[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Additionele humanitaire hulp voor Gaza

De situatie in het Midden-Oosten

Brief regering

Nummer: 2024D35137, datum: 2024-09-25, bijgewerkt: 2024-10-18 14:59, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-23432-539).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 23432 -539 De situatie in het Midden-Oosten.

Onderdeel van zaak 2024Z14359:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

23 432 De situatie in het Midden-Oosten

Nr. 539 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSHULP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 september 2024

De humanitaire crisis in Gaza duurt voort en Nederland blijft zich inzetten om de noden te verzachten. Over de Nederlandse hulpinspanningen bent u door het vorige kabinet laatstelijk geïnformeerd in een Kamerbrief van 10 juni jl. (Kamerstuk 23 432, nr. 534).1

Humanitaire context

De humanitaire situatie in Gaza is in de afgelopen maanden niet verbeterd. Het kabinet maakt zich ernstig zorgen over de impact van de oorlog op burgers. Door het aanhoudende geweld en evacuatieorders zijn de afgelopen maanden veel Gazanen opnieuw ontheemd geraakt. Er is te weinig toegang tot essentiële humanitaire hulp, met name in ernstig overbevolkte locaties zoals Al Mawasi waar veel Gazanen naartoe zijn gevlucht. Medische faciliteiten kunnen slechts beperkt functioneren. Van de 36 ziekenhuizen zijn nog 17 deels operationeel, en de hele medische sector in Gaza kampt met grote tekorten aan essentiële goederen waaronder medicijnen. De polio-uitbraak als gevolg van onder meer een gebrek aan schoon drinkwater en sanitaire voorzieningen, was een verder teken van de slechte situatie.

Ook de voedselzekerheidssituatie blijft kritiek. Een hongersnood in Noord-Gaza kon afgelopen voorjaar worden afgewend, maar de meeste mensen in Gaza hebben nog steeds te weinig te eten. Uit een nieuwe analyse van IPC, de internationale organisatie die zich buigt over voedselzekerheid, zal binnenkort blijken hoe de voedselzekerheidssituatie zich in afgelopen periode heeft ontwikkeld.

Humanitaire organisaties, waaronder VN-organisaties, de Rode Kruis- en Halve Maanbeweging en ngo’s, hebben nog altijd onvoldoende toegang om hulp te bieden op de schaal die nodig is. Ook de distributie van hulp binnen Gaza blijft complex, mede vanwege de onveilige situatie. Het kabinet is verontrust over het geweld tegen humanitaire hulpverleners en medisch personeel. Hulpverleners, waar ook ter wereld, moeten hun werk veilig en ongehinderd kunnen uitvoeren. Nederland onderhoudt nauw contact met humanitaire organisaties over toegangsbeperkingen en de humanitaire situatie in Gaza, en blijft zich diplomatiek inspannen om humanitaire toegang te verbeteren. Het succes van de eerste ronde van de poliovaccinatiecampagne laat zien dat een verbetering van humanitaire toegang niet onmogelijk is.

Nederlandse bijdrage

De situatie in het Midden-Oosten en het leed in de regio, vooral in Gaza, is ook ruimschoots aan de orde gekomen tijdens mijn bezoek aan de High Level Week van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (23–25 september jl.). Ik sprak daar met een aantal organisaties die terplekke hulp verlenen, waaronder UNICEF en UNRWA. De hoofden van deze organisaties bevestigen het schrijnende beeld van de humanitaire situatie in Gaza.

Vanwege de voortdurende noden stelt het kabinet drie miljoen euro voor Gaza ter beschikking aan UNICEF. UNICEF heeft een financieringstekort van 262 miljoen USD voor het noodhulpprogramma in Gaza en de Westelijke Jordaanoever, waarmee in totaal 2,5 miljoen mensen bereikt moeten worden. UNICEF speelt, in samenwerking met UNRWA en WHO, een belangrijke rol bij de onlangs begonnen poliovaccinatiecampagne. Ook draagt het werk van UNICEF op water- en sanitaire voorzieningen in Gaza bij aan het verbeteren van de condities die aan de recente polio-uitbraak ten grondslag lagen. Deze bijdrage van drie miljoen euro aan UNICEF komt ten goede aan het noodhulpprogramma van de organisatie in Gaza en wordt ingezet waar de noden het grootst zijn deze aankomende winterperiode. De nadruk ligt op voeding, zoals het verstrekken van voedingssupplementen voor ondervoede kinderen.

De dekking voor deze humanitaire bijdrage voor Gaza wordt gevonden in de reservering door het vorige kabinet van drie miljoen euro voor UNRWA (Kamerbrief 10 juni, Kamerstuk 23 432, nr. 534).2 Het kabinet kiest voor UNICEF vanwege het belangrijke en levensreddende werk dat de organisatie op dit moment in Gaza doet, en vanuit de wens om verdere diversificatie van hulpkanalen voor Gaza te bevorderen. Door meerdere organisaties te steunen wordt de huidige afhankelijkheid van UNRWA als hulpkanaal verminderd, waarbij ook meespeelt dat de organisatie geregeld onderwerp van controverse is.

Zoals bij uw Kamer bekend zijn de onderzoeken naar de aantijgingen van mogelijke betrokkenheid van UNRWA medewerkers bij de aanslagen van 7 oktober jl. inmiddels afgerond. Maatregelen waren reeds genomen tegen de individuen genoemd in het onderzoek van het kantoor van de Internal Oversight Services (OIOS). In 9 gevallen was het bewijs onvoldoende om betrokkenheid bij de aanslagen vast te stellen. UNRWA heeft echter besloten het ontslag van deze medewerkers te laten staan, aangezien UNRWA zelf verder onderzoek doet naar schending van de neutraliteitsbeginselen van de organisatie.

Daarnaast worden de aanbevelingen die voortkomen uit het Colonna-rapport over systeem brede neutraliteit van UNRWA op dit moment geïmplementeerd. Ik heb hierover in New York gesproken met de commissaris-generaal van UNRWA, de heer Lazzarini. Ik heb opnieuw het belang dat Nederland hecht aan de neutraliteitsbeginselen van UNRWA benadrukt en tevens het belang benadrukt van de spoedige implementatie van de aanbevelingen. UNRWA – bij monde van de heer Lazzarini – zegde toe dit te doen en hierover regelmatig te communiceren. Nederland zal nauw contact houden met UNRWA over de situatie in Gaza en breder in de regio. Tevens zal Nederland de voortgang op de implementatie van de aanbevelingen, waaronder de aanbevelingen rondom het onderwijsmateriaal, zoals ook aangegeven in de Kamerbrief van 26 april jl. nauwgezet volgen en hierin samen optrekken met andere lidstaten. Antisemitisme heeft geen enkele plaats in schoolmaterialen.

Op dit moment in het conflict blijft UNRWA evenwel een cruciale rol spelen in het bieden van hulp in Gaza. Meer dan 12.000 medewerkers bieden op dit moment hulp in Gaza onder uiterst moeilijke omstandigheden. Daarnaast werkt een nog groter aantal mensen in de Westelijke Jordaanoever, Jordanië, Syrië en Libanon.

Nederland zal de vaste jaarlijkse bijdrage van 19 miljoen euro aan UNRWA voor 2025 in januari overmaken conform de staande overeenkomst met de organisatie (periode 2023–2025).

De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp,
R.J. Klever


  1. Tevens voldoe ik middels deze brief aan de toezegging aan het lid Stoffer (TZ202402-031) en de motie 36 410-V, nr. 77 van het lid Tuinman.↩︎

  2. Kamerbrief d.d. 10 juni 2024, Kamerstuk 23 423, nr. 534↩︎