[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met Miljoenennota)

Memorie van toelichting

Nummer: 2024D33709, datum: 2024-09-17, bijgewerkt: 2024-10-07 09:55, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36613-IX-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36613 IX-2 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met Miljoenennota).

Onderdeel van zaak 2024Z13735:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

36 613 IX Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met Miljoenennota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 en 2

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2024 wijzigingen aan te brengen in:

de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB);

de begrotingsstaat inzake de Nationale Schuld (IXA).

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zogenaamde begrotingstoelichting).

De Minister van Financiën,
E. Heinen

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de eerste suppletoire begroting 2024 (inclusief nota van wijziging1) van het Ministerie van Financiën (IXB) en Nationale Schuld (IXA).

Hoofdstuk 2 en hoofdstuk 3 bevatten per beleidsartikel een budgettaire tabel. Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in de onderstaande (tabel 1) toegelicht. Vanwege de staffel kan de som van de toegelichte mutaties afwijken van de totale mutaties op het artikel.

< 50 1 2
=> 50 en < 200 2 4
=> 200 en < 1.000 5 10
=> 1.000 10 20

De toelichting op de mutatie van de belastingontvangsten is in de Miljoenennota opgenomen.

2 Beleidsartikelen Ministerie van Financiën (IXB)

Artikel 1 Belastingen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 4.386.964 451.639 4.838.603
Uitgaven (1) + (2) 3.602.111 451.639 4.053.750
Apparaatsuitgaven (1) 3.374.028 217.199 3.591.227
Personele uitgaven 2.883.906 243.307 3.127.213
Eigen personeel 2.448.246 136.599 2.584.845
Inhuur externen 427.247 88.218 515.465
Overig personeel 8.413 18.490 26.903
Materiële uitgaven 490.122 – 26.108 464.014
ICT 31.808 8.028 39.836
Bijdrage aan SSO's 363.450 – 36.992 326.458
Overig materieel 94.864 2.856 97.720
Programma-uitgaven (2) 228.083 234.440 462.523
Garanties 181 0 181
Garantie procesrisico's 181 0 181
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 14.366 967 15.333
Waarderingskamer 2.489 0 2.489
Kadaster 2.933 0 2.933
Kamer van Koophandel 341 0 341
Overige bijdrage ZBO's/RWT's 8.603 967 9.570
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 2.787 0 2.787
Internationale Douaneraad 0 0 0
Overige internationale organisaties 2.787 0 2.787
Opdrachten 381.094 29.055 410.149
ICT opdrachten 320.044 25.625 345.669
Overige opdrachten 61.050 3.430 64.480
Bijdrage aan agentschappen 12.889 0 12.889
Bijdrage Logius 4.287 0 4.287
Bijdrage overige agentschappen 8.602 0 8.602
(Schade)vergoeding 29.205 1.418 30.623
(Schade)vergoedingen 25.813 1.418 27.231
Vergoeding proceskosten 3.392 0 3.392
Rente 221.316 203.000 424.316
Belasting- en invorderingsrente 221.316 203.000 424.316
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken – 433.755 0 – 433.755
Toerekening uitgaven aan Douane – 215.786 0 – 215.786
Toerekening uitgaven aan Toeslagen – 217.969 0 – 217.969
Ontvangsten (3) + (4) 210.273.153 7.523.032 217.796.185
Programma-ontvangsten (3) 210.165.685 7.523.242 217.688.927
waarvan: Belastingontvangsten 208.662.155 7.523.242 216.185.397
Bekostiging 230.864 0 230.864
Doorbelasten kosten vervolging 230.864 0 230.864
Rente 1.034.025 0 1.034.025
Belasting- en invorderingsrente 1.034.025 0 1.034.025
Boetes en schikkingen 238.641 0 238.641
Ontvangsten boetes en schikkingen 238.641 0 238.641
Apparaatsontvangsten (4) 107.468 – 210 107.258
Verplichtingen 4.386.964 451.639 4.838.603
waarvan garantieverplichtingen 336 0 336
Garantie procesrisico's 336 0 336
waarvan overige verplichtingen 4.386.628 451.639 4.838.267

Toelichting

Uitgaven en verplichtingen

Personele uitgaven

De personele uitgaven worden in 2024 € 243 mln. hoger geraamd. Dit is met name het gevolg van de nieuwe cao en stijgende kosten voor externe inhuur (samen € 192 mln. in 2024). Hiervoor is loonbijstelling overgeheveld naar de Belastingdienst. Binnen de personele uitgaven heeft een herschikking van € 18 mln. plaatsgevonden van eigen personeel naar overig personeel vanwege de uitgaven aan de Regeling Vervroegde Uittreding (RVU). Daarnaast heeft er een herschikking van € 39 mln. plaatsgevonden van materiële uitgaven naar personele uitgaven vanwege diverse fte-gebonden uitgaven (zoals thuiswerkvergoeding, opleidings- en reiskosten) die zijn gestegen door een hogere bezetting. Dit budget (overhead) stond geraamd onder «Bijdrage aan SSO's».

Materiële uitgaven

De materiële uitgaven worden in 2024 € 26 mln. lager geraamd. Dit is het saldo van positieve en negatieve bijstellingen. Zoals in het kopje hierboven toegelicht vindt er een herschikking van € 39 mln. overheadsbudget plaats van materiële naar personele uitgaven. Daarnaast ontvangt dit instrument prijsbijstelling (€ 15 mln. In 2024) om stijgende prijzen te compenseren.

Opdrachten

De uitgaven onder opdrachten worden € 29 mln. hoger geraamd. Dit is met name het gevolg van stijgende prijzen waarvoor prijsbijstelling is ontvangen (€ 12 mln.) en budgetoverhevelingen vanuit Toeslagen en Douane voor (ict-)kosten die de Belastingdienst in opdracht van Douane en Toeslagen maakt (samen € 12 mln.).

Rente

Naar aanleiding van het Hoge Raad arrest op 14 juni, waarin de Hoge Raad heeft bepaald dat een Duits fonds (Immobielen-Sondervermögen) geen buitenlands belastingplichtige is in Nederland, dient betaalde VPB inclusief rente terugbetaald te worden. Het betreft hier invorderingsrente uit de jaren 1998–2011. Voor de belastingjaren vanaf 2012 wordt geen rente uitgekeerd.

Ontvangsten

Belastingontvangsten

In de Miljoenennota 2025 worden de mutaties van de Belastingontvangsten in het lopende begrotingsjaar 2024 toegelicht (zie hoofdstuk 2.7 – Horizontale ontwikkeling inkomsten en lasten en bijlage 4 – De belasting- en premieontvangsten. De aansluiting met de Miljoenennota en de bedragen in de begrotingstoelichting (artikel 1 Belastingen, tabel budgettaire gevolgen van beleid) ziet er als volgt uit.

Totaal belastingontvangsten 279.279.850 7.140.961 286.420.811
– /– Afdracht Gemeentefonds 43.338.691 498.273 43.836.964
– /– Afdracht Provinciefonds 3.610.996 259.139 3.870.135
– /– Afdracht BES-fonds 82.840 10.933 93.773
– /– Belastingontvangsten artikel 6 Btw-compensatiefonds 4.104.182 144.454 4.248.636
– /– Belastingontvangsten artikel 9 Douane 19.480.986 – 1.295.080 18.185.906
Belastingontvangsten artikel 1 Belastingen 208.662.155 7.523.242 216.185.397

Artikel 2 Financiële markten

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen – 4.130.301 3.442 – 4.126.859
Uitgaven 31.937 3.442 35.379
Bekostiging 7.793 2 7.795
Accountantskamer 1.544 0 1.544
Muntcirculatie 4.567 0 4.567
IMVO convenanten 30 2 32
Overig 1.652 0 1.652
Opdrachten 11.140 313 11.453
Wijzer in geldzaken 1.634 230 1.864
Vakbekwaamheid 5.543 0 5.543
Uitvoeringskosten SRH 0 0 0
Schadeloosstelling SRH 2.200 0 2.200
Convertibiliteit Oekraïense hryvnia 0 0 0
Uitvoeringskosten omwisselen Oekraïense hryvnia 0 0 0
Overig 1.763 83 1.846
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 11.788 3.127 14.915
Bijdrage AFM BES-toezicht 705 32 737
Bijdrage DNB toezicht en DGS BES 2.020 92 2.112
Bijdrage toezicht en handhaving MIF 0 28 28
Bijdrage PSD II 0 34 34
Bijdrage FEC 4.503 692 5.195
Overig 4.560 2.249 6.809
Storting/onttrekking begrotingsreserve 625 0 625
Dotatie begrotingsreserve DGS BES 0 0 0
Dotatie begrotingsreserve NHT 625 0 625
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 591 0 591
IASB 441 0 441
(Caribean) Financial Action Task Force 150 0 150
Ontvangsten 10.209 2.100 12.309
Bekostiging 2.000 0 2.000
Ontvangsten muntwezen 2.000 0 2.000
Opdrachten 1.455 0 1.455
Wijzer in geldzaken 1.455 0 1.455
Ontvangsten 6.754 2.100 8.854
Overig 6.754 2.100 8.854
Verplichtingen – 4.130.301 3.442 – 4.126.859
waarvan garantieverplichtingen – 4.163.500 0 – 4.163.500
Garantie SRF – 4.163.500 0 – 4.163.500
Garantie WAKO (kernongevallen) 0 0 0
Garantie DGS BES 1.262 0 1.262
Garantie Stichting Waarborgfonds Motorverkeer 0 0 0
waarvan overige verplichtingen 33.199 3.442 36.641
Muntcirculatie 4.567 0 4.567
Vakbekwaamheid 5.543 0 5.543
Schadeloosstelling SRH 2.200 0 2.200
Uitvoeringskosten omwisselen Oekraïense hryvnia 0 0 0
Bijdrage DNB toezicht en DGS BES 2.020 92 2.112
Bijdrage FEC 4.503 692 5.195
Overige betalingsverplichtingen 14.366 2.658 17.024

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

Voor het project Ongewenste Buitenlandse Financiering van het Financieel Expertise Centrum (FEC) ontvangt het Ministerie van Financiën bijdrages van in totaal € 0,5 mln. van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Justitie en Veiligheid en Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Voor het Ultimate Beneficial Owner (UBO) register werden extra kosten van € 2,1 mln. verwacht. De UBO-registers worden geleidelijk ontsloten. Dit is juridisch en technisch complex, en kost daardoor meer tijd dan gedacht. Door gedeeltelijke ontsluiting van het register komen inmiddels wel weer inkomsten binnen, die de kosten deels kunnen opvangen.

Ontvangsten

Overige ontvangsten

Zie toelichting onder uitgaven.

Artikel 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 25.917.897 303 25.918.200
Uitgaven 13.759.965 303 13.760.268
Garanties 20 0 20
Regeling Bijzondere Financieringen 20 0 20
Leningen 13.100.000 0 13.100.000
Lening TenneT 13.100.000 0 13.100.000
Opdrachten 5.012 230 5.242
Uitvoeringskosten staatsdeelnemingen 5.012 230 5.242
Opstart Invest International 0 0 0
Vermogensverschaffing/-onttrekking 649.837 0 649.837
Kapitaalinjectie TenneT 0 0 0
Afdrachten Staatsloterij 100.000 0 100.000
Kapitaalinjectie Invest-NL 330.000 0 330.000
Kapitaalinjectie Invest International 219.837 0 219.837
Kapitaalinjectie regionale netbeheerders 0 0 0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 5.096 73 5.169
NLFI 5.096 73 5.169
Ontvangsten 3.793.201 – 1.140.525 2.652.676
Garanties 1.000 0 1.000
Premieontvangsten garantie KLM 0 0 0
Premieontvangsten Gasunie 0 0 0
Premieontvangsten garantie FMO 1.000 0 1.000
Leningen 258.701 17.722 276.423
Renteontvangsten lening KLM 0 0 0
Aflossing lening KLM 0 0 0
Renteontvangsten lening TenneT 258.701 17.722 276.423
Vermogensverschaffing/-onttrekking 3.529.000 – 1.158.247 2.370.753
Aan-/verkoop vermogenstitels 460.000 443.753 903.753
Afdrachten Staatsloterij 100.000 0 100.000
Dividenden staatsdeelnemingen 2.969.000 – 1.602.000 1.367.000
Winstafdracht DNB 0 0 0
waarvan: Griekse inkomsten SMP 0 0 0
waarvan: rente-inkomsten ESM 0 0 0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 4.500 0 4.500
NLFI 4.500 0 4.500
Verplichtingen 25.917.897 303 25.918.200
waarvan garantieverplichtingen 269.134 0 269.134
Garanties en vrijwaringen staatsdeelnemingen 0 0 0
Garantie FMO 269.134 0 269.134
waarvan overige verplichtingen 25.648.763 303 25.649.066
Lening SRH – 11.202 0 – 11.202
Lening TenneT 25.000.000 0 25.000.000
Kapitaalinjectie TenneT 0 0 0
Aan-/verkoop vermogenstitels 0 0 0
Afdrachten Staatsloterij 100.000 0 100.000
Kapitaalinjectie Invest-NL 330.000 0 330.000
Kapitaalinjectie Invest International 219.837 0 219.837
Kapitaalinjectie regionale netbeheerders 0 0 0
Overige betalingsverplichtingen 10.128 303 10.431

Ontvangsten

Leningen

De Staat ontvangt een marktconforme rente met additionele vergoedingen over de verstrekte lening aan TenneT. De renteontvangsten worden naar boven bijgesteld.

Vermogensverschaffing/ -onttrekking

De ontvangsten nemen in 2024 met ten minste € 443 mln. toe. Dit komt door de verkoop van aandelen ABN AMRO door de Staat via de beurs en de inkoop van aandelen door ABN AMRO. De ontvangsten betreffen de verkoopopbrengst tot en met juli 2024.

De Duitse staat heeft laten weten dat het op dit moment geen volledige aankoop van TenneT Duitsland kan realiseren. Dit betekent dat er geen terugontvangst is van het kapitaal dat vorig jaar door de Staat in TenneT is gestort (€ 1,602 mld.). Deze ontvangst was in 2024 wel begroot.

Artikel 4 Internationale financiële betrekkingen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 81.827 2.515.394 2.597.221
Uitgaven 520.648 0 520.648
Garanties 17.794 0 17.794
EIB pan-Europees garantiefonds 17.794 0 17.794
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 500.685 0 500.685
Multilaterale ontwikkelingsbanken en fondsen 1.519 0 1.519
Rentecompensatie ESM 0 0 0
Wereldbank 364.730 0 364.730
EBRD 100.000 0 100.000
Kapitaalinleg ESM 0 0 0
Bijdrage EU voor rente Oekraïne 34.436 0 34.436
Leningen 0 0 0
Teruggave winsten 0 0 0
Lening aan Oekraïne 0 0 0
Opdrachten 2.169 0 2.169
Technische assistentie 2.069 0 2.069
Overige opdrachten 100 0 100
Ontvangsten 113.854 6.855 120.709
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 20.942 0 20.942
Ontvangsten IFI's 20.942 0 20.942
Ontvangsten ESM Kapitaal 0 0 0
Leningen 92.912 6.855 99.767
Aflossing lening Griekenland 0 0 0
Renteontvangsten lening Griekenland 92.912 6.855 99.767
Aflossing lening Oekraïne 0 0 0
Renteontvangsten lening Oekraïne 0 0 0
Verplichtingen 81.827 2.515.394 2.597.221
waarvan garantieverplichtingen – 81.856 2.515.394 2.433.538
Kredieten EU-betalingsbalanssteun 0 94.089 94.089
Garantie aan DNB inzake IMF – 2.141.800 2.034.859 – 106.941
ESM 0 0 0
EFSM 0 254.899 254.899
AIIB 13.877 0 13.877
Wereldbank 99.067 0 99.067
SURE 0 – 159.636 – 159.636
EIB – pan-Europees garantiefonds 0 – 320.323 – 320.323
NGEU 0 584.260 584.260
MFB 0 0 0
MFB Headroomgarantie 0 27.246 27.246
Oekraïne faciliteit 1.947.000 0 1.947.000
waarvan overige verplichtingen 163.683 0 163.683
Multilaterale ontwikkelingsbanken en fondsen 1 0 1
Rentecompensatie ESM 0 0 0
Wereldbank 68.513 0 68.513
EBRD 100.000 0 100.000
Kapitaalinleg ESM 0 0 0
Bijdrage EU voor rente Oekraïne – 7.000 0 – 7.000
Teruggave winsten SMP/ANFA 0 0 0
Lening aan Oekraïne 0 0 0
Technische assistentie kiesgroeplanden 2.069 0 2.069
Overige betalingsverplichtingen 100 0 100

Toelichting

Verplichtingen

Garantieverplichtingen

Kredieten EU-betalingsbalanssteun (BoP-faciliteit)

De BoP-faciliteit is bedoeld voor niet-eurolanden met feitelijke of ernstig dreigende moeilijkheden in de betalingsbalans. De mutatie is het gevolg van verbeteringen in het ramingsmodel ten aanzien van het bni-aandeel evenals de actualisatie van het bni-aandeel.

Garantie aan DNB inzake IMF

Tijdens de voorjaarsvergadering van het IMF is een ophoging van SDR-onlending (Special Drawing Rights) van maximaal SDR 1,7 mld. (ongeveer € 2,1 mld.) aan de RST (Resilience and Sustainability Trust) van het IMF toegezegd, onder voorbehoud van parlementaire goedkeuring. De uiteindelijke ophoging komt o.b.v. de wisselkoers van 1 maart 2024 uit op SDR 1,66 mld. (€ 2,03 mld.).2

Actualisatie garantie EFSM

Nederland staat voor haar aandeel in het EU-bni inclusief het Verenigd Koninkrijk garant voor de uitstaande leningen van het EFSM inclusief de bijbehorende renteverplichting. De garantie wordt bijgesteld op basis van cijfers van de Europese Commissie. Daarnaast zijn enkele verbeteringen doorgevoerd in het ramingsmodel. In het bni-aandeel is nu het aandeel van het VK beter doorgerekend en zijn de bni-cijfers preciezer en meerjarig opgenomen.

Actualisatie garantie SURE

Nederland staat voor haar aandeel in het EU-bni garant voor de uitstaande leningen van SURE inclusief de bijbehorende renteverplichting. De mutatie is het gevolg van verbeteringen in het ramingsmodel ten aanzien van het bni-aandeel evenals de actualisatie van het bni-aandeel.

EIB – pan-Europees garantiefonds

De EIB heeft in 2020 het pan-Europees garantiefonds (EGF) opgericht om de negatieve economische gevolgen van de coronacrisis te beperken. Nu de allocatieperiode voor de producten in het fonds is afgelopen, zullen er geen nieuwe producten meer uitgegeven worden, waardoor de EIB het maximum van de garantieomvang kan vaststellen. De maximale garantstelling van Nederland ten opzichte van het Europees Garantiefonds (EGF) is verlaagd met € 320 mln.

NGEU

De mutatie is het gevolg een actualisatie van de data over uitgegeven bonds en verstrekte leningen aan lidstaten onder NGEU. Daarnaast zijn de rentecijfers geactualiseerd. Ook zijn diverse verbeteringen in de ramingssystematiek doorgevoerd, waardoor een preciezere inschatting gemaakt kan worden van de rentekosten.

Actualisatie MFB headroomgarantie

Via de macro-financiële bijstand (MFB) leent de Europese Commissie namens de Europese Unie middelen bij financiële instellingen en op de kapitaalmarkt en leent deze middelen door aan Oekraïne. Nederland staat voor haar aandeel in het EU-bni garant voor de MFB. De mutatie is het gevolg van verbeteringen in het ramingsmodel ten aanzien van het bni-aandeel, evenals de actualisatie van het bni-aandeel.

Ontvangsten

Leningen

De renteontvangsten voor de Greek Loan Facility (GLF) worden naar boven bijgesteld op basis van de renterealisaties ontvangen van de Europese Commissie.

Artikel 5 Exportkredietverzekeringen, -garanties en investeringsverzekeringen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 10.091.762 – 1.368 10.090.394
Uitgaven 168.762 – 1.368 167.394
Opdrachten 20.518 – 132 20.386
Kostenvergoeding Atradius DSB 19.283 0 19.283
Uitvoeringskosten herverzekering leverancierskredieten 1.000 0 1.000
Overige uitgaven 235 – 132 103
Garanties 78.000 – 5.000 73.000
Schade-uitkering EKV 77.000 – 5.000 72.000
Schade-uitkering herverzekering leverancierskredieten 1.000 0 1.000
Storting/onttrekking begrotingsreserve 70.244 3.764 74.008
Mutatie begrotingsreserve EKV 70.244 3.764 74.008
Ontvangsten 133.206 15.251 148.457
Garanties 109.174 15.000 124.174
Premies EKV 70.244 0 70.244
Premies herverzekering leverancierskredieten 0 0 0
Schaderestituties EKV voor 1999 28.834 0 28.834
Schaderestituties EKV vanaf 1999 tot 2019 0 3.764 3.764
Schaderestituties EKV na 2019 10.096 11.236 21.332
Schaderestituties herverzekering leverancierskredieten 0 0 0
Storting/onttrekking begrotingsreserve 24.032 251 24.283
Mutatie begrotingsreserve EKV 24.032 251 24.283
Verplichtingen 10.091.762 – 1.368 10.090.394
waarvan garantieverplichtingen 10.000.000 – 5.000 9.995.000
Exportkredietverzekeringen 10.000.000 – 5.000 9.995.000
waarvan: aangegane garantieverplichtingen 10.000.000 – 5.000 9.995.000
waarvan: vervallen garantieverplichtingen 0 0 0
waarvan overige verplichtingen 91.762 3.632 95.394
Kostenvergoeding Atradius DSB 19.283 0 19.283
Uitvoeringskosten herverzekering leverancierskredieten 1.000 0 1.000
Schade-uitkering herverzekering leverancierskredieten 1.000 0 1.000
Storting begrotingsreserve EKV 70.244 3.764 74.008
Overige betalingsverplichtingen 235 – 132 103

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Garanties

Schade-uitkering ekv

Naar aanleiding van een aangescherpte ekv-ramingssystematiek is besloten dat definitieve schades niet langer aan de uitgavenkant geboekt worden. Er vindt wel een onttrekking aan de begrotingsreserve plaats (alleen voor definitieve schadezaken na 2019) aan de ontvangstenkant. Daarnaast wordt de openstaande vorderingstand verlaagd. Dit alles leidt tot een neerwaartse bijstelling op de langlopende schadeuitkeringen van € 5 mln. meerjarig.

Storting/onttrekking begrotingsreserves

De raming van de begrotingsreserve wordt met € 3,76 mln. naar boven bijgesteld. Dit is het resultaat van de aangescherpte ekv-ramingssystematiek, waarbij schaderestituties van polissen vanaf 1999 tot 2019 in de begrotingsreserve worden gestort.

Ontvangsten

Garanties

Schaderestituties EKV

In verband met de aangescherpte ekv-ramingssystematiek is er een spliting gemaakt tussen de schaderestituties in drie tijdslijnen, namelijk vóór 1999, van 1999 tot 2019 en ná 2019. De splitsing leidt tot een herschikking tussen de drie tijdslijnen in verband met de boekingswijze per tijdslijn. Het bedrag van € 15 mln. bestaat uit een gesaldeerd bedrag van € 3,76 mln. uit schaderestituties vanaf 1999 tot 2019 en € 11,24 mln. schaderestituties na 2019.

Artikel 6 Btw-compensatiefonds

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 4.104.182 144.454 4.248.636
Uitgaven 4.104.182 144.454 4.248.636
Bijdrage aan medeoverheden 4.104.182 144.454 4.248.636
Bijdragen aan gemeenten 3.599.528 211.508 3.811.036
Bijdragen aan provincies 504.654 – 67.054 437.600
Ontvangsten 4.104.182 144.454 4.248.636

Toelichting

Verplichtingen, uitgaven en ontvangsten

Bijdrage aan medeoverheden

Als gevolg van overhevelingen van budget van ministeries naar decentrale overheden wordt er een bedrag in het gemeente of provinciefonds gestort. Het geraamde btw-deel van dit bedrag wordt in het BCF gestort (circa € 48 mln. in 2024). Gemeentes en provincies kunnen de betaalde btw in verband met de overhevelingen terugvragen bij het BCF. Deze uitgaven worden gedekt vanuit de belastingontvangsten. Daarnaast vindt er een bijstelling van de raming van het BCF plaats (€ 96 mln. in 2024) op basis van de beschikking van het afgelopen jaar, betalingen van het vierde kwartaal van het afgelopen jaar en driemaal het voorschot van het eerste kwartaal uit het lopende jaar.

Artikel 9 Douane

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 1.008.762 54.679 1.063.441
Uitgaven (1) + (2) 1.008.762 54.679 1.063.441
Apparaatsuitgaven (1) 543.906 35.363 579.269
Personele uitgaven 538.226 31.216 569.442
Eigen personeel 522.987 – 12.717 510.270
Inhuur externen 14.569 43.933 58.502
Overig personeel 670 0 670
Materiële uitgaven 5.680 4.147 9.827
ICT 1.489 685 2.174
Bijdrage aan SSO's 165 – 2 163
Overig materieel 4.026 3.464 7.490
Programma-uitgaven (2) 464.856 19.316 484.172
Bekostiging 0 0 0
Overige bekostiging 0 0 0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 1.488 – 280 1.208
Overige bijdrage ZBO's/RWT's 1.488 – 280 1.208
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 199.596 20.076 219.672
Wereld Douane Organisatie 196 0 196
Bijdragen vertragingsrente EU 199.400 20.076 219.476
Bijdrage aan overige (inter)nationale organisaties 0 0 0
Opdrachten 41.417 – 321 41.096
ICT opdrachten 17.953 – 14.865 3.088
Overige opdrachten 23.464 14.544 38.008
Bijdrage aan agentschappen 3.514 – 104 3.410
Bijdrage overige agentschappen 3.514 – 104 3.410
(Schade)vergoeding 55 – 55 0
(Schade)vergoedingen 0 0 0
Vergoeding proceskosten 55 – 55 0
Rente 3.000 0 3.000
Belasting- en invorderingsrente 3.000 0 3.000
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken 215.786 0 215.786
Toegerekende uitgaven van Belastingen 215.786 0 215.786
Ontvangsten (3) + (4) 19.491.691 – 1.295.080 18.196.611
Programmaontvangsten (3) 19.491.086 – 1.295.080 18.196.006
waarvan: Belastingontvangsten 19.480.986 – 1.295.080 18.185.906
Bekostiging 500 0 500
Doorbelasten kosten vervolging 500 0 500
Rente 5.600 0 5.600
Belasting- en invorderingsrente 5.600 0 5.600
Boetes en schikkingen 4.000 0 4.000
Ontvangsten boetes en schikkingen 4.000 0 4.000
Apparaatontvangsten (4) 605 0 605

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Personele uitgaven

De belangrijkste mutaties ten opzichte van de vastgestelde begroting zijn:

– De tranche 2024 van de loon- en prijsbijstelling is bij de eerste suppletoire begroting toegevoegd aan de begroting (artikel 10). Deze loon- en prijsbijstelling is nu naar rato doorgezet naar de begroting van Douane (€ 42 mln.).

– Er is budget toegevoegd op eigen personeel vanuit het Ministerie van Buitenlandse Zaken voor € 4,1 mln. voor het versterken van de grenstoezicht.

– Er heeft budgetherschikking plaatsgevonden van eigen personeel naar externe inhuur (€ 36 mln.), voornamelijk vanwege de de krapte op de arbeidsmarkt en het niet in huis hebben van specifieke kennis.

– Hiernaast is er budget overgeheveld van eigen personeel naar externe inhuur (€ 7,5 mln.) en opdrachten (€ 15 mln.) voor het realiseren van de digitale transformatie. Met de digitale transformatie zet douane in op slimme handhaving door data gedreven te werk te gaan. Hierbij is IV-capaciteit noodzakelijk.

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

Vertragingsrente: er zijn nabetalingen gedaan over de Traditionele Eigen Middelen (TEM). De Nederlandse douaneautoriteiten voeren een zelfanalyse uit op casussen waarvan de invoerrechten nog niet met zekerheid zijn vastgesteld of nog niet door de lidstaat zijn geïnd. Als gevolg van de zelfanalyses heeft Nederland de aansprakelijkheid op een aantal dossiers geaccepteerd. Dit heeft geleid tot circa € 20,5 mln. aan TEM nabetalingen via de begroting van Buitenlandse Zaken. De corresponderende vertragingsrente op de nabetalingen bedraagt circa € 20 mln. en wordt door Douane verantwoord op Artikel 9 van de begroting Financiën.

Ontvangsten

Belastingontvangsten

Op artikel 9 Douane worden de belastingontvangsten begroot die geheven en geïnd worden via de Douanesystemen. Het gaat om invoerrechten, accijnzen, verbruiksbelasting, een deel van de omzetbelasting.

In de Miljoenennota 2025 worden de mutaties van de Belastingontvangsten in het lopende begrotingsjaar 2024 toegelicht (zie hoofdstuk 2.4 – Horizontale ontwikkeling inkomsten en lasten en bijlage 4 – De belasting- en premieontvangsten). De aansluiting van de belastingontvangsten met de Miljoenennota is te vinden onder tabel 4.

Artikel 13 Toeslagen

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 2.381.677 – 522.936 1.858.741
Uitgaven (1) + (2) 2.425.100 – 526.936 1.898.164
Apparaatsuitgaven (1) 603.102 – 5.418 597.684
Personele uitgaven 582.734 – 3.614 579.120
Eigen personeel 199.589 15.996 215.585
Inhuur externen 382.715 – 20.416 362.299
Overig personeel 430 806 1.236
Materiële uitgaven 20.368 – 1.804 18.564
ICT 275 0 275
Bijdrage aan SSO's 0 0 0
Overige materiële uitgaven 20.093 – 1.804 18.289
Programma-uitgaven (2) 1.821.998 – 521.518 1.300.480
Bijdrage aan ZBO's/RWT's 106 0 106
Bijdrage overige ZBO's/RWT's 106 0 106
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties 6.901 – 2.000 4.901
Bijdrage aan (inter)nationale organisaties 6.901 – 2.000 4.901
Opdrachten 67.255 2.552 69.807
ICT opdrachten 27 2.000 2.027
Overige opdrachten 67.228 552 67.780
Bijdrage aan medeoverheden 95.344 29.532 124.876
Bijdrage aan medeoverheden 95.344 29.532 124.876
(Schade)vergoeding 1.432.423 – 551.602 880.821
Compensatie toeslagengedupeerden 869.900 – 299.272 570.628
Kwijtschelden private schulden 141.764 – 55.000 86.764
Herstelprogramma voor kinderen 230.093 – 112.493 117.600
Herstelregeling voor ex-partners 123.399 – 82.820 40.579
Herstelregeling voor gedupeerden andere toeslagen 23.040 – 23.040 0
Overige (schade)vergoedingen 44.227 21.023 65.250
Subsidies 2.000 0 2.000
Subsidie toeslagen herstel 2.000 0 2.000
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken 217.969 0 217.969
Toegerekende uitgaven van Belastingen 217.969 0 217.969
Ontvangsten 0 0 0
Apparaatsontvangsten 0 0 0
Programma-ontvangsten 0 0 0

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Bijdrage aan medeoverheden

Er wordt € 27 mln. budget voor de Regeling specifieke uitkering gemeentelijke hulp aan gedupeerden kinderopvangtoeslagproblematiek (SPUK) van 2025 naar 2024 verschoven in verband met verwachte declaraties vanuit gemeenten. Daarnaast wordt er circa € 2,5 mln. prijsbijstelling uitgekeerd vanuit artikel 10 Nog onverdeeld.

(Schade)vergoeding

Er wordt van het (schade)vergoeding budget in 2024 circa € 279 mln. naar latere jaren geschoven. Dit vindt voornamelijk plaats om de budgetten voor de kindregeling aan te laten sluiten bij het moment van uitbetaling, de budgetten voor de ex-partnerregeling en de HZK-regeling in lijn te brengen met het verwachte moment van uitvoering en de budgetten van private schulden meerjarig te verschuiven in afwachting van te ontvangen schuldenlijsten. Daarnaast wordt er € 275 mln. aan middelen voor aanvullende schade naar latere jaren verschoven in lijn met de uitvoering van de VSO-route door de Stichting Gelijkwaardig Herstel en de prognose van de andere routes voor aanvullende schade.

3 Beleidsartikelen Nationale Schuld (IXA)

Artikel 11 Financiering staatsschuld

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 39.235 4.392 43.627
Uitgaven 39.235 4.392 43.627
Opdrachten 21 0 21
Overige kosten 21 0 21
Rente 6.496 – 444 6.052
Rente vaste schuld 5.164 – 213 4.951
Rente vlottende schuld 1.309 – 291 1.018
Voortijdige beëindiging schuld 0 0 0
Rente derivaten lang 23 60 83
Rente derivaten kort 0 0 0
Voortijdige beëindiging derivaten 0 0 0
Leningen 32.718 4.836 37.554
Aflossing vaste schuld 32.718 4.836 37.554
Mutatie vlottende schuld 0 0 0
Ontvangsten 64.163 – 8.820 55.343
Rente 22 214 236
Rente vlottende schuld 30 0 30
Rente derivaten lang 0 0 0
Voortijdige beëindiging derivaten – 8 214 206
Leningen 64.141 – 9.034 55.107
Uitgifte vaste schuld 40.001 0 40.001
Mutatie vlottende schuld 24.140 – 9.034 15.106

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Rente

Rente vaste schuld

Voor de nog uit te geven schuld is het rentepercentage naar verwachting hoger dan eerder geraamd door het CPB. Daarmee stijgen de rentelasten van de vaste schuld. Bij de al gerealiseerde uitgifte van nieuwe schuld zijn de rentetarieven vastgelegd die lager zijn dan eerder geraamd. Daarmee vallen de verwachte rentelasten per saldo met € 213 mln. lager uit in 2024.

Rente vlottende schuld

De raming van de rentelasten vlottende schuld valt lager uit als gevolg van wijzigingen in de omvang van de kortlopende schuld. Voor 2024 wordt een lager kastekort verwacht dan eerder geraamd. Hierdoor neemt de omvang van de vlottende schuld af. Als gevolg hiervan dalen ook de verwachte rentelasten met € 291 mln. in 2024.

Rente derivaten

De rentelasten op de langlopende derivaten zijn naar verwachting € 60 mln. hoger in 2024 ten opzichte van de 1e suppletoire begroting 2024 als gevolg van de gerealiseerde rentepercentages van deze derivaten.

Leningen

Aflossing vaste schuld

De aflossing van de vaste schuld stijgt naar verwachting met € 4,8 mld. in 2024 als gevolg van de inkoop van een deel van de schuld.

Ontvangsten

Rente

Voortijdige beëindiging derivaten

In 2024 zijn enkele langlopende rentederivaten voortijdig beëindigd, hetgeen leidt tot eenmalige ontvangsten van € 214 mln. Bij het voortijdig beëindigen van rentederivaten wordt de marktwaarde tussen beide partijen verrekend. De meerjarig geraamde rente-ontvangsten worden hierbij in een keer ontvangen.

Leningen

Mutatie vlottende schuld

De omvang van de vlottende schuld daalt naar verwachting met € 9,0 mld. in het lopende jaar. Dit is het gevolg van een lagere financieringsbehoefte doordat het geraamde kastekort voor het lopende begrotingsjaar is afgenomen. Schommelingen in de financieringsbehoefte in een lopend begrotingsjaar worden zoveel mogelijk opgevangen op de geldmarkt.

Artikel 12 Kasbeheer

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 5.681 365 6.046
Uitgaven 5.681 365 6.046
Rente 2.981 365 3.346
Rente kasbeheer 2.981 365 3.346
Voortijdige beëindiging binnen kasbeheer 0 0 0
Leningen 2.700 0 2.700
Verstrekte leningen 2.700 0 2.700
Mutaties in rekening-courant en deposito's 0 0 0
Mutaties in rekening courant en deposito 0 0 0
Ontvangsten 17.158 1.337 18.495
Rente 139 6 145
Rente kasbeheer 139 6 145
Voortijdige beëindiging binnen kasbeheer 0 0 0
Leningen 1.160 41 1.202
Ontvangen aflossingen 1.160 41 1.202
Mutaties in rekening-courant en deposito's 15.859 1.289 17.148
Mutaties in rekening courant en deposito 15.859 1.289 17.148

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Rente

Rente kasbeheer

De rentelasten kasbeheer vallen naar verwachting € 365 mln. hoger uit dan geraamd bij de 1e suppletoire begroting 2024. Dit is het gevolg van het bijwerken van de realisaties en de nieuwe (hogere) rentestanden die volgen uit de raming van het CPB.

Ontvangsten

Rente

Rente kasbeheer

De raming van de rentebaten kasbeheer is hoger dan geraamd bij de 1e suppletoire begroting 2024. Dit is het gevolg van het bijwerken van de realisaties en de nieuwe (hogere) rentestanden die volgen uit de raming van het CPB.

Leningen

Op basis van de actuele inzichten is de verwachting dat de aflossingen op de leningen hoger uitvallen dan eerder geraamd. In het kader van schatkistbankieren kunnen agentschappen en rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) leningen afsluiten.

Mutaties rekening-courant en deposito

De wijziging in de mutatie van het saldo op de rekeningen-courant en deposito’s van de deelnemers van schatkistbankieren is het gevolg van het actualiseren van de geraamde uitgaven en inkomsten van RWT’s (€ 2,0 mld.) en sociale fondsen (€ -0,7 mld.). De mutaties in rekeningen-courant en deposito’s worden veroorzaakt door de uitgaven en ontvangsten van de deelnemers van het schatkistbankieren.

4 Niet-beleidsartikelen

Artikel 8 Apparaat

Verplichtingen 425.865 24.236 450.101
Uitgaven 425.893 24.241 450.134
Personele uitgaven 275.466 19.485 294.951
Eigen personeel 250.971 19.830 270.801
Inhuur externen 22.643 – 402 22.241
Overig personeel 1.852 57 1.909
Materiële uitgaven 150.427 4.756 155.183
ICT 21.097 1.546 22.643
Bijdrage aan SSO's 50.424 209 50.633
Overig materieel 78.906 3.001 81.907
Ontvangsten 61.964 47 62.011
Apparaatsontvangsten 61.964 47 62.011

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Personele uitgaven

De mutatie op personele uitgaven van € 19,5 mln. zijn met name het resultaat van toevoeging van de loonbijstelling voor stijgende personeelsuitgaven uit hoofde van de nieuwe cao Rijk (€ 18,1 mln. in 2024) en de incidentele cao-uitkeringen in 2024 die onderdeel uitmaken van de nieuwe cao (€ 1,7 mln. in 2024) vanuit artikel 10.

Artikel 10 Nog onverdeeld

Verplichtingen 387.279 – 333.167 54.112
Uitgaven 387.279 – 333.167 54.112
Nog te verdelen 387.279 – 333.167 54.112
Loonbijstelling programma 0 0 0
Loonbijstelling apparaat 248.562 – 235.811 12.751
Prijsbijstelling apparaat 60.586 – 42.006 18.580
Onvoorzien programma 1.757 – 716 1.041
Onvoorzien apparaat 76.374 – 54.634 21.740
Ontvangsten 0 0 0

Toelichting

Verplichtingen en uitgaven

Nog te verdelen

Het budget is met € 333 mln. verlaagd ten opzichte van de laatst vastgestelde begroting. De loon- en prijsbijstelling is naar rato doorverdeeld over de beleidsartikelen en het apparaatsartikel (€ 278 mln.). Daarnaast bevatte artikel 10 in 2024 een reservering voor extra incidentele uitgaven voortkomend uit de nieuwe cao, zoals eenmalige uitkeringen. Hiervan is in totaal € 54 mln. overgeheveld naar de beleidsartikelen en het apparaatsartikel.


  1. Kamerstukken II, 2023–2024, 36 550 IX nr. 6↩︎

  2. De totale omvang van de Nederlandse deelname aan alle IMF-faciliteiten fluctueert op basis van de SDR-EUR wisselkoers.↩︎