Het Koninklijk Huis, de belastingvrijstelling en nevenfuncties
Schriftelijke vragen
Nummer: 2024D35550, datum: 2024-09-27, bijgewerkt: 2024-10-08 13:57, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2024Z14554).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.P.S. Six Dijkstra, Tweede Kamerlid (Nieuw Sociaal Contract)
Onderdeel van zaak 2024Z14554:
- Gericht aan: H.W.M. Schoof, minister-president
- Indiener: J.P.S. Six Dijkstra, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2024Z14554
Vragen van het lid Six Dijkstra (Nieuw Sociaal Contract) aan de Minister-President over het Koninklijk Huis, de belastingvrijstelling en nevenfuncties (ingezonden 27 september 2024).
Vraag 1
Kunt u aangeven op welke manier de Belastingdienst invulling geeft aan het begrip «de vermogensbestanddelen welke dienstbaar zijn aan de uitoefening van hun functie» betreffende leden van het Koninklijk Huis die zijn vrijgesteld van belastingheffing op grond van artikel 40, tweede lid, van de Grondwet en in welke wet of regeling die zijn vastgelegd?
Vraag 2
Zijn de leden van het Koninklijk Huis die vrijgesteld zijn van belastingen, belastingplichtig voor box 3 over vermogen dat niet onder de uitzondering in artikel 40, tweede lid, van de Grondwet valt?
Vraag 3
Indien er geen invulling gegeven is aan «de vermogensbestanddelen welke dienstbaar zijn aan de uitoefening van hun functie», wilt u daar dan via wet- of regelgeving invulling aan geven, uitleggen hoe u dat gaat doen en daarover binnen twee maanden aan de Kamer rapporteren? Zo nee, waarom niet?
Vraag 4
Heeft u kennis genomen van de uitspraken van mevrouw Spijker bij Renze dat bepaalde zaken, zoals de werkzaamheden van Koningin Máxima voor de Verenigde Naties, taboe zijn bij de uitzendingen?
Vraag 5
Heeft de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) de afgelopen vijf jaar verzoeken gedaan aan journalisten om geen aandacht te schenken aan bepaalde zaken rondom het Koninklijk Huis die politiek relevant geacht kunnen worden en niets met bescherming van privacy van leden van het Koninklijk Huis te maken hebben? Zo ja, kunt u aangeven over welke onderwerpen het ging?
Vraag 6
Kunt u deze vragen één voor één en uiterlijk twee werkdagen voor de begrotingsbehandeling van de Koning beantwoorden?