Lijst van vragen over Voortgang Lerarenstrategie juni 2024 (Kamerstuk 27923-492)
Werken in het onderwijs
Lijst van vragen
Nummer: 2024D31751, datum: 2024-09-05, bijgewerkt: 2024-09-09 15:10, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2024D31751).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I.J.M. Michon-Derkzen, voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VVD)
- Mede ondertekenaar: C.H. Bosnjakovic , adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2024Z11288:
- Indiener: M.L.J. Paul, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs
- Medeindiener: R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-06-27 12:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-07-04 09:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-09-04 10:00: Voortgang Lerarenstrategie juni 2024 (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-11-14 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2025-01-22 10:00: Leraren (Commissiedebat), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (🔗 origineel)
2024D31751 LIJST VAN VRAGEN
De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs over de brief d.d. 26 juni 2024 inzake de Voortgang Lerarenstrategie juni 2024 (Kamerstuk 27 923, nr. 492).
De fungerend voorzitter van de commissie,
Michon-Derkzen
Adjunct-griffier van de commissie,
Bosnjakovic
Nr | Vraag |
1 | Wanneer ontvangt de Kamer de beleidsreactie op het Onderwijsraadadvies «Schaarste Schuurt» van juni 2023? |
2 | Wat zijn de resultaten van pabo-opleidingen omtrent de differentiatie tussen het oude en jonge kind? |
3 | Welke «scherpe keuzes om de belasting van leraren terug te brengen» bedoelt u precies? |
4 | Hoeveel geld gaat er jaarlijks naar de structuur van onderwijsregio’s? |
5 | Hoeveel fte is er gemoeid met het opzetten en laten functioneren van de onderwijsregio’s? |
6 | Welke signalen krijgt u van het onderwijsveld over de werking van de onderwijsregio’s als het gaat om de beleving van bestuurlijke drukte? |
7 | Hebben de Realisatie-Eenheid en onderwijsregio’s al resultaten geboekt bij het ontwikkelen van expertise en delen van ervaring en kennis over datgene wat werkt, wat niet werkt en waar eventuele knelpunten zitten? |
8 | In hoeverre vult u het streven om recht te doen aan verschillende snelheden aan met landelijke sturing door deugdelijkheidseisen te handhaven in termen van het aantal bevoegde leraren voor de klas, de klassengrootte en in het voortgezet onderwijs tevens de lestaak, het aantal lesuren voor leraren en een herinvoering van de advieslessentabel? |
9 | Welke concrete afspraken werden al in het opleidingsberaad leraren gemaakt? In hoeverre is al resultaat zichtbaar van deze afspraken? |
10 | Welke concrete keuzes hebben tot op heden geleid tot minder overladenheid? |
11 | Welke rol speelt de Nederlandse taal bij het opleiden van statushouders? |
12 | Welke afspraken zijn er gemaakt over de taalbeheersing van statushouders die worden opgeleid om voor de klas te staan? |
13 | Streeft het opleidingsberaad leraren, naast het bevorderen van de onderwijskwaliteit door samen met betrokkenen een landelijke basis vast te stellen en focus aan te brengen in de inhoud van de lerarenopleidingen, ook naar uniformiteit in het curriculum? |
14 | Op welke manier wordt meegenomen dat er binnen lerarenopleidingen meer aandacht moet worden besteed voor het begeleiden van leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften? |
15 | In het primair onderwijs kiest elke school zelf hoe werkdrukmiddelen worden ingezet; hoe wordt gecontroleerd dat deze ook daadwerkelijk aan dit doel worden uitgegeven? |
16 | Wat heeft u gedaan met de adviezen van de Onderwijsraad over het wetsvoorstel strategisch personeelsbeleid? |
17 | Is er gemonitord wat voor soort professionaliseringstrajecten er zoal werden gevolgd in het kader van de Nationale Aanpak Professionalisering Leraren (NAPL)? Zo ja, kunt u dat overzicht aan de Kamer sturen? |
18 | Gaat het beroepsbeeld leraar samen met de bekwaamheidseisen als beroepsstandaard worden opgenomen in de onderwijswetgeving? |
19 | In hoeverre vereist de vorming van een beroepsgroepsorganisatie leraren dat leraren tevens in een gelijkwaardiger positie komen ten opzichte van de werkgevers- en andere organisaties in het onderwijs die volledig worden bekostigd uit publieke middelen, zodat ook lerarenorganisaties niet langer helemaal moeten draaien op eigen bijdragen en vrijwilligerswerk? |
20 | Welke rol kan en moet het Schoolleidersregister Primair Onderwijs spelen bij uw streven naar meer samenhang in de professionaliseringsprogramma's voor schoolleiders en het verzamelen van wetenschappelijke kennis over leiderschap in het onderwijs? |
21 | Wat betekent het dat het budget voor de lerarenbeurs «toereikend» is? Werden in het geheel geen aanvragen afgewezen? Als toch aanvragen werden afgewezen, op welke gronden geschiedde dit dan? |
22 | Is gemonitord wat voor soort opleidingen zoal werden gevolgd in het kader van de lerarenbeurs? Zo ja, kunt u dat overzicht aan de Kamer sturen? |
23 | Zijn er voorbeelden waar de lerarenbeurs er juist voor heeft gezorgd dat leraren minder les gingen geven? Zo ja, welke en in hoeveel (procent) van de gevallen? |
24 | Welke keuzes werden door de pilotscholen gemaakt om in de pilot onderwijstijd voortgezet onderwijs de werkdruk te verlagen? Hoe pakten deze keuzes uit? |
25 | In hoeveel van de gevallen ging de gepoogde werkdrukverlichting over het verkorten van lesuren? |
26 | In hoeveel van de gevallen ging de gepoogde werkdrukverlichting ten koste van effectieve onderwijstijd? |
27 | Ontvangt de Kamer eind 2024 een tijdlijn en werkwijze over de evaluatie van de effectiviteit van de onderwijsregio’s in het terugdringen van het lerarentekort? |
28 | Op welke wijze borgt u de instandhouding van bestaande effectieve samenwerkingen tussen hogescholen en het funderend onderwijs rondom Samen Opleiden, die meerdere geografische regio’s overlappen of bovenregionaal worden vormgegeven? |
29 | In hoeverre heeft u inmiddels resultaten geboekt met de uitvoering van de motie van de leden Pijpelink en Soepboer over het professioneel statuut nieuw leven inblazen en zoeken naar aanvullende mogelijkheden om de autonomie van individuele leraren te vergroten1? |
30 | Hoe verklaart u dat recentelijk Rechtbank Midden-Nederland bepaalde dat u € 250 miljoen extra naar scholen moet overmaken in verband met te weinig betaalde personeelskosten in 2022? Was de rechtmatigheid van deze claim niet al in 2021 te voorzien geweest toen het kabinet besloot over de OCW-begroting 2022? In hoeverre beperkt zo'n bekostigingsachterstand de mogelijkheden voor scholen om een strategisch personeelsbeleid waar te maken? |
31 | Uit onderzoek blijkt dat het experiment bijzondere nadere vooropleidingseisen pabo door studenten als belastend wordt ervaren; is dit niet vanzelfsprekend, omdat studenten binnen het eerste jaar alsnog aan de toelatingseisen moeten voldoen? |
32 | Wat zijn de vervolgstappen, nu SEO Economisch Onderzoek en Oberon concluderen dat de inzet van andere professionals een positieve bijdrage levert in het voorkomen van personeelstekorten en de gevolgen hiervan vermindert? |
33 | In hoeverre kan verbeterde informatievoorziening en de inzet van rolmodellen, zoals toegepast in de convenanten lerarentekort primair onderwijs in de G5, breder worden toegepast? |
34 | Kan nader worden toegelicht of financiële prikkels, die Amsterdam heeft ingezet om het beroep aantrekkelijker te maken, niet leiden tot oneerlijke concurrentie tussen Amsterdam en overige gemeenten? |
35 | Hoe bepalen pabo's dat deze extra werkdruk komt door het experiment toelatingseisen pabo? |
36 | Hoe bepalen de pabo's de hoeveelheid uren die zij kwijt zijn aan het experiment toelatingseisen pabo? |
37 | Hoe komt het dat de regels onder de pabo's zo verschillen? |
1 Kamerstuk 27 923, nr. 465 |