Aanbieding van de nota naar aanleiding van het verslag en de nota van wijziging bij het wetsvoorstel Wet aanpassing termijnen en nabestaandenregeling hersteloperatie toeslagen (Kamerstuk 36577)
Wijziging van de Wet hersteloperatie toeslagen en van de Wet aanvullende regelingen hersteloperatie toeslagen, houdende aanpassingen in de hersteloperatie toeslagen van bepaalde termijnen, van de peildatum voor brede ondersteuning voor gedupeerden in het buitenland en van de nabestaandenregeling (Wet aanpassing termijnen en nabestaandenregeling hersteloperatie toeslagen)
Brief regering
Nummer: 2024D32384, datum: 2024-09-10, bijgewerkt: 2024-09-12 14:02, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36577-7).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: N. Achahbar, staatssecretaris van Financiën
Onderdeel van zaak 2024Z13231:
- Indiener: N. Achahbar, staatssecretaris van Financiën
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2024-09-12 10:00: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2024-09-12 13:25: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
36 577 Wijziging van de Wet hersteloperatie toeslagen en van de Wet aanvullende regelingen hersteloperatie toeslagen, houdende aanpassingen in de hersteloperatie toeslagen van bepaalde termijnen, van de peildatum voor brede ondersteuning voor gedupeerden in het buitenland en van de nabestaandenregeling (Wet aanpassing termijnen en nabestaandenregeling hersteloperatie toeslagen)
Nr. 7 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 september 2024
Op 18 juni 2024 is het wetsvoorstel Wet aanpassing termijnen en nabestaandenregeling hersteloperatie toeslagen bij uw Kamer ingediend. U ontvangt bijgaand de nota naar aanleiding van het verslag (Kamerstuk 36 577, nr. 8) waarin het kabinet uw vragen beantwoordt.
De vragen die diverse fracties over het wetsvoorstel hebben gesteld, en een aantal ontwikkelingen rondom de hersteloperatie, hebben het kabinet aanleiding gegeven om het wetsvoorstel op een aantal punten aan te passen. Deze aanpassingen vindt u in bijgevoegde nota van wijziging (Kamerstuk 36 577, nr. 9). De belangrijkste wijzigingen betreffen het aanpassen van de beslistermijn op aanvragen voor aanvullende compensatie voor de werkelijke schade en de introductie van termijnen bij de brede ondersteuning door gemeenten.
Geen aanpassing van de beslistermijn op aanvragen aanvullende compensatie werkelijke schade
De nota van wijziging past het wetsvoorstel aan zodat de beslistermijn bij aanvragen voor aanvullende compensatie voor de werkelijke schade ongewijzigd blijft. Dit betekent dat de beslistermijn maximaal zes maanden blijft, met de mogelijkheid om die termijn met maximaal zes maanden te verlengen. Met de grote stappen die met de opschaling van de Stichting (Gelijk)waardig herstel (SGH)-route, de opschaling van de Regieroute VSO en de ontwikkeling van de digitale schaderoute zijn gezet om de druk op de Commissie Werkelijke Schade (CWS) te verlichtenen de voortdurende inzet om de afhandeling bij de CWS te versnellen, vindt het kabinet het noodzakelijk noch wenselijk om de beslistermijn op aanvragen voor aanvullende compensatie voor de werkelijke schade aan te passen. Voor ouders die zich aanmelden voor de SGH-route geldt immers dat de wettelijke beslistermijn voor hun aanvraag voor aanvullende compensatie voor de werkelijke schade wordt opgeschort. De beslistermijn van deze ouders start weer op het moment dat onverhoopt geen vaststellingsovereenkomst via de SGH-route zou worden gesloten. Met betrekking tot de ouders die wel de CWS-route willen volgen, geldt dat nog niet met zekerheid te zeggen is tot welke doorlooptijd de nieuwe situatie gaat leiden en of de verbeteringen voldoende zullen zijn om aanvragen binnen de wettelijke beslistermijn af te handelen. De keuze om de beslistermijn niet aan te passen is daarmee een dilemma, want het brengt het risico met zich dat de huidige termijnen toch niet toereikend zijn. Het kabinet wil echter voorkomen dat er op voorhand ruimere termijnen worden ingesteld dan nodig zullen zijn.
Tot op heden lukt het helaas niet om ouders die een aanvraag indienen voor aanvullende compensatie voor de werkelijke schade binnen de wettelijke termijn van zes maanden – eenmalig te verlengen met maximaal zes maanden – een beschikking te geven. Het kabinet zet daarom al geruime tijd in op enerzijds versnelling van de afhandeling van aanvragen door de CWS, en anderzijds het verlichten van de druk op de CWS door alternatieve schaderoutes in te richten. Op 16 juli 2024 is er een dienstverleningsovereenkomst gesloten met de SGH, waarmee een grote groep gedupeerden de mogelijkheid heeft gekregen om op vereenvoudigde wijze aanvullende compensatie te krijgen voor de werkelijke schade. De verwachting is dat een groot deel van de ouders die nu nog in de wachtrij staan bij de CWS of ouders die zich daar in de toekomst zouden hebben aangemeld, niet meer door de CWS maar via deze alternatieve schaderoute geholpen zullen worden om hun financieel herstel af te ronden. Daarmee zal de druk op de CWS aanzienlijk afnemen, al blijven er ook aanzienlijk aantallen ouders over die (nog) niet de route van SGH kunnen of willen bewandelen. Mede om de druk op de CWS verder te verlichten wordt momenteel gewerkt aan opschaling van de Regieroute VSO, en worden voorbereidingen getroffen voor de introductie van een digitale schaderoute.
Tegelijkertijd blijft het kabinet volop inzetten op het versnellen van de afhandeling door de CWS. Er blijft immers nog steeds een groep ouders die ervoor zal kiezen om hun aanvraag voor aanvullende compensatie voor de werkelijke schade via de CWS te laten behandelen. Bijvoorbeeld omdat zij schadeposten hebben die zich niet lenen voor vergoeding door de SGH (zoals medische gevolgschade), omdat zij vinden dat een meer fijnmazige aanpak beter bij hun situatie past, of omdat zij op dit moment nog niet terecht kunnen bij de SGH-route omdat zij (nog) niet binnen de aanmeldingscriteria vallen. Uw Kamer is bij de brief van 31 mei 20241 geïnformeerd dat het kabinet met de CWS afspraken heeft gemaakt om het aantal adviezen dat de CWS vaststelt te laten groeien. In haar plan van aanpak spreekt de CWS de wens uit grondig te vernieuwen door aan de ene kant de eigen beleidskaders te heroverwegen op het gebied van ruimhartigheid, en aan de andere kant organisatorische maatregelen te nemen om de productiesnelheid te verhogen. Het aangepaste kader is afgelopen 1 juli gepubliceerd op de website van het CWS.
Aanpak knelpunten brede ondersteuning
Vanaf het moment dat ouders zich hebben aangemeld voor de hersteloperatie toeslagen hebben zij recht op brede ondersteuning door de gemeente, gericht op de leefgebieden financiën, wonen, zorg, gezin en werk. Gemeenten lopen in de uitvoering van deze brede ondersteuning tegen diverse knelpunten aan. Ouders hebben aangegeven inconsistentie te ervaren in de dienstverlening van gemeenten. In overleg met diverse gemeenten, VNG, ouders en jongeren wordt daarom voorgesteld om de wet aan te passen zodat er meer duidelijkheid komt voor de rechthebbenden van bepaalde onderdelen van de brede ondersteuning. Dat betreft de termijn waarbinnen een plan van aanpak wordt opgesteld om de rechthebbende te helpen en de termijn waarbinnen de brede ondersteuning vervolgens wordt verleend.
Regeling voor nabestaanden van overleden gedupeerden
Zoals in de brief2 bij het wetsvoorstel is toegelicht, wachten nabestaanden van overleden gedupeerden al lange tijd op start van de regeling die hen helpt het financieel herstel af te ronden. Het kabinet is uw Kamer erkentelijk voor uw spoedige schriftelijke inbreng en verzoekt uw Kamer om ook voor het vervolg van het wetstraject een spoedige behandeling van het wetsvoorstel te bevorderen.
Daarmee kan een uitvoerbare nabestaandenregeling in werking treden die zoveel mogelijk aansluiting zoekt bij het gewijzigde amendement Leijten.3 Dat amendement had als doel om behandeling in één dag mogelijk te maken en de mogelijkheid te realiseren om aanvullende compensatie voor de werkelijke schade toe te kennen. Door het aanbieden van aanvullende begeleiding en door verscheidene herstelregelingen zo snel mogelijk na elkaar en met een voorrangsbehandeling te doorlopen heeft het kabinet gepoogd binnen de grenzen van het haalbare en uitvoerbare zo goed mogelijk gevolg te geven aan het uitgangspunt van het amendement. Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat het voor de nabestaanden niet altijd mogelijk zal zijn om het verhaal van de overledene te reconstrueren en werkelijke schade aannemelijk te maken. Dat kan met name de toekenning van aanvullende compensatie voor de werkelijke schade bemoeilijken. Het kabinet blijft daarom in gesprek met onder meer CWS en SGH om te bezien hoe de compensatieregeling voor werkelijke schade voor nabestaanden zo goed mogelijk kan worden uitgevoerd.
De Staatssecretaris van Financiën,
N. Achahbar