[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met Miljoenennota)

Memorie van toelichting

Nummer: 2024D33664, datum: 2024-09-17, bijgewerkt: 2024-09-24 08:14, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36613-B-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36613 B-2 Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met Miljoenennota).

Onderdeel van zaak 2024Z13725:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

36 613 B Wijziging van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met Miljoenennota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A Artikelsgewijze toelichting bij het wetsvoorstel

Wetsartikel 1

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld.

Het wetsvoorstel strekt ertoe om de onderhavige begrotingsstaat voor het aangegeven jaar vast te stellen.

Alle voor dit jaar vastgestelde begrotingswetten tezamen vormen de Rijksbegroting voor dat jaar. Een toelichting bij de Rijksbegroting als geheel is opgenomen in de Miljoenennota.

Met de vaststelling van dit wetsartikel worden de uitgaven, verplichtingen en de ontvangsten vastgesteld. De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zogenoemde begrotingstoelichting).

Wetsartikel 3

Ingevolge artikel 5, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet hebben gemeenten gezamenlijk recht op het bedrag dat in de begroting als verplichting voor het totaal van de algemene uitkering is opgenomen.

Ingevolge artikel 5, tweede lid, van de Financiële-verhoudingswet hebben de gemeenten gezamenlijk recht op de bedragen die in de begroting als verplichting voor het totaal van de integratie-uitkeringen en het totaal van de decentralisatie-uitkeringen is opgenomen.

De in dit wetsartikel opgenomen bedragen zijn niet rechtstreeks uit de begrotingsstaat af te leiden. De bedragen worden nader onderbouwd in deze memorie van toelichting.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
J.J.M. Uitermark

De Staatssecretaris van Financiën,
F.L. Idsinga

B Artikelsgewijze toelichting bij de begrotingsartikelen

Artikel 1 Gemeentefonds

Verplichtingen 43.476.676 498.273 43.974.949
Uitgaven 43.338.691 498.273 43.836.964
Financiering gemeenten
Bijdrage aan medeoverheden
Algemene uitkering en de aanvullende uitkeringen 38.408.663 437.186 38.845.849
Decentralisatie-uitkeringen 1.125.162 61.087 1.186.249
Integratie-uitkering Voogdij 18+ 0 0 0
Integratie-uitkering Beschermd wonen 1.730.992 0 1.730.992
Integratie-uitkering Participatie 2.070.911 0 2.070.911
Integratie-uitkeringen Overig 2 0 2
Kosten Financiële verhoudingswet
Opdrachten
Onderzoeken verdeelsystematiek 2.361 0 2.361
Bijdragen aan ZBO's/RWT's
Onderzoeken verdeelsystematiek 600 0 600
Ontvangsten 43.338.691 498.273 43.836.964

Toelichting

Algemeen

De voorliggende suppletoire begroting 2024 voor het gemeentefonds bevat de voorgestelde wijzigingen in de begroting 2024 ten opzichte van de stand van de eerste suppletoire begroting 2024.

Algemene uitkering

De mutatie op de algemene uitkering heeft met name betrekking op het toedelen van het aandeel van gemeenten in de voorlopige ruimte onder het plafond van het BTW-compensatiefonds (BCF) voor 2024 (€ 446,7 mln.).

Decentralisatie-uitkeringen

De mutatie op de decentralisatie-uitkeringen heeft betrekking op diverse onderwerpen. Dit betreft onder meer Alleenverdieners (€ 22,6 mln.), Wet betaalbare huur (€ 13,4 mln.), Faciliteitenbesluit opvangcentra (€ 12,1 mln.) en Toekomstbestendig maken energiebeleid (€ 10,0 mln.).