzichtsconstructie Kustwacht is als bijlage 3 'Overzichtsconstructie Kustwacht' aan deze begroting toegevoegd.
Overdracht Brokx-Nat
De nog over te dragen vaarwegen in het kader van Brokx-Nat zijn in beeld gebracht in een eindbalans, op basis waarvan de Tweede Kamer in 2002 is geïnformeerd (Kamerstukken II 2002–2003, 28 600 XII, nr. 17). Op dit artikel wordt o.a. de betaling aan provincies en gemeenten voor het onderhoud aan kanalen in Drenthe en wegen en paden Texel verantwoord.
Meetbare gegevens
In onderstaande figuur is een verdeling gegeven van de onderhoudskosten. De percentages zijn gebaseerd op een meerjarig gemiddelde over de periode 2021-2025.
Figuur 6 Onderverdeling van de onderhoudskosten hoofdvaarwegennet
Vaarwegen | km | 7.394 | 549.993 |
Toelichting
Het totale areaal is een optelling van de hoofdtransportassen, hoofdvaarwegen en overige vaarwegen van in totaal afgerond 3.540 kilometer en van zeecorridors en zeetoegangsgeulen van in totaal afgerond 3.854 kilometer. Tezamen is dit afgerond 7.394 kilometer. Er worden in 2025 geen wijzigingen voorzien. De trendbreuk ten opzichte van de begroting 2024 is toegelicht in het jaarverslag 2023.
Voor de netwerken in beheer van RWS moeten de afspraken over het basiskwaliteitsniveau worden vertaald naar nieuwe indicatoren en streefwaarden. Daarom wordt in afwachting daarvan in onderstaande tabel nog uitgegaan van de prestatieafspraken vanuit de Beheer en Onderhoud (BenO) overeenkomst 2022-2023.
Geplande stremmingen (gehele areaal) | 1,0% | 0,6% | 0,8% | 0,8% |
- Hoofdtransportas | 0,3% | 0,7% | 0,8% | 0,8% |
- Hoofdvaarweg | 1,4% | 0,8% | 0,8% | 0,8% |
- Overige Vaarweg | 0,9% | 0,6% | 0,8% | 0,8% |
Ongeplande stremmingen (gehele areaal) | 2,4% | 1,2% | 0,2% | 0,2% |
- Hoofdtransportas | 0,4% | 0,2% | 0,2% | 0,2% |
- Hoofdvaarweg | 1,5% | 3,4% | 0,2% | 0,2% |
- Overige Vaarweg | 4,0% | 1,1% | 0,2% | 0,2% |
Toelichting
De geplande en ongeplande stremmingen geven een beeld van de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van de sluizen en bruggen op de vaarwegen. De percentages zijn berekend door de gestremde uren voor het maatgevend schip af te zetten tegen de totale bedientijd van deze objecten. De streefwaarden betreffen de afgesproken maximale waarden. Door uitgesteld onderhoud, ouderdom en intensiever gebruik neemt de kans op ongeplande uitval van objecten toe. Dit zien we met name terug in de ongeplande stremmingen, die de streefwaarde zo'n zes keer overschrijden.
In bijlage 4 'Instandhouding' van deze begroting zijn nog een aantal indicatoren met betrekking tot beschikbaarheid/betrouwbaarheid en veiligheid opgenomen. De indicator Passeertijd sluizen is opgenomen bij beleidsartikel 18 Scheepvaart en havens in de begroting Hoofdstuk XII.
15.02.04 Vernieuwing
Op dit artikel staan de beschikbare budgetten voor vernieuwing (voorheen: vervanging en renovatie) van het hoofdvaarwegennet. Sinds medio vorige eeuw is in hoog tempo een groot deel van de infrastructuur aangelegd. Het is van belang dat de veiligheid en de beschikbaarheid van het hoofdvaarwegennet in stand wordt gehouden tegen de achtergrond van een beperkte technische levensduur van kunstwerken. Het einde van de levensduur kan ontstaan door de ouderdom van het kunstwerk of door intensiever gebruik dan bij het ontwerp is voorzien. Op basis van onderzoek wordt een analyse gemaakt voor welke kunstwerken wanneer vervanging of renovatie aan de orde is. RWS bekijkt via inspecties waar maatregelen nodig zijn. Voor een zichtperiode van ongeveer 7 jaar is dit vooruit te plannen in concrete projecten. Voor de periode daarna zijn budgetten beschikbaar, maar wordt de invulling van het programma in latere jaren concreet. De werkwijze staat verder toegelicht in bijlage 4 'Instandhouding'. In het MIRT-projectenoverzicht worden onder liggende projecten inzichtelijk gemaakt.
Vernieuwing bestaat uit vervanging en renovatie van de kunstwerken waar zich binnen de duur van het programma een levensduurproblematiek voordoet met mogelijke ernstige gevolgen voor de veiligheid en beschikbaarheid van het hoofdvaarwegennet. De Vernieuwingsprojecten verlengen de levensduur van de kunstwerken, zodat de veiligheid en de beschikbaarheid van de bestaande infrastructuur in stand wordt gehouden.
15.03 Ontwikkeling
Motivering
Onder dit programma vallen alle activiteiten die noodzakelijk zijn voor de realisatie- en studie activiteiten bij het hoofdvaarwegennet.
Een beweging naar instandhouding en tussen MIRT-projecten
Er is sprake van een samenspel van drie opgaven die de aanleg van projecten bemoeilijkt: stikstof, maakcapaciteit en financiën. Om die reden is het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat genoodzaakt om scherpe keuzes te maken. Binnen het hoofdvaarwegenprogramma is een groot deel van het gereserveerd budget weggehaald bij projecten die te maken hebben met langdurige stikstofdeposities in de gebruiksfase. De betreffende projecten zijn gepauzeerd. Het budget is verschoven naar instandhouding en andere MIRT-projecten. Dit is toegelicht in de Kamerbrief van 23 juni 2023 over het MIRT.
15.03.01 Aanleg
Vanwege de beëindiging van de groot project status van het Project Mainport Rotterdam zal de resterende uitvoering van het project per 2025 worden verantwoord op het artikel 15 Hoofdvaarwegen.
Producten
In 2025 wil IenW de volgende mijlpalen realiseren.
Openstelling | Selectieve Onttrekking Zeesluis IJmuiden |
Projecten Nationaal | |||||||||||||
Beter Benutten | 16 | 16 | 16 | ‒ | ‒ | ||||||||
Impuls Dynamisch Verkeermanagement | 100 | 101 | 100 | ‒ 1 | 1 | 2018 | 2018 | ||||||
Walradarsystemen | 35 | 34 | 29 | 6 | |||||||||
Regeling Kademuren | 9 | 10 | 1 | 3 | 3 | 2 | 1 | ||||||
Projecten Noordwest-Nederland | |||||||||||||
De Zaan (Wilhelminasluis) | 14 | 14 | 10 | 3 | 2020 | 2020 | |||||||
Lichteren buitenhaven Ijmuiden | 83 | 82 | 46 | 1 | 20 | 15 | 1 | 2023 | 2023 | 2 | |||
Projecten Zuidwest-Nederland | |||||||||||||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Beneden-Lek | 15 | 15 | 13 | 2 | 2022 | 2023 | |||||||
Capaciteitsuitbreiding overnachtingsplaatsen Merwede | 10 | 10 | 7 | 4 | 2021 | 2021 | |||||||
Nieuwe Sluis Terneuzen | 1.208 | 1.184 | 1.047 | 133 | 2024 | 2023 | 3 | ||||||
Project Mainport Rotterdam (PMR) | 1.147 | 1.145 | nnb | nnb | 4 | ||||||||
Projecten Zuid-Nederland | |||||||||||||
Maasroute modernisering fase 2 | 744 | 688 | 645 | 40 | 50 | 8 | 2027 | 2025 | 5 | ||||
Wilhelminakanaal Tilburg | 98 | 98 | 95 | 2 | 1 | 2023 | 2023 | ||||||
Zuid-Willemsvaart: aanleg Maximakanaal en opwaarderen tot Veghel | 432 | 432 | 427 | 1 | 2015 | 2015 | |||||||
Projecten Oost-Nederland | |||||||||||||
Toekomstvisie Waal | 150 | 148 | 142 | 8 | 2024 | 2024 | 6 | ||||||
Verruiming Twentekanalen fase 2 | 237 | 244 | 226 | 11 | 2023 | 2023 | 7 | ||||||
Vaarweg Meppel-Ramspol (keersluis Zwartsluis) | 59 | 59 | 59 | 1 | |||||||||
Projecten Noord-Nederland | |||||||||||||
Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 1: verbreding tot klasse Va | 294 | 294 | 282 | 8 | 4 | 2017 | 2017 | ||||||
Verruiming vaarweg Eemshaven-Noordzee | 39 | 39 | 37 | 1 | 1 | ||||||||
Sluiscomplex Kornwerderzand | 129 | 125 | 32 | 32 | 32 | 32 | 2025-2028 | 2025-2028 | |||||
Overige Projecten | |||||||||||||
Kleine projecten / afronding projecten | 194 | 194 | 190 | 1 | 1 | 1 | |||||||
Afrondingen | 1 | ||||||||||||
Totaal uitvoeringsprogramma | 5.013 | 4.932 | 3.372 | 212 | 76 | 60 | 40 | 34 | 37 | 2 | |||
Aanleg uitgaven op MF 15.03.01 mbt planning en studies | 90 | 64 | 17 | 16 | 32 | 13 | 5 | 8 | 0 | ||||
Programma Aanleg | 5.103 | 4.996 | 3.389 | 228 | 108 | 73 | 45 | 42 | 37 | 2 | |||
Uitgaven mbt planning en studies op MF 15.03.02 mbt het programma aanleg | ‒ 76 | ‒ 34 | ‒ 195 | ‒ 7 | ‒ 2 | ‒ 4 | |||||||
Budget Aanleg (MF 15.03.01) | 177 | 37 | 46 | 85 | 111 | 64 | 2 | ||||||
Overprogrammering (-) | ‒ 44 | ‒ 69 | ‒ 27 | 44 | 69 | 27 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Regeling Kademuren: Wegens het ontbreken van geschikte projecten in 2024 worden de middelen middels een kasschuif (- € 2 miljoen) van 2024 naar latere jaren geschoven. Tevens is het resterende budget vanaf 2026 met 10% gekort vanwege de taakstelling uit het Hoofdlijnenakkoord.
- Lichteren buitenhaven Ijmuiden: Per abuis waren de standen niet correct. Dit is nu aangepast in de OB 2025
- Nieuwe Sluis Terneuzen: Vanuit artikel 11 is uit de reservering voor excessieve prijsstijgingen € 21 miljoen toegevoegd aan de reservering staalprijzen.
- Project Mainport Rotterdam (PMR): Vanwege de beeindiging van de groot project status van het Project Mainport Rotterdam zal de resterende uitvoering van het project per 2025 worden verantwoord op artikel 15 Hoofdvaarwegen.
- Maasroute modernisering fase 2: Naar aanleiding van het besluit van de minister van maart 2024 om de urgente situatie op het Julianakanaal op korte termijn op te lossen is er aanvullend budget nodig. Vooralsnog is € 55 miljoen aanvullend beschikbaar gesteld voor het project en € 1,2 miljoen vanuit de loon- en prijsbijstelling.
- Toekomstvisie Waal: Het projectbudget is met 1,9 miljoen door de toevoeging van de Connecting Europe Facility (CEF) subsidie die in 2023 is ontvangen.
- Verruiming Twentekanalen fase 2: Het projectbudget is met € 7 miljoen verlaagd door het inleveren van een meevaller van € 8 miljoen. De risico’s (vernatting/ verdroging van de omgeving) die bij het toepassen van zand bentoniet mengsel (ZBM) kunnen optreden zijn tijdens de uitvoering niet opgetreden. Daarnaast was er bij het opstellen van de tegenvaller rekening gehouden met excessieve prijsstijgingen. De omvang van deze prijsstijging viel uiteindelijk mee.
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van de loon- en prijsbijstelling 2024.
15.03.02 Planning en studies
Aanleg uitgaven op MF 15.03.01 mbt planning en studies | ‒ 90 | ‒ 64 | nvt | nvt | |
Uitgaven mbt planning en studies op MF 15.03.02 mbt het programma aanleg | 76 | 34 | nvt | nvt | |
Projecten Nationaal | |||||
Bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen | 31 | 26 | nvt | nvt | 1 |
Reservering voor LCC | 437 | 391 | nvt | nvt | 2 |
Reservering voor scheepvaartveiligheid maatregelen agv Wind op Zee | 842 | 868 | nvt | nvt | 3 |
Projecten Noordwest-Nederland | |||||
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen Amsterdam-Lemmer | 7 | 7 | 2025 ‒ 2027 | 2025 ‒ 2027 | |
Vaarweg IJsselmeer-Meppel | ntb | ntb | |||
Projecten Zuidwest-Nederland | |||||
Capaciteit Volkeraksluizen | ntb | 2025 ‒ 2027 | |||
Verkeerssituatie splitsing Hollandsch Diep-Dordtsche Kil | nvt | 2025 ‒ 2027 | |||
Projecten Zuid-Nederland | |||||
Whilhelminakanaal Sluis II | 98 | 87 | ntb | ntb | 4 |
Projecten Oost-Nederland | |||||
Bovenloop IJssel (IJsselkop tot Zutphen) | 42 | 41 | ntb | 2026 ‒ 2028 | |
Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen IJssel | 33 | 32 | ntb | 2023 ‒ 2024 | 5 |
Projecten Noord-Nederland | |||||
Verbreding sluiscomplex Kornwerderzand | 2025 ‒ 2028 | 2025 ‒ 2028 | |||
Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 2 | 514 | 475 | 2024 ‒ 2028 | 2024 ‒ 2028 | 6 |
Overige projecten en reserveringen | 404 | 347 | 7 | ||
Projecten in voorbereiding | |||||
Projecten Noordwest-Nederland | |||||
Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 2; reservering verkenning bruggen (AP) | ntb | ||||
Projecten Zuidwest-Nederland | |||||
Kreekraksluizen | |||||
Projecten Oost-Nederland | |||||
Verkenning IJssel fase 2 | |||||
Overige projecten in voorbereiding | |||||
Gesignaleerde risico's | |||||
afrondingen | 1 | 1 | |||
Totaal programma planning en studies | 2.395 | 2.243 | |||
Begroting (MF 15.03.02) | 2.395 | 2.243 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Bijdrage aan agentschap RWS: door de extrapolatie naar 2038 en prijsbijstelling 2024 is de bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen met € 5 miljoen toegenomen
- Reservering Life Cycle Costs (LCC): door de extrapolatie naar 2038 en prijsbijstelling 2024 is de reservering voor LCC met € 46 miljoen toegenomen
- Reservering voor scheepvaartveiligheid maatregelen Wind op Zee (WOZ): Naar het ministerie van EZ t is € 19,3 miljoen overgeboekt voor de tweede module van de opdracht Maritiem Informatievoorzieningen Service Punt (MIVSP-II). De loon- en prijsbijstelling 2024 betreft € 26,2 miljoen. Naar het ministerie van Defensie is € 10,7 miljoen overgeboekt voor de IenW bijdrage aan de kosten van noodsleephulp schepen (ERTV Zuid en ERTV Midden), welke de Kustwacht huurt bij de Rijksrederij voor 2024 en € 21,9 miljoen voor het project Verkeersbeeld op Zee (VOZ).
- Wilhelminakaal sluis II: Vanuit artikel 11 is uit de reservering voor excessieve prijsstijgingen € 8,7 miljoen overgeboekt. De loon- en prijsbijstelling 2024 betreft € 2,5 miljoen.
- Capaciteitsuitbreiding ligplaatsen IJssel: Per abuis was de stand vorig niet correct. Dit is nu aangepast in de OB 2025.
- Vaarweg Lemmer-Delfzijl fase 2: Het budget is verhoogd met € 10 miljoen voor de nieuwe Paddepoelsterbrug en met € 15 miljoen voor de Gerrit Krolbrug. De loon- en prijsbijstelling 2024 betreft € 14 miljoen. Verder was per abuis de stand vorig niet correct. Dit is nu aangepast in de OB 2025.
Overige projecten en reserveringen:
- Naar het ministerie van EZis € 10 miljoen overgeboekt voor de IenW bijdrage aan de Rijksbijdrage Maritieme Maakindustrie.
- Voor subsidie Topsector Logistiek in 2025 is € 3,5 miljoen overgeboekt naar HXII.
- Door de extrapolatie naar 2038 is het budget met € 17,1 miljoen toegenomen.
- Vanuit HXII is € 18,9 miljoen overgeboekt voor de reservering walstroom rijksligplaatsen.
- Vanuit artikel 11 is uit de reservering voor prijsstijgingen € 21 miljoen overgeboekt naar de reservering Nieuwe Sluis Terneuzen en € 3,9 miljoen naar het gereserveerde budget voor de Kustwacht.
De overige budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van de loon- en prijsbijstelling 2024.
15.03.03 Optimalisering verbruik
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden uitgaven gedaan die de optimalisering van het gebruik van Infrastructuur op de vaarwegen bevorderen. Dit zijn maatregelen die door IenW worden uitgevoerd. Een voorbeeld is de optimalisatie van logistieke routes om modal shift te bevorderen.
Modal shift van weg naar water | 37 | 36 | nvt |
Totaal Optimalisering gebruik | 37 | 36 | nvt |
Begroting (MF 15.03.03) | 37 | 36 | nvt |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
De budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van de loon- en prijsbijstelling 2024.
15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS
Motivering
Bij infrastructuurprojecten boven het drempelbedrag van € 60 miljoen wordt middels een Publiek Private Comparator (PPC) getoetst of een DBFM-contract meerwaarde op kan leveren. Infrastructuurprojecten die via een DBFM (Design, Build, Finance en Maintain) contract worden aanbesteed, hebben als kenmerk dat sprake is van de overdracht van de integrale onderdelen van een bouwproject (ontwerp, bouw, financiering en onderhoud) aan een private opdrachtnemer. In plaats van een product wordt een dienstuitgevraagd, te wetende beschikbaarheid van de infra structuur. De betaling voor deze dienst vindt plaats aan de hand van de overeengekomen prestatie die wordt afgezet tegen de daadwerkelijk geleverde prestatie, de beschikbaarheid. De beschikbaarheidsvergoeding wordt pas uitgekeerd na oplevering van het project; tijdens de bouw dient de DBFM-Opdrachtnemer daarom zelf de financiering te regelen. Omdat het project gefinancierd is door banken en/of institutionele beleggers, is sprake van een sterke druk vanuit de financiers op de private opdrachtnemer om de afgesproken prestatie ook te leveren: op tijd en binnen de geraamde kosten. Een lager prestatieniveau leidt tot lagere betalingen, die op hun beurt de terugbetaling van de financiering moeten zekerstellen. In de bouw fase is doorgaans wel sprake van een gedeeltelijke betaling (de partiële beschikbaarheidsvergoeding), als sprake is van de uitbreiding van een bestaande sluis die ook tijdens de verbouwing beschikbaar moet blijven voor de scheepvaart. Bij openstelling van de sluis wordt overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding. Het afronden van een aanbesteding resulteert in een meerjarige verplichting, van zowel aanleg als ook beheer en onderhoud op het desbetreffende project. Op dit begrotingsartikel bestaat daarmee geen enkele budgetflexibiliteit. Slechts bij onderpresteren van de opdrachtnemer kunnen boetes en kortingen worden aangebracht.
De verplichting aan de DBFM-Opdrachtnemer vervaltaan het einde van de looptijd van het contract waarna het beheer en onderhoud van deze vaarwegdelen en/of objecten terugkomen bij RWS en de bijbehorende budgetten gaan vallen onder het reguliere onderhoudsartikel (artikel onderdeel 15.02 Onderhoud en Vernieuwing).
Producten
De projecten Zeetoegang IJmond, Sluis Limmel, 3e Kolk Beatrixsluis en sluis Eefde zijn opengesteld. Er is sprake van een volledige beschikbaarheidsvergoeding. De looptijd van deze contracten varieert; in onderstaand projectenoverzicht is zichtbaar wanneer de contracten eindigen.
Projecten Noordwest-Nederland | |||||||||||||
Lekkanaal: 3e kolk Beatrixsluis en verbreding kanaalzijde/uitbreiding ligplaatsen | 422 | 416 | 110 | 16 | 15 | 15 | 15 | 16 | 16 | 218 | 2019 | 2019 | 2046 |
Zeetoegang IJmond | 1.289 | 1.237 | 586 | 67 | 46 | 37 | 47 | 31 | 31 | 444 | 2022 | 2022 | 2045 |
Projecten Oost-Nederland | |||||||||||||
Capaciteitsuitbreiding sluis Eefde | 163 | 161 | 49 | 6 | 6 | 6 | 6 | 6 | 6 | 79 | 2020 | 2020 | 2047 |
Projecten Zuid-Nederland | |||||||||||||
Keersluis Limmel | 96 | 94 | 33 | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 | 3 | 45 | 2018 | 2018 | 2048 |
afrondingen | 1 | ||||||||||||
Totaal | 1.970 | 1.909 | 778 | 92 | 70 | 61 | 71 | 56 | 56 | 786 | |||
Begroting (MF 15.04) | 1.970 | 1.909 | 778 | 92 | 70 | 61 | 71 | 56 | 56 | 786 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
De budgettaire aanpassingen zijn mutaties ten aanzien van de loon- en prijsbijstelling 2024.
15.06 Netwerkgebonden kosten Hoofdvaarwegennet
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten (inclusief afschrijving en rente) van RWS en de overige netwerkgebonden kosten geraamd. De overige netwerkgebonden kosten komen ten goede aan exploitatie, onderhoud en vernieuwing, ontwikkeling en DBFM, en betreffen taken die gecentraliseerd binnen RWS worden opgepakt. Het gaat bij deze zogeheten landelijke taken onder meer om het verzamelen van basisinformatie, onderhouden van ICT-systemen, het inspecteren van het areaal en de ontwikkeling van kennis en innovatie. Er is gekozen voor centrale uitvoering met het oog op enerzijds uniformiteit in werkwijze en anderzijds kostenbesparing.
Rijksrederij
De Rijksbrede Civiele Rijksrederij is een organisatie die nautische diensten levert aan andere overheden zoals het Ministerie van EZ, Financiën (Douane), IenW, LVVN en JenV en de Kustwacht. De Rijksrederij valt onder de verantwoordelijkheid van RWS. De kerntaken van de Rijksrederij zijn:
- Het ter beschikking stellen van vaartuigen voor een bepaalde tijdsduur (al dan niet met nautische bemanning) met een door de opdrachtgever gespecificeerd dienstverleningsniveau;
- Het leveren van kennisintensief advies aan overheidsinstellingen bij beheer, ontwerp en aanbesteding van vaartuigen;
- Het leveren van kennisintensief adviesop het gebiedvan eisen aan bemanningen, veiligheidsmanagement en scheepsuitrustingen.
15.09 Ontvangsten
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de bijdragen van derden aan de producten op het gebied van Rijksvaarwegen, die rechtstreeks aan IenW worden betaald, verantwoord.
Producten
Bijdragen van derden
Dit betreffen de bijdragen van decentrale overheden en andere derden aan projecten.
Bijdragen van derden | 40 | 13 | 3 | 1 | 8 | 0 |
Totaal Ontvangsten (MF 15.09) | 40 | 13 | 3 | 1 | 8 | 0 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- De ontvangsten zijn geïndexeerd naar aanleiding van de loon-en prijsbijstelling 2024
3.6 Artikel 17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer
A. Omschrijving van de samenhang in het beleid
Megaprojecten zijn door de Tweede Kamer aangewezen grote projecten (grootprojectstatus). De aanwijzing van grote projecten gebeurt op basis van artikel 2 van de Regeling Grote Projecten. De grootprojectstatus behelst dat de Regeling Grote Projecten van toepassing is, die voorschrijft dat de Minister ten minste halfjaarlijks de Tweede Kamer informeert over de voortgang en verantwoording aflegt via een Voortgangsrapportage.
Onder dit artikel vallen de megaprojecten Verkeer en Vervoer:
- Project Mainportontwikkeling Rotterdam;
- Programma ERTMS;
- Zuidasdok;
- Programma Hoogfrequent Spoorvervoer.
Het projectartikel is gerelateerd aan de beleidsartikelen 14 Wegen en Verkeersveiligheid, 16 Openbaar Vervoer en Spoor en 18 Scheepvaart en havens op de beleidsbegroting Hoofdstuk XII.
B. Budgettaire gevolgen van uitvoering
Verplichtingen | 609.120 | 1.043.855 | 438.892 | 1.072.346 | 1.131.384 | 279.628 | 242.784 |
Uitgaven | 572.122 | 547.762 | 516.879 | 730.025 | 776.057 | 811.435 | 679.366 |
17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam | 637 | 525 | |||||
17.07 ERTMS | 189.798 | 199.852 | 130.877 | 210.100 | 189.513 | 184.570 | 133.255 |
17.07.01 Aanleg ERTMS | 189.281 | 199.358 | 129.683 | 210.100 | 189.513 | 184.570 | 133.255 |
17.07.02 Planning en studies ERTMS | 517 | 494 | 1.194 | ||||
17.08 Zuidasdok | 140.739 | 181.260 | 277.782 | 295.429 | 370.388 | 369.153 | 298.439 |
17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer | 240.948 | 166.125 | 108.220 | 224.496 | 216.156 | 257.712 | 247.672 |
17.10.01 Aanleg PHS | 230.732 | 156.889 | 102.895 | 201.803 | 186.941 | 193.384 | 149.851 |
17.10.02 Planning en studies PHS | 10.216 | 9.236 | 5.325 | 22.693 | 29.215 | 64.328 | 97.821 |
Ontvangsten | 68.437 | 60.973 | 70.735 | 81.708 | 67.168 | 87.088 | 67.405 |
17.09 Ontvangsten | 68.437 | 60.973 | 70.735 | 81.708 | 67.168 | 87.088 | 67.405 |
Budgetflexibiliteit
Met uitzondering van planning en studies, zijn de budgetten in 2025 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2025. De budgetten voor planning en studies zijn bestuurlijk gebonden.
Juridisch verplicht | 99% |
Bestuurlijk gebonden | 1% |
Beleidsmatig gereserveerd | |
Nog niet ingevuld/vrij te besteden |
C. Toelichting
17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam
Vanwege de beëindiging van het «groot project status» van het Project Mainport Rotterdam zal de resterende uitvoering van het project per 2025 worden verantwoord op het artikel 15 Hoofdvaarwegen.
17.07 European Rail Traffic Management System (ERTMS)
Motivering
De Ontwikkelagenda Toekomstbeeld OV 2040 (Kamerstukken II 202/21, 23645, nr. 746) zet erop in lange termijn keuzes voor het OV met bijdragen aan wonen, werken en recreëren in een duurzaam en welvarend Nederland te realiseren. Het digitaliseren van het treinbeveiligingssysteem is een van de bouwstenen om de doelen van Toekomstbeeld OV te bereiken. Het vervangen van het analoge huidige systeem, dat stamt uit de jaren ’50-60, door de digitale Europese standaard wordt vormgegeven binnen het groot project ERTMS. Deze vervanging sluit aan bij het algemene uitgangspunt om prioriteit te geven aan de instandhouding van het bestaande netwerk. Met deze beslissing wordt ook invulling gegeven aan Europese afspraken over de aanleg van ERTMS op de belangrijkste nationale en internationale verbindingen (TEN-T kernnetwerk). Daarnaast biedt ERTMS meer mogelijkheden dan de huidige treinbeveiliging, zoals meer veiligheid, de mogelijkheid om meer treinen te laten rijden, en op termijn automatisch rijden.
Producten
Op 17 mei 2019 heeft het Kabinet de programmabeslissing ERTMS (Kamerstukken II 2018/19, 33652, n2. 65) genomen en besloten het huidige treinbeveiligingssysteem landelijk te vervangen door ERTMS. Tot en met 2030 worden door ProRail en vervoerders tientallen werkprocessen aangepast om treinen te kunnen laten rijden, circa 1.300 treinen en locomotieven omgebouwd of opgewaardeerd naar ERTMS en tenminste 15.000 gebruikers opgeleid. Ook zal het systeem en de operatie worden beproefd en uiteindelijk 345 km spoor op zeven baanvakken van ERTMS voorzien. Het kabinet heeft in 2019 tevens besloten structureel middelen te reserveren voor de uitrol van ERTMS in de rest van Nederland in de periode 2030-2050. Hiervoor zijn middelen gereserveerd op artikelonderdeel 11.03.
Zoals aangekondigd is gewerkt aan een herijking van de planning en kostenraming (Tweede Kamer, vergaderjaar 2022–2023, 33 652, nr. 88). In de herijking zijn ook de effecten van gebeurtenissen als de coronapandemie, de arbeidsmarktkrapte en bewegingen op de leveranciersmarkt (zoals overnames) op het programma meegenomen. Uit de herijking blijkt dat een hoger bedrag en langere tijd nodig zijn om de treinbeveiliging en gerelateerde systemen klaar te maken voor de toekomst. De eerste uitkomsten van de studie naar de landelijke uitrol van ERTMS ondersteunen dit beeld. De onderlinge samenhang tussen projecten is groot, waardoor het risicoprofiel van het programma hoog blijft. Het is noodzakelijk om bij te sturen op basis van de nieuwe inzichten en geleerde lessen – in binnen- en buitenland – en deze zo goed mogelijk te benutten voor het vervolg. Een commissie van experts op het gebied van de implementatie van ERTMS of vergelijkbare systemen in andere landen heeft een second opinion uitgevoerd. Ervaringen in andere landen tonen aan dat de invoering van ERTMS niet zonder slag of stoot verloopt. Alle signalen wijzen erop dat een fundamentele herijking van de aanpak nodig is. Over de aanpak wordt de Kamer geïnformeerd bij de 19de voortgangsrapportage (Kamerstukken II 2023/2024, 33562, nr. 90) en volgende rapportages.
Het programma ERTMS is door de Kamer aangewezen als Groot Project. De Kamer wordt daarom twee keer per jaar door middel van een voortgangsrapportage geïnformeerd. De laatste voortgangsrapportage van de staatssecretaris van IenW betreft de twintigste voortgangsrapportage (Kamerstukken II 2023/2024, 33562, nr. 92).
ERTMS | ||||||||||||
Aanleg | 2.839 | 2.773 | 538 | 276 | 309 | 340 | 390 | 345 | 253 | 388 | divers | divers |
Planning en studies | 93 | 93 | 90 | 1 | 2 | divers | divers | |||||
Afronding | ||||||||||||
Programma | ||||||||||||
Afrekening voorschotten | 27 | 27 | 27 | |||||||||
Begroting (MF 17.07.01) | 2.959 | 2.893 | 655 | 277 | 311 | 340 | 390 | 345 | 253 | 388 | ||
Overprogrammering (-) | ‒ 77 | ‒ 180 | ‒ 130 | ‒ 201 | ‒ 160 | ‒ 120 | 868 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
Het projectbudget is verhoogd met € 75 miljoen in verband met excessieve prijsstijgingen in 2024.
17.08 Zuidasdok
Motivering
De ruimtelijke ontwikkelingen in de corridor Haarlemmermeer-Almere en op de Zuidas versterken de toename van reizigers en verkeer. Door opening van de Noord-Zuidlijn, Hanzelijn en OV-SAAL neemt het aantal reizigers op station Amsterdam-Zuid toe. De vergroting van de stations capaciteit en kwalitatieve opwaardering van station Amsterdam Zuid is nodig om de groeiende reizigersstromen te accommoderen en te voldoen aan de NSP-kwaliteitsnorm. Om ruimte te bieden aan de uitbreiding van de ov-terminal en de wegcapaciteit te vergroten, wordt de A10 ondergronds gebracht en verbreed. Een investering in de ruimtelijke kwaliteit van de Zuidas draagt verder bij aan de versterking van een internationale toplocatie. In de Kamerbrief van 21 december 2023 is de Kamer geïnformeerd over een nieuw verwacht tekort op het project van € 600 ‒ 800 miljoen (Kamerstukken 32668, nr. 22).
Producten
- Programmaorganisatie en voorbereiding (inclusief A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel, artikel 12.03.01 op het Mobiliteitsfonds);
- Uitbreiding van de ov-terminal (regionaal ov en ketenmobiliteit);
- Tunnel en uitbreiding van de wegcapaciteit A10-zuid;
- Inrichting van de openbare ruimte en generieke uitgaven.
Zuidasdok | ||||||||||||
Generieke en ruimtelijke inrichting | 66 | 66 | 66 | 2017 | 2017 | |||||||
Projectorganisatie en voorbereiding | 603 | 593 | 254 | 39 | 41 | 43 | 38 | 34 | 29 | 125 | 2028-2029 | 2028-2029 |
Tunnel en A10 | 1.600 | 1.549 | 118 | 34 | 92 | 120 | 169 | 210 | 240 | 617 | 2028-2029 | 2028-2029 |
OVT incl. keerspoor | 1.139 | 1.114 | 310 | 108 | 144 | 133 | 164 | 125 | 29 | 127 | 2028-2029 | 2028-2029 |
Afrondingen | ||||||||||||
Programma | 3.408 | 3.322 | 748 | 181 | 277 | 296 | 371 | 369 | 298 | 869 | 2032-2036 | 2032-2036 |
Begroting (MF 17.08) | 3.408 | 3.322 | 748 | 181 | 277 | 296 | 371 | 369 | 298 | 869 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- Projectorganisatie en voorbereiding: het verschil wordt veroorzaakt door o.a. desalderingen door extra ontvangsten welke aan de project toegevoegd worden. Daarnaast betreft het ook loon- en prijsbijstelling 2024.
- Tunnel en A10: het verschil wordt o.a., veroorzaakt door Meerjaring vast onderhoud voor West Nederland Noord. Op verzoek van de beheerder wordt het meerjarig onderhoud toegevoegd aan de scope. Het betreft hier de uitvoeringskosten. Daarnaast zijn ook de loon- en prijsbijstellingen verwerkt.
- OVT inclusief keerspoor: dit betreft de loon- en prijsbijstelling 2024.
Overzicht van de bijdragen
In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de financiering van het programma. Deze middelen kunnen tijdens de realisatieperiode integraal aan alle productuitgaven worden besteed. Tussentijds en achteraf zal inzichtelijk worden gemaakt waaraan de middelen zijn besteed (verantwoording).
Bijdragen Rijk | 0 | ||||||||
Bijdrage gemeente Amsterdam | 426 | 106 | 21 | 39 | 37 | 37 | 42 | 37 | 107 |
Bijdrage Vervoersregio Amsterdam | 346 | 87 | 18 | 32 | 29 | 30 | 35 | 31 | 84 |
Bijdrage Provincie Noord Holland | 87 | 87 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
EU-ontvangsten | 56 | 37 | 19 | ||||||
Bijdrage derden | 114 | 32 | 0 | 0 | 16 | 0 | 10 | 0 | 56 |
Totaal programma | 1.029 | 349 | 58 | 71 | 82 | 67 | 87 | 68 | 247 |
Begroting (MF 17.08) | 1.029 | 349 | 58 | 71 | 82 | 67 | 87 | 68 | 247 |
17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer
Motivering
Vanaf 2018 heeft het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer de status van groot project. Op dit artikelonderdeel worden de uitgaven van PHS verantwoord. De basisrapportage, die voortvloeit uit de status van groot project, is in april 2019 naar de Tweede Kamer gezonden (Kamerstukken II 2018-2019, 32 404, nr. 92). Sindsdien zijn er halfjaarrapportages naar de Kamer gestuurd, de laatste betreft de tweede helft van 2023 (VGR 2023-2, Kamerstuk 32404-121). Er wordt volgens de prognoses steeds meer gebruik gemaakt van het openbaar vervoer. Ook het spoorgoederenvervoer neemt toe. Dat vraagt om een aanpak om meer capaciteit te bieden en een hoogwaardig spoorvervoer mogelijk te maken. Het Programma Hoogfrequent Spoorvervoer (PHS) heeft tot doel op de drukste trajecten in het land te komen tot hoogfrequent spoorvervoer en een toekomst vaste routering van het goederenvervoer met zo intensief mogelijk gebruik van de Betuweroute. Er gaan meer treinen rijden in de drukste delen van het land en er komt extra ruimte voor goederenvervoer op het spoor naast maatregelen om het gebruik van de Betuweroute nog extra te stimuleren. Het gaat om de volgende corridors en frequenties:
- Alkmaar-Amsterdam (6 intercity’s en 6 sprinters);
- Amsterdam-Utrecht-Eindhoven (6 intercity’s op de corridor en 6 sprinters tussen Utrecht en Geldermalsen);
- Schiphol-Utrecht-Arnhem/Nijmegen (6 intercity’s op de corridor en 4 sprinters tussen Breukelen en Driebergen-Zeist);
- Den Haag-Rotterdam-Breda (8 intercity’s en 6 sprinters tussen Den Haag en Rotterdam en 4 intercity’s tussen Rotterdam en Breda);
- Breda-Eindhoven (4 intercity’s en 4 sprinters Breda-Tilburg);
- Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad (SAAL) Schiphol-Amsterdam Zuid-Almere-Lelystad (4 intercity’s en 4 sneltreinen tussen Flevoland, via Amsterdam Zuid, en Schiphol, 4 intercity’s tussen Schiphol, via Amsterdam Zuid, en Hilversum, 6 sprinters tussen Almere en Amsterdam Centraal, 4 sprinters tussen Hilversum/Gooi en Amsterdam Centraal);
- Goederenroutering Zuid-Nederland.
Het PHS-programma en de diverse projecten die hier onderdeel van uit maken moeten de gewenste treinaantallen mogelijk maken in combinatie met een zo goed mogelijke dienstregeling (goede verdeling van de treinen over het uur, goede aansluitingen, combinatie met goederenvervoer e.d.). Daarbij is een belangrijk aandachtspunt dat de PHS-corridors onderdeel vormen van een samenhangend spoorwegnet en treindienstregeling, waarbij er vele afhankelijkheden bestaan en er in de loop der tijd rekening moet worden gehouden met nieuwe inzichten en ontwikkelingen. De uiteindelijke dienstregeling wordt conform de vervoerconcessie van IenW aan NS opgesteld door NS. NS stelt deze vast op basis van de daadwerkelijk beschikbare infrastructuur, de daadwerkelijk marktvraag per traject, overleg met betrokken overheden en consumentenorganisaties. De scope, planning en financiële stand van zaken (peildatum eind 2018) zijn opgenomen in de basisrapportage PHS; deze dient als referentie voor de opeenvolgende voortgangsrapportages over PHS die elk half jaar verschijnen. PHS is volledig opgenomen in de nieuwe HRN concessie 2025-2033 en zal stap voor stap worden ingevoerd.
De risicoreservering voor PHS is voor € 150 miljoen ingezet om op de corridor PHS Alkmaar – Amsterdam tot uitvoering over te gaan. In verband met een negatieve prijsontwikkeling, de mismatch tussen de door Financiën uitgekeerde IBOI enerzijds en de vigerende CBS-reeksen voor de spoorbouw en aanbestedingseffecten anderzijds, is het projectbudget aanvullend verhoogd met € 187 miljoen. De in het programma Spoorcapaciteit 2030 «Onderstation Kethel» wordt uitgevoerd binnen PHS. Daarom is € 11 miljoen overgeboekt vanuit het programma Spoorcapaciteit 2030 naar PHS-onderdeel TEV.
Producten
Op 4 juni 2010 (Kamerstukken II 2009-2010, 32 404, nr. 1) heeft het kabinet een voorkeursbeslissing genomen over PHS. Sinds begin 2011 loopt de planuitwerking. PHS is een samenhangend en langlopend programma en wordt stap voor stap gerealiseerd. Fasegewijs zullen de frequenties worden verhoogd, als de benodigde infrastructuur dat mogelijk maakt. Inmiddels is een aantal projecten uitgevoerd en gaat PHS steeds verder in realisatie en worden onderdelen vastgelegd in subsidiebeschikkingen. In het MIRT overzicht is per onderdeel in realisatie een MIRT-blad opgenomen en is de voortgang van de diverse PHS onderdelen aangegeven. Elk halfjaar wordt in de opeenvolgende voortgangsrapportages PHS de inhoudelijke en financiële voortgang van PHS en de diverse corridors aangegeven. In de laatste VGR 2023-2 is aangegeven dat het PHS-programma in volle uitvoering is en meer dan 95% van het budget in 2024 verplich is. Ook is duidelijk geworden dat een aantal belangrijke onderdelen eerst rond 2030-2031 gereed zullen zijn.
Programma Hoogfrequent Spoorvervoer | |||||||||||||
Aanleg | |||||||||||||
PHS: Doorstroomstation Utrecht | 253 | 253 | 253 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2017 | 2017 | |
PHS: Spooromgeving Geldermalsen | 149 | 149 | 149 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2021 | 2021 | |
PHS: Meteren - Boxtel | 803 | 716 | 82 | 48 | 63 | 66 | 124 | 125 | 145 | 150 | 2031 | 2028-2029 | |
PHS: Rijswijk - Rotterdam | 388 | 385 | 277 | 45 | 12 | 6 | 6 | 6 | 6 | 30 | 2024-2026 | 2023-2025 | * |
PHS Amsterdam | 1042 | 909 | 214 | 59 | 81 | 101 | 101 | 96 | 110 | 281 | 2030-2032 | 2030-2032 | * |
PHS Ede | 77 | 77 | 63 | 10 | 3 | 1 | 1 | 0 | 0 | 0 | 2022 | 2021 | |
PHS Alkmaar-Amsterdam | 298 | 28 | 12 | 7 | 10 | 33 | 82 | 93 | 30 | 31 | 2029-2030 | 2027-2028 | |
PHS maatregelen TEV | 121 | 118 | 29 | 17 | 22 | 38 | 8 | 8 | 0 | 0 | divers | divers | |
PHS Nijmegen en West-entree | 200 | 184 | 8 | 8 | 24 | 41 | 44 | 27 | 22 | 27 | 2028 | 2027 | |
OV-SAAL korte termijn | 630 | 630 | 630 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2016 | 2016 | |
OV-SAAL middellange termijn | 98 | 98 | 98 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2026-2028 | 2026-2028 | |
PHS: Overige maatregelen (projecten < € 50 miljoen) | 241 | 182 | 101 | 23 | 17 | 49 | 30 | 8 | 5 | 7 | divers | divers | |
Afrondingen | |||||||||||||
Planning en studies | 681 | 820 | |||||||||||
Corridor Alkmaar-Amsterdam | |||||||||||||
Corridor Amsterdam-Utrecht-Eindhoven | |||||||||||||
Corridor Schiphol-Utrecht-Arnhem/Nijmegen | |||||||||||||
Corridor Breda-Eindhoven | |||||||||||||
Corridor Den Haag– Rotterdam | |||||||||||||
Corridor OV SAAL middellange termijn | |||||||||||||
Routering goederenvervoer Zuid-Nederland | |||||||||||||
Overige (planstudiekosten) | |||||||||||||
Afrondingen | |||||||||||||
Programma | |||||||||||||
Afrekening voorschotten | 82 | 82 | 82 | ||||||||||
Begroting (MF 17.10.01) | 5.063 | 4.631 | 1.997 | 217 | 231 | 334 | 396 | 363 | 318 | 526 | |||
Overprogrammering (-) | ‒ 64 | ‒ 130 | ‒ 139 | ‒ 227 | ‒ 225 | ‒ 220 | 1005 |
Belangrijkste (budgettaire) aanpassingen
- PHS Meteren-Boxtel: De Raad van State heeft het Tracébesluit "Programma Hoogfrequent Spoorvervoer Meteren- Boxtel” onherroepelijk verklaard. Vanwege de tijd die de Raad van State nodig heeft gehad om tot dit besluit te komen is vertraging in de planning ontstaan en een herziene planning opgesteld waarbij de in 2021 afgesproken mijlpalen naar achteren schuiven. Het projectbudget is verhoogd met € 67,7 miljoen in verband met prijs- en markteffecten;
- PHS Amsterdam:Het projectbudget is verhoogd met € 68,2 miljoen in verband met prijs- en markteffecten. Daarnaast is € 44,1 miljoen toegevoegd vanuit het programma Fietsparkeren (MF 13.03). Een deel van de oorspronkelijk binnen dat programma geraamde scope (de stallingen onder de oostelijke sporen (SOOS)) wordt overgeheveld naar het PHS project Amsterdam Centraal waardoor de werkzaamheden efficiënter kunnen worden uitgevoerd;
- PHS Projecten < 50 mln: De scope benodigd voor maatregelen bij het emplacement Eindhoven Eindhoven Oost is onderdeel van het binnen het programma Grensoverschrijdend Spoorvervoer opgenomen deelproject “Eindhoven-Düsseldorf”. In verband met de raakvlakken met PHS en om de productstap Breda-Eindhoven tijdig mogelijk te maken, is deze scope en het bijbehorende budget ad € 17 miljoen overgeheveld naar deelproject PHS Eindhoven. De ontwikkeling van een nieuwe generatie seinen bij ProRail heeft vertraging opgelopen. Dit leidt er toe dat spoorprojecten hun ontwerp moeten aanpassen. De oude seinen hebben een grotere omvang waarvoor sporen verder uit elkaar moeten liggen. Bij enkele projecten, waaronder PHS Tilburg leidt deze aanpassing tot majeure meerkosten omdat werkzaamheden reeds gepland en deels uitgevoerd waren door de aannemer. Hiervoor is aanvullend € 31,4 miljoen toegevoegd zodat het project zoveel mogelijk doorgang kan vinden en de meerkosten niet nog verder oplopen;
- PHS Nijmegen: Het projectbudget is verhoogd met € 10 miljoen in verband met prijs- en markteffecten;
- Planning en studies: De risicoreservering voor PHS is voor € 150 miljoen ingezet om op de corridor PHS Alkmaar – Amsterdam tot uitvoering over te gaan. Tegenover het resterende potentieel tekort staan voldoende beheersmaatregelen en is ook nog een deel van de risicoreservering beschikbaar. In verband met markt- en prijseffecten is in totaal € 146,1 miljoen overgeboekt naar diverse PHS projecten in realisatie. Er is € 9,7 miljoen toegevoegd vanuit MF 11.04 aan het planuitwerkingsbudget PHS om extra kosten te dekken om de Amstelpassage als locatie voor security- en paspoortcontrole-voorzieningen te kunnen gebruiken. In verband met een negatieve prijsontwikkeling, de mismatch tussen de door Financiën uitgekeerde IBOI enerzijds en de vigerende CBS-reeksen voor de spoorbouw en aanbestedingseffecten anderzijds, is het projectbudget aanvullend verhoogd met € 101 miljoen vanuit de daarvoor getroffen reservering op MF 11.04.
*In het projectoverzicht van de voorjaarsnota 2024 was per abuis voor een aantal projecten een verkeerde stand opgenomen. De betreffende projecten zijn met een «*» aangegeven en de standen «vorig» zijn gecorrigeerd.
17.09 Ontvangsten
Motivering
Op dit artikelonderdeel worden de bijdragen van derden voor de realisatie van de Megaprojecten verkeer en vervoer, die rechtstreeks aan IenW worden betaald, verantwoord.
Bijdragen van derden PMR | ||||||
Bijdragen van derden ERTMS | 19 | |||||
Bijdragen van derden Zuidasdok | 41 | 71 | 82 | 67 | 87 | 67 |
Bijdragen van derden PHS | 1 | |||||
Totaal Ontvangsten | 61 | 71 | 82 | 67 | 87 | 67 |
Totaal Ontvangsten (MF 17.09) | 61 | 71 | 82 | 67 | 87 | 67 |
3.7 Artikel 18 Overige uitgaven en ontvangsten
A. Omschrijving van de samenhang in het beleid
Dit artikel bevat een aantal uiteenlopende onderwerpen.
Het projectartikel is gerelateerd aan het beleidsartikel 22 Omgevingsveiligheid en milieurisico’s (Externe veiligheid) van de begroting Hoofdstuk XII.
B. Budgettaire gevolgen van uitvoering
Verplichtingen | 23 | 3.535 | |||||
Uitgaven | 42 | 3.398 | |||||
18.06 Externe veiligheid | 42 | 3.398 | |||||
18.08 Netwerkoverstijgende kosten | |||||||
18.08.03 Afroming Eigen Vermogen Rijkswaterstaat | |||||||
Ontvangsten | 310.548 | 427.224 | |||||
18.09 Ontvangsten | 19.309 | 4 | |||||
18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen | 291.239 | 427.220 |
Budgetflexibiliteit
De budgetten voor externe veiligheid zijn 2025 juridisch verplicht op de peildatum 1 januari 2025. De middelen afroming eigen vermogen Rijkswaterstaat zijn beleidsmatig gereserveerd.
Juridisch verplicht | 0% |
Bestuurlijk gebonden | |
Beleidsmatig gereserveerd | 0% |
Nog niet ingevuld/vrij te besteden |
C. Toelichting
18.06 Externe Veiligheid
Motivering
Het budget is bestemd voor het oplossen van externe veiligheidsknelpunten in het kader van de Nota Vervoer Gevaarlijke Stoffen (NVGS) (Kamerstukken II 2005–2006, 30 373, nr. 2). De opgenomen kasreeks heeft betrekking op het RWS-programma aankopen en saneren van kwetsbare objecten in het kader van basisnet.
18.08 Netwerkgebonden kosten
Motivering
Dit betreft de afdracht van het surplus aan eigen vermogen van Rijkswaterstaat. Het eigen vermogen van een baten-lastenagentschap is via de Regeling agentschappen gebonden aan een maximumomvang van 5 procent van de gemiddelde jaaromzet, berekend over de laatste drie jaar. De maximale omvang van het eigen vermogen is door Rijkswaterstaat in 2023 overschreden. Conform de Regeling agentschappen is het surplus eigen vermogen afgedragen aan de eigenaar (IenW). Voor het surplus eigen vermogen van Rijkswaterstaat geldt dat – in lijn met het zwaartepunt van de herkomst – deze middelen zijn toegevoegd aan het Mobiliteitsfonds. De middelen worden in afwachting van nadere bestemming toegevoegd aan artikelonderdeel 18.08 Netwerkgebonden kosten.
Belangrijkste budgettaire aanpassing
Bij eerste suppletoire begroting 2024 is het afgeroomde eigen vermogen 2023 verlaagd met € 10 miljoen, omdat dit werd ingezet voor de Loss and Damage Fund en betrokken werd in de interne dekkingsopgave op de beleidsbegroting HXII. Hiervan wordt 425k teruggeboekt bij de begroting 2025 vanuit HXII naar het MF. Voor de vervanging van de AV-installatie en inrichting van het inrichting van het Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing (DCC)-crisiscentrum wordt vervolgens weer € 1,15 van het Eigen Vermogen RWS weer overgeboekt naar de beleidsbegrotng HXII.
Bij de begroting 2025 is tevens € 4 miljoen ingezet voor Klimaatneutrale en Circulaire Organisatie (KCO), dat gekoppeld is met de rijksbrede ambitie om de bedrijfsvoering te verduurzamen bij RWS.
Daarnaast wordt er conform de interne besluitvorming, € 3,8 miljoen overgeboekt naar de generieke investeringsruimte 11.04 op het MF en € 0,95 miljoen van het Eigen Vermogen RWS gaat naar de generieke investeringsruimte op het Deltafonds.
Tot slot is er € 2 miljoen gereserveerd voor de integrale overgang van het kas/verplichtingenstelsel naar het baten-lastenstelsel (het project iBLS) van RWS. De middelen worden overgeboekt naar een Risicoreservering op artikelonderdeel 11.04.
18.09 Ontvangsten
Motivering
Dit betreft de afdracht van het surplus aan eigen vermogen van Rijkswaterstaat. Het eigen vermogen van een baten-lastenagentschap is via de Regeling agentschappen gebonden aan een maximumomvang van 5 procent van de gemiddelde jaaromzet, berekend over de laatste drie jaar. De maximale omvang van het eigen vermogen is door Rijkswaterstaat in 2023 overschreden. Conform de Regeling agentschappen is het surplus eigen vermogen afgedragen aan de eigenaar (IenW). Voor het surplus eigen vermogen van Rijkswaterstaat geldt dat – in lijn met het zwaartepunt van de herkomst – deze middelen zijn toegevoegd aan het Mobiliteitsfonds. Deze middelen zijn in afwachting van nadere bestemming toegevoegd aan artikelonderdeel 18.08 Netwerkgebonden kosten.
3.8 Artikel 19 Bijdragen andere begrotingen Rijk
A. Omschrijving van de samenhang in het beleid
Op dit artikel worden de ontvangen bijdragen verantwoord die ten laste van de begroting Hoofdstuk XII komen. De doelstellingen van het onderliggende beleid zijn terug te vinden in de begroting Hoofdstuk XII.
Het productartikel is gerelateerd aan artikel 26 Bijdragen aan de Investeringsfondsen op de begroting Hoofdstuk XII.
B. Budgettaire gevolgen van uitvoering
19.09 Ten laste van begroting IenW | 7.832.289 | 9.319.499 | 8.917.805 | 10.281.959 | 10.264.164 | 9.957.667 | 10.208.478 |
Motivering
Dit begrotingsartikel is technisch van aard.
4. Bijlagen
Bijlage 1: Voeding van het Mobiliteitsfonds en begrotingsstaat per productartikelonderdeel
11 | Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte | |||||||||||||||||
Uitgaven | 63.266 | 235.168 | 458.142 | 821.529 | 987.694 | 1.541.301 | 1.416.056 | 993.365 | 748.325 | 1.773.756 | 2.152.990 | 1.835.520 | 1.844.734 | 1.853.377 | 2.829.214 | 19.554.437 | ||
11.01 | Verkenningen | 1.258 | 37.215 | 90.858 | 218.373 | 264.686 | 708.907 | 775.830 | 683.112 | 432.677 | 411.674 | 402.009 | 200.001 | 180.000 | 190.298 | 161.518 | 4.758.416 | |
11.03 | Reserveringen | 55.508 | 133.730 | 256.868 | 182.936 | 316.127 | 357.767 | 418.630 | 248.513 | 184.647 | 1.297.286 | 1.425.065 | 1.329.877 | 1.326.417 | 1.450.842 | 1.396.741 | 10.380.954 | |
11.04 | Generieke investeringsruimte | 6.500 | 64.223 | 110.416 | 420.220 | 406.881 | 474.627 | 221.596 | 61.740 | 131.001 | 64.796 | 325.916 | 305.642 | 338.317 | 212.237 | 1.270.955 | 4.415.067 | |
Ontvangsten | 47.500 | 47.500 | ||||||||||||||||
11.09 | Ontvangsten | 47.500 | 47.500 | |||||||||||||||
Bijdrage van hfdst XII (art 26) | 63.266 | 235.168 | 458.142 | 821.529 | 987.694 | 1.493.801 | 1.416.056 | 993.365 | 748.325 | 1.773.756 | 2.152.990 | 1.835.520 | 1.844.734 | 1.853.377 | 2.829.214 | 19.506.937 | ||
Bedragen € x 1.000 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 | 2032 | 2033 | 2034 | 2035 | 2036 | 2037 | 2038 | 2024 ‒ 2038 | ||
12 | Hoofdwegennet | |||||||||||||||||
Uitgaven | 3.898.451 | 3.940.969 | 4.475.822 | 4.198.790 | 4.275.981 | 3.946.443 | 3.806.090 | 3.570.796 | 3.520.239 | 3.010.710 | 2.538.780 | 3.101.769 | 2.881.096 | 2.958.179 | 2.372.901 | 52.497.016 | ||
12.01 | Exploitatie | 6.293 | 5.676 | 9.922 | 10.550 | 9.764 | 8.618 | 8.451 | 7.824 | 7.769 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 102.089 | |
12.02 | Onderhoud en vernieuwing | 1.258.444 | 1.369.323 | 1.479.874 | 1.450.530 | 1.534.478 | 1.376.014 | 1.362.469 | 1.442.870 | 1.449.278 | 843.516 | 866.453 | 875.161 | 920.912 | 928.876 | 962.614 | 18.120.812 | |
12.03 | Ontwikkeling | 740.684 | 730.850 | 1.011.721 | 902.231 | 1.007.529 | 897.144 | 778.548 | 526.027 | 649.382 | 866.431 | 465.371 | 812.840 | 821.058 | 809.020 | 245.628 | 11.264.464 | |
12.04 | Geïntegreerde contractvormen/PPS | 1.123.476 | 1.057.604 | 1.063.119 | 904.439 | 835.056 | 799.823 | 795.817 | 749.218 | 603.170 | 565.982 | 471.670 | 678.455 | 403.813 | 484.970 | 429.346 | 10.965.958 | |
12.06 | Netwerkgebonden kosten HWN | 769.554 | 777.516 | 911.186 | 931.040 | 889.154 | 864.844 | 860.805 | 844.857 | 810.640 | 730.244 | 730.749 | 730.776 | 730.776 | 730.776 | 730.776 | 12.043.693 | |
Ontvangsten | 104.959 | 124.305 | 118.556 | 122.404 | 112.016 | 207.422 | 162.779 | 160.627 | 171.792 | 72.436 | 49.754 | 49.754 | 9.756 | 82.730 | 82.733 | 1.632.023 | ||
12.09 | Ontvangsten | 104.959 | 124.305 | 118.556 | 122.404 | 112.016 | 207.422 | 162.779 | 160.627 | 171.792 | 72.436 | 49.754 | 49.754 | 9.756 | 82.730 | 82.733 | 1.632.023 | |
Bijdrage van hfdst XII (art 26) | 3.793.492 | 3.816.664 | 4.357.266 | 4.076.386 | 4.163.965 | 3.739.021 | 3.643.311 | 3.410.169 | 3.348.447 | 2.938.274 | 2.489.026 | 3.052.015 | 2.871.340 | 2.875.449 | 2.290.168 | 50.864.993 | ||
Bedragen € x 1.000 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 | 2032 | 2033 | 2034 | 2035 | 2036 | 2037 | 2038 | 2024 ‒ 2038 | ||
13 | Spoorwegen | |||||||||||||||||
Uitgaven | 3.286.928 | 2.732.066 | 3.109.223 | 3.121.830 | 2.544.412 | 2.864.752 | 3.077.096 | 2.539.257 | 2.522.674 | 2.432.601 | 2.513.852 | 2.252.995 | 2.346.265 | 2.493.069 | 2.185.225 | 40.022.245 | ||
13.02 | Exploitatie onderhoud en vernieuwing | 2.665.721 | 2.246.247 | 2.457.555 | 2.528.502 | 2.039.610 | 2.455.225 | 2.522.145 | 2.269.016 | 2.175.598 | 2.103.427 | 2.127.005 | 1.944.370 | 1.921.099 | 2.131.682 | 2.075.050 | 33.662.252 | |
13.03 | Ontwikkeling | 387.021 | 269.771 | 459.505 | 411.052 | 337.242 | 299.432 | 447.851 | 226.331 | 347.076 | 329.174 | 386.847 | 308.625 | 425.166 | 361.387 | 110.175 | 5.106.655 | |
13.04 | Geïntegreerde contractvormen/PPS | 234.186 | 216.048 | 192.163 | 182.276 | 167.560 | 110.095 | 107.100 | 43.910 | 1.253.338 | ||||||||
13.07 | Rente en aflossing | |||||||||||||||||
Ontvangsten | 238.204 | 303.115 | 148.284 | 150.284 | 153.284 | 155.284 | 163.284 | 166.284 | 168.284 | 170.284 | 166.484 | 183.784 | 167.484 | 167.484 | 167.484 | 2.669.311 | ||
13.09 | Ontvangsten | 238.204 | 303.115 | 148.284 | 150.284 | 153.284 | 155.284 | 163.284 | 166.284 | 168.284 | 170.284 | 166.484 | 183.784 | 167.484 | 167.484 | 167.484 | 2.669.311 | |
Bijdrage van hfdst XII (art 26) | 3.048.724 | 2.428.951 | 2.960.939 | 2.971.546 | 2.391.128 | 2.709.468 | 2.913.812 | 2.372.973 | 2.354.390 | 2.262.317 | 2.347.368 | 2.069.211 | 2.178.781 | 2.325.585 | 2.017.741 | 37.352.934 | ||
Bedragen € x 1.000 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 | 2032 | 2033 | 2034 | 2035 | 2036 | 2037 | 2038 | 2024 ‒ 2038 | ||
14 | Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's | |||||||||||||||||
Uitgaven | 993.214 | 597.904 | 251.821 | 122.884 | 173.784 | 200.598 | 299.361 | 302.933 | 321.376 | 102.000 | 72.000 | 52.083 | 76.780 | 3.566.738 | ||||
14.01 | Regionale infrastructuur | 5.506 | 80.970 | 125.147 | 95.809 | 158.991 | 171.014 | 197.789 | 191.531 | 202.330 | 102.000 | 72.000 | 52.083 | 76.780 | 1.531.950 | |||
14.03 | Bereikbaarheidsprogramma's | 987.708 | 516.934 | 126.674 | 27.075 | 14.793 | 29.584 | 101.572 | 111.402 | 119.046 | 2.034.788 | |||||||
Ontvangsten | 42 | 42 | ||||||||||||||||
14.09 | Ontvangsten | 42 | 42 | |||||||||||||||
Bijdrage van hfdst XII (art 26) | 993.172 | 597.904 | 251.821 | 122.884 | 173.784 | 200.598 | 299.361 | 302.933 | 321.376 | 102.000 | 72.000 | 52.083 | 76.780 | 3.566.696 | ||||
Bedragen € x 1.000 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 | 2032 | 2033 | 2034 | 2035 | 2036 | 2037 | 2038 | 2024 ‒ 2038 | ||
15 | Hoofdvaarwegennet | |||||||||||||||||
Uitgaven | 1.397.451 | 1.406.135 | 1.608.559 | 1.563.631 | 1.524.587 | 1.453.779 | 1.261.123 | 1.318.691 | 1.527.415 | 1.162.583 | 1.112.087 | 1.151.417 | 1.191.589 | 1.141.032 | 922.186 | 19.742.265 | ||
15.01 | Exploitatie | 12.147 | 10.528 | 25.221 | 27.539 | 23.829 | 22.161 | 22.060 | 25.241 | 25.006 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 256.834 | |
15.02 | Onderhoud en vernieuwing | 671.135 | 798.530 | 834.667 | 780.669 | 709.088 | 690.407 | 664.830 | 665.082 | 673.139 | 373.741 | 459.508 | 430.788 | 430.788 | 430.788 | 430.708 | 9.043.868 | |
15.03 | Ontwikkeling | 188.567 | 108.461 | 217.064 | 203.349 | 270.035 | 225.760 | 60.185 | 104.555 | 309.152 | 305.500 | 170.116 | 237.721 | 280.155 | 212.057 | 21.305 | 2.913.982 | |
15.04 | Geïntegreerde contractvormen/PPS | 91.675 | 71.068 | 61.279 | 70.941 | 55.590 | 55.260 | 55.287 | 56.881 | 54.739 | 55.618 | 54.739 | 55.184 | 52.922 | 70.463 | 42.449 | 904.095 | |
15.06 | Netwerkgebonden kosten HVWN | 433.927 | 417.548 | 470.328 | 481.133 | 466.045 | 460.191 | 458.761 | 466.932 | 465.379 | 417.207 | 417.207 | 417.207 | 417.207 | 417.207 | 417.207 | 6.623.486 | |
Ontvangsten | 39.569 | 13.161 | 3.085 | 701 | 7.838 | 150 | 763 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 66.467 | ||
15.09 | Ontvangsten | 39.569 | 13.161 | 3.085 | 701 | 7.838 | 150 | 763 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 66.467 | |
Bijdrage van hfdst XII (art 26) | 1.357.882 | 1.392.974 | 1.605.474 | 1.562.930 | 1.516.749 | 1.453.629 | 1.260.360 | 1.318.541 | 1.527.265 | 1.162.433 | 1.111.937 | 1.151.267 | 1.191.439 | 1.140.882 | 922.036 | 19.675.798 | ||
Bedragen € x 1.000 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 | 2032 | 2033 | 2034 | 2035 | 2036 | 2037 | 2038 | 2024 ‒ 2038 | ||
17 | Megaprojecten Verkeer en Vervoer | |||||||||||||||||
Uitgaven | 547.762 | 516.879 | 730.025 | 776.057 | 811.435 | 679.366 | 734.895 | 355.444 | 374.504 | 447.401 | 390.082 | 415.799 | 415.124 | 243.932 | 337.884 | 7.776.589 | ||
17.06 | Project Mainportontwikkeling Rotterdam | 525 | 525 | |||||||||||||||
17.07 | ERTMS | 199.852 | 130.877 | 210.100 | 189.513 | 184.570 | 133.255 | 165.823 | 26.637 | 98.340 | 132.180 | 124.253 | 126.518 | 227.200 | 202.847 | 152.101 | 2.304.066 | |
17.08 | ZuidasDok | 181.260 | 277.782 | 295.429 | 370.388 | 369.153 | 298.439 | 299.871 | 208.274 | 170.861 | 147.012 | 17.529 | 4.121 | 4.121 | 16.483 | 2.660.723 | ||
17.10 | Programma Hoogfrequent Spoorvervoer | 166.125 | 108.220 | 224.496 | 216.156 | 257.712 | 247.672 | 269.201 | 120.533 | 105.303 | 168.209 | 248.300 | 285.160 | 183.803 | 24.602 | 185.783 | 2.811.275 | |
Ontvangsten | 60.973 | 70.735 | 81.708 | 67.168 | 87.088 | 67.405 | 72.895 | 80.783 | 38.071 | 56.071 | 682.897 | |||||||
17.09 | Ontvangsten | 60.973 | 70.735 | 81.708 | 67.168 | 87.088 | 67.405 | 72.895 | 80.783 | 38.071 | 56.071 | 682.897 | ||||||
Bijdrage van hfdst XII (art 26) | 486.789 | 446.144 | 648.317 | 708.889 | 724.347 | 611.961 | 662.000 | 274.661 | 336.433 | 391.330 | 390.082 | 415.799 | 415.124 | 243.932 | 337.884 | 7.093.692 | ||
Bedragen € x 1.000 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 | 2032 | 2033 | 2034 | 2035 | 2036 | 2037 | 2038 | 2024 ‒ 2038 | ||
18 | Overige uitgaven en ontvangsten | |||||||||||||||||
Uitgaven | 3.398 | 3.398 | ||||||||||||||||
18.06 | Externe veiligheid | 3.398 | 3.398 | |||||||||||||||
18.08 | Netwerkoverstijgende kosten | |||||||||||||||||
Ontvangsten | 427.224 | 427.224 | ||||||||||||||||
18.09 | Ontvangsten | 4 | 4 | |||||||||||||||
18.10 | Saldo van de afgesloten rekeningen | 427.220 | 427.220 | |||||||||||||||
Bijdrage van hfdst XII (art 26) | ‒ 423.826 | ‒ 423.826 | ||||||||||||||||
Bedragen € x 1.000 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 | 2029 | 2030 | 2031 | 2032 | 2033 | 2034 | 2035 | 2036 | 2037 | 2038 | 2024 ‒ 2038 | ||
19 | Bijdragen andere begrotingen Rijk | |||||||||||||||||
Ontvangsten | 9.319.499 | 8.917.805 | 10.281.959 | 10.264.164 | 9.957.667 | 10.208.478 | 10.194.900 | 8.672.642 | 8.636.236 | 8.630.110 | 8.563.403 | 8.575.895 | 8.578.198 | 8.439.225 | 8.397.043 | 137.637.224 | ||
19.09 | Ten laste van begroting IenW | 9.319.499 | 8.917.805 | 10.281.959 | 10.264.164 | 9.957.667 | 10.208.478 | 10.194.900 | 8.672.642 | 8.636.236 | 8.630.110 | 8.563.403 | 8.575.895 | 8.578.198 | 8.439.225 | 8.397.043 | 137.637.224 | |
Bijdrage van hfdst XII (art 26) | 9.319.499 | 8.917.805 | 10.281.959 | 10.264.164 | 9.957.667 | 10.208.478 | 10.194.900 | 8.672.642 | 8.636.236 | 8.630.110 | 8.563.403 | 8.575.895 | 8.578.198 | 8.439.225 | 8.397.043 | 137.637.224 | ||
Totaal Uitgaven | 10.190.470 | 9.429.121 | 10.633.592 | 10.604.721 | 10.317.893 | 10.686.239 | 10.594.621 | 9.080.486 | 9.014.533 | 8.929.051 | 8.779.791 | 8.809.583 | 8.755.588 | 8.689.589 | 8.647.410 | 143.162.688 | ||
Totaal Ontvangsten | 870.971 | 511.316 | 351.633 | 340.557 | 360.226 | 477.761 | 399.721 | 407.844 | 378.297 | 298.941 | 216.388 | 233.688 | 177.390 | 250.364 | 250.367 | 5.525.464 | ||
Totaal Bijdrage van hfdst XII (art 26) | 9.319.499 | 8.917.805 | 10.281.959 | 10.264.164 | 9.957.667 | 10.208.478 | 10.194.900 | 8.672.642 | 8.636.236 | 8.630.110 | 8.563.403 | 8.575.895 | 8.578.198 | 8.439.225 | 8.397.043 | 137.637.224 |
Bijlage 2: Verdiepingsbijlage
Artikel 11 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 11.01 Verkenningen | 117.594 | 167.267 | 181.429 | 214.962 | 412.146 | 942.066 | 921.826 | 612.537 | 531.560 | 388.920 | 260.771 | 28.233 | ||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 116.344 | ‒ 128.787 | ‒ 90.711 | 668 | ‒ 150.205 | ‒ 243.576 | ‒ 140.600 | 48.283 | ‒ 70.540 | 62.639 | 188.845 | 241.768 | 180.000 | 291.862 | ||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 11.01 Verkenningen | 1.250 | 38.480 | 90.718 | 215.630 | 261.941 | 698.490 | 781.226 | 660.820 | 461.020 | 451.559 | 449.616 | 270.001 | 180.000 | 291.862 | ||
Kasschuiven Verkenningen | ‒ 120.768 | 120.768 | ||||||||||||||
Loon-en Prijsbijstelling 2024 | 139.505 | 8 | 437 | 140 | 2.743 | 2.745 | 10.417 | 6.604 | 34.292 | 6.657 | 6.115 | 9.393 | 0 | 0 | 19.204 | 40.750 |
Overboeking middelen Brainport Eindhoven naar Reserveringen | ‒ 232.000 | ‒ 12.000 | ‒ 12.000 | ‒ 35.000 | ‒ 46.000 | ‒ 57.000 | ‒ 70.000 | |||||||||
Overboeking Oude Lijn | ‒ 1.702 | ‒ 1.702 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 8 | ‒ 1.265 | 140 | 2.743 | 2.745 | 10.417 | ‒ 5.396 | 22.292 | ‒ 28.343 | ‒ 39.885 | ‒ 47.607 | ‒ 70.000 | ‒ 101.564 | 161.518 | ||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 11.01 Verkenningen | 1.258 | 37.215 | 90.858 | 218.373 | 264.686 | 708.907 | 775.830 | 683.112 | 432.677 | 411.674 | 402.009 | 200.001 | 180.000 | 190.298 | 161.518 | |
Ontwerpbegroting 2023 artikelonderdeel 11.03 Reserveringen | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2023 | ||||||||||||||||
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 11.03 Reserveringen | 157.915 | 296.480 | 390.838 | 323.408 | 381.586 | 402.168 | 334.099 | 1.268.861 | 1.275.563 | 1.425.320 | 1.585.331 | 1.377.450 | 1.448.954 | 1.559.664 | 1.427.778 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 77.531 | ‒ 73.441 | ‒ 122.551 | ‒ 121.099 | ‒ 47.068 | ‒ 30.173 | ‒ 23.183 | ‒ 136.654 | ‒ 152.030 | ‒ 140.387 | ‒ 106.987 | ‒ 47.487 | ‒ 55.190 | 2.513 | 2.513 | |
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 11.03 Reserveringen | 80.384 | 223.039 | 268.287 | 202.309 | 334.518 | 371.995 | 310.916 | 1.132.207 | 1.123.533 | 1.284.933 | 1.478.344 | 1.329.963 | 1.393.764 | 1.562.177 | 1.430.291 | |
BZK: Woningbouwmiddelen | ‒ 1.975 | ‒ 475 | ‒ 375 | ‒ 375 | ‒ 375 | ‒ 375 | ||||||||||
Dekking MF overig: CA-middelen Instandhouding | ‒ 90.739 | ‒ 90.739 | ||||||||||||||
HXII: Apparaat WoMo | ‒ 1.250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ||||||||||
HXII: Wind in de Zeilen | ‒ 4.490 | ‒ 4.490 | ||||||||||||||
Kasschuiven Reserveringen | 0 | ‒ 37.278 | 30.787 | 9.441 | 5.285 | ‒ 938 | 2.250 | 3.953 | 150.210 | 106.402 | ‒ 100.615 | ‒ 147.960 | ‒ 1.287 | ‒ 20.250 | ||
Loon-en prijsbijstelling 2024 | 360.616 | 1.093 | 2.484 | 5.948 | 3.303 | 6.644 | 4.866 | 2.853 | 29.668 | 31.303 | 49.208 | 42.080 | 37.818 | 37.052 | 42.064 | 64.232 |
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Modaliteitspecifieke budget Hoofdvaarwegennet | 4.287 | 4.287 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Reservering IenW PBNI | 146.100 | 0 | 0 | 5.330 | 3.630 | 4.305 | 6.880 | 9.040 | 16.705 | 16.705 | 16.705 | 16.700 | 16.700 | 16.700 | 16.700 | |
Opgave Hoofdwegennet MF: Aanzuiveren modaliteitspecifieke budget | 10.088 | 10.088 | ||||||||||||||
Opgave Spoorwegen MF: Aanzuiveren modaliteitspecifieke budget | 15.000 | 15.000 | ||||||||||||||
Overboeking Impulsprogramma Beter Bediend | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ||||||||||||||
Overboeking Knooppunt Raalte | ‒ 10.750 | ‒ 10.750 | ||||||||||||||
Overboeking Maas- en Brabantse Kanalen | ‒ 900 | ‒ 900 | ||||||||||||||
Overboeking middelen Brainport Eindhoven naar Reserveringen | 232.000 | 12.000 | 12.000 | 35.000 | 46.000 | 57.000 | 70.000 | |||||||||
Overboeking N33 Midden - Realisatie | ‒ 145.000 | ‒ 6.000 | ‒ 6.000 | ‒ 21.000 | ‒ 21.000 | ‒ 21.000 | ‒ 70.000 | |||||||||
Overboeking N33 Noord - Studiekosten | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | ||||||||||||||
Overboeking naar Modal Shift Spoorwegen | ‒ 500 | ‒ 500 | ||||||||||||||
Overboeking PHS | 133.227 | 599 | 3.075 | 2.795 | 3.461 | 3.332 | 2.619 | 79.965 | 27.810 | 2.417 | 7.154 | |||||
Overboeking Reservering naar Wind in de Zeilen | 20.250 | 20.250 | ||||||||||||||
Overboeking Verduurzaming gebouwen | ‒ 16.900 | ‒ 3.737 | ‒ 4.654 | ‒ 4.773 | ‒ 1.455 | ‒ 1.491 | ‒ 97 | ‒ 99 | ‒ 99 | ‒ 99 | ‒ 99 | ‒ 99 | ‒ 99 | ‒ 99 | ||
Overboeking Woningbouwmiddelen ProRail | ‒ 1.500 | ‒ 300 | ‒ 300 | ‒ 300 | ‒ 300 | ‒ 300 | ||||||||||
Toevoeging CA-middelen ProRail Instandhouding (BKN Spoor) | ‒ 400.000 | ‒ 102.218 | ‒ 100.000 | ‒ 100.000 | ‒ 97.782 | |||||||||||
Toevoeging CA-middelen RWS Instandhouding | ‒ 2.239.602 | ‒ 1.119.988 | ‒ 1.119.614 | |||||||||||||
Tolvrij Westerscheldetunnel | ‒ 146.768 | ‒ 29.354 | ‒ 29.354 | ‒ 29.354 | ‒ 29.354 | ‒ 29.352 | ||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ‒ 24.876 | ‒ 89.309 | ‒ 11.419 | ‒ 19.373 | ‒ 18.391 | ‒ 14.228 | 107.714 | ‒ 883.694 | ‒ 938.886 | 12.353 | ‒ 53.279 | ‒ 86 | ‒ 67.347 | ‒ 111.335 | ‒ 33.550 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 11.03 Reserveringen | 55.508 | 133.730 | 256.868 | 182.936 | 316.127 | 357.767 | 418.630 | 248.513 | 184.647 | 1.297.286 | 1.425.065 | 1.329.877 | 1.326.417 | 1.450.842 | 1.396.741 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 11.04 Generieke investeringsruimte | 244.910 | 306.614 | 378.920 | 489.463 | 336.877 | 1.020.433 | 533.406 | 417.401 | 238.839 | ‒ 8.990 | 123.441 | 584.667 | 337.557 | 1.023.057 | 1.876.590 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 112.218 | ‒ 52.524 | ‒ 19.549 | ‒ 2.943 | ‒ 47.533 | ‒ 296.558 | 163.688 | ‒ 81.058 | 442 | ‒ 75.136 | 53.742 | ‒ 128.484 | ‒ 139.874 | ‒ 140.184 | ||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 11.04 Generieke investeringsruimte | 132.692 | 254.090 | 359.371 | 486.520 | 289.344 | 723.875 | 697.094 | 336.343 | 239.281 | ‒ 84.126 | 177.183 | 456.183 | 197.683 | 882.873 | 1.876.590 | |
Mutaties Nota van Wijziging eerste suppletoire begroting 2024 | ‒ 4.000 | ‒ 6.200 | ||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 11.04 Ten laste van begroting IenW na Nota van Wijziging | 128.692 | 247.890 | 359.371 | 486.520 | 289.344 | 723.875 | 697.094 | 336.343 | 239.281 | ‒ 84.126 | 177.183 | 456.183 | 197.683 | 882.873 | 1.876.590 | |
Afboeken concessie Hoofdrailnet na 2033 | ‒ 376.500 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ||||||||||
Apparaat RWS | ‒ 23.436 | ‒ 23.436 | ||||||||||||||
Areaalgroei Hoofdvaarwegennet | ‒ 7.402 | ‒ 7.402 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdvaarwegennet MF: Afronding Nota Mobiliteit Achterstallig Onderhoud | 19.191 | 19.191 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdvaarwegennet MF: Dynamisch Verkeersmanagement | 1.135 | 1.135 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdvaarwegennet MF: Twentekanalen fase 2 | 8.000 | 8.000 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdwegennet MF: Meevaller A1 Bunschoten Hoevelaken | 2 | 2 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdwegennet MF: Meevaller A2 Holendrecht | 21 | 21 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdwegennet MF: Meevaller A59 Rosmalen PPS | 577 | 52 | 525 | |||||||||||||
Dekking Hoofdwegennet MF: Meevaller A7 Zuidelijke Ringweg Groningen | 453 | 453 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdwegennet MF: Meevaller A74 Venlo | 3.016 | 3.016 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdwegennet MF: Meevaller A78 Zuidelijke Ringweg Groningen | 8.100 | 8.100 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdwegennet MF: Meevaller aansluiting Nuth | 2.067 | 2.067 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdwegennet MF: Meevaller Aflossing Tunnels | 14.768 | 14.768 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdwegennet MF: Meevaller N9 Koedijk | 19 | 12 | 4 | 3 | ||||||||||||
Dekking overig MF: CA-middelen Instandhouding | 90.739 | 90.739 | ||||||||||||||
HXII: Dekking Hoofdwegennet MF: Terugsluis Vrachtwagenheffing | 180.000 | 105.000 | 75.000 | |||||||||||||
HXII: Dekking Spoorwegen MF: Vrijval TVOV HXII | 10.000 | 10.000 | ||||||||||||||
HXII: NS-tarieven | ‒ 42.000 | ‒ 42.000 | ||||||||||||||
HXII: Stichting Buisleidingen | ‒ 163 | ‒ 163 | ||||||||||||||
Indexering Ontvangsten Hogesnelheidslijn heffing | 40.000 | 40.000 | ||||||||||||||
Inzet HRN voor Wind in de Zeilen | ‒ 20.250 | ‒ 20.250 | ||||||||||||||
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024 | 0 | 42.000 | ‒ 35.000 | ‒ 7.000 | ||||||||||||
Kasschuiven Investeringsruimte | 0 | 116.653 | ‒ 185.285 | ‒ 2.227 | 45.289 | 256.834 | ‒ 105.211 | ‒ 152.660 | ‒ 140.195 | ‒ 69.101 | 120.264 | 180.100 | 181.100 | 204.788 | ‒ 338.833 | ‒ 111.516 |
Loon-en Prijsbijstelling 2024 | 781.008 | 39.604 | 56.816 | 37.904 | 48.797 | ‒ 30.710 | 35.371 | 57.317 | 36.643 | 62.043 | 56.417 | 62.533 | 98.259 | 98.926 | 84.204 | 53.833 |
Meerkosten PHS Amsterdam CS | ‒ 9.680 | ‒ 9.680 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Aanzuiveren modaliteitspecifieke budget | ‒ 4.287 | ‒ 4.287 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Exogene tegenvallers Stormschade en Baggeren | ‒ 1.600 | ‒ 1.600 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Gerrit Krolbrug | ‒ 15.000 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | ||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: IenW-aandeel PBNI | ‒ 146.100 | ‒ 5.330 | ‒ 3.630 | ‒ 4.305 | ‒ 6.880 | ‒ 9.040 | ‒ 16.705 | ‒ 16.705 | ‒ 16.705 | ‒ 16.700 | ‒ 16.700 | ‒ 16.700 | ‒ 16.700 | |||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Maasroute fase 2 (Julianakanaal) | ‒ 55.000 | ‒ 26.899 | ‒ 28.101 | |||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: MIRT-onderzoek Houtrakpolder | ‒ 2.000 | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | |||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Paddepoelsterbrug | ‒ 10.000 | ‒ 5.000 | ‒ 5.000 | |||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Vaargeul de Boontjes | ‒ 1.400 | ‒ 1.400 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Zeetoegang IJmond | ‒ 1.426 | ‒ 1.426 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet en Hoofdvaarwegennet MF: Informatieplicht energiebesparing | ‒ 1.500 | ‒ 1.500 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: A2 Vonderen-Kerensheide | ‒ 2.500 | ‒ 2.500 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Aanzuiveren modaliteitspecifieke budget | ‒ 10.088 | ‒ 10.088 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Afronden CHARM | ‒ 19.989 | ‒ 19.989 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Inzet Hinderaanpak | ‒ 1.800 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 300 | ||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Jan Blankenburg | ‒ 250 | ‒ 250 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Sluiskiltunnel | ‒ 63.600 | ‒ 10.600 | ‒ 10.600 | ‒ 10.600 | ‒ 10.600 | ‒ 10.600 | ‒ 10.600 | |||||||||
Opgave Spoorwegen MF: Aanzuiveren modaliteitspecifieke budget | ‒ 15.000 | ‒ 15.000 | ||||||||||||||
Opgave Spoorwegen MF: Callandbrug - Instandhouding | ‒ 87.900 | ‒ 29.300 | ‒ 29.300 | ‒ 29.300 | ||||||||||||
Opgave Spoorwegen MF: Gebruiksvergoeding ProRail | ‒ 133.000 | ‒ 103.000 | ‒ 30.000 | |||||||||||||
Opgave Spoorwegen MF: Instandhoudingskosten brandblus havenspoor Rotterdam | ‒ 26.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 1.900 | ‒ 2.200 | |
Opgave Spoorwegen MF: Kwartstofproblematiek 2024-2025 | ‒ 19.300 | ‒ 9.650 | ‒ 9.650 | |||||||||||||
Opgave Spoorwegen MF: Seinenproblematiek | ‒ 85.000 | ‒ 10.000 | ‒ 30.000 | ‒ 29.644 | ‒ 15.356 | |||||||||||
Overboeking Eigen Vermogen RWS MF | 5.803 | 5.803 | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2037 naar EOV ten behoeve van BKN Spoor | ‒ 223.407 | ‒ 223.407 | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2038 naar EOV ten behoeve van BKN Spoor | ‒ 485.000 | ‒ 485.000 | ||||||||||||||
Overboeking Geluid (emissiekentallen en stille banden aftrek) | ‒ 85.200 | ‒ 28.400 | ‒ 28.400 | ‒ 28.400 | ||||||||||||
Overboeking Reservering A2 Vonderen-Kerensheide | 2.500 | 2.500 | ||||||||||||||
Overboeking Generieke Investeringsruimte naar EOV | ‒ 580.350 | ‒ 77.000 | ‒ 77.000 | ‒ 77.000 | ‒ 77.000 | ‒ 108.350 | ‒ 87.000 | ‒ 77.000 | ||||||||
Overboeking Reservering PHS | ‒ 133.227 | ‒ 599 | ‒ 3.075 | ‒ 2.795 | ‒ 3.461 | ‒ 3.332 | ‒ 2.619 | ‒ 79.965 | ‒ 27.810 | ‒ 2.417 | ‒ 7.154 | |||||
Overboeking Reservering PHS naar Planuitwerking PHS | ‒ 150.000 | ‒ 150.000 | ||||||||||||||
Prijsstijgingen A24 Blankenburg, A16 Rotterdam, A9 Badhoevedorp, A27 Houten-Hooipolder | ‒ 515.030 | ‒ 19.220 | ‒ 1.910 | ‒ 336.000 | ‒ 59.500 | ‒ 98.400 | ||||||||||
Prijsstijgingen A7 Zuidelijke Ringweg Groningen | ‒ 15.500 | ‒ 8.000 | ‒ 7.500 | |||||||||||||
Prijsstijgingen Beheer en Onderhoud | ‒ 49.195 | ‒ 5.052 | ‒ 10.727 | ‒ 33.416 | ||||||||||||
Prijsstijgingen Grensoverschrijdend Spoor | ‒ 2.000 | ‒ 2.000 | ||||||||||||||
Prijsstijgingen MOC Kustwacht | ‒ 3.885 | ‒ 3.885 | ||||||||||||||
Prijsstijgingen Nieuwe Sluis Terneuzen | ‒ 21.000 | ‒ 2.481 | ‒ 1.163 | ‒ 17.356 | ||||||||||||
Prijsstijgingen PHS | ‒ 103.000 | ‒ 6.000 | ‒ 6.000 | ‒ 11.000 | ‒ 16.000 | ‒ 18.000 | ‒ 19.000 | ‒ 16.000 | ‒ 11.000 | |||||||
Prijsstijgingen Project Sluis II Wilhelminakanaal | ‒ 8.700 | ‒ 1.000 | ‒ 2.700 | ‒ 5.000 | ||||||||||||
Prijsstijgingen Tilburg 3 | ‒ 44.400 | ‒ 3.000 | ‒ 6.000 | ‒ 8.000 | ‒ 8.000 | ‒ 7.000 | ‒ 4.000 | ‒ 3.200 | ‒ 3.200 | ‒ 2.000 | ||||||
Prijsstijgingen VenR Hoofdvaarwegennet | ‒ 32.000 | ‒ 32.000 | ||||||||||||||
Prijsstijgingen VenR Hoofdwegennet | ‒ 46.112 | ‒ 46.112 | ||||||||||||||
Prijsstijgingen Wolfheze en Gilze Rijen | ‒ 7.000 | ‒ 5.000 | ‒ 2.000 | |||||||||||||
Prijstijgingen Instandhouding Spoor | ‒ 96.000 | ‒ 96.000 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ‒ 122.192 | ‒ 183.667 | ‒ 248.955 | ‒ 66.300 | 117.537 | ‒ 249.248 | ‒ 475.498 | ‒ 274.603 | ‒ 108.280 | 148.922 | 148.733 | ‒ 150.541 | 140.634 | ‒ 670.636 | ‒ 605.635 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 11.04 Generieke investeringsruimte | 6.500 | 64.223 | 110.416 | 420.220 | 406.881 | 474.627 | 221.596 | 61.740 | 131.001 | 64.796 | 325.916 | 305.642 | 338.317 | 212.237 | 1.270.955 | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2024 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte | 520.419 | 770.361 | 951.187 | 1.027.833 | 1.130.609 | 2.364.667 | 1.789.331 | 2.298.799 | 2.045.962 | 1.805.250 | 1.969.543 | 1.990.350 | 1.786.511 | 2.582.721 | 3.304.368 | |
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2024 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte | 214.326 | 515.609 | 718.376 | 904.459 | 885.803 | 1.794.360 | 1.789.236 | 2.129.370 | 1.823.834 | 1.652.366 | 2.105.143 | 2.056.147 | 1.771.447 | 2.736.912 | 3.306.881 | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Verkenningen, reserveringen en investeringsruimte | 63.266 | 235.168 | 458.142 | 821.529 | 987.694 | 1.541.301 | 1.416.056 | 993.365 | 748.325 | 1.773.756 | 2.152.990 | 1.835.520 | 1.844.734 | 1.853.377 | 2.829.214 |
Toelichting
Apparaat RWS
De capaciteit RWS is, middels de begroting 2024, structureel gedekt op een niveau van 9.341 fte en t/m 2030 op een niveau van 9.572 fte. Hiermee kan de maakbare opgave op instandhouding opgevangen worden binnen RWS. Met deze mutatie wordt de financiering van de RWS-capaciteit doorgetrokken naar 2031.
Dekking Hoofdwegennet MF
Dit betreffen de dekkingsbronnen die worden ingezet voor de integrale opgave op het MF. De dekkingsbronnen die worden ingezet op het Hoofdwegennet zijn: terugbetaling lening vrachtwagenheffing en meevallers projecten RWS. De dekkingsbronnen zijn in totaal € 226,4 miljoen.
Dekking Hoofdvaarwegennet MF
Dit betreffen de dekkingsbronnen die worden ingezet voor de integrale opgave op het MF. De dekkingsbronnen die worden ingezet op het Hoofdvaarwegennet zijn: teruggave restbudget Nota Mobiliteit Achterstallig Onderhoud en meevallers projecten RWS. De dekkingsbronnen zijn in totaal € 28,3 miljoen.
Dekking Prijsstijgingen Aanleg- en Instandhoudingsprojecten
Bij de verschillende modaliteiten hebben diverse aanleg- en instandhoudingsprojecten en programma's last gehad van excessieve prijsstijgingen. In totaal gaat het om een opgave van € 549 miljoen. Dekking komt uit het MF vanuit de generieke investeringsruimte op artikelonderdeel 11.04. De middelen komen terecht op artikel 12, 13, 15 en 17.
Dekking Spoorwegennet MF
Dit betreffen de dekkingsbronnen die worden ingezet voor de integrale opgave op het MF. De dekkingsbronnen die worden ingezet op het Spoorwegennet zijn: vrijval middelen Transitievangnet, HSL-ontvangsten, Risicoreservering HRN-concessie en meevallers projecten ProRail. De dekkingsbronnen zijn in totaal € 153 miljoen.
Dekking Overig MF: CA-middelen Instandhouding en Extrapolatie
Dit betreft de overige dekkingsbronnen die voor de interne dekkingsopgave MF wordt ingezet. Het gaat om de CA-middelen Instandhouding (€ 90,7 miljoen) en een deel van de extrapolatieruimte 2037 (€ 330,3 miljoen) dat wordt ingezet voor de dekkingsopgave MF op artikelonderdeel 11.04.
HXII: NS-tarieven
In 2025 zal een bedrag van € 42 miljoen vanuit de generieke investeringsruimte op het MF worden verstrekt aan de NS, zodat de in 2024 uitgestelde tariefsverhoging van 8,7% ook in 2025 gedeeltelijk kan worden voorkomen. De bijdrage vanuit IenW voorkomt in 2025 voor 1/3 de 8,7% tariefsverhoging uit 2024.
HXII: Wind in de Zeilen
Dit betreft een overboeking naar HXII en behoeve van het NS ''Contractlijn Zeeland Wind in de Zeilen''. Het bedrag komt ten gunste van de uitbreiding van dienstregeling in Zeeland.
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024
Dit betreft de kaderaanpassing op het Hoofdwegennet die over de gehele looptijd van het fonds budgetneutraal is.
Kasschuiven Verkenningen, Reserveringen en Investeringsruimte
Er zijn op dit artikel budgetneutrale kasschuiven doorgevoerd om de programmering te actualiseren in het meest realistische ritme. Verder zijn er op de investeringsruimte 11.04 kasschuiven doorgevoerd om de integrale opgave MF in lijn te brengen met de dekkingsbronnen en om de onttrekkingen uit de risicoreserveringen prijsttijgingen gelijk te stellen aan het huidige ritme.
Loon- en Prijsbijstelling 2024
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2024 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Overboeking Brainport Eindhoven naar Reserveringen
Bij Voorjaarsnota zijn middelen toebedeeld vanuit het NGF voor Brainport Eindhoven. Met deze overboeking worden de middelen overgeheveld van artikelonderdeel 11.01 Verkenningen naar artikelonderdeel 11.03 Reserveringen.
Overboeking Extrapolatie 2037 naar EOV ten behoeve van BKN-spoor
Dit betreft een overboeking van de resterende extrapolatieruimte 2037 op artikel 11.04 naar het programma EOV op artikel 13.02, ten behoeve van de instandhoudingsopgave BKN-spoor.
Overboeking Extrapolatie 2038 naar EOV ten behoeve van BKN-spoor
Dit betreft een overboeking vanuit de extrapolatieruimte 2038 op artikel 11.04 naar het programma EOV op artikel 13.02, ten behoeve van de instandhoudingsopgave BKN-spoor.
Overboeking EV RWS generieke investeringsruimte Mobiliteitsfonds
Er wordt € 3,8 miljoen overgeboekt vanuit artikelonderdeel 18.08.03 naar de generieke investeringsruimte 11.04.
Overboeking Knooppunt-Raalte
Dit betreft een overboeking vanuit artikel 11.03 naar het beleidsartikel om het tekort bij het project Knooppunt Raalte te dekken.
Overboeking N33 Midden - Realisatie
Dit betreft de overboeking vanuit de reservering N33 Midden (Zuidbroek Appingedam) naar artikel 12. Dit is conform de BO MIRT afspraken 2023. De middelen zijn benodigd om verdere afspraken te maken met de regio over de doorstart van het project naar aanleiding van het compensatiepakket Groningen.
Overboeking N33 Noord - Studiekosten
Voor de N33 Noord (Appingedam-Eemshaven) is € 5 miljoen van de reservering van € 250 miljoen uit «Nij Begun» overgeboekt vanuit artikel 11.03 naar het beleidsartikel om de studiekosten van het MIRT-onderzoek te bekostigen.
Overboeking Oude Lijn
Dit betreft een overboeking van het verkenningenbudget naar het PUV-budget van programma Oude Lijn ten behoeve een subsidiebeschikking inzake de analytische fase Oude Lijn.
Overboekingen PHS
Dit betreft een overboeking vanuit de risicoreservering PHS (artikelonderdeel 11.04) de reservering PHS op artikel onderdeel 11.03. Een deel van de reservering wordt overgeboekt naar artikelonderdeel 17.10 voor de planuitwerking PHS.
Overboeking generieke investeringsruimte naar EOV
Vanuit de generieke investeringsruimte worden middelen overgeheveld naar artikelonderdeel 13.02 EOV, ter dekking van de instandhoudingsopgave BKN Spoor.
Overboeking Verduurzaming gebouwen
Dit betreft een budgetoverheveling van de reservering voor verduurzaming gebouwen naar RWS in het benodigde ritme van 2025-2037.
Opgave Hoofdwegennet MF
Dit betreft de integrale dekkingsopgave op het Hoofdwegennet. In totaal gaat het om € 178,3 miljoen bij aanleg en instandhouding. De middelen komen terecht op artikel 11 en artikel 15.
Opgave Hoofdvaarwegennet MF
Dit betreft de integrale dekkingsopgave op het Hoofdvaarwegennet. In totaal gaat het om € 237,3 miljoen bij aanleg en instandhouding. De middelen komen terecht op artikel 11 en artikel 15.
Opgave Fiets MF
Dit betreft de integrale problematiek op het programma fiets van RWS. Er wordt € 2 miljoen gereserveerd op artikelonderdeel 11.04 hiervoor.
Opgave Spoorwegen MF
Dit betreft de integrale dekkingsopgave op het Spoorwegennet. In totaal gaat het om € 411,1 miljoen bij aanleg en instandhouding. De middelen komen terecht op artikel 11, artikel 13 en artikel 17.
Toevoeging CA-middelen RWS
Er wordt voor de jaren 2031 en 2032 in totaal € 2,2 miljard toegevoegd aan de middelen voor instandhouding bij RWS conform de achtjarige programmering RWS.
Toevoeging CA-middelen ProRail Instandhouding (BKN Spoor)
Vanuit de CA-reservering instandhouding op 11.03 wordt € 400 miljoen in de jaren 2035 tot en met 2038 overgeboekt naar artikelonderdeel 13.02 ten behoeve van de instandhoudingsopgave (BKN Spoor) van ProRail.
Artikel 12 Hoofdwegennet
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 12.01 Exploitatie | 4.401 | 4.600 | 9.335 | 9.945 | 9.182 | 8.365 | 8.203 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 1.435 | 910 | ||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 12.01 Exploitatie | 5.836 | 5.510 | 9.335 | 9.945 | 9.182 | 8.365 | 8.203 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | 4.404 | |
HXII: NDW Data Science Society (NDSS)-Usecases | 221 | 221 | ||||||||||||||
Kwaliteitsorgaan Verkeersveiligheidsaudits (KOVA) taken | 60 | 60 | ||||||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 2.766 | 176 | 166 | 282 | 300 | 277 | 253 | 248 | 133 | 133 | 133 | 133 | 133 | 133 | 133 | 133 |
Monitor Smart Mobility 2026 ‒ 2028 | 915 | 305 | 305 | 305 | ||||||||||||
Toevoeging CA-middelen RWS Instandhouding | 6.519 | 3.287 | 3.232 | |||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 457 | 166 | 587 | 605 | 582 | 253 | 248 | 3.420 | 3.365 | 133 | 133 | 133 | 133 | 133 | 133 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.01 Exploitatie | 6.293 | 5.676 | 9.922 | 10.550 | 9.764 | 8.618 | 8.451 | 7.824 | 7.769 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 12.02 Onderhoud en vernieuwing | 1.119.841 | 1.269.508 | 1.162.537 | 1.456.144 | 1.523.111 | 1.453.643 | 1.331.576 | 803.977 | 804.320 | 842.189 | 910.938 | 898.496 | 897.906 | 917.637 | 934.404 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 74.871 | 37.049 | 142.522 | ‒ 118.888 | ‒ 68.176 | ‒ 48.073 | 19.485 | ‒ 22.661 | ‒ 16.850 | ‒ 24.354 | ‒ 68.953 | ‒ 49.000 | ‒ 4.000 | ‒ 16.000 | ||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 12.02 Onderhoud en vernieuwing | 1.194.712 | 1.306.557 | 1.305.059 | 1.337.256 | 1.454.935 | 1.405.570 | 1.351.061 | 781.316 | 787.470 | 817.835 | 841.985 | 849.496 | 893.906 | 901.637 | 934.404 | |
A2 Vonderen-Kerensheide werkzaamheden | ‒ 3.224 | ‒ 3.224 | ||||||||||||||
Budgetoverheveling Verduurzaming gebouwen | 3.359 | 2.507 | 257 | 262 | 90 | 91 | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | 19 | ||
EZ: Bijdrage TNO | ‒ 1.000 | ‒ 1.000 | ||||||||||||||
EZ: Geleiderail zonnepark A37 | 9.000 | 5.400 | 3.600 | |||||||||||||
Herstel achterstallig onderhoud areaal KNM | ‒ 934 | ‒ 934 | ||||||||||||||
Impactanalyse stalen vallen Schinkelbruggen | ‒ 1.100 | ‒ 1.100 | ||||||||||||||
Instandhouding ODW en Pololoc | ‒ 301 | ‒ 301 | ||||||||||||||
Kasschuiven 2024 Onderhoud en Vernieuwing | 0 | 32.629 | 9.837 | 78.446 | 33.639 | ‒ 3.471 | ‒ 111.080 | ‒ 40.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 487.945 | 36.043 | 39.446 | 39.400 | 40.373 | 43.924 | 42.433 | 40.789 | 23.589 | 23.774 | 25.662 | 24.449 | 25.646 | 26.987 | 27.220 | 28.210 |
Meerjaring vast onderhoud voor West Nederland Noord | ‒ 8.036 | ‒ 8.036 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Informatieplicht energiebesparing | 1.031 | 1.031 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Sluiskiltunnel | 63.600 | 10.600 | 10.600 | 10.600 | 10.600 | 10.600 | 10.600 | |||||||||
Overboeking geluid (emissiekentallen en stille banden aftrek) | 85.200 | 28.400 | 28.400 | 28.400 | ||||||||||||
Prijsstijgingen VenR | 46.112 | 46.112 | ||||||||||||||
Toevoeging CA-middelen RWS Instandhouding | 1.275.961 | 637.946 | 638.015 | |||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 63.732 | 62.766 | 174.815 | 113.274 | 79.543 | ‒ 29.556 | 11.408 | 661.554 | 661.808 | 25.681 | 24.468 | 25.665 | 27.006 | 27.239 | 28.210 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.02 Onderhoud en vernieuwing | 1.258.444 | 1.369.323 | 1.479.874 | 1.450.530 | 1.534.478 | 1.376.014 | 1.362.469 | 1.442.870 | 1.449.278 | 843.516 | 866.453 | 875.161 | 920.912 | 928.876 | 962.614 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 12.03 Ontwikkeling | 767.944 | 1.107.326 | 836.603 | 755.741 | 600.903 | 195.583 | 123.951 | 813.384 | 639.363 | 805.709 | 579.997 | 1.019.914 | 1.071.884 | 413.646 | 89.127 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 104.880 | ‒ 178.032 | ‒ 69.523 | 285.479 | 82.691 | 295.863 | 181.820 | ‒ 236.954 | 159.753 | 276.994 | 128.875 | ‒ 26.305 | ‒ 57.923 | ‒ 130.647 | ‒ 63 | |
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 12.03 Ontwikkeling | 663.064 | 929.294 | 767.080 | 1.041.220 | 683.594 | 491.446 | 305.771 | 576.430 | 799.116 | 1.082.703 | 708.872 | 993.609 | 1.013.961 | 282.999 | 89.064 | |
A2 Vonderen-Kerensheide werkzaamheden | 3.224 | 3.224 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
Apparaat Tijdelijke Tolheffing 2024 | 1.124 | 343 | 781 | |||||||||||||
Bijdragen derden | 8.267 | 8.267 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||||||
EZ: Uitvoeringskosten TKI Dinalog (Top Consortium Knowledge and Innovation) | ‒ 250 | ‒ 250 | ||||||||||||||
Herstel achterstallig onderhoud areaal KNM | 812 | 812 | ||||||||||||||
Herverdeling Ontvangsten N33 | ‒ 63.859 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ‒ 15.142 | ‒ 13.083 | ‒ 35.651 | ‒ 171 | 188 | |||||
HXII: A2 Vonderen-Kerensheide werkzaamheden | 4.923 | 4.923 | ||||||||||||||
HXII: Campagne Kort Ritje dat is zo Gefietst | ‒ 2.000 | ‒ 2.000 | ||||||||||||||
HXII: Schoon Emissieloos Bouwen | ‒ 30.800 | ‒ 10.690 | ‒ 12.210 | ‒ 3.800 | ‒ 2.600 | ‒ 900 | ‒ 600 | |||||||||
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024 | 0 | ‒ 236.000 | ‒ 48.000 | 59.000 | 71.000 | 47.270 | 14.000 | 11.000 | 7.000 | 74.730 | ||||||
Kaderruilen 2024 | ‒ 7.000 | 170.560 | ‒ 168.944 | 333.098 | ‒ 112.910 | 442.823 | 256.749 | ‒ 25.000 | ‒ 123.337 | ‒ 105.900 | ‒ 200.000 | ‒ 200.000 | ‒ 250.000 | ‒ 29.139 | 50.000 | ‒ 45.000 |
Kasschuiven Ontwikkeling | 0 | ‒ 132.624 | 143.862 | ‒ 98.979 | ‒ 85.078 | ‒ 225.957 | 107.091 | 415.660 | 42.235 | ‒ 85.051 | ‒ 41.221 | ‒ 83.806 | ‒ 179.813 | ‒ 204.788 | 303.533 | 124.936 |
Kwaliteitsorgaan Verkeersveiligheidsaudits (KOVA) taken | ‒ 138 | ‒ 138 | ||||||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 294.754 | 28.162 | 34.190 | 39.251 | 27.804 | 30.195 | 31.564 | 24.800 | 19.080 | 16.388 | 18.761 | 8.305 | 6.744 | 3.524 | 4.088 | 1.898 |
Monitor Smart Mobility 2026 ‒ 2028 | ‒ 1.740 | ‒ 580 | ‒ 580 | ‒ 580 | ||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: A2 Vonderen-Kerensheide | 2.500 | 2.500 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Jan Blankenburg fietspad | 250 | 250 | ||||||||||||||
Overboeking A2 Vonderen-Kerensheide | ‒ 2.500 | ‒ 2.500 | ||||||||||||||
Overboeking Knooppunt-Raalte | 10.750 | 10.750 | ||||||||||||||
Overboeking N33 Midden - Realisatie | 145.000 | 6.000 | 6.000 | 21.000 | 21.000 | 21.000 | 70.000 | |||||||||
Overboeking N33 Noord - Studiekosten | 5.000 | 5.000 | ||||||||||||||
Prijsstijgingen Hoofdwegennet | 344.700 | 8.000 | 7.500 | 221.300 | 9.500 | 98.400 | ||||||||||
Programma Vrachtwagenheffing 2024 | 1.298 | 438 | 860 | |||||||||||||
Saldo mee- en tegenvallers Hoofdwegennet | ‒ 13.678 | ‒ 10.655 | ‒ 4 | ‒ 3 | ‒ 3.016 | |||||||||||
Schinkelbruggen Zuidasdok | 942 | 942 | ||||||||||||||
SPUK naar GF en PF met 10% budgetkorting | ‒ 12.369 | ‒ 5.290 | ‒ 1.279 | ‒ 5.800 | ||||||||||||
Tolvrij Westerscheldetunnel | 146.768 | 29.354 | 29.354 | 29.354 | 29.354 | 29.352 | ||||||||||
Zuidasdok: Instandhouding Onderhoud Dynamisch verkeersmamangement Wegkant | 263 | 263 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 77.620 | ‒ 198.444 | 244.641 | ‒ 138.989 | 323.935 | 405.698 | 472.777 | ‒ 50.403 | ‒ 149.734 | ‒ 216.272 | ‒ 243.501 | ‒ 180.769 | ‒ 192.903 | 526.021 | 156.564 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.03 Ontwikkeling | 740.684 | 730.850 | 1.011.721 | 902.231 | 1.007.529 | 897.144 | 778.548 | 526.027 | 649.382 | 866.431 | 465.371 | 812.840 | 821.058 | 809.020 | 245.628 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 1.086.142 | 1.077.284 | 1.052.899 | 1.065.731 | 832.597 | 806.025 | 764.491 | 648.658 | 592.622 | 574.135 | 461.558 | 478.198 | 361.263 | 433.715 | 316.966 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 5.681 | ‒ 22.046 | 26.833 | ‒ 152.992 | 12.451 | ‒ 22.652 | 14.391 | 84.929 | ‒ 975 | ‒ 18.257 | 1.801 | 72.522 | ‒ 14.314 | 43.761 | ||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 1.080.461 | 1.055.238 | 1.079.732 | 912.739 | 845.048 | 783.373 | 778.882 | 733.587 | 591.647 | 555.878 | 463.359 | 550.720 | 346.949 | 477.476 | 316.966 | |
Prijsstijgingen DBFM | 185.830 | 19.220 | 1.910 | 114.700 | 50.000 | |||||||||||
Kasschuiven Geïntegreerde contractvormen | 0 | ‒ 421 | ‒ 24.455 | ‒ 27.484 | ‒ 27.484 | ‒ 27.484 | 107.328 | |||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 223.418 | 24.268 | 24.911 | 25.639 | 19.184 | 17.492 | 16.975 | 16.935 | 15.631 | 11.523 | 10.104 | 8.311 | 13.035 | 6.864 | 7.494 | 5.052 |
Saldo mee- en tegenvallers Hoofdwegennet | ‒ 15.345 | ‒ 52 | 0 | ‒ 14.768 | 0 | 0 | ‒ 525 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Mutaties Miljoenennota 2025 | 43.015 | 2.366 | ‒ 16.613 | ‒ 8.300 | ‒ 9.992 | 16.450 | 16.935 | 15.631 | 11.523 | 10.104 | 8.311 | 127.735 | 56.864 | 7.494 | 112.380 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 1.123.476 | 1.057.604 | 1.063.119 | 904.439 | 835.056 | 799.823 | 795.817 | 749.218 | 603.170 | 565.982 | 471.670 | 678.455 | 403.813 | 484.970 | 429.346 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 12.06 Netwerkgebonden kosten HWN | 727.834 | 744.218 | 875.011 | 874.335 | 853.304 | 830.415 | 826.446 | 710.199 | 704.133 | 704.133 | 704.665 | 704.665 | 704.665 | 704.665 | 704.665 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 3.107 | 3.584 | 2.447 | 3.247 | 3.247 | 3.247 | 3.247 | 3.647 | ‒ 203 | ‒ 203 | ‒ 203 | ‒ 203 | ‒ 203 | ‒ 203 | ‒ 203 | |
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 12.06 Netwerkgebonden kosten HWN | 730.941 | 747.802 | 877.458 | 877.582 | 856.551 | 833.662 | 829.693 | 713.846 | 703.930 | 703.930 | 704.462 | 704.462 | 704.462 | 704.462 | 704.462 | |
Apparaat RWS | 23.436 | 23.436 | ||||||||||||||
EZ: TNO pilot open Radiotoegangsnetwerk | ‒ 150 | ‒ 150 | ||||||||||||||
HXII: Detachering Europese Commissie | 85 | 85 | ||||||||||||||
Klimaatneutrale en circulaire organisatie (KCO) | 3.690 | 926 | 926 | 788 | 656 | 394 | ||||||||||
Kwaliteitsorgaan Verkeersveiligheidsaudits (KOVA) taken | 78 | 78 | ||||||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 554.263 | 36.322 | 37.132 | 41.009 | 40.882 | 40.278 | 39.526 | 39.406 | 35.406 | 34.881 | 34.908 | 34.881 | 34.908 | 34.908 | 34.908 | 34.908 |
Monitor Smart Mobility 2026 ‒ 2028 | 825 | 275 | 275 | 275 | ||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Afronden CHARM | 19.989 | 19.989 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdwegennet MF: Inzet Hinderaanpak | 1.800 | 250 | 250 | 250 | 250 | 250 | 250 | 300 | ||||||||
Rijksbrede Apparaatstaakstellingen Hoofdlijnenakkoord | ‒ 120.316 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | ‒ 8.594 | |
Programma Vrachtwagenheffing 2024 | 1.102 | 1.102 | ||||||||||||||
Toevoeging CA-middelen RWS Instandhouding | 161.186 | 80.763 | 80.423 | |||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 38.613 | 29.714 | 33.728 | 53.458 | 32.603 | 31.182 | 31.112 | 131.011 | 106.710 | 26.314 | 26.287 | 26.314 | 26.314 | 26.314 | 26.314 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.06 Netwerkgebonden kosten HWN | 769.554 | 777.516 | 911.186 | 931.040 | 889.154 | 864.844 | 860.805 | 844.857 | 810.640 | 730.244 | 730.749 | 730.776 | 730.776 | 730.776 | 730.776 | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2024 Hoofdwegennet | 3.706.162 | 4.202.936 | 3.936.385 | 4.161.896 | 3.819.097 | 3.294.031 | 3.054.667 | 2.980.622 | 2.744.842 | 2.930.570 | 2.661.562 | 3.105.677 | 3.040.122 | 2.474.067 | 2.049.566 | |
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2024 Hoofdwegennet | 3.675.014 | 4.044.401 | 4.038.664 | 4.178.742 | 3.849.310 | 3.522.416 | 3.273.610 | 2.809.583 | 2.886.567 | 3.164.750 | 2.723.082 | 3.102.691 | 2.963.682 | 2.370.978 | 2.049.300 | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Hoofdwegennet | 3.898.451 | 3.940.969 | 4.475.822 | 4.198.790 | 4.275.981 | 3.946.443 | 3.806.090 | 3.570.796 | 3.520.239 | 3.010.710 | 2.538.780 | 3.101.769 | 2.881.096 | 2.958.179 | 2.372.901 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 12.09 Ontvangsten | 52.885 | 119.401 | 121.801 | 123.154 | 111.247 | 225.948 | 175.821 | 196.278 | 171.963 | 72.248 | 49.754 | 49.754 | 9.756 | 82.730 | 82.733 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 43.743 | 4.685 | ‒ 3.266 | ‒ 750 | 769 | ‒ 3.391 | 41 | |||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 12.09 Ontvangsten | 96.628 | 124.086 | 118.535 | 122.404 | 112.016 | 222.557 | 175.862 | 196.278 | 171.963 | 72.248 | 49.754 | 49.754 | 9.756 | 82.730 | 82.733 | |
Bijdragen Derden Ontvangsten | 8.267 | 8.267 | ||||||||||||||
Herverdeling Ontvangsten N33 | ‒ 63.859 | ‒ 15.142 | ‒ 13.083 | ‒ 35.651 | ‒ 171 | 188 | ||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 311 | 64 | 219 | 21 | 7 | |||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 8.331 | 219 | 21 | ‒ 15.135 | ‒ 13.083 | ‒ 35.651 | ‒ 171 | 188 | ||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 12.09 Ontvangsten | 104.959 | 124.305 | 118.556 | 122.404 | 112.016 | 207.422 | 162.779 | 160.627 | 171.792 | 72.436 | 49.754 | 49.754 | 9.756 | 82.730 | 82.733 | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2024 Hoofdwegennet | 52.885 | 119.401 | 121.801 | 123.154 | 111.247 | 225.948 | 175.821 | 196.278 | 171.963 | 72.248 | 49.754 | 49.754 | 9.756 | 82.730 | 82.733 | |
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2024 Hoofdwegennet | 96.628 | 124.086 | 118.535 | 122.404 | 112.016 | 222.557 | 175.862 | 196.278 | 171.963 | 72.248 | 49.754 | 49.754 | 9.756 | 82.730 | 82.733 | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Hoofdwegennet | 104.959 | 124.305 | 118.556 | 122.404 | 112.016 | 207.422 | 162.779 | 160.627 | 171.792 | 72.436 | 49.754 | 49.754 | 9.756 | 82.730 | 82.733 |
Toelichting
A2 Vonderen-Kerensheide werkzaamheden
In het contract A2 Vonderen-Kerensheide zijn de geplande beheer en onderhoud en Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) werkzaamheden geïntegreerd opgedragen. Deze middelen worden d.m.v. een budgetoverheveling aan het projectbudget toegevoegd.
Apparaat RWS
De capaciteit RWS is, middels de begroting 2024, structureel gedekt op een niveau van 9.341 fte en t/m 2030 op een niveau van 9.572 fte. Hiermee kan de maakbare opgave op instandhouding opgevangen worden binnen RWS. Met deze mutatie wordt de financiering van de RWS-capaciteit doorgetrokken naar 2031.
Apparaat Tijdelijke Tolheffing 2024
Dit betreft een actualisatie van het apparaatsbudget van Tijdelijke Tolheffing.
Bijdragen derden
Dit betreft voornamelijk de bijdragen van derden, waaronder de bijdrage 2024 van RWS aan de Rijksbijdrage TNO t.b.v. het onderzoekspgrogramma Vervanging en Renovatie.
Budgetoverheveling Verduurzaming gebouwen
Dit betreft een budgetoverheveling van de reservering voor verduurzaming gebouwen naar RWS in het benodigde ritme van 2025-2037.
Dekking Hoofdwegennet MF: Saldo mee- en tegenvallers
Dit betreft de verwerking van het saldo mee- en tegenvallers binnen het realisatieprogramma Hoofdwegennet. De meevallers worden ingezet als dekking voor de opgave MF.
EZ: Geleiderail Zonnepark A37
Het ministerie van EZ hevelt € 9 miljoen over vanuit het Klimaatfonds naar de IenW-begroting als voorfinanciering van de kosten die RWS moet maken voor de aanleg van een geleiderail bij de A37 die nodig is in verband met de aanleg van een zonnepark daar.
Herstel achterstallig onderhoud areaal
Op verzoek beheerder wordt het achterstalling onderhoud toegevoegd aan de scope van A10 Knooppunt De Nieuwe Meer en Amstel. Het betreft hier de uitvoeringskosten.
Herverdeling ontvangsten N33 Midden
Dit betreft een bijstelling van de verwachte ontvangsten bij het project N33 Zuidbroek Appingedam omdat met de regio is afgesproken een deel wordt ingezet voor het project A7 Zuidelijke Ringweg Groningen. Daarnaast is de prijsbijstelling 2024 verwerkt.
HXII: Campagne Kort Ritje dat is zo Gefietst
Dit betreft de overboeking naar HXII voor het uitvoeren van de campagne Kort Ritje dat is zo Gefietst inclusief bureau en mediakosten.
HXII: A2 Vonderen-Kerensheide werkzaamheden
In het contract A2 Vonderen-Kerensheide zijn de geplande beheer en onderhoud en Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) werkzaamheden geïntegreerd opgedragen. Deze middelen worden d.m.v. een budgetoverheveling aan het projectbudget toegevoegd.
HXII: Overboeking Schoon Emissieloos Bouwen
Dit betreft een overboeking van het MF naar HXII ten behoeve van het programma Schoon en Emissieloos Bouwen.
Impactanalyse stalen vallen Schinkelbruggen
Op verzoek beheerder wordt onderzocht wat de extra onderzoekskosten zijn voor vervangen van de stalen vallen.
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024
Dit betreft de kaderaanpassing op het Hoofdwegennet die over de gehele looptijd van het fonds budgetneutraal is.
Kaderruilen 2024
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Kasschuiven Hoofdwegennet
Om binnen een modaliteit tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk.
Klimaatneutrale en circulaire organisatie (KCO)
Dit betreft een overboeking voor klimaatneutrale en circulaire organisatie, waarbij er uitwerking kan worden gegeven aan de ambitie om de bedrijfsvoering rijksbreed te verduurzamen conform het Programma ‘Denk Doe Duurzaam’.
Loon- en Prijsbijstelling 2024
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling 2024 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Meerjaring vast onderhoud voor West Nederland Noord
Op verzoek beheerder wordt het meerjarig onderhoud toegevoegd aan de scope van Zuidasdok. Het betreft hier de uitvoeringskosten.
Monitor Smart Mobility 2026 ‒ 2028
Betreft opdrachtverstrekking van DGMo aan RWS voor het inzichtelijk maken van effecten en het opstellen van de Monitor Smart Mobility.
Opgave Hoofdwegennet MF: A2 Vonderen-Kerensheide
Dit betreft een overboeking uit artikel 11 voor de dekkingsopgave van de A2 Vonderen-Kerensheide.
Opgave Hoofdwegennet MF: Afronden CHARM
Dit betreft een overboeking uit artikel 11 om het programma CHARM af te ronden. Er zijn meerkosten gemaakt vanwege de langer dan geplande looptijd van het programma en vanwege de implementatie van adviezen CIO IenW en AcICT.
Opgave Hoofdwegennet MF: Informatieplicht energiebesparing
Dit betreft een overboeking naar RWS omdat de reikwijdte van de wettelijke verplichting tot energiebesparing voor milieubelastende activiteiten is toegenomen.
Opgave Hoofdwegennet MF: Inzet Hinderaanpak
Dit betreft een overboeking vanuit artikel 11 voor de inzet van hinderaanpak bij RWS. De inzet van RWS voor de hinderaanpak bij projecten is onderdeel van het BKN RWS, maar ten onrechte niet opgenomen in de beprijzing van het BKN.
Opgave Hoofdwegennet MF: Jan Blankenburg fietspad
Dit betreft een overboeking vanuit artikel 11 voor aanpassing van het fietspad Jan Blankenbrug van € 0,25 miljoen.
Opgave Hoofdwegennet MF: Sluiskiltunnel
In 2025 wordt de Sluiskiltunnel overgedragen van de Provincie Zeeland aan het Rijk. RWS heeft nog geen budget gekregen voor de areaaluitbreiding met de Sluiskiltunnel die in 2025 in beheer bij RWS komt. Met deze mutatie ontvangt RWS budget voor beheer en onderhoud voor de jaren 2025 t/m 2030.
Overboeking A2 Vonderen-Kerensheide
Dit betreft een overboeking van de reservering A2 Vonderen-Kerensheide dat wordt teruggeboekt naar een reservering op artikel 11.
Overboeking geluid emissiekentallen en stille banden aftrek
Dit betreft een overboeking vanuit de bij OB2024 gereserveerde middelen op artikel 11 bedoeld voor de onderdelen emmissiekentallen, stille banden aftrek en geluidmarge. De aanpassing (ophoging) van emissiekentallen en het vervallen van de stille banden aftrek is inmiddels in regelgeving vastgelegd. RWS heeft daardoor te maken met hogere uitvoeringskosten voor de naleving van geluidproductieplafonds door hogere emissiekentallen.
Overboeking Knooppunt-Raalte
Dit betreft een overboeking vanuit artikel 11.03 naar het beleidsartikel om het tekort bij het project Knooppunt Raalte te dekken.
Overboeking N33 Midden
Dit betreft de overboeking vanuit de reservering N33 Midden (Zuidbroek Appingedam) naar artikel 12. Dit is conform de BO MIRT afspraken 2023. De middelen zijn benodigd om verdere afspraken te maken met de regio over de doorstart van het project naar aanleiding van het compensatiepakket Groningen.
Overboeking N33 Noord - Studiekosten
Voor de N33 Noord (Appingedam-Eemshaven) is € 5 miljoen van de reservering van € 250 miljoen uit «Nij Begun» overgeboekt vanuit artikel 11.03 naar het beleidsartikel om de studiekosten van het MIRT-onderzoek te bekostigen.
Prijsstijgingen Hoofdwegennet
Dit betreft een overboeking van artikel 11 naar de projectbudgetten op artikel 12 wat betreft excessieve prijsstijgingen. Het gaat onder andere om VenR projecten, Zuidelijke Ringweg Groningen, A16 Rotterdam, Blankenburgverbinding, A9 Badhoevendorp en A27 Houten Hooipolder.
Programma Vrachtwagenheffing 2024
Dit betreft een actualisatie van het budget van Vrachtwagenheffing.
Rijksbrede Apparaatstaakstellingen Hoofdlijnenakkoord (HLA)
In het HLA is een Rijksbrede taakstelling van gemiddeld 20 procent op de apparaatsbudgetten voorgesteld. Voor RWS geldt er ook een taakstelling. Dit is verwerkt in de begroting van het Mobiliteitsfonds op het apparaatsbudget van RWS artikelonderdeel 12.06.
Saldo mee- en tegenvallers Hoofdwegennet
Dit betreft de verwerking van het saldo mee- en tegenvallers binnen het realisatieprogramma Hoofdwegennet.
SPUK naar GF en PF met 10% budgetkorting
In het HLA is een budgetkorting van 10 procent op de Specifieke uitkeringen (SPUKs) opgenomen die overgeheveld wordt naar het Gemeente- en Provinciefonds. Dit is verwerkt in de begroting van het Mobiliteitsfonds op artikelonderdeel 12.03 Ontwikkeling.
Tolvrij Westerscheldetunnel
Dit betreft een overboeking vanuit artikel 11.03 naar het beleidsartikel voor de mogelijke verlening van een Specifieke uitkering (SPUK) voor de gederfde tolinkomsten als gevolg van het vervroegd tolvrij maken van de Westerscheldetunnel aan de Provincie Zeeland.
Toevoeging Coalitieakkoord-middelen instandhouding
In de begroting van 2025 is besloten om vanuit de Coalitieakkoord reservering instandhouding, de financiering van het BKN RWS beleidsarm met twee jaar door te trekken tot en met 2032.
Artikel 13 Spoorwegen
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 13.02 Exploitatie onderhoud en vernieuwing | 2.143.402 | 2.121.260 | 1.656.620 | 1.725.133 | 1.519.931 | 1.546.068 | 1.700.260 | 1.720.871 | 1.765.364 | 1.859.517 | 1.964.531 | 1.936.371 | 2.090.250 | 2.086.800 | 1.982.208 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 207.787 | ‒ 20.000 | 315.374 | 315.366 | 315.371 | 402.560 | 255.064 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | |||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 13.02 Exploitatie onderhoud en vernieuwing | 2.351.189 | 2.101.260 | 1.971.994 | 2.040.499 | 1.835.302 | 1.948.628 | 1.955.324 | 1.700.871 | 1.745.364 | 1.839.517 | 1.944.531 | 1.916.371 | 2.070.250 | 2.086.800 | 1.982.208 | |
Correctie Omvorming ProRail | 533.000 | 40.000 | 20.000 | 20.000 | 20.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 43.000 | 47.000 | 30.000 | 33.000 |
FIN: CA-middelen BKN Spoor | 678.467 | 253.478 | 211.316 | 126.475 | 30.203 | 56.995 | ||||||||||
HXII: Overheveling EOV naar HXII subsidies Spoorgoederenvervoer | ‒ 7.000 | ‒ 7.000 | ||||||||||||||
Kasschuiven 2024 Exploitatie, Onderhoud en Vernieuwing | 0 | 315.500 | 286.000 | 8.500 | 310.000 | 362.573 | 131.791 | 45.000 | 40.000 | 51.666 | ‒ 233.969 | ‒ 360.552 | ‒ 373.726 | ‒ 582.783 | ||
Loon- en prijsbijstelling 2024 | 855.820 | 70.982 | 63.437 | 51.161 | 53.803 | 47.608 | 48.397 | 53.998 | 53.976 | 55.018 | 55.535 | 58.705 | 57.855 | 62.501 | 63.001 | 59.843 |
Opgave Spoorwegen MF: Calandbrug | 87.900 | 29.300 | 29.300 | 29.300 | ||||||||||||
Opgave Spoorwegen MF: Instandhoudingskosten brandblus havenspoor Rotterdam | 26.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 1.900 | 2.200 | |
Opgave Spoorwegen MF: Lagere opbrengsten gebruiksvergoeding ProRail 2023 en 2024 | 133.000 | 103.000 | 30.000 | |||||||||||||
Opgave Spoorwegen MF: OVS - Kwartstofproblematiek 2024-2025 | 19.300 | 9.650 | 9.650 | |||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2037 naar EOV ten behoeve van BKN Spoor | 223.407 | 223.407 | ||||||||||||||
Overboeking Extrapolatie 2038 naar EOV ten behoeve van BKN Spoor | 485.000 | 485.000 | ||||||||||||||
Overboeking Generieke Investeringsruimte naar EOV | 580.350 | 77.000 | 77.000 | 77.000 | 77.000 | 108.350 | 87.000 | 77.000 | ||||||||
Overboeking ZBO ProRail | 60.000 | 20.000 | 20.000 | 20.000 | ||||||||||||
Prijsstijgingen Instandhouding Spoor | 96.000 | 96.000 | ||||||||||||||
Toevoeging CA-middelen ProRail Instandhouding (BKN Spoor) | 400.000 | 102.218 | 100.000 | 100.000 | 97.782 | |||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 314.532 | 144.987 | 485.561 | 488.003 | 204.308 | 506.597 | 566.821 | 568.145 | 430.234 | 263.910 | 182.474 | 27.999 | ‒ 149.151 | 44.882 | 92.842 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.02 Exploitatie onderhoud en vernieuwing | 2.665.721 | 2.246.247 | 2.457.555 | 2.528.502 | 2.039.610 | 2.455.225 | 2.522.145 | 2.269.016 | 2.175.598 | 2.103.427 | 2.127.005 | 1.944.370 | 1.921.099 | 2.131.682 | 2.075.050 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 13.03 Ontwikkeling | 550.619 | 508.621 | 602.829 | 494.082 | 374.911 | 537.931 | 147.903 | 268.944 | 84.895 | 89.163 | 62.123 | 155.781 | 264.456 | 4.000 | 4.000 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 3.959 | ‒ 71.642 | 136.650 | 82.665 | 177.835 | 50.194 | 183.781 | ‒ 148.845 | 94.369 | 143.269 | 139.141 | ‒ 3.799 | ‒ 50.721 | 82.195 | 0 | |
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 13.03 Ontwikkeling | 546.660 | 436.979 | 739.479 | 576.747 | 552.746 | 588.125 | 331.684 | 120.099 | 179.264 | 232.432 | 201.264 | 151.982 | 213.735 | 86.195 | 4.000 | |
BCF: SPUK Leiden | ‒ 58 | ‒ 58 | ||||||||||||||
Bijdrage Provincie Friesland | 82 | 82 | ||||||||||||||
HXII: Bijdrage Algemeen Strategisch Advies aan directie OV | 63 | 63 | ||||||||||||||
HXII: Overboeking marktordening | ‒ 500 | ‒ 500 | ||||||||||||||
HXII: Overboeking toegankelijkheid OV | ‒ 300 | ‒ 300 | ||||||||||||||
HXII: Schoon Emissieloos Bouwen | 7.744 | 2.000 | 2.000 | 2.000 | 1.744 | |||||||||||
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024 | 0 | ‒ 108.000 | ‒ 50.000 | 88.000 | 18.000 | 52.000 | ||||||||||
Kaderruilen 2024 | 0 | ‒ 269.359 | 38.377 | ‒ 138.472 | ‒ 97.209 | ‒ 224.919 | ‒ 231.438 | 200.000 | 100.000 | 153.337 | 151.790 | 96.042 | 143.520 | 29.431 | ‒ 19.100 | 75.000 |
Kasschuiven 2024 Ontwikkeling | 0 | 118.546 | ‒ 118.303 | ‒ 98.023 | ‒ 75.650 | ‒ 3.210 | ‒ 64.650 | ‒ 182.250 | ‒ 2.250 | ‒ 2.250 | ‒ 68.428 | 50.000 | 130.000 | 286.068 | 30.400 | |
Kasschuiven 2024 PHS | ‒ 17.044 | ‒ 1.000 | ‒ 16.044 | |||||||||||||
Loon- en prijsbijstelling 2024 | 145.490 | 1.768 | 2.274 | 9.121 | 7.864 | 16.325 | 11.395 | 14.493 | 8.482 | 16.725 | 13.380 | 21.541 | 13.123 | 8.224 | 775 | |
Opgave Spoorwegen MF: Seinenproblematiek | 53.644 | 8.000 | 23.000 | 19.644 | 3.000 | |||||||||||
Overboeking DU OV toegankelijkheid | ‒ 19.439 | ‒ 19.439 | ||||||||||||||
Overboeking naar Modal Shift | 500 | 500 | ||||||||||||||
Overboeking Oudelijn ten behoeve van subsidieaanvraag | 1.702 | 1.702 | ||||||||||||||
Overboeking Woningbouw en Mobiliteit ProRail | 1.500 | 300 | 300 | 300 | 300 | 300 | ||||||||||
Prijsstijgingen Grensoverschrijdend Spoor | 2.000 | 2.000 | ||||||||||||||
Prijsstijgingen Wolfheze en Gilze Rijen | 7.000 | 5.000 | 2.000 | |||||||||||||
Stallingen Oostelijke Sporen | ‒ 44.120 | ‒ 6.300 | ‒ 7.500 | ‒ 6.500 | ‒ 6.000 | ‒ 6.000 | ‒ 6.000 | ‒ 5.820 | ||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ‒ 159.639 | ‒ 167.208 | ‒ 279.974 | ‒ 165.695 | ‒ 215.504 | ‒ 288.693 | 116.167 | 106.232 | 167.812 | 96.742 | 185.583 | 156.643 | 211.431 | 275.192 | 106.175 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.03 Ontwikkeling | 387.021 | 269.771 | 459.505 | 411.052 | 337.242 | 299.432 | 447.851 | 226.331 | 347.076 | 329.174 | 386.847 | 308.625 | 425.166 | 361.387 | 110.175 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 217.148 | 204.182 | 197.709 | 197.001 | 175.994 | 110.095 | 107.100 | 43.910 | ||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 17.038 | 11.866 | ‒ 5.546 | ‒ 14.725 | ‒ 8.434 | |||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 234.186 | 216.048 | 192.163 | 182.276 | 167.560 | 110.095 | 107.100 | 43.910 | ||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 234.186 | 216.048 | 192.163 | 182.276 | 167.560 | 110.095 | 107.100 | 43.910 | ||||||||
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 13.07 Rente en aflossing | 8.845.000 | |||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 8.825.000 | 20.000 | 20.000 | |||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 13.07 Rente en aflossing | 20.000 | 20.000 | 20.000 | |||||||||||||
Overboeking ZBO ProRail | ‒ 60.000 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | ||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | ‒ 20.000 | |||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.07 Rente en aflossing | 0 | 0 | 0 | |||||||||||||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2024 Spoorwegen | 2.911.169 | 11.679.063 | 2.457.158 | 2.416.216 | 2.070.836 | 2.194.094 | 1.955.263 | 2.033.725 | 1.850.259 | 1.948.680 | 2.026.654 | 2.092.152 | 2.354.706 | 2.090.800 | 1.986.208 | |
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2024 Spoorwegen | 3.132.035 | 2.774.287 | 2.923.636 | 2.819.522 | 2.555.608 | 2.646.848 | 2.394.108 | 1.864.880 | 1.924.628 | 2.071.949 | 2.145.795 | 2.068.353 | 2.283.985 | 2.172.995 | 1.986.208 | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Spoorwegen | 3.286.928 | 2.732.066 | 3.109.223 | 3.121.830 | 2.544.412 | 2.864.752 | 3.077.096 | 2.539.257 | 2.522.674 | 2.432.601 | 2.513.852 | 2.252.995 | 2.346.265 | 2.493.069 | 2.185.225 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 13.09 Ontvangsten | 228.802 | 358.115 | 202.784 | 202.784 | 202.784 | 202.784 | 208.784 | 208.784 | 208.784 | 208.784 | 217.784 | 219.084 | 202.784 | 202.784 | 202.784 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 9.320 | ‒ 55.000 | ‒ 54.500 | ‒ 52.500 | ‒ 49.500 | ‒ 47.500 | ‒ 45.500 | ‒ 42.500 | ‒ 40.500 | ‒ 38.500 | 24.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | ||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 13.09 Ontvangsten | 238.122 | 303.115 | 148.284 | 150.284 | 153.284 | 155.284 | 163.284 | 166.284 | 168.284 | 170.284 | 241.784 | 259.084 | 242.784 | 242.784 | 202.784 | |
Afboeken concessie Hoofdrailnet na 2033 | ‒ 376.500 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ||||||||||
Bijdrage Provincie Friesland | 82 | 82 | ||||||||||||||
Indexering Ontvangsten Hogesnelheidslijn heffing | 40.000 | 40.000 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 82 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ‒ 75.300 | ‒ 35.300 | ||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 13.09 Ontvangsten | 238.204 | 303.115 | 148.284 | 150.284 | 153.284 | 155.284 | 163.284 | 166.284 | 168.284 | 170.284 | 166.484 | 183.784 | 167.484 | 167.484 | 167.484 | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2024 Spoorwegen | 228.802 | 358.115 | 202.784 | 202.784 | 202.784 | 202.784 | 208.784 | 208.784 | 208.784 | 208.784 | 217.784 | 219.084 | 202.784 | 202.784 | 202.784 | |
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2024 Spoorwegen | 238.122 | 303.115 | 148.284 | 150.284 | 153.284 | 155.284 | 163.284 | 166.284 | 168.284 | 170.284 | 241.784 | 259.084 | 242.784 | 242.784 | 202.784 | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Spoorwegen | 238.204 | 303.115 | 148.284 | 150.284 | 153.284 | 155.284 | 163.284 | 166.284 | 168.284 | 170.284 | 166.484 | 183.784 | 167.484 | 167.484 | 167.484 |
Toelichting
Afboeken concessie Hoofdrailnet na 2033
De concessie-ontvangsten worden vanaf 2034 afgeboekt. De kans dat er op dat moment nog een concessievergoeding per jaar wordt ontvangen is nihil.
BCF: SPUK Leiden
Dit betreft een overboeking omdat er een storting moet worden gedaan in het btw compensatiefonds (BCF) voor de specifieke uitkering (SPUK) Leiden (Oude Lijn) in 2025.
Bijdrage Provincie Friesland
Dit betreft de bijdrage van Provincie Friesland aan de HRMK-spoorbrug voor 2024 van € 0,08 miljoen.
Correctie Omvorming ProRail
Bij Voorjaarsnota 2024 zijn de middelen in het kader van de omvorming ProRail zowel aan de inkomsten- als de uitgavenkant technisch uit de Rijksbegroting gehaald, omdat de omvorming per 1 januari 2025 niet langer haalbaar is. Bij de technische verwerking hiervan is in de Voorjaarsnota 2024 abusievelijk een bedrag onttrokken aan het EOV-budget in plaats van aan het EOV-budget toegevoegd. Middels onderhevige mutatie wordt dit gecorrigeerd.
FIN: Aanvullende Post EOV-Spoor
Op de Aanvullende Post zijn vanuit het Coalitieakkoord Rutte-IV middelen gereserveerd voor de instandhouding op het spoor. Deze middelen worden bij de Ontwerpbegroting 2025 overgeboekt (€ 678 miljoen) ten behoeve van de instandhoudingsopgave BKN Spoor.
HXII: Bijdrage Algemeen Strategisch Advies aan directie OV
Voor de opdracht aan Populytics voor de participatieve waarde evaluatie is een bijdrage vanuit de directie Algemeen Strategisch Advies naar de directie OV en Spoor afgesproken. Middels deze mutatie wordt deze bijdrage overgeboekt.
HXII: Overboeking marktordening
De uitgaven voor marktordeningsonderzoeken ter hoogte van € 0,5 miljoen worden gedekt uit post de studie- en innovatie op het Mobiliteitsfonds.
HXII: Overboeking toegankelijkheid OV
Ten behoeve van toegankelijkheid OV wordt € 0,3 miljoen overgeboekt uit programma verbeteren toegankelijkheid OV naar HXII.
HXII: Overheveling EOV naar HXII subsidies Spoorgoederenvervoer
De middelen voor de Tijdelijke subsidieregeling opstellen en rangeren spoorgoederenvervoer 2023–2025 worden overgeboekt naar HXII. Het gaat om € 7 miljoen, waarvoor middelen gereserveerd staan op het budget van artikel 13 op het MF.
HXII: Schoon Emissieloos Bouwen
Dit betreft een overboeking van de Schoon en Emissieloos Bouwen middelen voor OVS - Prorail.
Indexering Ontvangsten Hogesnelheidslijn heffing
De ontvangsten van de HSL-heffing worden gecorrigeerd voor inflatie. Het Besluit HSL-heffing schrijft voor dat de ontvangsten van de HSL-heffing elk opvolgend jaar gecorrigeerd worden voor inflatie. Echter, deze ontvangsten staan nu nog als constante prijzen in de begroting. Als gevolg van deze correctie nemen de ontvangsten toe met cumulatief € 478 miljoen.
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024
Dit betreft de kaderaanpassing op het Spoorwegennet die over de gehele looptijd van het fonds budgetneutraal is.
Kaderruilen 2024
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Kasschuiven Spoorwegen
Om binnen een modaliteit tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren noodzakelijk.
Loon- en prijsbijstelling 2024
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling 2024 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Opgave Spoorwegen MF: Calandbrug
In verband met het Theemswegtracé wordt het huidige spoor van de Calandbrug verwijderd. Deze werkzaamheden worden gecombineerd met de renovatie van de brug en de reparatie of vervanging van het wegdek. De meerkosten (€ 87,9 miljoen) op het actuele projectbudget zijn nodig voor renovatie in combinatie met schadeherstel van het rijdek.
Opgave Spoorwegen MF: Instandhoudingskosten brandblus havenspoor Rotterdam
Tussen ProRail en IenW bestaat de afspraak dat in de aanlegbeschikking brandblusvoorziening havenspoor Rotterdam voldoende budget voor instandhouding wordt meegevraagd. Per abuis is voor de periode 2024 tot einde looptijd MF jaarlijks € 1,9 miljoen te weinig budget aangevraagd voor instandhouding van de brandvoorzieningen.
Opgave Spoorwegen MF: Lagere opbrengsten gebruiksvergoeding ProRail 2023 en 2024
ProRail ontvangt in 2023 en 2024 minder inkomsten uit de gebruiksvergoeding die vervoerders aan ProRail betalen. Dit komt vooral doordat NS minder treinkilometers rijdt dan waar een aantal jaar geleden van werd uitgegaan toen de tarieven werden vastgesteld. Dit levert voor ProRail in 2023 en 2024 een inkomstenderving op. Met deze aanvulling wordt deze inkomstenderving gedekt.
Opgave Spoorwegen MF: OVS - Kwartstofproblematiek 2024-2025
De arbeidsinspectie heeft ProRail de eis opgelegd om zoveel mogelijk kwartsloze ballast-stenen toe te passen. Deze stenen zijn duurder in aanschaf en verwerking. Daardoor vallen de kosten per jaar hoger uit bij volledig kwartsloos werken. Vanaf 2026 wordt het toepassen van kwartsloze ballast onderdeel van BKN ProRail. Deze uitgaven worden gedekt vanuit de vrije investeringsruimte.
Opgave Spoorwegen MF: Seinenproblematiek
Voor twee projecten (emplacement Den haag Centraal en PHS Tilburg) in realisatie is in het spoorontwerp rekening gehouden met seinen Nieuwe Generatie. ProRail heeft echter deze seinen niet veilig verklaard. Daardoor moeten voor deze projecten de ontwerpen worden herzien en moet er een beroep wordengedaan op de leverancier van de oude seinen. Om de uitvoering van de projecten in realisatie niet stil te laten vallen, is aanvullend budget nodig. Daarom wordt € 85 miljoen uit de vrije investeringsruimte verdeeld en overgeheveld naar PHS Den Haag Centraal en Kleine projecten.
Overboeking Extrapolatie 2037 naar EOV ten behoeve van BKN-spoor
Dit betreft een overboeking (€ 223,4 miljoen) van de resterende extrapolatieruimte 2037 op artikel 11.04 naar het programma EOV op artikel 13.02, ten behoeve van de instandhoudingsopgave BKN-spoor.
Overboeking Extrapolatie 2038 naar EOV ten behoeve van BKN-spoor
Dit betreft een overboeking (€ 485 miljoen) van de resterende extrapolatieruimte 2038 op artikel 11.04 naar het programma EOV op artikel 13.02, ten behoeve van de instandhoudingsopgave BKN-spoor.
Overboeking naar Modal Shift
Het oorspronkelijke budget van € 7,5 miljoen Modal Shift van Weg naar Spoor is gedekt vanuit het maatregelenpakket Spoorgoederenvervoer. Er zijn meer subsidieaanvragen dan eerder verwacht. Om die reden wordt de verhoging van het budgetplafond 2024 ook uit dit budget gedekt.
Overboeking Oudelijn ten behoeve van subsidieaanvraag
Dit betreft een overboeking van het verkenningenbudget naar het PUV-budget van programma Oude Lijn ten behoeve van het beschikken van een aanvullende subsidieaanvraag inzake de analytische fase Oude Lijn. Op 8 december 2022 heeft ProRail op basis van het Plan van Aanpak een subsidieaanvraag gedaan voor de Analytische fase van € 7,614 miljoen. Deze aanvraag is door IenW beschikt op 8 februari 2023. De aanvraag blijkt niet toereikend te zijn en om die reden is er een aanvullende subsdieaanvraag door ProRail ingediend.
Overboeking generieke investeringsruimte naar EOV
Vanuit de generieke investeringsruimte worden middelen overgeheveld naar artikelonderdeel 13.02 EOV, ter dekking van de instandhoudingsopgave BKN Spoor.
Overboeking Woningbouw en Mobiliteit ProRail
Dit betreft een overboeking van artikel 11 MF naar artikel 13 MF ten behoeve van het programma Woningbouw en Mobiliteit voor Prorail.
Overboeking ZBO ProRail
Bij Voorjaarsnota 2024 zijn de middelen in het kader van de omvorming ProRail zowel aan de inkomsten- als de uitgavenkant technisch uit de Rijksbegroting gehaald, omdat de omvorming per 1 januari 2025 niet langer haalbaar is. Bij de technische verwerking hiervan is abusievelijk is een bedrag van 20 miljoen in de jaren 2025, 2026 en 2027 op de verkeerde budgetplaats terechtgekomen. Middels onderhevige mutatie wordt dit gecorrigeerd.
PF: Toegankelijkheid OV
Dit betreft een overboeking van € 19,4 miljoen (inclusief compensabele btw-component) naar het Provinciefonds voor Decentrale Uitkering middelen ter uitvoering van het bestuursakkoord Toengankelijkheid OV 2022-2032 aan de twaalf provincies.
Prijsstijgingen Grensoverschrijdend Spoor
Dit betreft de overboeking uit de reservering excessieve prijsstijgingen naar Grensoverschrijdend Spoor in verband met excessieve prijsstijgingen.
Prijsstijgingen Instandhouding Spoor 2024
Dit betreft de overboeking uit de reservering excessieve prijsstijgingen naar EOV in verband met excessieve prijsstijgingen op basis van de Q3 prognose ProRail en de excessieve stijging transportkosten energie. De extra transportkosten voor energie worden door de netbeheerders aan ProRail in rekening gebracht als gevolg van hogere energieprijzen.
Prijsstijgingen Risicoreservering EOV
Dit betreft de overboeking uit de reservering excessieve prijsstijgingen naar EOV in verband met excessieve prijsstijgingen voor de Risicoreservering EOV.
Prijsstijgingen Wolfheze en Gilze Rijen
Dit betreft de overboeking uit de reservering excessieve prijsstijgingen naar Wolfheze en Gilze Rijen in verband met excessieve prijsstijgingen.
Stallingen Oostelijke Sporen
IenW heeft in overleg met ProRail (DO PHS) besloten om een deel van de scope Amsterdam CS, de stallingen onder de oostelijke sporen (SOOS) binnen het programma ‘Fietsparkeren bij Stations’ over te hevelen naar het PHS project ‘Amsterdam Centraal waardoor de werkzaamheden efficienter kunnen worden uitgevoerd.
Toevoeging CA-middelen ProRail Instandhouding (BKN Spoor)
Vanuit de CA-reservering instandhouding op 11.03 wordt € 400 miljoen in de jaren 2035 tot en met 2038 overgeboekt naar artikelonderdeel 13.02 ten behoeve van de instandhoudingsopgave (BKN Spoor) van ProRail.
Artikel 14 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 14.01 Regionale infrastructuur | 48.227 | 90.282 | 19.159 | 10.408 | 20.455 | 7.700 | 7.700 | 7.700 | ||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 42.721 | ‒ 10.270 | 105.988 | 85.401 | 135.262 | 163.275 | 186.980 | 182.000 | 187.503 | 102.000 | 72.000 | 51.494 | 56.523 | |||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 14.01 Regionale infrastructuur | 5.506 | 80.012 | 125.147 | 95.809 | 155.717 | 170.975 | 194.680 | 189.700 | 187.503 | 102.000 | 72.000 | 51.494 | 56.523 | |||
Loon- en prijsbijstelling 2024 | 44.884 | 958 | 3.274 | 39 | 3.109 | 1.831 | 14.827 | 589 | 20.257 | |||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 958 | 3.274 | 39 | 3.109 | 1.831 | 14.827 | 589 | 20.257 | ||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 14.01 Regionale infrastructuur | 5.506 | 80.970 | 125.147 | 95.809 | 158.991 | 171.014 | 197.789 | 191.531 | 202.330 | 102.000 | 72.000 | 52.083 | 76.780 | |||
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 14.03 Bereikbaarheidsprogramma's | 1.094.461 | 410.054 | 144.181 | 37.107 | 15.903 | 31.805 | 98.595 | 108.137 | 115.557 | |||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 43.967 | ‒ 8.000 | ‒ 8.000 | |||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 14.03 Bereikbaarheidsprogramma's | 1.050.494 | 410.054 | 136.181 | 29.107 | 15.903 | 31.805 | 98.595 | 108.137 | 115.557 | |||||||
Kasschuif Korte Termijn Woningbouw | 0 | ‒ 94.500 | 94.500 | |||||||||||||
Loon- en prijsbijstelling 2024 | 60.255 | 31.714 | 12.380 | 4.111 | 879 | 480 | 960 | 2.977 | 3.265 | 3.489 | ||||||
SPUK naar GF en PF met 10% budgetkorting | ‒ 21.300 | ‒ 13.618 | ‒ 2.911 | ‒ 1.590 | ‒ 3.181 | |||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ‒ 62.786 | 106.880 | ‒ 9.507 | ‒ 2.032 | ‒ 1.110 | ‒ 2.221 | 2.977 | 3.265 | 3.489 | |||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 14.03 Bereikbaarheidsprogramma's | 987.708 | 516.934 | 126.674 | 27.075 | 14.793 | 29.584 | 101.572 | 111.402 | 119.046 | |||||||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2024 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's | 1.142.688 | 500.336 | 163.340 | 47.515 | 36.358 | 39.505 | 106.295 | 115.837 | 115.557 | |||||||
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2024 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's | 1.056.000 | 490.066 | 261.328 | 124.916 | 171.620 | 202.780 | 293.275 | 297.837 | 303.060 | 102.000 | 72.000 | 51.494 | 56.523 | |||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's | 993.214 | 597.904 | 251.821 | 122.884 | 173.784 | 200.598 | 299.361 | 302.933 | 321.376 | 102.000 | 72.000 | 52.083 | 76.780 | |||
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 14.09 Ontvangsten | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 42 | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 14.09 Ontvangsten | 42 | |||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 14.09 Ontvangsten | 42 | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2024 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's | ||||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2024 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's | 42 | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Regionale infrastructuur en bereikbaarheidsprogramma's | 42 |
Toelichting
Kasschuif Korte Termijn Woningbouw
Dit betreft een kasschuif van € 94,5 miljoen die van 2024 naar 2025 wordt doorgeschoven. Op basis van de beschikkingen die nog opengesteld gaan worden, zal het totale bedrag niet in 2024 nodig zijn maar in 2025.
Loon- en Prijsbijstelling 2024
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling 2024 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
SPUK naar GF en PF met 10% budgetkorting
In het Hoofdlijnenakkoord van kabinet-Schoof is opgenomen dat specifieke uitkeringen (SPUKS) worden overgeheveld naar het Gemeente- of Provinciefonds met een budgetkorting van 10%. De korting is verwerkt in deze begroting voor de SPUKS: Slim, Veilig en Duurzame Mobiliteit, Schoon Emissieloos Bouwen, Woningbouw op Korte Termijn, Mobiliteitspakketten en de Regeling Kademuren.
Artikel 15 Hoofdvaarwegennet
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 15.01 Exploitatie | 9.947 | 10.219 | 24.482 | 26.732 | 23.131 | 21.512 | 21.414 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ||||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 15.01 Exploitatie | 9.947 | 10.219 | 24.482 | 26.732 | 23.131 | 21.512 | 21.414 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | 10.209 | |
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 6.612 | 300 | 309 | 739 | 807 | 698 | 649 | 646 | 308 | 308 | 308 | 308 | 308 | 308 | 308 | 308 |
Toevoeging CA-middelen RWS Instandhouding | 29.213 | 14.724 | 14.489 | |||||||||||||
Voortzetting impulsprogramma Beter Bediend | 1.900 | 1.900 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 2.200 | 309 | 739 | 807 | 698 | 649 | 646 | 15.032 | 14.797 | 308 | 308 | 308 | 308 | 308 | 308 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.01 Exploitatie | 12.147 | 10.528 | 25.221 | 27.539 | 23.829 | 22.161 | 22.060 | 25.241 | 25.006 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 15.02 Onderhoud en vernieuwing | 653.852 | 721.786 | 695.336 | 669.086 | 688.953 | 676.513 | 670.902 | 336.121 | 351.448 | 353.604 | 447.081 | 418.086 | 418.086 | 418.086 | 418.086 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 12.245 | 29.434 | 52.669 | ‒ 14.207 | ‒ 20.288 | ‒ 9.624 | 3.961 | ‒ 18.242 | ‒ 26.678 | 5.774 | 273 | |||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 15.02 Onderhoud en vernieuwing | 666.097 | 751.220 | 748.005 | 654.879 | 668.665 | 666.889 | 674.863 | 317.879 | 324.770 | 359.378 | 447.354 | 418.086 | 418.086 | 418.086 | 418.086 | |
Bijdrage derden | 52 | 52 | ||||||||||||||
Budgetoverheveling Verduurzaming gebouwen | 13.541 | 1.230 | 4.397 | 4.511 | 1.365 | 1.400 | 78 | 80 | 80 | 80 | 80 | 80 | 80 | 80 | ||
Defensie: ETV Noord en Betonningsvaartuigen 2024 | ‒ 4.011 | ‒ 4.011 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdvaarwegen: afronding NoMo AOV | ‒ 19.191 | ‒ 19.191 | ||||||||||||||
Prijsstijgingen Hoofdvaarwegennet | 125.595 | 5.052 | 13.727 | 39.416 | 40.000 | 8.000 | 7.000 | 4.000 | 3.200 | 3.200 | 2.000 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
EZ: Bijdrage TNO | ‒ 4.687 | ‒ 4.687 | ||||||||||||||
EZ: Delta Rijn Corridor | 200 | 100 | 100 | |||||||||||||
EZ: MIVSP-2 deel 2 | 66.763 | 4.045 | 9.574 | 20.267 | 11.508 | 10.871 | 4.984 | 5.514 | ||||||||
Kasschuif Onderhoud en Vernieuwing | 0 | 50.000 | ‒ 10.000 | ‒ 40.000 | ||||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 240.086 | 20.109 | 22.679 | 22.582 | 19.771 | 20.187 | 20.134 | 20.375 | 9.598 | 9.806 | 12.283 | 12.074 | 12.622 | 12.622 | 12.622 | 12.622 |
Modaliteitoverstijgend - Informatieplicht energiebesparing | 469 | 469 | ||||||||||||||
Opgave Vaarwegen MF: Exogene tegenvallers Hoofdvaarwegen | 1.600 | 1.600 | ||||||||||||||
Opgave Vaarwegen MF: Vaargeul Boontjes | 1.400 | 1.400 | ||||||||||||||
Toekomstbestendige kruising Hollands Diep | 100 | 100 | ||||||||||||||
Toevoeging CA-middelen RWS Instandhouding | 669.608 | 334.325 | 335.283 | |||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 5.038 | 47.310 | 86.662 | 125.790 | 40.423 | 23.518 | ‒ 10.033 | 347.203 | 348.369 | 14.363 | 12.154 | 12.702 | 12.702 | 12.702 | 12.622 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.02 Onderhoud en vernieuwing | 671.135 | 798.530 | 834.667 | 780.669 | 709.088 | 690.407 | 664.830 | 665.082 | 673.139 | 373.741 | 459.508 | 430.788 | 430.788 | 430.788 | 430.708 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 15.03 Ontwikkeling | 208.348 | 257.422 | 611.501 | 108.447 | 69.534 | 144.427 | 52.109 | 155.581 | 182.053 | 141.628 | 141.661 | 238.846 | 279.843 | 111.080 | 50.075 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 2.631 | ‒ 166.744 | ‒ 77.120 | 10.611 | 144.471 | ‒ 48.789 | 34.517 | ‒ 115.073 | 73.081 | 73.973 | 70.512 | ‒ 4.156 | ‒ 18.169 | ‒ 507 | ‒ 2.718 | |
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 15.03 Ontwikkeling | 205.717 | 90.678 | 534.381 | 119.058 | 214.005 | 95.638 | 86.626 | 40.508 | 255.134 | 215.601 | 212.173 | 234.690 | 261.674 | 110.573 | 47.357 | |
Areaalgroei Hoofdvaarwegennet | 7.402 | 7.402 | ||||||||||||||
Defensie: ERTV Zuid-en Midden | ‒ 10.738 | ‒ 10.738 | ||||||||||||||
Defensie: Verkeersbeeld op Zee | ‒ 21.910 | ‒ 4.063 | ‒ 4.063 | ‒ 4.064 | ‒ 3.240 | ‒ 3.240 | ‒ 3.240 | |||||||||
Dekking Hoofdvaarwegennet MF: Dynamisch Verkeersmanagement | ‒ 1.135 | ‒ 1.135 | ||||||||||||||
Dekking Hoofdvaarwegennet MF: Twentekanalen Fase 2 | ‒ 8.000 | ‒ 8.000 | ||||||||||||||
Desaldering programma Goederenvervoercorridor (GVC) | 70 | 70 | ||||||||||||||
Prijsstijgingen Hoofdvaarwegennet | 33.585 | 7.366 | 3.863 | 22.356 | ||||||||||||
EZ: Maritieme Maakindustrie (MMI) | ‒ 10.000 | ‒ 2.500 | ‒ 7.500 | |||||||||||||
EZ: MIVSP-II (2e module) | ‒ 19.266 | ‒ 4.716 | ‒ 5.120 | ‒ 2.172 | ‒ 2.362 | ‒ 1.738 | ‒ 3.158 | |||||||||
EZ: Subsidie Topsector Logistiek | ‒ 300 | ‒ 300 | ||||||||||||||
HXII: Overboekingen | 14.920 | 18.420 | ‒ 3.500 | |||||||||||||
Integrale Rapportage PMR | 900 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | 100 | ||||||
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024 | 0 | ‒ 34.000 | 34.000 | |||||||||||||
Kaderruilen 2024 | 0 | ‒ 52.643 | ‒ 19.409 | ‒ 284.936 | 203.866 | 12.528 | 162.258 | 58.337 | 5.000 | ‒ 50.000 | ‒ 35.000 | |||||
Kasschuiven 2024 Ontwikkeling | 0 | 0 | 48.050 | ‒ 63.535 | ‒ 126.715 | ‒ 1.697 | ‒ 38.400 | ‒ 34.703 | 50.000 | 50.000 | ‒ 50.000 | 67.000 | 100.000 | |||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 82.383 | 5.664 | 4.408 | 7.704 | 7.088 | 10.437 | 10.944 | 11.187 | 5.477 | 3.945 | 3.584 | 3.235 | 3.323 | 1.773 | 1.776 | 1.838 |
Maritiem Informatieknooppunt kustwacht | ‒ 4.161 | ‒ 73 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 | ‒ 292 |
Onderhoud Brielsemeerleiding | 378 | 126 | 126 | 126 | ||||||||||||
Opdracht Buck | ‒ 30 | ‒ 30 | ||||||||||||||
Opgave Hoofdaarwegen MF: Gerrit Krolburg | 15.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | ||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Houtrakpolder | 2.000 | 1.000 | 1.000 | |||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Paddepoelsterbrug | 10.000 | 5.000 | 5.000 | |||||||||||||
Opgave Hoofdvaarwegennet MF: Maasroute fase 2 (Julianakanaal) | 55.000 | 26.899 | 28.101 | |||||||||||||
Overboeking PMR | 40.382 | 1.500 | 400 | 400 | 1.200 | 200 | 200 | 200 | 36.282 | |||||||
Spanjaards Duin | 2.270 | 250 | 290 | 250 | 250 | 290 | 225 | 225 | 265 | 225 | ||||||
SPUK naar GF en PF met 10% budgetkorting | ‒ 360 | ‒ 220 | ‒ 120 | ‒ 20 | ||||||||||||
Toekomstbestendige kruising Hollands Diep | ‒ 126 | ‒ 126 | ||||||||||||||
Toekomst Visie Waal | 1.904 | 1.904 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ‒ 17.150 | 17.783 | ‒ 317.317 | 84.291 | 56.030 | 130.122 | ‒ 26.441 | 64.047 | 54.018 | 89.899 | ‒ 42.057 | 3.031 | 18.481 | 101.484 | ‒ 26.052 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.03 Ontwikkeling | 188.567 | 108.461 | 217.064 | 203.349 | 270.035 | 225.760 | 60.185 | 104.555 | 309.152 | 305.500 | 170.116 | 237.721 | 280.155 | 212.057 | 21.305 | |
188.567 | 108.461 | 217.064 | 203.349 | 270.035 | 225.760 | 60.185 | 104.555 | 309.152 | 305.500 | 170.116 | 237.721 | 280.155 | 212.057 | 21.305 | ||
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 96.432 | 66.924 | 64.474 | 58.009 | 55.732 | 55.683 | 54.662 | 54.785 | 54.539 | 55.307 | 54.296 | 52.208 | 63.415 | 48.634 | 41.663 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 8.273 | 2.684 | ‒ 4.394 | 11.441 | ‒ 1.187 | ‒ 1.458 | ‒ 411 | 1.072 | ‒ 817 | ‒ 728 | ‒ 584 | 1.947 | ‒ 11.472 | 20.603 | ||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 88.159 | 69.608 | 60.080 | 69.450 | 54.545 | 54.225 | 54.251 | 55.857 | 53.722 | 54.579 | 53.712 | 54.155 | 51.943 | 69.237 | 41.663 | |
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 17.483 | 2.090 | 1.460 | 1.199 | 1.491 | 1.045 | 1.035 | 1.036 | 1.024 | 1.017 | 1.039 | 1.027 | 1.029 | 979 | 1.226 | 786 |
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Zeetoegang Ijmond | 1.426 | 1.426 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 3.516 | 1.460 | 1.199 | 1.491 | 1.045 | 1.035 | 1.036 | 1.024 | 1.017 | 1.039 | 1.027 | 1.029 | 979 | 1.226 | 786 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS | 91.675 | 71.068 | 61.279 | 70.941 | 55.590 | 55.260 | 55.287 | 56.881 | 54.739 | 55.618 | 54.739 | 55.184 | 52.922 | 70.463 | 42.449 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN | 408.377 | 397.138 | 450.094 | 460.551 | 444.102 | 440.092 | 438.009 | 401.089 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 420 | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN | 408.797 | 397.138 | 450.094 | 460.551 | 444.102 | 440.092 | 438.009 | 401.089 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | 400.347 | |
EZ: Delta Rijn Corridor | 200 | 100 | 100 | |||||||||||||
EZ: MIVSP-1 IK 2024 | 2.682 | 2.682 | ||||||||||||||
EZ: MIVSP-2 deel 2 | 15.604 | 1.152 | 2.363 | 1.827 | 1.828 | 3.712 | 1.985 | 2.737 | ||||||||
Klimaatneutrale en circulaire organisatie (KCO) | 322 | 81 | 81 | 73 | 58 | 29 | ||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 314.508 | 20.943 | 20.289 | 21.949 | 22.311 | 21.817 | 21.729 | 21.630 | 20.515 | 20.475 | 20.475 | 20.475 | 20.475 | 20.475 | 20.475 | 20.475 |
Maritiem Informatieknooppunt | 4.526 | 146 | 584 | 292 | 292 | 292 | 292 | 292 | 292 | 292 | 292 | 292 | 292 | 292 | 292 | 292 |
Nachtelijke bediening op de Maas en Brabantse kanalen | 900 | 900 | ||||||||||||||
Rijksbrede Apparaatstaakstellingen Hoofdlijnenakkoord | ‒ 54.698 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | ‒ 3.907 | |
Toekomstbestendige kruising Hollands Diep | 26 | 26 | ||||||||||||||
Toevoeging CA-middelen RWS Instandhouding | 97.115 | 48.943 | 48.172 | |||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 25.130 | 20.410 | 20.234 | 20.582 | 21.943 | 20.099 | 20.752 | 65.843 | 65.032 | 16.860 | 16.860 | 16.860 | 16.860 | 16.860 | 16.860 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN | 433.927 | 417.548 | 470.328 | 481.133 | 466.045 | 460.191 | 458.761 | 466.932 | 465.379 | 417.207 | 417.207 | 417.207 | 417.207 | 417.207 | 417.207 | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2024 Hoofdvaarwegennet | 1.376.956 | 1.453.489 | 1.845.887 | 1.322.825 | 1.281.452 | 1.338.227 | 1.237.096 | 957.785 | 998.596 | 961.095 | 1.053.594 | 1.119.696 | 1.171.900 | 988.356 | 920.380 | |
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2024 Hoofdvaarwegennet | 1.378.717 | 1.318.863 | 1.817.042 | 1.330.670 | 1.404.448 | 1.278.356 | 1.275.163 | 825.542 | 1.044.182 | 1.040.114 | 1.123.795 | 1.117.487 | 1.142.259 | 1.008.452 | 917.662 | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Hoofdvaarwegennet | 1.397.451 | 1.406.135 | 1.608.559 | 1.563.631 | 1.524.587 | 1.453.779 | 1.261.123 | 1.318.691 | 1.527.415 | 1.162.583 | 1.112.087 | 1.151.417 | 1.191.589 | 1.141.032 | 922.186 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 15.09 Ontvangsten | 21.757 | 10.756 | 1.781 | 240 | 240 | 275 | 155 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 15.786 | 2.405 | 1.304 | 461 | 7.598 | ‒ 125 | 608 | |||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 15.09 Ontvangsten | 37.543 | 13.161 | 3.085 | 701 | 7.838 | 150 | 763 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | |
Bijdrage derden Ontvangsten | 122 | 122 | ||||||||||||||
Toekomst Visie Waal | 1.904 | 1.904 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 2.026 | |||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 15.09 Ontvangsten | 39.569 | 13.161 | 3.085 | 701 | 7.838 | 150 | 763 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2024 Hoofdvaarwegennet | 21.757 | 10.756 | 1.781 | 240 | 240 | 275 | 155 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | |
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2024 Hoofdvaarwegennet | 37.543 | 13.161 | 3.085 | 701 | 7.838 | 150 | 763 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Hoofdvaarwegennet | 39.569 | 13.161 | 3.085 | 701 | 7.838 | 150 | 763 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 | 150 |
Toelichting
Budgetoverheveling verduurzaming gebouwen
Dit betreft een budgetoverheveling van de reservering voor verduurzaming gebouwen naar RWS in het benodigde ritme van 2025-2037
Defensie: ETV Noord en betonningsvaartuigen
De Kustwacht Nederland regelt namens haar opdrachtgever IenW/RWS noodsleephulp en betonning op de Noordzee. De betreffende schepen (waaronder ETV Noord) huurt de Kustwacht bij de Rijksrederij. Deze bijdrage is voor het verschil tussen de structurele bijdrage van IenW en het tarief in 2024 voor deze schepen
Defensie: ETV Zuid en Midden
Vanaf 2021 is de noodsleephulp op de Noordzee door de Kustwacht Nederland namens haar opdrachtgever IenW/RWS uitgebreid om de veiligheid ten behoeve van Windenergie op Zee te waarborgen. De betreffende schepen (ETV Zuid en ETV Midden) huurt de Kustwacht bij de Rijksrederij. Dit bedrag betreft de bijdrage van IenW aan deze kosten.
Defensie: VOZ
Voor het project Verkeersbeeld op Zee (VOZ) deel 1 boekt IenW over de periode 2024 t\/m 2029 totaal € 21,9 miljoen over naar Defensie.
Dekking Hoofdvaarwegen MF: Afronding NoMo AOV
RWS heeft het programma NoMo AOV (Nota Mobiliteit Achterstallig onderhoud Vaarwegen) afgerond. Het nog beschikbare budget (€ 19,2 miljoen) is weer teruggestort aan de opdrachtgever DGLM en beschikbaar gesteld aan de generieke investeringsruimte.
Dekking Hoofdvaarwegen MF: Dynamisch Verkeersmanagement
In 2015 is decharge verleend voor dit project en de laatste werkzaamheden zijn zijn in 2022 uitgevoerd. Met deze mutatie wordt het restbudget (€ 1,1 miljoen) teruggeboekt naar de generieke investeringsruimte.
Dekking Hoofdvaarwegen MF: Twentekanalen fase 2
Een eeder gemelde tegenvaller blijkt toch lager uit te vallen dan op voorhand gedacht vanwege een lagere CROW index en een aantal contractwijzigingen. Het vrijgekomen budget (€ 8,0 miljoen) wordt teruggeboekt naar de generieke investeringsruimte.
EZ: Maritieme Maakindustrie (MMI)
IenW boekt over de periode 2024 ‒ 2025 in totaal Euro € 10 miljoen over naar de EZ-begroting ten behoeve van het maritiem innovatieprogramma zoals afgesproken in de sectoragenda voor de Maritieme Maakindustrie waarover EZ de regie zal voeren.
EZ: MIVSP-II deel 2 (Onderhoud en Vernieuwing)
MIVSP-2 deelopdracht 2 betreft het leveren van (sensor) diensten binnen het programma Wind op Zee. Van de totale bijdrage komt € 42 miljoen (ca. 35%) tenlaste van IenW (nautische sensoren - waarborgen scheepvaartveiligheid), € 52,9 miljoen (ca. 44%) wordt door EZ gedekt (sensoren ten behoeve van het functioneren van het windpark en ecologie) en de bijdrage van LVVN bedraagt € 25 miljoen (ca. 21%) ten behoeve van het Programmaplan Realisatie Digitale Ecologische Monitoring Noordzee. Met deze laatste scope uitbreiding wordt ook LVVN mede opdrachtgever van het MIVSP-programma. Alle bedragen zijn door EZ opgehaald en worden via deze overboeking naar RWS overgeboekt.
EZ: MIVSP-II 2e module (Ontwikkeling)
IenW boekt over de periode 2025 tot en met m 2030 totaal € 19,3 miljoen over naar EZ. Dit budget is voor werkzaamheden van RWS in het kader van de tweede module van de opdracht Maritiem Informatievoorzieningen Service Punt (MIVSP) II, specifiek gaat het over de nautische sensoren in de windparken in IJmuiden Ver voor de jaren 2025 tot en met 2030 zijn de het IenW-aandeel in deze opdracht. Ook wordt de eerste module (Hollandse Kust (west) verlengd met een jaar tot en met 2030. EZ zal deze middelen vervolgens samen met de eigen bijdrage overboeken aan RWS als onderdeel van de opdrachtverlening voor MIVSP-II voor wat betreft de betreffende werkzaamheden.
EZ: MIVSP-II deel 2 (Netwerkgebonden kosten)
MIVSP-2 deelopdracht 2 betreft het leveren van (sensor) diensten binnen het programma Wind op Zee. Van de totale bijdrage draagt IenW, € 42 miljoen bij.
HXII: Overboekingen
Dit betreft overboekingen tussen HXII en het MF voor: Walstroom Rijksligplaatsen (€ 18,9 miljoen), Digitale Transport Strategie (- € 0,5 miljoen) en Topsector Logistiek (- € 3,5 miljoen).
Kaderruilen 2024
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Kasschuiven Hoofdvaarwegennet
Er zijn op dit artikel budgetneutrale kasschuiven ingediend om de programmering sluitend te krijgen.
Loon- en Prijsbijstelling 2024
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling tranche 2024 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Gerrit Krolbrug
Betreft meerkosten voor het verplaatsen van ligplaatsen en aanvullende (veiligheids) maatregelen tijdens de bouw van een tijdelijke brug. Dekking is gevonden binnen het MF.
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Houtrakpolder
Betreft een MIRT onderzoek naar de ontwikkeling van de Houtrakpolder (havendok en piekwaterberging) wegens politiek/bestuurlijke toezegging. Dekking is gevonden binnen het MF.
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Paddepoelsterbrug
In het BO MIRT van 2020 is afgesproken dat de gemeente Groningen de nieuwe Paddepoelsterbrug zal gaan bouwen en dat het Rijk hiervoor taakstellend € 8,6 miljoen ter beschikking zal stellen. De afgelopen jaren heeft de gemeente nader onderzoek uitgevoerd naar de brug en de conclusie getrokken dat de brug niet voor dit bedrag gebouwd kan worden. Hierom wordt 10 miljoen extra budget aangevraagd. Dekking is gevonden binnen het MF.
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Maasroute fase 2 (Julianakanaal)
Naar aanleiding van het besluit van de minister om de gevaarlijke situatie op het Julianakanaal op korte termijn op te lossen zijn er op korte termijn extra financiële middelen nodig (€ 55 miljoen).
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Tegenvallers HVWN
Door gewijzigde wet- en regelgeving worden er nieuwe en aanvullende eisen gesteld aan onderzoek en vergunningsverlening voor baggerwerk. Dekking is gevonden binnen het MF.
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Vaargeul Boontjes
Het afgelopen jaar zijn er onderzoeken uitgevoerd in aanloop naar het besluit over de onderhoudsdiepte van de vaargeul de Boontjes. De onderzoekscommissie adviseert de vaargeul deBoontjes gedurende de resterende planperiode t/m 2027 op een diepte van 3.80m– NAP te onderhouden en er dient aanvullend onderzoek te worden uitgevoerd. Deze diepte zit niet in BKN. Dekking is gevonden binnen het MF.
Opgave Hoofdvaarwegen MF: Zeetoegang Ijmond
Wegens lagere ontvansten vanuit het havenbedrijf en de gemeente Amsterdam wordt met deze mutatie budget toegevoegd aan het project Zeetoegang Ijmond. RWS heeft geen invloed gehad op het onderhandelingsresultaat tussen DGLM en het havenbedrijf en de gemeente Amsterdam. Dekking is gevonden binnen het MF.
Overboeking PMR naar HVWN deel reservering PMR
Project Mainport Rotterdam (PMR) wordt per 2025 volledig overgeboekt van artikel 17 naarartikel 15. Dit betreft het deel dat wordt overgeboekt naarde nieuwe budgetplaats reservering PMR.
Prijsstijgingen Hoofdvaarwegennet
Dit betreft een overboeking van artikel 11 naar de projectbudgetten op artikel 15 wat betreft excessieve prijsstijgingen. Het gaat onder andere om VenR projecten, Beheer & Onderhoud projecten, Tilburg 3, Nieuwe Sluis Terneuzen (NST) sluis II Wilhelminakanaal en MOC kustwacht.
Rijksbrede Apparaatstaakstellingen Hoofdlijnenakkoord (HLA)
In het HLA is een Rijksbrede taakstelling van gemiddeld 20 procent op de apparaatsbudgetten voorgesteld. Voor RWS geldt er ook een taakstelling. Dit is verwerkt in de begroting van het Mobiliteitsfonds op het apparaatsbudget van RWS artikelonderdeel 15.06.
SPUK naar GF en PF met 10% budgetkorting
In het HLA is een budgetkorting van 10 procent op de Specifieke uitkeringen (SPUKs) opgenomen die overgeheveld wordt naar het Gemeente- en Provinciefonds. Dit is verwerkt in de begroting van het Mobiliteitsfonds op artikelonderdeel 15.03 Ontwikkeling.
Artikel 17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam | 1.122 | 1.095 | 1.159 | 1.523 | 2.095 | 969 | 969 | 969 | 969 | 58.607 | ||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 597 | 881 | ‒ 369 | ‒ 647 | ‒ 419 | ‒ 379 | ‒ 444 | ‒ 444 | ‒ 604 | ‒ 23.304 | ||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam | 525 | 1.976 | 790 | 876 | 1.676 | 590 | 525 | 525 | 365 | 35.303 | ||||||
Integrale Rapportage PMR | ‒ 900 | ‒ 100 | ‒ 100 | ‒ 100 | ‒ 100 | ‒ 100 | ‒ 100 | ‒ 100 | ‒ 100 | ‒ 100 | ||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 1.304 | 1.304 | ||||||||||||||
Onderhoud Brielsemeerleiding | ‒ 378 | ‒ 126 | ‒ 126 | ‒ 126 | ||||||||||||
Overboeking PMR | ‒ 40.382 | ‒ 1.500 | ‒ 400 | ‒ 400 | ‒ 1.200 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 200 | ‒ 36.282 | |||||||
Spanjaards Duin | ‒ 2.270 | ‒ 250 | ‒ 290 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 290 | ‒ 225 | ‒ 225 | ‒ 265 | ‒ 225 | ||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ‒ 1.976 | ‒ 790 | ‒ 876 | ‒ 1.676 | ‒ 590 | ‒ 525 | ‒ 525 | ‒ 365 | ‒ 35.303 | |||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 17.06 Project Mainportontwikkeling Rotterdam | 525 | |||||||||||||||
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 17.07 ERMTS | 161.980 | 221.812 | 125.816 | 158.998 | 302.782 | 436.615 | 256.896 | 316.330 | 142.998 | 25.537 | 25.537 | 25.537 | 116.030 | 10.933 | ||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 96.844 | ‒ 150.068 | 15.260 | 13.625 | 26.107 | ‒ 107.407 | 123.500 | ‒ 89.969 | 47.700 | 58.433 | 72.919 | 509 | ‒ 26.923 | 22.814 | ||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 17.07 ERMTS | 65.136 | 71.744 | 141.076 | 172.623 | 328.889 | 329.208 | 380.396 | 226.361 | 190.698 | 83.970 | 98.456 | 26.046 | 89.107 | 33.747 | ||
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024 | 0 | ‒ 78.000 | 68.000 | 10.000 | ||||||||||||
Kaderruilen 2024 | 0 | 134.716 | 136.679 | 124.024 | 66.890 | ‒ 189.118 | ‒ 163.953 | ‒ 35.000 | ‒ 47.437 | 48.210 | 25.797 | ‒ 3.000 | ‒ 71.907 | ‒ 30.900 | 5.000 | |
Kasschuiven 2024 ERTMS | 0 | ‒ 55.000 | ‒ 50.000 | ‒ 1.000 | ‒ 32.000 | ‒ 282.573 | ‒ 181.791 | ‒ 45.000 | 102.030 | 200.000 | 200.000 | 145.334 | ||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 66.608 | 454 | 45.799 | 17.067 | 79 | 1.442 | 1.767 | |||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 134.716 | 59.133 | 69.024 | 16.890 | ‒ 144.319 | ‒ 195.953 | ‒ 214.573 | ‒ 199.724 | ‒ 92.358 | 48.210 | 25.797 | 100.472 | 138.093 | 169.100 | 152.101 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 17.07 ERMTS | 199.852 | 130.877 | 210.100 | 189.513 | 184.570 | 133.255 | 165.823 | 26.637 | 98.340 | 132.180 | 124.253 | 126.518 | 227.200 | 202.847 | 152.101 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 17.08 ZuidasDok | 191.920 | 293.870 | 257.521 | 311.875 | 294.567 | 231.097 | 187.097 | 243.725 | 174.224 | 196.313 | 0 | 0 | 2.514 | |||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 24.948 | ‒ 24.228 | 29.251 | 47.658 | 63.768 | 58.596 | 103.987 | ‒ 41.555 | ‒ 8.370 | ‒ 53.609 | 17.015 | 4.000 | 1.486 | 16.000 | ||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 17.08 ZuidasDok | 166.972 | 269.642 | 286.772 | 359.533 | 358.335 | 289.693 | 291.084 | 202.170 | 165.854 | 142.704 | 17.015 | 4.000 | 4.000 | 16.000 | ||
Actualisatie Zuidasdok | 318 | 318 | ||||||||||||||
Bijdragen derden Zuidasdok | 893 | 893 | ||||||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 77.702 | 5.041 | 8.140 | 8.657 | 10.855 | 10.818 | 8.746 | 8.787 | 6.104 | 5.007 | 4.308 | 514 | 121 | 121 | 483 | |
Meerjaring vast onderhoud voor West Nederland Noord | 8.036 | 8.036 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 14.288 | 8.140 | 8.657 | 10.855 | 10.818 | 8.746 | 8.787 | 6.104 | 5.007 | 4.308 | 514 | 121 | 121 | 483 | ||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 17.08 ZuidasDok | 181.260 | 277.782 | 295.429 | 370.388 | 369.153 | 298.439 | 299.871 | 208.274 | 170.861 | 147.012 | 17.529 | 4.121 | 4.121 | 16.483 | ||
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer | 183.274 | 202.164 | 250.686 | 283.175 | 247.207 | 359.691 | 146.641 | 194.161 | 47.570 | 95.869 | 82.753 | 43.232 | 115.879 | 58.062 | ||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 48.186 | ‒ 76.741 | 22.521 | 14.095 | 26.107 | ‒ 77.407 | 123.500 | ‒ 89.969 | 47.701 | 58.434 | 72.920 | 509 | ‒ 26.923 | 22.814 | ||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer | 135.088 | 125.423 | 273.207 | 297.270 | 273.314 | 282.284 | 270.141 | 104.192 | 95.271 | 154.303 | 155.673 | 43.741 | 88.956 | 80.876 | ||
Prijsstijgingen PHS | 103.000 | 6.000 | 6.000 | 11.000 | 16.000 | 18.000 | 19.000 | 16.000 | 11.000 | |||||||
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024 | 0 | ‒ 52.000 | 52.000 | |||||||||||||
Kaderruilen 2024 | 0 | 16.726 | 13.297 | ‒ 33.714 | ‒ 60.637 | ‒ 41.314 | ‒ 23.616 | ‒ 175.000 | 73.161 | 109.480 | 121.615 | |||||
Kasschuiven 2024 PHS | 17.044 | 1.000 | ‒ 42.956 | ‒ 56.000 | ‒ 2.000 | ‒ 58.000 | ‒ 50.000 | 131.939 | ‒ 36.448 | ‒ 56.274 | 185.783 | |||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 76.338 | 11 | 459 | 1.167 | 3.712 | 22.004 | 240 | 5.341 | 10.032 | 13.906 | 19.466 | |||||
Meerkosten PHS Amsterdam CS | 9.680 | 9.680 | ||||||||||||||
Opgave Spoorwegen MF: Seinenproblematiek | 31.356 | 2.000 | 7.000 | 10.000 | 12.356 | |||||||||||
Overboeking van Reservering PHS naar Planuitwerking PHS | 150.000 | 150.000 | ||||||||||||||
Stallingen Oostelijke Sporen | 44.120 | 6.300 | 7.500 | 6.500 | 6.000 | 6.000 | 6.000 | 5.820 | ||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 31.037 | ‒ 17.203 | ‒ 48.711 | ‒ 81.114 | ‒ 15.602 | ‒ 34.612 | ‒ 940 | 16.341 | 10.032 | 13.906 | 92.627 | 241.419 | 94.847 | ‒ 56.274 | 185.783 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 17.10 Programma Hoogfrequent Spoorvervoer | 166.125 | 108.220 | 224.496 | 216.156 | 257.712 | 247.672 | 269.201 | 120.533 | 105.303 | 168.209 | 248.300 | 285.160 | 183.803 | 24.602 | 185.783 | |
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2024 Megaprojecten Verkeer en Vervoer | 538.296 | 718.941 | 635.182 | 755.571 | 846.651 | 1.028.372 | 591.603 | 755.185 | 365.761 | 376.326 | 108.290 | 68.769 | 234.423 | 68.995 | ||
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2024 Megaprojecten Verkeer en Vervoer | 367.721 | 468.785 | 701.845 | 830.302 | 962.214 | 901.775 | 942.146 | 533.248 | 452.188 | 416.280 | 271.144 | 73.787 | 182.063 | 130.623 | ||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Megaprojecten Verkeer en Vervoer | 547.762 | 516.879 | 730.025 | 776.057 | 811.435 | 679.366 | 734.895 | 355.444 | 374.504 | 447.401 | 390.082 | 415.799 | 415.124 | 243.932 | 337.884 | |
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 17.09 Ontvangsten | 58.817 | 65.224 | 59.894 | 75.058 | 72.261 | 56.569 | 107.674 | 60.955 | 52.414 | 53.918 | ||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 1.263 | 5.511 | 21.814 | ‒ 7.890 | 14.827 | 10.836 | ‒ 34.779 | 19.828 | ‒ 14.343 | 2.153 | ||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 17.09 Ontvangsten | 60.080 | 70.735 | 81.708 | 67.168 | 87.088 | 67.405 | 72.895 | 80.783 | 38.071 | 56.071 | ||||||
Bijdrage derden Impactanalyse hellinghoek fietspad Riekenweg | 31 | 31 | ||||||||||||||
Bijdrage derden Impactanalyse Nieuwe A2 | 255 | 255 | ||||||||||||||
Bijdrage derden NS aan Zuidasdok | 2.923 | 2.923 | ||||||||||||||
Correctie ontvangsten derden | ‒ 2.316 | ‒ 2.316 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 893 | |||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 17.09 Ontvangsten | 60.973 | 70.735 | 81.708 | 67.168 | 87.088 | 67.405 | 72.895 | 80.783 | 38.071 | 56.071 | ||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2024 Megaprojecten Verkeer en Vervoer | 58.817 | 65.224 | 59.894 | 75.058 | 72.261 | 56.569 | 107.674 | 60.955 | 52.414 | 53.918 | ||||||
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2024 Megaprojecten Verkeer en Vervoer | 60.080 | 70.735 | 81.708 | 67.168 | 87.088 | 67.405 | 72.895 | 80.783 | 38.071 | 56.071 | ||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Megaprojecten Verkeer en Vervoer | 60.973 | 70.735 | 81.708 | 67.168 | 87.088 | 67.405 | 72.895 | 80.783 | 38.071 | 56.071 |
Toelichting
Actualisatie Zuidasdok
Dit betreft een actualisatie voor het programma Zuidasdok.
Bijdrage derden NS aan Zuidasdok
Dit betreft de bijstelling voor het verschil tussen IBOI 2023 en CPI op bijdrage NS (Derden). CPI was in 2023 hoger dan IBOI, dit verschil wordt door NS aan project vergoed.
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024
Dit betreft de kaderaanpassing bij ERTMS die over de gehele looptijd van het fonds budgetneutraal is.
Kaderruilen 2024
Er zijn kaderruilen doorgevoerd om de overprogrammering in een beheersbaar ritme te krijgen en om de programmering en budgetten te verdelen tussen de modaliteiten om ontstane negatieve kaderstanden op artikelonderdelen op te lossen. Over alle jaren is dit per saldo budgettair neutraal voor de modaliteiten.
Kasschuiven ERTMS
Er zijn op dit artikelonderdeel budgetneutrale kasschuiven ingediend om de programmering sluitend te krijgen.
Kasschuiven PHS
De scope en budget benodigd voor maatregelen bij het emplacement Eindhoven (deelproject Eindhoven Oost Wisselverbinding) is onderdeel van het project Eindhoven - Düsseldorf (Grensoverschrijdend Spoorvervoer). In verband met de raakvlakken met PHS en om de productstap Breda-Eindhoven tijdig mogelijk te maken, wordt deze scope en het bijbhorende budget overgeheveld naar PHS.
Loon- en prijsbijstelling 2024
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling 2024 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
Meerjaring vast onderhoud voor West Nederland Noord
Op verzoek beheerder wordt het meerjarig onderhoud toegevoegd aan de scope. Het betreft hier de uitvoeringskosten.
Meerkosten PHS Amsterdam CS
In de definitieve ontwerpen voor PHS was de Amstelpassage een bouwterrein. Met de keuze voor de Amstelpassage als locatie voor security- en paspoortcontrole voorzieningen op Amsterdam Centraal, moet deze ruimte worden vrijgemaakt door ProRail. Derhalve is bij de keuze voor de Amstelpassage een risicoreservering gemaakt voor de risico’s die samenhangen met de onderhoudswerkzaamheden aan Amsterdam Centraal. De kosten die ProRail nu voorziet bedragen in totaal € 9,68 miljoen (inclusief btw). Het gaat om opgelopen ontwerp- en personeelskosten, met name noodzakelijke aanpassingen aan het definitiefontwerp voor PHS Amsterdam Centraal en extra bouwkosten door uitplaatsing commerciële units (in plaats van in de Amstelpassage).
Opgave Spoorwegen MF: Seinenproblematiek
Voor twee projecten (emplacement Den haag Centraal en PHS Tilburg) in realisatie is in het spoorontwerp rekening gehouden met seinen Nieuwe Generatie. ProRail heeft echter deze seinen niet veilig verklaard. Daardoor moeten voor deze projecten de ontwerpen worden herzien en moet er een beroep wordengedaan op de leverancier van de oude seinen. Om de uitvoering van de projecten in realisatie niet stil te laten vallen, is aanvullend budget nodig. Daarom wordt € 85 miljoen uit de vrije investeringsruimte verdeeld en overgeheveld naar PHS Den Haag Centraal en Kleine projecten.
Overboeking van Reservering PHS naar Planuitwerking PHS
In het Directeuren Overleg van 12 maart 2024 is ingestemd om in verband met het optreden van excessieve prijsstijgingen (verschil IBOI en CBS index en concrete aanbestdingstegenvallers) een aanvullende subsidieaanvraag in te dienen voor PHS Meteren Boxtel. De dekking vindt plaats uit de risicoreserving excessieve prijsstijgingen.
Prijsstijgingen PHS
In verband met excessieve prijsstijgingen bij de diverse deelprojecten is aanvullend budget toegevoegd aan het projectbudget van PHS Planuitwerking.
Stallingen Oostelijke Sporen
IenW heeft in overleg met ProRail (DO PHS) besloten om een deel van de scope Amsterdam CS, de stallingen onder de oostelijke sporen (SOOS) binnen het programma ‘Fietsparkeren bij Stations’ over te hevelen naar het PHS project ‘Amsterdam Centraal waardoor de werkzaamheden efficienter kunnen worden uitgevoerd.
Artikel 18 Overige uitgaven en ontvangsten
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 18.06 Externe veiligheid | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 3.298 | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 18.06 Externe veiligheid | 3.298 | |||||||||||||||
Loon- en Prijsbijstelling 2024 | 100 | 100 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 100 | |||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 18.06 Externe veiligheid | 3.398 | |||||||||||||||
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverstijgende kosten | 21.491 | |||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 10.000 | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverstijgende kosten | 11.491 | |||||||||||||||
DF: Overboeking Eigen Vermogen RWS | ‒ 951 | ‒ 951 | ||||||||||||||
HXII: Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing- crisiscentrum | ‒ 1.150 | ‒ 1.150 | ||||||||||||||
HXII: Terugboeking afgeroomd Eigen Vermogen RWS | 425 | 425 | ||||||||||||||
Kasschuif Eigen Vermogen RWS | 0 | ‒ 3.005 | 1.007 | 861 | 714 | 423 | ||||||||||
Klimaatneutrale en circulaire organisatie (KCO) | ‒ 4.012 | ‒ 1.007 | ‒ 1.007 | ‒ 861 | ‒ 714 | ‒ 423 | ||||||||||
Overboeking Eigen Vermogen RWS MF | ‒ 5.803 | ‒ 5.803 | ||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ‒ 11.491 | |||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverstijgende kosten | 0 | |||||||||||||||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2024 Overige uitgaven en ontvangsten | 21.491 | |||||||||||||||
Totaal Uitgaven stand eerste suppletoire wet 2024 Overige uitgaven en ontvangsten | 14.889 | |||||||||||||||
Totaal Uitgaven stand ontwerpbegroting 2025 Overige uitgaven en ontvangsten | 3.398 | |||||||||||||||
Ontwerpbegroting 205 artikelonderdeel 18.09 Ontvangsten | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 4 | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 18.09 Ontvangsten | 4 | |||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 18.09 Ontvangsten | 4 | |||||||||||||||
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen | ||||||||||||||||
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | 427.220 | |||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen | 427.220 | |||||||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | ||||||||||||||||
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen | 427.220 | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2024 Overige uitgaven en ontvangsten | ||||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2024 Overige uitgaven en ontvangsten | 427.224 | |||||||||||||||
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Overige uitgaven en ontvangsten | 427.224 |
Toelichting
HXII: Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing- crisiscentrum (€ 1,15 miljoen)
De AV-installatie en inrichting van het Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing (DCC)-crisiscentrum in Rijkskantoor Rijnstraat 8 Den Haag dient te worden vervangen. Er wordt € 1,15 miljoen van het Eigen Vermogen ingezet om dit te bewerktstelligen. De middelen worden overgeboekt naar de beleidsbegroting HXII.
HXII: Terugboeking afgeroomd Eigen Vermogen RWS
Vanuit de beleidsbegroting HXII wordt 425k van de € 5 miljoen EV die met VJN 24 was overgeboekt naar HXII weer teruggeboekt.
Klimaatneutrale en Circulaire Organisaties (KCO)
Er is € 4 miljoen ingezet voor Klimaatneutrale en Circulaire Organisatie (KCO), waarbij er uitwerking kan worden gegeven aan de ambitie om de bedrijfsvoering rijksbreed te verduurzamen conform het Programma ‘Denk Doe Duurzaam’. Hier gaat ook een kasschuif mee gepaard.
Overboeking EV RWS generieke investeringsruimte Mobiliteitsfonds en Deltafonds
Er wordt € 3,8 miljoen overgeboekt naar de generieke investeringsruimte 11.04 op het MF en € 0,95 miljoen van het Eigen Vermogen RWS gaat naar de generieke investeringsruimte op het Deltafonds toe.
Overboeking EV RWS iBLS
Er wordt € 2 miljoen gereserveerd voor de integrale overgang van het kas/verplichtingenstelsel naar het baten-lastenstelsel (het project iBLS) van RWS. De middelen worden overgeboekt naar een Risicoreservering op artikelonderdeel 11.04.
Artikel 19 Bijdragen andere begrotingen Rijk
Ontwerpbegroting 2024 artikelonderdeel 19.09 Ten laste van begroting IenW | 9.854.920 | 18.771.630 | 9.602.879 | 9.330.620 | 8.798.471 | 9.725.820 | 8.241.821 | 8.675.786 | 7.687.666 | 7.686.821 | 7.551.955 | 8.107.656 | 8.374.972 | 7.919.275 | 7.974.855 | |
Mutaties Voorjaarsnota 2024 | ‒ 875.957 | ‒ 9.670.716 | 506.400 | 517.434 | 670.306 | 127.819 | 1.312.913 | ‒ 658.821 | 368.325 | 461.885 | 597.316 | 53.315 | ‒ 227.703 | 175.021 | ‒ 471 | |
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 19.09 Ten laste van begroting IenW | 8.978.963 | 9.100.914 | 10.109.279 | 9.848.054 | 9.468.777 | 9.853.639 | 9.554.734 | 8.016.965 | 8.055.991 | 8.148.706 | 8.149.271 | 8.160.971 | 8.147.269 | 8.094.296 | 7.974.384 | |
Mutaties Nota van Wijziging eerste suppletoire begroting 2024 | ‒ 4.000 | ‒ 6.200 | ||||||||||||||
Stand eerste suppletoire wet 2024 artikelonderdeel 19.09 Ten laste van begroting IenW na Nota van Wijziging | 8.974.963 | 9.094.714 | 10.109.279 | 9.848.054 | 9.468.777 | 9.853.639 | 9.554.734 | 8.016.965 | 8.055.991 | 8.148.706 | 8.149.271 | 8.160.971 | 8.147.269 | 8.094.296 | 7.974.384 | |
BCF: SPUK Leiden | ‒ 58 | ‒ 58 | ||||||||||||||
BCF: Toegankelijkheid OV | ‒ 597 | ‒ 597 | ||||||||||||||
BZK: Woningbouwmiddelen | ‒ 1.975 | ‒ 475 | ‒ 375 | ‒ 375 | ‒ 375 | ‒ 375 | ||||||||||
Correctie Omvorming ProRail | 533.000 | 40.000 | 20.000 | 20.000 | 20.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 40.000 | 43.000 | 47.000 | 30.000 | 33.000 |
Defensie: ERTV Zuid-en Midden | ‒ 10.738 | ‒ 10.738 | ||||||||||||||
Defensie: ETV Noord en Betonningsvaartuigen | ‒ 4.011 | ‒ 4.011 | ||||||||||||||
Defensie: Maritiem Informatie Knooppunt Kustwacht | 365 | 73 | 292 | |||||||||||||
Defensie: Verkeersbeeld op Zee | ‒ 21.910 | ‒ 4.063 | ‒ 4.063 | ‒ 4.064 | ‒ 3.240 | ‒ 3.240 | ‒ 3.240 | |||||||||
DF: Overboeking Eigen Vermogen RWS | ‒ 951 | ‒ 951 | ||||||||||||||
EZ: Bijdrage TNO | ‒ 5.837 | ‒ 5.837 | ||||||||||||||
EZ: Delta Rijn Corridor | 400 | 200 | 200 | |||||||||||||
EZ: Geleiderail Zonnepark A37 | 9.000 | 5.400 | 3.600 | |||||||||||||
EZ: Maritieme Maakindustrie | ‒ 10.000 | ‒ 2.500 | ‒ 7.500 | |||||||||||||
EZ: MIVSP-1 IK 2024 | 2.682 | 2.682 | ||||||||||||||
EZ: MIVSP-2 deel 2 deel EZK | 19.517 | 2.349 | 4.308 | 4.428 | 2.016 | 2.171 | 1.661 | 2.584 | ||||||||
EZ: MIVSP-2 deel 2 deel I&W | ‒ 19.266 | ‒ 4.716 | ‒ 5.120 | ‒ 2.172 | ‒ 2.362 | ‒ 1.738 | ‒ 3.158 | |||||||||
EZ: MIVSP-2 deel 2 deel LVVN | 25.000 | 2.787 | 2.182 | 10.046 | 6.377 | 3.608 | ||||||||||
EZ: MIVSP-2 deel 2 RWS | 19.266 | 4.716 | 5.120 | 2.172 | 2.362 | 1.738 | 3.158 | |||||||||
EZ: MIVSP-2 deel 2 scope uitbreidingen EZK | 18.584 | 61 | 731 | 2.500 | 2.771 | 6.442 | 3.570 | 2.509 | ||||||||
EZ: Subsidie Topsector Logistiek | ‒ 300 | ‒ 300 | ||||||||||||||
EZ: Uitvoeringskosten Top Consortium Knowledge and Innovation | ‒ 250 | ‒ 250 | ||||||||||||||
FIN: CA-middelen BKN Spoor | 678.467 | 253.478 | 211.316 | 126.475 | 30.203 | 56.995 | ||||||||||
HXII: A2 Vonderen-Kerensheide | 4.923 | 4.923 | ||||||||||||||
HXII: Apparaat Tijdelijke Tolheffing | 1.124 | 343 | 781 | |||||||||||||
HXII: Apparaat Vrachtwagenheffing | 1.120 | 260 | 860 | |||||||||||||
HXII: Apparaat WoMo | ‒ 1.250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ‒ 250 | ||||||||||
HXII: Bijdrage Algemeen Strategisch Advies | 63 | 63 | ||||||||||||||
HXII: Campagne Kort Ritje dat is zo Gefietst | ‒ 2.000 | ‒ 2.000 | ||||||||||||||
HXII: Dekking Hoofdwegennet MF: Terugsluis Vrachtwagenheffing | 180.000 | 105.000 | 75.000 | |||||||||||||
HXII: Dekking Spoorwegen MF: Vrijval TVOV HXII | 10.000 | 10.000 | ||||||||||||||
HXII: Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing RWS | ‒ 1.150 | ‒ 1.150 | ||||||||||||||
HXII: Detachering Europese Commissie | 85 | 85 | ||||||||||||||
HXII: Digitale Transport Strategie | ‒ 480 | ‒ 480 | ||||||||||||||
HXII: Medewerker Goederenvervoer | 30 | 30 | ||||||||||||||
HXII: Nationaal Dataportaal Wegverkeer | 221 | 221 | ||||||||||||||
HXII: NS-tarieven | ‒ 42.000 | ‒ 42.000 | ||||||||||||||
HXII: Overboeking EOV naar Goederenvervoer | ‒ 7.000 | ‒ 7.000 | ||||||||||||||
HXII: Overboeking Marktordening | ‒ 500 | ‒ 500 | ||||||||||||||
HXII: Overboeking Toegankelijkheid OV | ‒ 300 | ‒ 300 | ||||||||||||||
HXII: Schoon Emissieloos Bouwen | ‒ 23.056 | ‒ 10.690 | ‒ 12.210 | ‒ 1.800 | ‒ 600 | 1.100 | 1.144 | |||||||||
HXII: Stichting Buisleidingen | ‒ 163 | |||||||||||||||
HXII: Subsidie Topsector Logistiek | ‒ 3.500 | ‒ 3.500 | ||||||||||||||
HXII: Terugboeking afgeroomd Eigen Vermogen RWS | 425 | 425 | ||||||||||||||
HXII: Uitvoeringskosten RVO | 1.250 | 1.250 | ||||||||||||||
HXII: Walstroom Rijksligplaatsen | 18.870 | 18.870 | ||||||||||||||
HXII: Wind in de Zeilen | ‒ 4.490 | ‒ 4.490 | ||||||||||||||
Kaderaanpassing Augustusbesluitvorming 2024 | 0 | ‒ 466.000 | ‒ 133.000 | ‒ 7.000 | 93.000 | 279.000 | 47.270 | 14.000 | 29.000 | 69.000 | 74.730 | |||||
Loon-en Prijsbijstelling 2024 | 4.850.486 | 324.334 | 332.151 | 317.234 | 309.422 | 293.045 | 327.430 | 327.430 | 327.430 | 327.430 | 327.430 | 327.430 | 327.430 | 327.430 | 327.430 | 327.430 |
PF: Toegankelijkheid OV | ‒ 18.842 | ‒ 18.842 | ||||||||||||||
Rijksbrede Apparaatstaakstellingen Hoofdlijnenakkoord | ‒ 175.014 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | ‒ 12.501 | |
SPUK naar GF en PF met 10% budgetkorting | ‒ 34.029 | ‒ 19.128 | ‒ 4.310 | ‒ 7.410 | ‒ 3.181 | |||||||||||
Mutaties Miljoenennota 2025 | 344.536 | ‒ 176.909 | 172.680 | 416.110 | 488.890 | 354.839 | 640.166 | 655.677 | 580.245 | 481.404 | 414.132 | 414.924 | 430.929 | 344.929 | 422.659 | |
Stand ontwerpbegroting 2025 artikelonderdeel 19.09 Ten laste van begroting IenW | 9.319.499 | 8.917.805 | 10.281.959 | 10.264.164 | 9.957.667 | 10.208.478 | 10.194.900 | 8.672.642 | 8.636.236 | 8.630.110 | 8.563.403 | 8.575.895 | 8.578.198 | 8.439.225 | 8.397.043 | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2024 Bijdragen andere begrotingen Rijk | 9.854.920 | 18.771.630 | 9.602.879 | 9.330.620 | 8.798.471 | 9.725.820 | 8.241.821 | 8.675.786 | 7.687.666 | 7.686.821 | 7.551.955 | 8.107.656 | 8.374.972 | 7.919.275 | 7.974.855 | |
Totaal Ontvangsten stand eerste suppletoire wet 2024 Bijdragen andere begrotingen Rijk | 8.974.963 | 9.094.714 | 10.109.279 | 9.848.054 | 9.468.777 | 9.853.639 | 9.554.734 | 8.016.965 | 8.055.991 | 8.148.706 | 8.149.271 | 8.160.971 | 8.147.269 | 8.094.296 | 7.974.384 | |
Totaal Ontvangsten stand ontwerpbegroting 2025 Bijdragen andere begrotingen Rijk | 9.319.499 | 8.917.805 | 10.281.959 | 10.264.164 | 9.957.667 | 10.208.478 | 10.194.900 | 8.672.642 | 8.636.236 | 8.630.110 | 8.563.403 | 8.575.895 | 8.578.198 | 8.439.225 | 8.397.043 |
Toelichting
Correctie Omvorming ProRail
Bij Voorjaarsnota 2024 zijn de middelen in het kader van de omvorming ProRail zowel aan de inkomsten- als de uitgavenkant technisch uit de Rijksbegroting gehaald, omdat de omvorming per 1 januari 2025 niet langer haalbaar is. Bij de technische verwerking hiervan is in de Voorjaarsnota 2024 abusievelijk een bedrag onttrokken aan het EOV-budget in plaats van aan het EOV-budget toegevoegd. Middels onderhevige mutatie wordt dit gecorrigeerd.
Defensie: ETV Noord en Betonningsvaartuigen
De Kustwacht Nederland regelt namens haar opdrachtgever IenW/RWS noodsleephulp en betonning op de Noordzee. De betreffende schepen (waaronder ETV Noord) huurt de Kustwacht bij de Rijksrederij. Deze bijdrage is voor het verschil tussen de structurele bijdrage van IenW en het tarief in 2024 voor deze schepen.
Defensie: ERTV Zuid- en Midden
Vanaf 2021 is de noodsleephulp op de Noordzee door de Kustwacht Nederland namens haar opdrachtgever IenW/RWS uitgebreid om de veiligheid ten behoeve van Windenergie op Zee te waarborgen. De betreffende schepen (ETV Zuid en ETV Midden) huurt de Kustwacht bij de Rijksrederij. Dit bedrag betreft de bijdrage van IenW aan deze kosten.
Defensie: Verkeersbeeld op Zee
Voor het project Verkeersbeeld op Zee (VOZ) deel 1 boekt IenW over de periode 2024 t/m 2029 totaal € 21,9 miljoen over naar Defensie.
EZ: Geleiderail Zonnepark A37
Het ministerie van EZ hevelt € 9 miljoen over naar de IenW-begroting als voorfinanciering van de kosten die RWS moet maken voor de aanleg van een geleiderail bij de A37 die nodig is in verband met de aanleg van een zonnepark daar.
EZ: Maritieme Maakindustrie
IenW boekt over de periode 2024 ‒ 2025 in totaal € 10 miljoen over naar de EZ-begroting ten behoeve van het maritiem innovatieprogramma zoals afgesproken in de sectoragenda voor de Maritieme Maakindustrie waarover EZ de regie zal voeren.
EZ: MIVSP-II deel 2 (Onderhoud en Vernieuwing)
MIVSP-2 deelopdracht 2 betreft het leveren van (sensor) diensten binnen het programma Wind op Zee. Van de totale bijdrage komt € 42 miljoen (ca. 35%) tenlaste van IenW (nautische sensoren - waarborgen scheepvaartveiligheid), € 52,9 miljoen (ca. 44%) wordt door EZ gedekt (sensoren ten behoeve van het functioneren van het windpark en ecologie) en de bijdrage van LVVN bedraagt € 25 miljoen (ca. 21%) ten behoeve van het Programmaplan Realisatie Digitale Ecologische Monitoring Noordzee. Met deze laatste scope uitbreiding wordt ook LVVN mede opdrachtgever van het MIVSP-programma. Alle bedragen zijn door EZ opgehaald en worden via deze overboeking naar RWS overgeboekt.
EZ: MIVSP-II 2e module (Ontwikkeling)
IenW boekt over de periode 2025 t\/m 2030 totaal € 19,3 miljoen over naar EZ. Dit budget is voor werkzaamheden van RWS in het kader van de tweede module van de opdracht Maritiem Informatievoorzieningen Service Punt (MIVSP) II. specifiek de nautische sensoren in de windparken in IJmuiden Ver voor de jaren 2025 t/m 2030. zijnde het IenW-aandeel in deze opdracht. Ook wordt de eerste module (Hollandse Kust (west) verlengd met een jaar tot en met 2030. EZ zal deze middelen vervolgens. samen met de eigen bijdrage. overboeken aan RWS CIV als onderdeel van de opdrachtverlening voor MIVSP-II voor wat betreft de betreffende werkzaamheden.
EZ: MIVSP-II deel 2 (Netwerkgebonden kosten)
MIVSP-2 deelopdracht 2 betreft het leveren van (sensor) diensten binnen het programma Wind op Zee. Van de totale bijdrage draagt IenW € 42,0 miljoen bij.
FIN: Aanvullende Post EOV-Spoor
Op de Aanvullende Post zijn vanuit het Coalitieakkoord Rutte-IV middelen gereserveerd voor de instandhouding op het spoor. Deze middelen worden bij de Ontwerpbegroting 2025 overgeboekt (€ 678 miljoen).
HXII: A2 Vonderen-Kerensheide
In het contract A2 Vonderen-Kerensheide zijn de geplande beheer en onderhoud en Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) werkzaamheden geïntegreerd opgedragen. Gaat om € 4,9 miljoen dat uit de beleidsbegroting HXII komt.
HXII: Apparaat
Dit betreffen diverse oveboekingen van de apparaatsbudgetten van Tijdelijke Tolheffing, Vrachtwagenheffing en Woningbouwmiddelen.
HXII: Campagne Kort Ritje dat is zo Gefietst
Dit betreft de overboeking naar HXII voor het uitvoeren van de campagne Kort Ritje dat is zo Gefietst inclusief bureau en mediakosten.
HXII: Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing- crisiscentrum
De AV-installatie en inrichting van het Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing (DCC)-crisiscentrum in Rijkskantoor Rijnstraat 8 Den Haag dient te worden vervangen. Er wordt € 1,15 miljoen van het Eigen Vermogen ingezet om dit te bewerktstelligen.
HXII: Dekking Hoofdwegennet MF: Terugsluis Vrachtwagenheffing
Dit betreft de dekkingsbron: terugsluis Vrachtwagenheffing van €180. Er valt € 10 miljoen vrij. Dit wordt ingezet voor de integrale opgave op het MF.
HXII: Dekking Spoorwegennet MF: Vrijval TVOV
Dit betreft de dekkingsbron: vrijval van de TVOV-middelen vanuit de beleidsbegroting HXII. Er valt € 10 miljoen vrij. Dit wordt ingezet voor de integrale opgave op het MF.
HXII: NS-tarieven
In 2025 zal een bedrag van € 42 miljoen vanuit de generieke investeringsruimte op het MF worden verstrekt aan de NS, zodat de in 2024 uitgestelde tariefsverhoging van 8,7% ook in 2025 gedeeltelijk kan worden voorkomen. De bijdrage vanuit IenW voorkomt in 2025 voor 1/3 de 8,7% tariefsverhoging uit 2024.
HXII: Overboeking EOV naar Goederenvervoer
De middelen voor de subsidieregeling maatregelen spoorgoederenvervoer 2024 van circa € 7 miljoen worden overgeboekt naar HXII.
HXII: Schoon Emissieloos Bouwen
Dit betreft een overboeking van de middelen voor Schoon en Emissieloos Bouwen in het kader van ProRail.
HXII: Subsidie Topsector Logistiek
Voor de subsidieregeling Topsector Logistiek 2025 wordt budget overgeboekt naar de beleidsbegroting HXII.
HXII: Walstroom Rijksligplaatsen
Naar aanleiding van het bijsturingsplan: Bronmaatregel Walstroom Zeevaart (Hordijk) wordt budget overgeboekt van HXII subsidie walstroom zeehavens naar het MF walstroom rijksligplaatsen.
HXII: Wind in de Zeilen
Dit betreft een overboeking naar HXII en behoeve van het NS ''Contractlijn Zeeland Wind in de Zeilen''. Het bedrag komt ten gunste van de uitbreiding van dienstregeling in Zeeland.
Loon- en Prijsbijstelling 2024
Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling 2024 die vanuit de begroting Hoofdstuk XII zijn overgeheveld naar de generieke investeringsruimte 11.04 van het Mobiliteitsfonds. Vanuit de investeringsruimte zijn de artikelonderdelen verhoogd met loon- en prijsbijstelling.
PF: Toegankelijkheid OV
Betreft een overboeking vanuit het MF voor de Decentrale Uitkering ter uitvoering van het bestuursakkoord Toegankelijkheid OV 2022-2032 aan de twaalf provincies.
Rijksbrede Apparaatstaakstellingen Hoofdlijnenakkoord (HLA)
In het HLA is een Rijksbrede taakstelling van gemiddeld 20 procent op de apparaatsbudgetten voorgesteld. Voor RWS geldt er ook een taakstelling. Dit is verwerkt in de begroting van het Mobiliteitsfonds op de op het apparaatsbudget van RWS artikelonderdelen 12.06 en 15.06. De middelen worden generaal afgeboekt vanuit artikel 19 op het MF.
SPUK naar GF en PF met 10% budgetkorting
In het HLA is een budgetkorting van 10 procent op de Specifieke uitkeringen (SPUKs) opgenomen die overgeheveld wordt naar het Gemeente- en Provinciefonds. Dit is verwerkt in de begroting van het Mobiliteitsfonds op artikelonderdelen 12.03, 14.03 en 15.03.
Bijlage 3: Overzichtsconstructie Kustwacht
De minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) is als coördinerend minister voor Noordzee-aangelegenheden verantwoordelijk voor het proces van totstandkoming geïntegreerd beleid voor de Noordzee en het Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht Nederland. De minister van Defensie is beheerder van de Kustwacht Nederland, wat betekent dat deze medeverantwoordelijk is voor het opstellen van het Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht alsmede voor de uitvoering daarvan met inzet van eigen en toegewezen mensen en middelen. Alle bij de Kustwacht Nederland betrokken ministeries behouden hun eigen wettelijke verantwoordelijkheden. Het integrale beleid en het daarvan afgeleide Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht waarover de Ministerraad beslist, worden zodanig concreet dat elke minister zich daarover in het parlement kan verantwoorden en vormen in feite een integraal contract tussen de verschillende departementen en de Kustwacht Nederland.
De overzichtsconstructie is gebaseerd op het «Gecombineerd Jaarplan voor de uitvoeringtaken door de Kustwacht» en wordt door IenW gepubliceerd in de rol van coördinerend ministerie. In de overzichtsconstructie wordt een onderscheid gemaakt in de uitgaven van de Kustwacht Nederland zelf (exploitatie personeel, exploitatie materieel en investering) en de uitgaven die de deelnemende departementen ten behoeve van de Kustwacht Nederland verrichten (kosten).
Defensie / CZSK / Kustwacht Nederland (uitgaven)
- Exploitatie personeel: Betreft het uitgavenbudget in beheer van de Kustwacht Nederland voor salarissen en overige personele uitgaven van alle Kustwacht Nederland medewerkers in dienst bij Defensie / CZSK.
- Exploitatie materieel: Betreft het uitgavenbudget in beheer van de Kustwacht Nederland. Defensie is beheerder van het Kustwachtcentrum (KWC). Het Kustwachtcentrum is het informatiecentrum van de Noordzee, waar het actuele beeld van (scheeps-)activiteiten, (veiligheids-)incidenten en verontreinigingen op de Noordzee beschikbaar is.
- Investering: Betreft onder andere de investeringen voor het Maritiem Operatie Centrum (MOC).
Uitgaven bij departementen (kosten):
Justitie en Veiligheid
- De inzet van de Politie (personeel) bestaande uit; liaison, boarding officers, medewerkershandhavingsdesk en medewerkers Maritiem Informatie Knooppunt.
- De inzet van Politie helikopters (materieel) op planning of afroep voor luchtwaarneming en spoedeisende zoekvluchten. De bedragen zijn afkomstig uit de begroting van de Nationale Politie.
Financiën
- De inzet van de Douane (personeel) bestaande uit; liaison, boarding officers, Aerial officers, medewerkers handhavingsdesk en medewerkers Maritiem Informatie Knooppunt.
Defensie
- De inzet van de Koninklijke Marine (personeel) bestaande uit; medewerker Maritiem Informatie Knooppunt, beheerskosten van Defensie en (materieel) inzet Mijnenbestrijdingsvaartuigen.
- De inzet van de Koninklijke Marechaussee (personeel) bestaande uit; liaison, boarding officers, Aerial officers en medewerkers Maritiem Informatie Knooppunt.
- De inzet van de Defensie Commando Materieel en IT (materieel) bestaande uit; exploitatiebudget voor ICT-middelen van de Kustwacht Nederland.
Infrastructuur en Waterstaat
- De inzet van ILT (personeel) bestaande uit; liaisons en handhavers.
- De inzet van Rijkswaterstaat (personeel) bestaande uit; liaisons en Aerial officers.
- De inzet van (materieel) in standhouden vaarwegmarkering, ERTV en betonningsvaartuigen, C2000/P2000 t.b.v. KNRM, BroNs/Pre-SAR. De bedragen zijn afkomstig uit de begroting van Rijkswaterstaat.
- Bijdrage voor Scheepvaartveiligheid Windenergie op Zee (materieel) om de veiligheid te waarborgen in en om de windenergieparken op de Noordzee.
Klimaat en Groene Groei
- De inzet van Staatstoezicht op de Mijnen (personeel) bestaande uit; inspecteurs.
Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- De inzet van de Nederlandse Voedsel en Waren Autoriteit (personeel) bestaande uit; liaison, boarding officers, Aerial officers, medewerkers handhavingsdesk en medewerkers Maritiem Informatie Knooppunt.
DEFENSIE / KUSTWACHT (Uitgaven): | ||||||||||
Defensie / Kustwacht | X | Uitvoering Kustwachttaken (exploitatie personeel) | Centrale coördinatie Kustwachttaken | 9.517 | 12.248 | 14.395 | 14.338 | 14.338 | 14.338 | 14.338 |
Defensie / Kustwacht | X | Uitvoering Kustwachttaken (exploitatie materieel) | Centrale coördinatie Kustwachttaken | 76.046 | 61.316 | 60.663 | 60.718 | 60.718 | 60.718 | 60.716 |
Defensie / Kustwacht | X | Uitvoering Kustwachttaken (investering) | Investeringen, o.a. t.b.v het MOC (COMMIT/JIVC en DLP) | 9.614 | 30.534 | 29.386 | 8.311 | 6.890 | 6.972 | 6.863 |
Subtotaal eigen uitgaven Kustwacht | 95.177 | 104.098 | 104.444 | 83.367 | 81.946 | 82.028 | 81.917 | |||
UITGAVEN BIJ DEELNEMENDE DEPARTEMENTEN (Kosten): | ||||||||||
Politie | VI | Inzet Politie personeel & helikopter | Algemene handhaving / wetgeving scheepvaartverkeer / bemanningcontrole | 1.717 | 2.064 | 2.064 | 2.064 | 2.064 | 2.064 | 2.064 |
Financiën | IX | Inzet Douane personeel | Fraudecontrole | 1.533 | 1.435 | 1.435 | 1.435 | 1.435 | 1.435 | 1.435 |
Defensie | X | Inzet KM personeel, beheerskosten, KMar personeel, ICT uitgaven bij COMMIT/JIVC en mijnenbestijdingsvaartuigen | Uitvoering grensbewaking / beheerskosten Defensie / mijnenbestrijding | 12.199 | 6.993 | 6.843 | 6.843 | 6.843 | 6.843 | 6.843 |
Infrastructuur en Waterstaat | XII | Inzet ILT personeel, RWS personeel, RWS materieel, ERTV/betonningsvaartuigen en Windenergie op Zee. | Bijdragen aan veilig vaarwater, handhaving via luchtsurveillance | 6.028 | 24.665 | 26.960 | 26.994 | 26.996 | 27.307 | 27.457 |
Klimaat en Groene Groei | XXIII | Inzet SodM-personeel | Staatstoezicht op de Mijnen | 35 | 29 | 35 | 35 | 35 | 35 | 35 |
Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur | XIV | Inzet NVWA-personeel | Visserijcontrole | 840 | 840 | 840 | 840 | 840 | 840 | 840 |
Subtotaal uitgaven bij deelnemende departementen | 22.352 | 36.026 | 38.177 | 38.211 | 38.213 | 38.524 | 38.674 | |||
Totale uitgaven ten behoeve van de Kustwacht | 117.529 | 140.124 | 142.621 | 121.578 | 120.159 | 120.552 | 120.591 |
Bijlage 4: Instandhouding
Het ministerie van IenW is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en instandhouding van het hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet, hoofdspoorweginfrastructuur en het hoofdwatersysteem. De netwerken beschermen ons tegen het water, dragen bij aan de economische ontwikkeling van ons land en zorgen ervoor dat mensen elkaar kunnen ontmoeten, goederen en diensten kunnen worden vervoerd en dat Nederland in verbinding staat met de rest van de wereld. In deze bijlage wordt toegelicht wat de vier netwerken omvatten en hoe de instandhouding van deze netwerken wordt aangepakt. Daarbij wordt ingegaan op de opgave van de toekomst, waaronder het basiskwaliteitsniveau en de ontwikkelingen met betrekking tot het ontwikkelplan assetmanagement. Ook zijn de overzichten met de beschikbare middelen voor instandhouding tot en met 2038 opgenomen.
Instandhouding van de netwerken
De Nederlandse infrastructuurnetwerken behoren tot de beste én meest intensief gebruikte netwerken ter wereld. Een goede instandhouding van netwerken is een randvoorwaarde voor de veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid van Nederland. Om dit zo te houden, borgen het kerndepartement en de uitvoeringsorganisaties Rijkswaterstaat (RWS) en ProRail systematisch de instandhouding van de netwerken over de gehele levenscyclus. De netwerken worden, naast het intensieve gebruik, gekenmerkt door inpassing in een sterk verstedelijkte delta. Daardoor omvatten de netwerken voorzieningen als beweegbare bruggen, tunnels, op- en afritten, geluidschermen, sluizen en stormvloedkeringen. Deze elementen zorgen voor netwerken met een hoog serviceniveau, maar vergen ook onderhoud. Figuren 7 en 8 illustreren de omvang van netwerken.
Figuur 7 Netwerken Rijkswaterstaat
Figuur 8 Netwerk ProRail
Scope van instandhouding
Bij instandhouding gaat het om het behouden van de huidige functie van de infrastructuur. De begrippen die hierbij in het Mobiliteitsfonds en Deltafonds worden gehanteerd zijn: exploitatie, onderhoud en vernieuwing infrastructuur:
- Tot het domein van de exploitatie behoren activiteiten (voorheen ‘beheer’) die gericht zijn op het reguleren van het gebruik: verkeersleiding en capaciteitsmanagement, verkeersmanagement en watermanagement;
- Onderhoud betreft de activiteiten die erop zijn gericht de beoogde (ontwerp)levensduur van de infrastructuur te realiseren;
- Vernieuwing (voorheen ‘vervanging en/of renovatie’) is gericht op het begin van een nieuwe levenscyclus van een nieuw object of het verlengen van de levensduur van het bestaande object. Het gaat bij vernieuwing expliciet niet om activiteiten die gericht zijn op toevoeging van functies of om aanleg van nieuwe of uitbreiding van bestaande infrastructuur (ontwikkeling).
Werkwijze Instandhouding
Bij de instandhouding van de netwerken staan de prestaties die deze netwerken moeten leveren en de doelmatigheid van instandhoudingswerkzaamheden centraal. Het zijn de prestaties – de beschikbaarheid, betrouwbaarheid, duurzaamheid en veiligheid van de infrastructuur – die de gebruikers direct ervaren. Over deze te leveren prestaties en de bijhorende budgetten maakt het kerndepartement van IenW afspraken met ProRail en RWS. De slijtage van de infrastructuur vanwege veroudering en gebruik in combinatie met deze afspraken vormen de basis van de instandhoudingswerkzaamheden die door ProRail en RWS jaarlijks worden uitgevoerd. Onderstaande aspecten geven samen een beeld van de systematische aanpak en daarmee hoe de programmering ten behoeve van de instandhouding van de Rijksinfrastructuur tot stand komt:
- De besluiten bij de ontwikkeling van nieuw areaal zijn het meest bepalend voor de budget- en capaciteitsbehoefte. Zowel voor de ontwikkelingskosten zelf, als de structurele instandhoudingskosten in de decennia daarna. Zo kost het instandhouden van een tunnel meer dan een brug (in geval van een oeververbinding) of dan een weg op maaiveld (in geval van een landtunnel). Bedenk daarbij dat een tunnel meer is dan een betonnen bak onder de grond, maar dat deze ook vol zit met andere voorzieningen zoals vluchtwegen met brandveilige deuren, luchtzuiveringssystemen en elektronica die ook bediend en onderhouden moet worden;
- De beheerders werken volgens een werkwijze waarbij de gehele levenscyclus van de onderdelen en objecten wordt betrokken. Als eenmaal wordt besloten tot de ontwikkeling van infrastructuur is op basis van ervaring al bekend wat voor instandhoudingswerkzaamheden aan de diverse objecten gemiddeld per jaar nodig zijn. Dit is vastgelegd in de instandhoudingsregimes. De instandhoudingsregimes zijn één onderdeel op basis waarvan de instandhoudingsprogrammering wordt opgesteld;
- De extra budgetbehoefte voor instandhouding in verband met de uitbreiding van de infrastructuur wordt bij het besluit om tot aanleg over te gaan toegevoegd aan de instandhoudingsbudgetten vanaf het jaar na beoogde openstelling;
- In de instandhoudingsregimes zijn regelmatige inspecties opgenomen, die leiden tot het inventariseren van de toestand van de objecten en – indien nodig – het nemen van maatregelen (concrete maatregelen of intensiveren inspecties). De inspecties krijgen een plaats in de instandhoudingsprogrammering;
- Tevens wordt bezien of er vanuit doelmatigheidsoogmerk en het beperken van hinder voor onze gebruikers, maatregelen gekoppeld kunnen worden (werk met werk): onderhoudswerkzaamheden met andere onderhoudswerkzaamheden, maar ook mogelijkheden om onderhoudsmaatregelen te koppelen aan vernieuwings- of ontwikkelingsprojecten die in de komende jaren gepland zijn. Het kan dus zijn dat in de regimes beoogde maatregelen naar een later moment worden verschoven om werk met werk te maken;
- Het kan ook voorkomen dat een bepaald schadebeeld of een ongeplande gebeurtenis vraagt om tussentijds ingrijpen (bijvoorbeeld de overstromingen in Limburg in 2021 of de versterkingsmaatregelen aan het vaste deel van de Haringvlietbrug in 2023). Die tussentijdse maatregelen worden dan geprioriteerd ten koste van reeds geprogrammeerde maatregelen. Het onderhoud dat als gevolg daarvan wordt uitgesteld, dient vervolgens opnieuw een plek te krijgen in de instandhoudingsprogrammering;
- De totale programmering is een samenstel van preventieve en correctieve maatregelen. Leidend daarbij is het principe de kosten over de gehele levenscyclus van de infrastructuur (Life Cycle Costing; LCC) zo laag mogelijk te krijgen binnen de gegeven kaders en ontwikkelingen op de netwerken, rekening houdend met de gewenste netwerkprestaties. Waar sprake is van uitgesteld onderhoud, is vaak ook meer sprake van verstoringen en hinder. De beheerders proberen dit voor het gehele netwerk zoveel mogelijk te beperken.
Het is van belang te beseffen dat veiligheid te allen tijde bovenaan staat. Indien geconstateerd wordt dat de veiligheid voor de gebruikers, eigen medewerkers en opdrachtnemers in het geding is, dan worden direct maatregelen genomen om het gebruik van de infrastructuur weer binnen de geldende kaders plaats te laten vinden, bijvoorbeeld (tijdelijke) snelheidsverlagingen ter plaatse of andere (tijdelijke) gebruiksbeperkingen of fysieke infrastructuur ondersteunende maatregelen.
Om de systematische werkwijze op een hoger niveau te brengen worden externe toetsingen ingezet. Deze leveren waardevolle inzichten op voor zowel de interne processen als het in beeld hebben van de opgave buiten.
Werkwijze vernieuwing bij Rijkswaterstaat
De objecten en onderdelen zoals sluizen, bruggen en tunnels, hebben een beperkte levensduur en dienen aan het eind hiervan te worden vernieuwd. Door grootschalige aanleg, met name vanaf de jaren 50 van de vorige eeuw, en het intensievere gebruik is sprake van een flinke vernieuwingsopgave.
Om de veiligheid en de beschikbaarheid van de netwerken in stand te houden wordt voor alle netwerken en onderdelen daarvan de opgave in kaart gebracht.
Allereerst wordt op basis van het ontwerp ingeschat wanneer vernieuwing aan de orde zal zijn. Daarnaast worden de objecten onderworpen aan inspecties en berekeningen. Dit leidt tot het inzicht in, en een prognose van, waar op een termijn van vijf tot vijftien jaar vernieuwing nodig is. Zo worden, steeds vooruitkijkend, objecten en onderdelen geïdentificeerd waarvoor een planfase wordt gestart. In de planfase wordt de uiteindelijke opgave vastgesteld en daarna volgt een definitief besluit over de aanpak van het betreffende object.
Het vernieuwingsprogramma (voorheen: Vervanging en Renovatie) kent een technische aanleiding, namelijk het einde van de technische levensduur van onderdelen en objecten in het hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet en het hoofdwatersysteem. Vanuit dit perspectief hoeven geen aanvullende wensen of functionaliteiten te worden toegevoegd. Een-op-een vernieuwing is daarom het uitgangspunt. Maar omdat het relatief grote ingrepen in het netwerk betreft, wordt waar nodig en mogelijk ook gekeken naar eventuele verstandige, aanvullende investeringen in het kader van beleidsdoelstellingen zoals bereikbaarheid, duurzaamheid en klimaatadaptatie. Het primaire doel blijft echter het borgen van de beschikbaarheid en veiligheid van de Rijksnetwerken. Door het vernieuwen van objecten en onderdelen worden de beschikbaarheid en veiligheid van de netwerken op lange termijn geborgd.
Opgave naar de toekomst: toewerken naar het Basiskwaliteitsniveau
Nederland beschikt over een goede infrastructuur. Onze wegen, spoorwegen en waterwegen zorgen voor goede bereikbaarheid en hebben de afgelopen decennia veel welvaart en welzijn gebracht. Dat is geen vanzelfsprekendheid. Veel wegen, bruggen, viaducten en sluizen werden halverwege de vorige eeuw gebouwd en zijn nu aan groot onderhoud of vernieuwing toe. De infrastructuur heeft het zwaarder te verduren dan werd voorzien in de tijd dat het werd aangelegd. Daar komt bij dat nieuwe ontwikkelingen in technologie en digitalisering, maar ook het veranderende klimaat met hitte, droogte en hevige neerslag nieuwe eisen aan de infrastructuur stellen. In het coalitieakkoord (Rutte IV) zijn extra middelen vrijgemaakt voor de instandhouding van onze netwerken.
Instandhouding Rijkswaterstaat-netwerken
In lijn met de motie Stoffer c.s. (Kamerstukken II 2020-2021, 35570 A, nr. 63) is toegewerkt naar een meerjarenplan voor instandhouding van de Rijksinfrastructuur. Het plan bevat een basiskwaliteitsniveau (BKN) voor de netwerken in beheer van RWS en is gericht op een stabiel, langjarig en robuust onderhoudsniveau7. Zo bieden we in het hele land een toekomstvast fundament dat zekerheid geeft aan gebruikers en marktpartijen die betrokken zijn bij instandhouding en aanleg. In het BKN is voor de netwerken van RWS uitgewerkt waar een weg, vaarweg, of waterwerk in de basis aan moet voldoen om de gebruikers en belanghebbenden goed te kunnen blijven bedienen. Een robuust mobiliteitssysteem met basale voorzieningen passend bij de functie van de verschillende netwerken. Voor instandhouding RWS wordt uitgegaan van de volgende uitgangspunten:
- Nederland is beschermd tegen hoogwater en beschikt over voldoende water en voldoende schoon (drink)water;
- De huidige wegen zijn beschikbaar om Nederland bereikbaar te houden;
- De huidige vaarwegen zijn beschikbaar om goederen te vervoeren, bestemmingen bereikbaar zijn en de reistijd is betrouwbaar;
- De constructieve veiligheid van de netwerken en de daarin gelegen kunstwerken (bruggen, tunnels, viaducten, etc.) wordt geborgd;
- De omgeving blijft bereikbaar door oeververbindingen en kruisende infrastructuur voor een fijnmazig netwerk.
De betrouwbaarheid uit zich door te groeien naar een beter voorspelbare situatie m.b.t. storingen en een vermindering van het aantal ongeplande storingen. De maakbaarheid van de opgaven - samen met de ontwikkelsnelheid van nieuwe technologieën - bepaalt de snelheid waarmee het basiskwaliteitsniveau kan worden bereikt. Het BKN kent daarmee een ingroeitraject.
In de begroting van 2024 is besloten tot een verschuiving van financiële middelen en personele capaciteit naar instandhouding8, aanvullend op de extra vrijgemaakte middelen uit het coalitieakkoord van het kabinet Rutte IV. Met deze middelen werkt IenW aan de grootste onderhoudsopgave van onze infrastructuur ooit. Het streven is een structurele groei van het productievolume te realiseren van € 2 miljard naar € 3 miljard per jaar (prijspeil 2022), waarvan € 0,8 miljard per jaar voor vernieuwing van infrastructuur. Dit is toegelicht in de Kamerbrief Basiskwaliteitsniveau RWS-netwerken van 17 maart 2023 (Kamerstukken II 2022-2023, 29385, nr. 119).
De budgetbehoefte is gevalideerd door Rebel Group. De Kamer is hierover in de Kamerbrief van 17 juni 2024 geïnformeerd (Kamerstukken II 2023-2024, 29385, nr. 139). De validatie van de budgetbehoefte instandhouding infrastructuur bevestigt het beeld dat de omvang van de instandhoudingsopgave groter is dan wat de uitvoeringsorganisatie nu aankan. De groei van de opgave ligt met name in het vernieuwen van areaal dat het einde van de technische levensduur bereikt. De focus is daarom de maakbaarheid en productie te vergroten zodat het beschikbare budget ook ingezet kan worden voor de benodigde instandhoudingsopgave.
Met de Kamerbrief van 17 juni 2024 is de Kamer eveneens geïnformeerd over de aanpak van IenW om het productievermogen op instandhouding te vergroten. Zo is onder meer de sturing verder geoptimaliseerd. In de nieuwe aansturing is er sprake van één integrale achtjarige opdracht voor alle instandhoudingswerkzaamheden van RWS. Een achtjarige opdracht in combinatie met verdere optimalisatie van de agentschapssturing, maakt het mogelijk om meer efficiëntievoordelen te realiseren. RWS is hierdoor beter in staat om kosten efficiënt over de gehele levenscyclus (LCC) voordelen te behalen, slim werk-met-werk te maken en effectievere contractvormen in de markt te zetten. Hierin moeten ook de effecten van reeds ingezette verbetermaatregelen zichtbaar worden. De areaalinformatie wordt verbeterd middels het ontwikkelplan assetmanagement en samen met de markt wordt er gewerkt aan effectieve contractvormen en een blijvend goede samenwerking.
Middels een jaarlijkse programmeringscyclus werkt RWS het meerjarenplan instandhouding - zoals beschreven in de Kamerbrief van 17 maart 2023 en aangevuld met de Kamerbrief van 17 juni 2024 - uit in een programmering van de werkzaamheden voor de komende 15 jaar. Dit betreft een voortrollende programmering. Elk jaar wordt de programmering geactualiseerd en een jaar verder uitgewerkt op basis van de meest actuele inzichten en ontwikkelingen in de opgave. Afstemming van de programmering met de medeoverheden en ProRail om hinder te beperken en meekoppelkansen te identificeren, is integraal onderdeel van de programmeringscyclus9.
Instandhouding hoofdspoorweginfrastructuur
In het Beleidsprogramma IenW zoals gedeeld met de Kamer is aangegeven dat in lijn met de motie Stoffer c.s. (Kamerstukken II 2020-2021, 35570 A, nr. 63) wordt toegewerkt naar een meerjarenplan voor instandhouding van de Rijksinfrastructuur. Het plan is gericht op een stabiele langdurige programmering waarbij een basiskwaliteitsniveau wordt afgesproken.
In 2023/2024 heeft het ministerie samen met ProRail gewerkt aan een nieuw basiskwaliteitsniveau hoofdspoorinfrastructuur (hswi). Zoals aangekondigd (Kamerstukken II 2021-2022, 35925 A, nr. 14) is hiervoor in 2023 een externe audit door Price Waterhouse Coopers uitgevoerd. De rapportage ‘Validatie Instandhoudingskosten HSWI’ is met de Kamer gedeeld (Kamerstukken II 2023-2024, 36410 A, nr. 16). Met de analyse uit de validatierapportage is de spanning tussen financiële middelen, (netwerk) prestaties en risico’s in beeld gebracht en een richting gegeven voor het maken van de afspraken over basiskwaliteitsniveau voor een toekomstbestendige hoofdspoorinfrastructuur. De Kamer is hierover met een brief geïnformeerd (Kamerstukken II 2023-2024, 29984, nr. 1184). Op 7 juni 2024 is de Tweede Kamer geïnformeerd over de maatregelen die in het kader van basiskwaliteitsniveau spoor met ProRail zijn afgesproken (Kamerstukken II 2023-2024, 29984, nr. 1202). Hierbij is kritisch afgewogen waaruit de basiskwaliteit spoor bestaat en waar mogelijkheden zitten om zaken efficiënter of anders te doen.
In 2025 blijven we reeds bekende instandhoudingsactiviteiten en -opgaven uitvoeren. Daarnaast heeft ProRail met de brief van 7 juni opdracht gekregen om de BKN spoor maatregelen te implementeren zodat deze vanaf 2026 kunnen worden uitgevoerd.
Te leveren prestaties
De prestaties van de infrastructuur worden gemeten en uitgedrukt in indicatoren. Over de indicatoren met daarbij horende (streef)waarden worden prestatieafspraken gemaakt met RWS en ProRail en hiervoor worden budgetten beschikbaar gesteld.
Voor de netwerken in beheer van RWS moeten de afspraken over het basiskwaliteitsniveau worden vertaald naar nieuwe indicatoren en streefwaarden. Voor het vegetatiebeheer in de uiterwaarden wordt hiervoor in 2025 de prestatieafspraak ‘voldoen aan de vegetatielegger’ toegevoegd10. De bijbehorende bodem en streefwaarden worden in 2024 uitgewerkt. De overige afspraken uit het basiskwaliteitsniveau vergen nog verdere uitwerking. Daarom wordt in afwachting daarvan nog uitgegaan van de prestatieafspraken vanuit de Beheer en Onderhoud (BenO) overeenkomst 2022-2023.
Met ProRail zijn prestatieafspraken gemaakt die zijn opgenomen in de tienjarige beheerconcessie (2015-2025) en de (twee)jaarlijkse beheerplannen.
In tabel 73 en 74 staat een overzicht van de prestatieafspraken opgenomen. Toelichting op de indicatoren en de gerealiseerde prestaties zijn te vinden in de Instandhoudingsbijlage bij het Jaarverslag.
Hoofdwegennet | |||||
Beschikbaarheid | |||||
Technische beschikbaarheid van de weg | 90% | 99% | 99% | 98% | 99% |
Files door Werk in Uitvoering als gevolg van aanleg en gepland onderhoud | 10% | 6% | 7% | 3% | 4% |
Levering verkeersgegevens | |||||
– Beschikbaarheid data voor derden | 90% | 93% | 94% | 93% | 91% |
– Actualiteit data voor derden2 | 95% | 100% | 96% | 100% | 99% |
Veiligheid | |||||
– Voldoen aan norm voor verhardingen | 99,7% | 99,7% | 99,8% | 99,7% | 99,6% |
– Voldoen aan norm voor gladheidbestrijding | 95% | Voldoende | 99% | 99% | 99% |
Hoofdvaarwegennet | |||||
Beschikbaarheid / Betrouwbaarheid | |||||
Stremmingen gepland onderhoud | 0,8% | 0,5% | 2,0% | 1,0% | 0,6% |
Stremmingen ongepland onderhoud | 0,2% | 1,0% | 1,0% | 2,4% | 1,2% |
Tijdig melden ongeplande stremmingen | 97% | 98% | 98% | 98% | 97% |
Vaargeul op orde (% oppervlakte op orde) | |||||
– Toegangsgeulen | 99% | 100% | 100% | 100% | 100% |
– Hoofdtransportassen | 90% | 92% | 92% | 93% | 93% |
– Hoofdvaarwegen | 85% | 81% | 80% | 82% | 84% |
– Overige vaarwegen | 85% | 83% | 83% | 83% | 95% |
Veiligheid | |||||
Vaarwegmarkering op orde | 95% | 91% | 92% | 88% | 94% |
Hoofdwatersysteem | |||||
Waterveiligheid | |||||
Handhaving kustlijn | 90% | 91% | 90% | 91% | 93% |
Beschikbaarheid stormvloedkeringen | 100% | 83% | 83% | 83% | 100% |
Waterhuishouding op orde in alle peilgereguleerde gebieden | 100% | 50% | 100% | 75% | 100% |
Betrouwbaarheid informatievoorziening | 95% | 100% | 96% | 100% | 99% |
Voldoen aan de Vegetatielegger uiterwaardengebied | N.t.b. | ||||
Bron: RWS |
- In afwachting van nieuwe indicatoren en streefwaarden wordt nog uitgegaan van de prestatieafspraken vanuit de Beheer en Onderhoud (BenO) overeenkomst 2022-2023.
- Deze indicator komt vanaf 2025 te vervallen. De meting is niet meer relevant, aangezien het ontvangende systeem tegenwoordig gebruik maakt van Floating Car Data (mobiele telefoons in auto's).
Klantoordeel reizigersvervoerders | 6 | 7 | 7 | 7 |
Klantoordeel goederenvervoerders | 6 | 7 | 5 | 5 |
Reizigerspunctualiteit HRN (5 min) (met NS) | 88,9% | 91,5% | 91,6% | 89,7% |
Reizigerspunctualiteit HRN (15 min) (met NS) | 96,7% | 97,4% | 97,3% | 97,0% |
Reizigerspunctualiteit HSL (5 min) (met NS) | 82,1% | 84,2% | 82,0% | 73,6% |
Betrouwbaarheid regionale series (3 min) | 90,7% | 93,7% | 91,3% | 88,6% |
Impactvolle verstoringen | 520 | 450 | 455 | 475 |
- Toelichting bodemwaarde: Waarde voor het jaarlijks minimaal te realiseren prestatieniveau op een prestatie indicator. In het geval van de prestatie indicator ‘Impactvolle storingen op de infra’ geldt een maximum.
2. Budgettair beeld
Beschikbare budgetten Rijkswaterstaat-netwerken
In de begroting van 2024 is besloten tot een verschuiving van financiële middelen en personele capaciteit naar instandhouding, aanvullend op de extra vrijgemaakte middelen uit het coalitieakkoord van het kabinet Rutte IV. Hiermee zetten we in op de maximale productiecapaciteit van RWS.
We verhogen de productie door afspraken over een stabiel en langjarig basiskwaliteitsniveau, efficiënter (samen) te werken in de keten en een meerjarenafspraak voor instandhouding met meer ruimte voor de uitvoering. Hierdoor kan RWS het werk efficiënter organiseren en kan de markt op een efficiëntere manier worden benaderd.
In de begroting van 2025 is besloten om vanuit de reservering instandhouding de financiering van het BKN RWS beleidsarm met twee jaar door te trekken tot en met 2032. Instandhoudingsprojecten dienen bij start voorzien te zijn van budget. Doortrekking geeft RWS de nodige extra ruimte om projecten te programmeren die na 2030 doorlopen.
In de periode tot en met 2032 groeit het beschikbare budget voor instandhouding naar € 3,1 miljard. Dit is inclusief de inzet van een deel van de balanspost Saldo op ontvangen bijdragen exploitatie en onderhoud en de reguliere ontvangsten. In de budgetten is rekening gehouden met een doelmatigheidswinst die is ingezet voor de Rijksbrede taakstelling uit het voorjaar 2023. De doelmatigheidswinst wordt geschat op een voordeel van 1% in 2026 oplopend tot 5% structureel in 2030. Wij vragen RWS dezelfde kwaliteit van het BKN te leveren. In de tabellen 75 en 76 zijn de budgetten (exclusief inzet deel balanspost en ontvangsten) op de fondsen weergegeven.
Budgetbehoefte ProRail
In november 2023 is de Tweede Kamer geïnformeerd over de validatie uitgevoerd door PricewaterhouseCoopers (PwC). Hieruit blijkt dat de totale instandhoudingsbehoefte een realistische weergave vormt van de benodigde middelen om het spoor bij gelijke prestaties in stand te houden. Omdat de budgetbehoefte niet in evenwicht was met de beschikbare middelen is er in 2024 samen met ProRail een basiskwaliteitsniveau (BKN) spoor voor de periode vanaf 2026 uitgewerkt. De Tweede Kamer is op 22 maart 2024 geïnformeerd over de denkrichtingen om te komen tot een stabiel, langjarig en robuust instandhoudingsniveau van de Nederlandse spoorinfrastructuur vanaf 2026, zoals dat ook voor de netwerken van RWS is uitgewerkt. Het BKN spoor is het absolute minimum waarbij de instandhoudingsbehoefte en de beschikbare middelen in balans zijn.
Op 7 juni 2024 is de Tweede Kamer geïnformeerd over de maatregelen die in het kader van basiskwaliteitsniveau spoor met ProRail zijn afgesproken. Hierbij is kritisch afgewogen hoe de basiskwaliteit moet worden vormgegeven en waar mogelijkheden zitten om zaken efficiënter of anders te doen. Met de maatregelen (efficiëntie in de organisatie, efficiëntere inrichting van het onderhoud, doelmatig beheer, onderhoud van stations e.o., verminderde inzet wisselverwarming) is het voorziene tekort tussen de instandhoudingsbehoefte en de beschikbare middelen in de periode 2026-2037 fors gereduceerd. Vervolgens zijn er met ProRail afspraken gemaakt over aanvullende efficiencymaatregelen in het apparaat binnen ProRail. Daarnaast is het voornemen dat de vervoerders vanaf 2030 een hoger procentueel aandeel in de instandhoudingskosten gaan betalen dan in 2023. Voor de periode 2026-2029 blijft het procentuele aandeel voor de vervoerders in de instandhoudingskosten gelijk aan 2023. Door deze aanvullende maatregelen is het tekort verkleind en resteerde een restopgave van € 885 miljoen. De resterende opgave wordt gedekt door een combinatie van middelen uit de extrapolatie 2038 (€ 485 miljoen) en de reservering CA-middelen instandhouding (€ 400 miljoen). De resterende middelen op de Aanvullende Post (AP) ter hoogte van € 600 miljoen worden overgeheveld naar het Mobiliteitsfonds nu de resterende opgave concreet is gedekt.
Budgetten instandhouding
In de periode tot en met 2038 zijn op de fondsen de volgende budgetten beschikbaar voor instandhouding.
Hoofdwegen | |||||||||||||||||
Exploitatie | 6.293 | 5.676 | 9.922 | 10.550 | 9.764 | 8.618 | 8.451 | 7.824 | 7.769 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 4.537 | 102.089 | |
MF 12.02.01 | Onderhoud | 929.188 | 983.801 | 922.160 | 932.349 | 946.368 | 957.055 | 920.984 | 920.522 | 921.307 | 540.085 | 571.280 | 588.346 | 623.485 | 628.854 | 662.593 | 12.048.377 |
MF 12.06.02 | Overige netwerkgebonden kosten | 111.563 | 115.558 | 250.758 | 276.633 | 233.770 | 212.924 | 208.836 | 192.883 | 192.515 | 112.093 | 112.118 | 112.119 | 112.119 | 112.119 | 112.119 | 2.468.127 |
Totaal budget Exploitatie en Onderhoud Hoofdwegen | 1.047.044 | 1.105.035 | 1.182.840 | 1.219.532 | 1.189.902 | 1.178.597 | 1.138.271 | 1.121.229 | 1.121.591 | 656.715 | 687.935 | 705.002 | 740.141 | 745.510 | 779.249 | 14.618.593 | |
Hoofdvaarwegen | |||||||||||||||||
MF 15.01 | Exploitatie | 12.147 | 10.528 | 25.221 | 27.539 | 23.829 | 22.161 | 22.060 | 25.241 | 25.006 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 10.517 | 256.834 |
MF 15.02.011 | Onderhoud | 534.055 | 544.905 | 498.729 | 440.081 | 450.162 | 447.718 | 448.514 | 475.031 | 476.037 | 205.483 | 252.009 | 253.441 | 253.441 | 253.441 | 253.361 | 5.786.408 |
MF 15.06.02 | Overige netwerkgebonden kosten | 34.067 | 35.704 | 87.526 | 96.170 | 79.128 | 73.459 | 72.972 | 83.880 | 83.109 | 34.937 | 34.937 | 34.937 | 34.937 | 34.937 | 34.937 | 855.637 |
Totaal budget Exploitatie en Onderhoud Hoofdvaarwegen | 580.269 | 591.137 | 611.476 | 563.790 | 553.119 | 543.338 | 543.546 | 584.152 | 584.152 | 250.937 | 297.463 | 298.895 | 298.895 | 298.895 | 298.815 | 6.898.879 | |
Hoofdwatersysteem | |||||||||||||||||
DF 3.01.01 | Watermanagement | 8.048 | 8.261 | 14.181 | 17.098 | 16.844 | 16.643 | 16.977 | 20.742 | 21.220 | 8.523 | 8.523 | 8.523 | 8.523 | 8.523 | 8.523 | 191.152 |
DF 3.02.01 | Onderhoud Waterveiligheid | 273.582 | 325.625 | 242.678 | 233.857 | 235.108 | 238.031 | 234.390 | 263.144 | 258.141 | 87.548 | 119.815 | 119.815 | 119.815 | 119.815 | 119.815 | 2.991.179 |
DF 3.02.02 | Onderhoud Zoetwatervoorziening | 32.284 | 32.418 | 37.788 | 12.699 | 13.047 | 12.710 | 10.924 | 11.788 | 12.096 | 6.919 | 7.416 | 6.919 | 23.845 | 23.845 | 21.170 | 265.868 |
DF 5.02.01 | Overige netwerkgebonden kosten | 69.036 | 73.224 | 129.349 | 151.109 | 149.363 | 146.858 | 149.804 | 183.008 | 187.225 | 75.208 | 75.208 | 75.208 | 75.208 | 75.208 | 75.208 | 1.690.224 |
Totaal budget Watermanagement en Onderhoud Hoofdwatersysteem | 382.950 | 439.528 | 423.996 | 414.763 | 414.362 | 414.242 | 412.095 | 478.682 | 478.682 | 178.198 | 210.962 | 210.465 | 227.391 | 227.391 | 224.716 | 5.138.423 | |
Totaal budget Exploitatie, Onderhoud en Watermanagement RWS | 2.010.263 | 2.135.700 | 2.218.312 | 2.198.085 | 2.157.383 | 2.136.177 | 2.093.912 | 2.184.063 | 2.184.425 | 1.085.850 | 1.196.360 | 1.214.362 | 1.266.427 | 1.271.796 | 1.302.780 | 26.655.895 |
- Dit budget is exclusief Overdracht Brokx-nat en reservering Kustwacht (luchtsurveillance).
Hoofdwegen | |||||||||||||||||
MF 12.02.04 | Vernieuwing | 329.256 | 385.522 | 557.714 | 518.181 | 588.110 | 418.959 | 441.485 | 522.348 | 527.971 | 303.431 | 295.173 | 286.815 | 297.427 | 300.022 | 300.021 | 6.072.435 |
Hoofdvaarwegen | |||||||||||||||||
MF 15.02.04 | Vernieuwing | 136.250 | 248.537 | 335.423 | 340.176 | 258.617 | 242.514 | 216.254 | 190.040 | 181.348 | 152.460 | 161.549 | 161.549 | 161.549 | 161.549 | 161.549 | 3.109.364 |
Hoofdwatersysteem | |||||||||||||||||
DF 3.02.03 | Vernieuwing | 17.015 | 30.919 | 56.840 | 69.632 | 132.934 | 179.868 | 177.744 | 140.353 | 140.353 | 170.124 | 169.626 | 170.124 | 170.124 | 170.124 | 109.508 | 1.905.288 |
Totaal budget Vernieuwing | 482.521 | 664.978 | 949.977 | 927.989 | 979.661 | 841.341 | 835.483 | 852.741 | 849.672 | 626.015 | 626.348 | 618.488 | 629.100 | 631.695 | 571.078 | 11.087.087 |
Mobiliteitsfonds | |||||||||||||||||
MF 12.03.02 | Reservering areaalgroei hoofdwegen | 0 | 6.284 | 15.319 | 20.470 | 36.774 | 42.784 | 42.817 | 36.441 | 32.050 | 32.051 | 34.974 | 44.775 | 44.506 | 47.125 | 47.175 | 483.545 |
MF 15.03.02 | Reservering areaalgroei hoofdvaarwegen | 0 | 0 | 20.000 | 20.001 | 36.302 | 36.302 | 36.302 | 36.302 | 36.302 | 36.302 | 36.302 | 36.302 | 36.302 | 36.302 | 34.181 | 437.202 |
MF 11.03.03 | Reservering CA Rutte IV instandhouding | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.000.000 | 1.054.083 | 1.070.937 | 1.120.401 | 1.120.401 | 1.251.393 | 6.617.215 |
Totaal reserveringen Mobiliteitsfonds | 0 | 6.284 | 35.319 | 40.471 | 73.076 | 79.086 | 79.119 | 72.743 | 68.352 | 1.068.353 | 1.125.359 | 1.152.014 | 1.201.209 | 1.203.828 | 1.332.749 | 7.537.962 | |
Deltafonds | |||||||||||||||||
DF 1.02.01 | Reservering areaalgroei hoofdwatersysteem | 0 | 3.482 | 1.741 | 1.741 | 1.741 | 1.741 | 1.741 | 1.742 | 1.742 | 1.742 | 1.742 | 1.742 | 1.742 | 1.742 | 1.742 | 26.123 |
DF 5.04.01 | Reservering CA Rutte IV instandhouding | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 262.266 | 262.266 | 262.266 | 262.266 | 262.262 | 269.083 | 1.580.409 |
Totaal reserveringen Deltafonds | 0 | 3.482 | 1.741 | 1.741 | 1.741 | 1.741 | 1.741 | 1.742 | 1.742 | 264.008 | 264.008 | 264.008 | 264.008 | 264.004 | 270.825 | 1.606.532 | |
Totaal reserveringen | 0 | 9.766 | 37.060 | 42.212 | 74.817 | 80.827 | 80.860 | 74.485 | 70.094 | 1.332.361 | 1.389.367 | 1.416.022 | 1.465.217 | 1.467.832 | 1.603.574 | 9.144.494 |
Hoofdspoorweginfrastructuur | |||||||||||||||||
MF 13.02 | Exploitatie | 350.961 | 388.700 | 422.074 | 409.762 | 358.744 | 359.372 | 337.203 | 326.635 | 330.022 | 325.972 | 329.893 | 336.113 | 330.521 | 315.840 | 319.310 | 5.241.122 |
MF 13.02 | Onderhoud | 922.378 | 934.568 | 894.752 | 818.326 | 813.040 | 838.535 | 830.579 | 856.802 | 844.864 | 826.868 | 852.551 | 855.761 | 885.478 | 882.975 | 895.505 | 12.952.982 |
MF 13.02 | Vernieuwing | 1.109.651 | 711.006 | 1.005.596 | 1.077.340 | 744.725 | 1.131.170 | 1.226.968 | 1.002.865 | 913.578 | 844.925 | 841.457 | 649.818 | 621.914 | 851.829 | 760.016 | 13.492.858 |
MF 13.02 | Overige netwerkgebonden kosten | 744.498 | 673.831 | 618.920 | 706.157 | 606.253 | 609.309 | 610.614 | 598.044 | 601.625 | 620.183 | 617.625 | 616.807 | 597.315 | 595.167 | 614.348 | 9.430.696 |
MF 13.02 | Gebruiksheffing vervoerders | ‒ 461.767 | ‒ 461.858 | ‒ 483.787 | ‒ 483.083 | ‒ 483.152 | ‒ 483.161 | ‒ 483.219 | ‒ 515.330 | ‒ 514.491 | ‒ 514.521 | ‒ 514.521 | ‒ 514.129 | ‒ 514.129 | ‒ 514.129 | ‒ 514.129 | ‒ 7.455.406 |
Totaal budget Exploitatie, Onderhoud en Vernieuwing Spoor | 2.665.721 | 2.246.247 | 2.457.555 | 2.528.502 | 2.039.610 | 2.455.225 | 2.522.145 | 2.269.016 | 2.175.598 | 2.103.427 | 2.127.005 | 1.944.370 | 1.921.099 | 2.131.682 | 2.075.050 | 33.662.252 |
DBFM
Een deel van de instandhouding van de netwerken gebeurt via DBFM-contracten (Design-Build-Finance-Maintain). Bij DBFM is de opdrachtnemer niet alleen verantwoordelijk voor het ontwerp en de bouw van het project, maar ook voor de financiering en het totale onderhoud. Het is dus een geïntegreerde contractvorm. Bij traditionele contracten koopt het Rijk een product in: bijvoorbeeld een rijksweg met 2x2 rijstroken. Bij een DBFM-contract neemt het Rijk echter een dienst af: een beschikbare rijksweg, sluis, dijk of spoorweg. Het benodigde budget komt uit drie bronnen: (i) het ontwikkelingsbudget, (ii) het beschikbare exploitatie en onderhoudsbudget van reeds aanwezige infrastructuur en (iii) het budget voor areaalgroei voor dat deel van de infrastructuur dat nieuw wordt aangelegd. Ten behoeve van de aanbesteding van een DBFM-contract wordt een referentieraming opgesteld voor de te verwachten ontwikkel- en exploitatie en onderhoudskosten bij traditionele uitvoering. Deze referentieraming wordt gebruikt om de plafondprijs (het acceptabele maximum) voor de bieding te bepalen. Deze ramingen worden op dezelfde wijze uitgevoerd als de ramingen die voor LCC worden uitgevoerd. De aanbesteding verloopt in een aantal stappen. Na de laatste stap vindt ook de budgettaire verwerking in de begroting plaats. De beschikbare middelen vanuit ontwikkeling en exploitatie en onderhoud (incl. areaalgroei) worden overgeboekt naar het GIV/PPS-artikel. De middelen worden met eenzelfde «netto contante waarde» omgezet in een langjarige reeks ter betaling van de beschikbaarheidsvergoedingen. Dit is de zogenaamde financiële inpassing of DBFM conversie. Er wordt hiermee geen budget toegevoegd aan het project, de kasreeks wordt alleen aangepast aan de contractvorm. De prestatie-eisen en uitrustingsniveaus van de infrastructuur binnen het DBFM-contract zijn dezelfde als die aan RWS worden gesteld. Op het moment van aanbesteden wordt bij de M (maintain) van DBFM, een serviceniveau uitgevraagd dat past bij het onderhoudsregime wat op dat moment van toepassing was. Dat niveau geldt voor de looptijd van het contract en is daarmee niet budgettair flexibel. Bij DBFM geldt dat voor een periode van 20–25 jaar het consortium verantwoordelijk is voor het onderhoud van infrastructuur. Na afloop van het DBFM-contract valt dit deel van het areaal weer binnen het reguliere exploitatie en onderhoud van RWS. De mutaties tussen het exploitatie-, onderhoud- en vernieuwingartikel (voor wegen artikelonderdeel 12.02, vaarwegen artikelonderdeel 15.02, voor het hoofdwatersysteem artikel 3.02) en het DBFM artikel (voor wegen artikelonderdeel 12.04, vaarwegen artikelonderdeel 15.04, voor het hoofdwatersysteem artikel 4.02) zijn zichtbaar in de begroting en worden toegelicht. Na afloop van een DBFM-contract wordt het exploitatie- en onderhoudsdeel weer aan de reguliere exploitatie- en onderhouds-budgetten van RWS toegevoegd. In onderstaand overzicht is aangegeven voor welke projecten DBFM-contracten zijn afgesloten. Voor de financiering van deze projecten is het genoemde exploitatie- en onderhoudsbudget (per jaar) ingezet. Dit komt na afloop van het DBFM-contract weer beschikbaar tegen het dan geldende prijspeil.
Hoofdwegennet | Baanlengte1 | Grote kunstwerken | Wegconfiguratie in M-fase | ||
A12 Lunetten–Veenendaal | 65 km | 2x4, 2x3 | 2033 | 5,9 mln. | |
A10 Tweede Coentunnel | 39 km | 1ste en 2de Coentunnel | 2x3+2x2, 2x4 | 2037 | 12,0 mln. |
N33 Assen–Zuidbroek | 105 km | 2x2 | 2034 | 2,8 mln. | |
A15 Maasvlakte–Vaanplein | 129 km | nieuwe Botlekbrug, Thomassentunnel, Botlektunnel | 2x3+2x2, 2x3, 2x2 | 2035 | 31,7 mln. |
A1/A6 Diemen–Almere Havendreef (SAA) | 72 km | Aquaduct Muiden, verbrede Hollandse Brug | 2x5+2, 2x4+2 | 2042 | 11,9 mln. |
A12 Veenendaal–Ede–Grijsoord | 50 km | 2x3 | 2032 | 2,2 mln. | |
A9 Holendrecht–Diemen (Gaasperdammerweg, SAA) | 41 km | Gaasperdammer-tunnel | 2x5+1 | 2038 | 14,2 mln. |
N18 Varsseveld Enschede | 70 km | 2x2+2x1 | 2043 | 1,8 mln. | |
A27/A1 Utrecht Noord - knpt. Eemnes - Bunschoten | 53 km | 2x3+2x4 | 2043 | 3,9 mln. | |
A6 Almere (SAA) | 39 km | 2x5 | 2039 | 3,3 mln. | |
A24 Blankenburgverbinding | 35 km | Maasdeltatunnel, Hollandtunnel | 2x3 | 2043 | 10,1 mln. |
A16 Rotterdam | 37 km | Rottemerentunnel | 2x2+2x3 | 2043 | 7,2 mln. |
A9 Badhoevedorp – Holendrecht (Amstelveen) | 52 km | 2x4+1 | 2038 | 2,6 mln. | |
A15/A12 Ressen - Oudbroeken (ViA15) | 87 km | Brug over het Pannerdensch kanaal | 2x3 + 2x2 | 2044 | 6,1 mln. |
Hoofdvaarwegennet | Vaarweglengte | Grote kunstwerken | |||
Keersluis Limmel | Nieuwe Keersluis Limmel, incl. verkeersbrug over sluis | 2048 | 0,4 mln. | ||
Beatrixsluis 3e Kolk | 4 km | Complex Prinses Beatrixsluis incl. baggeren, onderhoud oevers en ligplaatsen langs Lekkanaal | 2046 | 2,8 mln. | |
Zeetoegang IJmond | Nieuwe zeesluis en sluiseilanden | 2045 | 2,5 mln. | ||
Sluis Eefde | Nieuwe schutsluis inclusief onderhoud voorhavens (bestaande schutsluis tot 2021) | 2047 | 1,0 mln. | ||
Hoofdwatersysteem | Grote kunstwerken | ||||
Afsluitdijk | Afsluitdijk, spuicomplexen en keringen Den Oever en Kornwerderzand | 2047 | 9,3 mln. | ||
Hoofdspoorweginfrastructuur | Spoorweglengte | Grote kunstwerken | |||
HSL | 85 km | Tunnel Groene Hart, Doorgaand Spoorviaduct Bleiswijk, Tunnel Rotterdam Noord, Tunnel Oude Maas, Tunnel Dordtse Kil, Brug Hollands Diep | 2031 | N.v.t. |
- Baanlengte omvat: hoofdrijbanen, verbindingswegen en op- en afritten.
3. Overig
We zijn op weg naar een situatie waarin we een grotere instandhoudingsbehoefte moeten aankunnen om onze netwerken veilig, beschikbaar en betrouwbaar te houden. De komende jaren zien we als een transitiefase waarin RWS en ProRail stapsgewijs kunnen toegroeien naar deze situatie. Maakbaarheid is hierbij een belangrijk uitgangspunt. Beide uitvoerders en de markt kunnen immers niet van vandaag op morgen structureel extra werk leveren. Uitvoeren van extra werk vraagt om een gedegen voorbereiding, aanbesteding en werving van personeel.
Ontwikkelplan Assetmanagement Rijkswaterstaat-netwerken
In 2020 is de instandhoudingsbehoefte gevalideerd. Dat heeft ertoe geleid dat naast financiële maatregelen ook – in lijn met de aanbevelingen van Horvat en PwC/Rebel – maatregelen genomen worden om het assetmanagement voor het hoofdwegennet, het hoofdvaarwegennet en het hoofdwatersysteem te verbeteren. Daartoe is het Ontwikkelplan Assetmanagement IenW opgesteld. De Tweede Kamer is hierover december 2020 geïnformeerd.
Met het Ontwikkelplan is de ambitie voor de door RWS beheerde netwerken neergezet die past bij instandhoudingsopgave op deze netwerken. Assetmanagement is er om deze netwerken met oog voor de omgeving op een duurzame wijze beter te laten presteren zodat de gebruikers er nu en in de toekomst veilig gebruik van kunnen blijven maken. Het assetmanagement wordt zodanig ingericht dat RWS op ieder moment in samenhang inzicht kan bieden in de staat en het presteren van de netwerken, de risico’s en kosten en op een veilige, betrouwbare en voorspelbare wijze diensten aan de maatschappij kan blijven verlenen. Het verbeterde assetmanagement resulteert erin dat IenW richting de Tweede Kamer en samenleving overtuigende en inzichtelijk goede beslisinformatie kan opleveren om te komen tot realistische, betere, efficiëntere keuzes in het ontwikkelen, in stand houden en bedienen van de netwerken. En het resulteert erin dat RWS betrouwbaar, voorspelbaar en eenduidig de instandhoudingsmaatregelen programmeert, plant, uitvoert opdat de netwerken zo efficiënt en effectief mogelijk functioneren.
Met bovenstaande aanpak professionaliseert IenW op alle stappen van zijn assetmanagement om de netwerken in lijn te brengen en te houden met het met de Kamer afgesproken kwaliteitsniveau voor een veilig, leefbaar en bereikbaar NL. De ambitie is dat RWS conform afspraak eind 2025 in lijn met de internationale standaard werkt, de ISO-55001. In lijn betekent op niveau van certificeerbaarheid. Dat is geen 10, maar goed genoeg en klaar voor continue verbetering.
Bijlage 5: ProRail
In de kabinetsreactie op het rapport van de Tijdelijke Commissie Onderhoud en Innovatie spoor (Kamerstukken II 2011–2012, 32 707, nr. 16) is een pakket maatregelen aangekondigd om de informatievoorziening naar de Tweede Kamer beter en transparanter te maken (aanbevelingen 14 en 15). Een deel van deze maatregelen is verwerkt in de erdiepingsbijlagen. In deze bijlage wordt de informatie verstrekt die de aansluiting tussen de middelen op het Mobiliteitsfonds en de bestedingen door ProRail betreft. In deze bijlage zijn de volgende onderdelen opgenomen:
- Kasstroomoverzicht ontvangsten en uitgaven Mobiliteitsfonds 2025 (spoor);
- Overzicht van de baten en lasten ProRail 2024–2030;
- Kasstroomoverzicht ontvangsten en uitgaven ProRail 2023;
- Balansposten ProRail 2023.
In bijlage 4 Instandhouding zijn de gegevens over ProRail ten behoeve van het areaal, de prestaties en budgetten opgenomen.
Deze bijlage zal vanaf de ontwerpbegroting 2026 niet meer worden opgenomen. De huidige informatiewaarde van de MF begroting tezamen met het MIRT Overzicht voorzien in een ruim toereikende informatievoorziening en voldoende transparantie om aan het hierboven genoemde maatregelen pakket te voldoen.
Figuur 9 Kasstroomoverzicht ontvangsten en uitgaven Mobiliteitsfonds 2025 (spoor)
Exploitatiebijdrage moederdepartement | 1.181 | 1.102 | 1.242 | 1.261 | 1.243 | 1.259 | 1.243 |
Gebruiksvergoeding vervoerders | 420 | 486 | 438 | 439 | 440 | 451 | 451 |
Overige opbrengsten | 32 | 31 | 31 | 31 | 31 | 31 | 31 |
Baten | 1.633 | 1.620 | 1.712 | 1.731 | 1.713 | 1.741 | 1.725 |
Kosten van uitbesteed werk en doorbelaste uren | 1.140 | 1.139 | 1.243 | 1.193 | 1.253 | 1.282 | 1.263 |
Personeelskosten en overige kosten | 757 | 751 | 729 | 724 | 722 | 719 | 721 |
Geactiveerde en doorbelaste uren | ‒ 363 | ‒ 363 | ‒ 353 | ‒ 351 | ‒ 349 | ‒ 348 | ‒ 345 |
Kapitaallasten | 98 | 92 | 92 | 165 | 87 | 87 | 87 |
Lasten | 1.633 | 1.620 | 1.712 | 1.731 | 1.713 | 1.741 | 1.725 |
Saldo van baten en lasten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Ontvangsten uit Mobiliteitsfonds | 1.078 | 1.459 | 2.537 |
Ontvangsten van vervoerders | 372 | 0 | 372 |
Ontvangsten van derden | 129 | 194 | 323 |
Ontvangsten interest | 19 | 19 | |
Ontvangsten totaal | 1.599 | 1.653 | 3.251 |
Betalingen aan leveranciers | 1.453 | 1.387 | 2.840 |
Betalingen aan werknemers | 406 | 126 | 532 |
Betalingen aan banken (rente en aflossing) | 5 | 0 | 5 |
Afdracht BTW aan fiscus | 124 | 0 | 124 |
Betalingen totaal | 1.988 | 1.513 | 3.501 |
Mutatie liquide middelen | ‒ 389 | 140 | ‒ 250 |
Liquide middelen per 31-12-2023 | 290 | ||
Liquide middelen per 31-12-2022 | 539 | ||
Afname liquide middelen 2023 | ‒ 249 |
Vooruit ontvangen bijdragen van derden | 212 | 95 | 307 |
Vooruit ontvangen bijdragen van IenW | ‒ 17 | 26 | 9 |
Vooruit ontvangen bijdragen | 195 | 121 | 316 |
Nog te egaliseren investeringsbijdragen | 23 | 48 | 71 |
Nog te egaliseren exploitatiebijdragen | ‒ 67 | 0 | ‒ 67 |
Nog te egaliseren bijdragen | ‒ 44 | 48 | 4 |
Getroffen voorzieningen en overige reserves | 56 | ||
Saldo nog te betalen / vooruit betaalde kosten | ‒ 87 | ||
Nog te betalen kosten | ‒ 31 | ||
Liquide middelen per 31-12-2023 | 290 |
Bijlage 6: DBFM-conversies
Kenmerken DBFM-contracten
Een DBFM-contract is een geïntegreerde contractvorm, waarbij de opdrachtnemer verantwoordelijk is voor het ontwerp (design), de bouw (build), financiering (finance) en het onderhoud (maintain). De opdrachtgever gaat binnen een DBFM-contract een langlopende verplichting aan met een consortium van private partijen. Gedurende een periode van 20–25 jaar betaalt het Rijk een vergoeding aan het consortium voor de beschikbaarheid van de infrastructuur (beschikbaarheidsvergoeding). Voorts is een kenmerk van DBFM-contract een langjarig en vlak betalingsritme.
Verwerking potentiële DBFM-projecten in de verkenning- en planuit-werking
Bij de DBFM-projecten in voorbereiding wordt in de begroting op voorhand geen rekening gehouden met dit afwijkende betalingsritme dat kenmerkend is voor DBFM-contracten. Net als voor andere MIRT-projecten wordt bij de betreffende modaliteit het volledige bedrag voor aanleg geraamd op het artikel voor verkenning en planuitwerking en wordt een reservering voor het onderhoud gemaakt binnen de reguliere onderhoudsbudgetten en/of de investeringsruimte. Mocht in een later stadium een aanbesteding in DBFM-vorm toch niet mogelijk of opportuun blijken, dan blijft een meer klassieke aanbesteding via deze werkwijze altijd mogelijk.
Verwerking DBFM-contracten na overgang in de realisatie- en exploitatiefase
Bij de afronding van de aanbesteding van een DBFM-contract is de exacte omvang van de langjarige verplichting bekend. In de eerstvolgende begroting worden in samenspraak met het Ministerie van Financiën de klassieke reserveringen op de IenW-begroting gecorrigeerd voor het afwijkende kasritme van het DBFM-contract.11Een betaling aan een DBFM-consortium is een gecombineerde vergoeding voor onder meer de aanleg en het onderhoud van de infrastructuur, daarom wordt het volledige budget vervolgens geplaatst op het artikel voor geïntegreerde contractvormen bij de betreffende modaliteit.
Figuur 10
Bijlage 7: Tol
Scope
De Wet Tijdelijke Tolheffing Blankenburgverbinding en ViA15, die op 15 maart 2016 in werking is getreden, bevat het wettelijk kader om voor de projecten A24 Blankenburgverbinding en A12/A15 Ressen-Oudbroeken (ViA15) tol te heffen. In de wet is opgenomen dat het tolsysteem verder wordt uitgewerkt in een uitvoerings- en een handhavingsplan die aan de Staten-Generaal worden overlegd voordat de tolheffing van start gaat. Het uitvoeringsplan gaat nader in op de wijze waarop het passerende verkeer wordt geregistreerd, de betalingsmogelijkheden en de wijze waarop weggebruikers en kentekenhouders in contact kunnen treden met vragen en klachten over het betalen van tol, herinneringen of boetes. Het handhavingsplan bevat een omschrijving van hoe het toezicht is georganiseerd, de wijze waarop een boete wordt opgelegd en hoe deze wordt geïnd.
Het uitvoerings- en het handhavingsplan zijn in het najaar 2023 aan de Kamer voorgelegd. Dat was ruim voor de openstelling van de A24 Blankenburgverbinding en de start van de tolheffing, die naar verwachting in december 2024 plaatsvindt. De precieze start van tolheffing op de ViA15 is afhankelijk van de Raad van State-uitspraak over het Tracébesluit ViA15. Vooralsnog wordt niet uitgegaan van ingebruikname ViA15 en start tolheffing voor 2030.
Financieel
Het doel van de tolheffing is om een financieringsbehoefte voor beide aanlegprojecten te dekken. Deze behoefte komt tot uiting in een tolopgave van € 392 miljoen voor de Blankenburgverbinding en van € 354 miljoen voor de ViA15 (prijspeil 2024). De tolopbrengsten dienen deze tolopgave, maar ook de uitvoeringskosten voor tolheffing te dekken. Deze uitvoeringskosten betreffen de invoeringskosten van tolheffing en de cumulatieve kosten voor exploitatie tijdens de periode waarin tol geheven wordt.
Organisatie
De tolheffing wordt samen met de uitvoeringsorganisaties RDW, CJIB, RWS en ILT verder uitgewerkt.
Specificatie inkomsten en uitgaven
In onderstaande tabel is het totaaloverzicht opgenomen van de verwachte inkomsten en uitgaven.
Rijksbijdrage voor realisatie Tolsysteem en -organisatie | 53.806 | 42.900 | 4.338 | ||||||||||||||
- bijdrage aan Rijkswaterstaat | MF 12.06/12.03 | 2.793 | 2.094 | 100 | |||||||||||||
- bijdrage aan RDW | MF12.03 | 37.141 | 23.491 | 1.500 | |||||||||||||
- bijdrage aan ILT | HXII art. 24 | 100 | |||||||||||||||
- bijdrage aan Centraal Justitieel Incassobureau | MF 12.03 | 3.763 | 2.781 | 300 | |||||||||||||
- uitgaven programmaorganisatie IenW | MF 12.03/HXII art. 98 | 10.110 | 1.300 | 1.000 | |||||||||||||
- nog toe te wijzen | MF12.03 | 0 | 13.234 | 1.338 | |||||||||||||
Rijksbijdrage voor realisatie Exploitatie Tolsysteem | 0 | 18.442 | 47.390 | 40.570 | 34.582 | 28.682 | 28.746 | 21.912 | 21.463 | 20.662 | 19.989 | 20.064 | 20.105 | 20.040 | 19.402 | 5.207 | |
Subtotaal Blankenburgverbinding | 53.806 | 61.342 | 51.728 | 40.570 | 34.582 | 28.682 | 28.746 | 21.912 | 21.463 | 20.662 | 19.989 | 20.064 | 20.105 | 20.040 | 19.402 | 5.207 | |
Rijksbijdrage voor realisatie Tolsysteem en -organisatie | 400 | 1.880 | 3.760 | 6.652 | 9.400 | ||||||||||||
- bijdrage aan Rijkswaterstaat | MF 12.06/12.03 | 400 | 700 | 900 | 2.900 | 1.200 | |||||||||||
- bijdrage aan RDW | MF12.03 | 200 | 800 | 800 | 4.400 | ||||||||||||
- bijdrage aan ILT | HXII art. 24 | 100 | 100 | 100 | |||||||||||||
- bijdrage aan Centraal Justitieel Incassobureau | MF 12.03 | 200 | 400 | 400 | 400 | ||||||||||||
- uitgaven programmaorganisatie IenW | MF 12.03/HXII art. 98 | 200 | 400 | 400 | 400 | ||||||||||||
- nog toe te wijzen | MF12.03 | 580 | 1.160 | 2.052 | 2.900 | ||||||||||||
Rijksbijdrage voor realisatie Exploitatie Tolsysteem | 18.188 | 16.075 | 14.313 | 12.480 | 12.483 | 12.396 | 12.379 | 13.179 | 24.453 | ||||||||
Subtotaal ViA15 | 400 | 1.880 | 3.760 | 6.652 | 9.400 | 18.188 | 16.075 | 14.313 | 12.480 | 12.483 | 12.396 | 12.379 | 13.179 | 24.453 | |||
Totaal uitgaven Tol | 54.206 | 61.342 | 51.728 | 42.450 | 38.342 | 35.334 | 38.145 | 40.100 | 37.538 | 34.975 | 32.470 | 32.547 | 32.501 | 32.419 | 32.581 | 29.660 | |
Ontvangsten | |||||||||||||||||
Totaal geraamde ontvangsten tol | MF 12.09 | 29.256 | 100.181 | 103.066 | 95.958 | 88.716 | 151.294 | 150.448 | 148.337 | 124.022 | 53.752 | 49.754 | 49.754 | 9.756 | 82.730 | 82.733 | |
Ontvangsten voor realisatie tolsysteem* | MF 12.09 | 12.293 | 12.290 | 12.290 | 12.290 | 12.290 | 12.290 | 12.290 | 12.290 | 12.290 | 12.285 | ||||||
* De geraamde ontvangsten zijn niet geactualiseerd ten opzichte van het Mobiliteitsfonds voor het jaar 2024. |
Toelichting op tabel
- Voor de realisatie en exploitatie van tol is er een aantal rollen en taken die vervuld worden, die betrekking hebben op zowel reguliere inning als voor de wettelijke aanmaning en handhaving.
- Voor het mogelijk maken om tol te kunnen innen, moeten de uitvoeringsorganisaties zich gedegen voorbereiden, systemen aanpassen en producten en diensten inkopen. Daarnaast dient ook IenW voorbereidingen te treffen. De realisatiekosten die hierbij worden gemaakt komen ten laste van de tolopgave. Deze kosten zijn geactualiseerd ten opzichte van de Ontwerpbegroting 2024.
- Naast de realisatiekosten voor het tolsysteem worden de exploitatiekosten van tolheffing gedekt uit de tolontvangsten op deze verbindingen. Deze kosten zijn uitgesplitst naar de twee aanlegprojecten. Deze kosten zijn volledig herzien op basis van de meest actuele inzichten en geactualiseerde ramingen bij de uitvoeringsorganisaties en bij het project Tijdelijke Tolheffing. Deels zijn deze kosten volume-afhankelijk en afhankelijk van het aantal passages op beide wegen. Deels betreft het vaste kosten onafhankelijk van het gebruik van beide wegen. De volume-afhankelijke kosten zijn aan het desbetreffende aanlegproject toegerekend. Voor de verdeling van de volume-onafhankelijke exploitatiekosten over beide aanlegprojecten is een verdeelsleutel bepaald op basis van de verkeersvolumes op beide wegen.
- Op basis van de verwachte verkeersvolumes van het tolsysteem betreffen de verschuldigde tolbedragen en de ontvangsten uit betaalherinneringen en boetes indien een eenmalige betaling niet tijdig plaatsvindt.
- Verschillende cijfers in de tabel kennen nu nog een behoorlijke onzekerheid en zijn mede afhankelijk van hoe het tolsysteem in de praktijk functioneert. Een nauwkeurige raming van de verwachte duur van de tolheffing is daarom pas te geven nadat er enige jaren tol geheven is.
Bijlage 8: Lijst van afkortingen
AOV | Achterstallig Onderhoud Vaarwegen |
AMvB | Algemene Maatregel van Bestuur |
APB | Activiteitenplan en Begroting |
ATB-Vv | Automatische Treinbeïnvloeding – Verbeterde versie |
BBV | Blankenburgverbinding |
BCF | Btw-compensatiefonds |
BenO | Beheer en onderhoud |
BKN | Basiskwaliteitsniveau |
BNG | Betalen naar gebruik |
BO MIRT | Bestuurlijk overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport |
BRG | Bestaand Rotterdams Gebied |
BroNs | Brandweer op Noordzee |
BZK | Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties |
CA | Coalitieakkoord |
CID | Central Innovation District |
CJIB | Centraal Justitieel Incassobureau |
CZSK | Commando Zeestrijdkrachten |
DBFM | Design, Build, Finance and Maintain |
DF | Deltafonds |
DLP | Defensie Lifecycle Plan |
DMO | Defensiematerieelorganisatie |
DUMO | Duurzame Mobiliteit |
DVM | Dynamisch Verkeersmanagement |
EOV | Exploitatie, onderhoud en vernieuwing |
EPK | Externe productiekosten |
ERTMS | European Rail Traffic Management System |
ETV | Emergency Towing Vessels |
EU | Europese Unie |
EZ | Ministerie van Economische Zaken |
FES | Fonds Economische Structuurversterking |
FIN | Ministerie van Financiën |
GF | Gemeentefonds |
GIV-PPS | Geïntegreerde contractvorm - Publick Private Samenwerking |
HBR | Havenbedrijf Rotterdam |
HLA | Hoofdlijnenakkoord |
HOV | Hoogwaardig openbaar vervoer |
HRN | Hoofdrailnet |
HSL | Hogesnelheidslijn |
HVWN | Hoofdvaarwegennet |
HWN | Hoofdwegennet |
HXII | Hoofstuk 12 begroting Ministerie van Infrastructuur en waterstaat |
IBO | Interdepartementaal Beleidsonderzoek |
IenW | Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat |
ILT | Inspectie Leefomgeving en Transport |
IMA | Integrale Mobiliteitsanalyse |
IRM | Integraal Riviermanagement |
JIVC | Joint Informatievoorziening Commando |
KGG | Ministerie van Klimaat en Groene Groei |
KM | Koninklijke Marine |
KNRM | Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij |
KPI | Kernprestatie indicatoren |
KWC | Kustwachtcentrum |
LCC | Life Cycle Costs |
LVVN | Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur |
LTSa | Lange Termijn Spooragenda |
LVO | Landelijk Verbeterprogramma Overwegen |
MF | Mobiliteitsfonds |
MIRT | Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport |
MJPG | Meerjarenprogramma Geluidsanering |
MOC | Maritiem Operatie Centrum |
NaNov | Na Noord-Oostelijke Verbinding |
NDW | Nationaal Dataportaal Wegverkeergegevens |
NoMo | Nota Mobiliteit |
NOVEX | Nationale Omgevingsvisie Extra |
NOVI | Nationale Omgevingsvisie |
NS | Nederlandse Spoorwegen |
NSL | Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit |
NSP | Nieuwe Sleutelprojecten |
NST | Nieuwe Sluis Terneuzen |
NUTW | Nog uit te voeren werk |
NVGS | Nota Vervoer Gevaarlijke Stoffen |
NVWA | Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit |
OCW | Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap |
OV | Openbaar Vervoer |
OV SAAL | Openbaar Vervoer Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad |
OVS | Openbaar Vervoer en Spoor |
OVT | Openbaar Vervoer Terminal |
PB | Projectbesluit |
PEGA | Parlementaire Enquêtecommissie aardgaswinning Groningen |
PF | Provinciefonds |
PHS | Programma Hoogfrequent Spoorvervoer |
PKB | Planologische Kernbeslissing |
PMR | Project Mainportontwikkeling Rotterdam |
POK | Parlementaire Ondervragingscommisie Kinderopvangtoeslag |
PPC | Publiek Private Comparator |
PPS | Publiek-Private Samenwerking |
RDW | Rijksdienst voor Wegverkeer |
RISM | Road Infrastructure Safety Management |
RKPIJ | Rivierklimaatpark IJsselpoort |
RMf | Regionale Mobiliteitsfondsen |
RSP | Regiospecifiek Pakket |
RSP-ZZL | Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn |
RWS | Rijkswaterstaat |
SAA | Schiphol-Amsterdam-Almere |
SAAL | Schiphol-Amsterdam-Almere-Lelystad |
SAP | Systeme, Anwendungen und Produkte |
SAR | Search and Rescue-helikopters |
SCM | Strategisch Capaciteitsmanagement |
SEB | Schoon en Emissieloos Bouwen |
SLA | Service Level Agreement |
SodM | Staatstoezicht op de Mijnen |
SPUK | Specifieke Uitkering |
SPV | Strategisch Plan Verkeersveiligheid |
TB | Tracébesluit |
TEN-T | Trans Europese Transport Netwerken |
TTH | Tijdelijke Tolheffing |
TVOV | Transitievangnet OV |
UPGE | Uitvoeringsprogramma geluidemplacementen |
UWO | Uitwerkingsovereenkomst |
VenR | Vervanging en reparatie |
VGR | Voortgangsrapportage |
VWH | Vrachtwagenheffing |
WOO | Wet Open Overheid |
WOZ | Wind op Zee |
ZAD | Zuidasdok |
zbo | Zelfstandig bestuursorgaan |
ZZL | Zuiderzeelijn |
__Kamerstuk 36 200 A, nr. 65 (aankondiging voornemen) en Kamerstuk 36 410 A, nr. 2 (implementatie in begroting).↩︎
__Kamerstuk 29984 nr. 1202↩︎
__Kamerstuk 31 409, nr. 373↩︎
__Kamerstuk 34 244, nr. 3↩︎
__Kamerstuk 29 385, nr. 119↩︎
__Kamerstuk 36 200 A, nr. 65 (aankondiging voornemen) en Kamerstuk 36 410 A, nr. 2 (implementatie in begroting).↩︎
__Kamerstukken II 2022-2023, 29385, nr. 119.↩︎
__Kamerstukken II 2022-2023, 36200 A, nr. 65 (aankondiging voornemen) en Kamerstukken II 2023-2024, 36410 A, nr. 2 (implementatie in begroting).↩︎
__De paragraaf «Instandhouding Rijkswaterstaat-netwerken» beantwoordt de toezegging aan de heer Van Dijk uit het WGO Jaarverslag IenW 2023 van 26 juni om inzicht te geven in het huidige stand van zaken van het meerjarenplan instandhouding.↩︎
__De prestatie-indicator is gedefinieerd als het percentage van het areaal in het rivierengebied waar de actuele vegetatie de norm in de Vegetatielegger niet overschrijdt.↩︎
__Technisch gezien betekent dit een verlaging van het uitgavenplafond (van het begrotingstotaal van het Mobiliteitsfonds) in de jaren waarin het kasbudget geraamd stond en een verhoging van het uitgavenplafond (van het begrotingstotaal van het Mobiliteitsfonds) in de jaren waarin er een beschikbaarheidvergoeding nodig is.↩︎