Reactie op verzoek commissie over een nadere toelichting op uitvoering van de motie van het lid De Roon over een plan om de exportcontroles naar Iran op te voeren (Kamerstuk 36410-V-44)
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2025
Brief regering
Nummer: 2024D36327, datum: 2024-10-02, bijgewerkt: 2024-11-19 11:38, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36600-V-5).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (Ooit PVV kamerlid)
- Mede ondertekenaar: N. Achahbar, staatssecretaris van Financiën
Onderdeel van kamerstukdossier 36600 V-5 Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2025.
Onderdeel van zaak 2024Z14878:
- Indiener: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- Medeindiener: N. Achahbar, staatssecretaris van Financiën
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2024-10-08 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-10-10 13:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2024-11-26 16:30: Wapenexportbeleid (Commissiedebat), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
36 600 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2025
Nr. 5 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BUITENLANDSE HANDEL EN ONTWIKKELINGSHULP EN STAATSSECRETARIS FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 oktober 2024
De vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp heeft op 13 juni 2024 het kabinet verzocht om een extra onderbouwing te geven ten aanzien van de in een eerdere brief aangegeven uitvoering van de motie van het lid De Roon (Kamerstuk 36 410 V, nr. 44) over een plan om exportcontroles naar Iran op te voeren (Kamerstuk 36 410 V, nr. 85). Middels deze brief komt het kabinet aan dit verzoek tegemoet.
Handhaving sanctiemaatregelen door de Douane
De Douane houdt toezicht op de naleving van de sanctiemaatregelen als het gaat om de in-, door- en uitvoer van goederen. Dit doet de Douane onder meer aan de hand van eigen analyses en ontvangen signalen van douanediensten uit andere lidstaten.
Het handhaven van de sanctiemaatregelen door de Douane gebeurt op verschillende manieren. Zo beoordeelt de Douane de in- en uitvoeraangiften van vracht- en koerierszendingen en controleert de Douane zendingen die geraakt worden door de vanwege de sancties ingestelde risicoprofielen. Wanneer er naar aanleiding van een controle twijfels rijzen of er met een zending mogelijk sanctiemaatregelen worden overtreden, dan wordt een zending stopgezet en voorgelegd bij de Centrale Dienst In- en Uitvoer (CDIU) van de Douane.
Wanneer de CDIU vaststelt dat er sprake is van een vermoedelijke overtreding van de sancties, draagt hij de zaak over aan het Team Precursoren, Strategische goederen en Sanctiewetgeving (POSS) van de Douane. Dit team stelt vervolgens nader onderzoek in naar deze zendingen. Daarnaast stelt Team POSS toezichtonderzoeken in bij bedrijven om na te gaan of de sancties worden nageleefd. Indien er bij overgedragen zaken of toezichtonderzoeken daadwerkelijk sanctieovertredingen worden geconstateerd, legt Team POSS deze voor aan het OM. Het OM bepaalt vervolgens op welke wijze de geconstateerde sanctieovertredingen worden afgedaan.
Ook is de Douane alert op het tegengaan van omzeiling van sanctiemaatregelen door het vervoeren van gesanctioneerde goederen via zogenaamde uitwijklanden. Hiertoe heeft de Douane specifieke risicoprofielen ingesteld die gericht zijn op het opsporen van omzeiling. Wanneer een zending geraakt wordt door een omzeilingsprofiel dan wordt aan de hand van documenten, zoals de factuur, gecontroleerd of de goederen een eindgebruiker in het aangegeven land hebben, of dat ze eigenlijk bestemd zijn om naar een gesanctioneerd land vervoerd te worden.
Op Europees niveau werkt de Douane samen met de Europese Commissie en andere lidstaten om signalen die mogelijk op omzeiling wijzen uit te wisselen en te analyseren. Onder andere deze signalen worden gebruikt om de risicoprofielen ten aanzien van omzeiling aan te scherpen. Dit is een continu proces met als doel om omzeiling van de sanctiemaatregelen zoveel mogelijk tegen te gaan.
Redenen om handhavingsstrategie aan te passen
De handhaving door de Douane is gebaseerd op risicobeheersing. De aard en omvang van de risico’s bepalen de gerichte inzet van handhavingsinstrumenten. De handhaving kent verschillende instrumenten die in tijd en in werking kunnen verschillen en die elkaar aanvullen of versterken om het beoogde effect te bereiken. Zo geeft de Douane vorm aan een gelaagde handhaving.
Wanneer nieuwe sanctiemaatregelen worden ingesteld, past de Douane op basis hiervan de handhavingsstrategie aan. Dit is bijvoorbeeld gebeurd in juli 2023 nadat door de Europese Unie nieuwe beperkende maatregelen tegen Iran werden ingesteld vanwege de militaire steun van Iran aan Syrië en Rusland. Deze maatregelen zien onder andere op een uitvoerverbod vanuit de EU voor onderdelen die worden gebruikt bij de bouw en productie van onbemande luchtvaartuigen (UAV’s).
Daarnaast scherpt de Douane de handhavingsstrategie aan wanneer de organisatie signalen heeft dat de risico’s op het schenden van de sanctiemaatregelen groter of kleiner zijn geworden. Dergelijke signalen kunnen vanuit de Douane zelf komen, bijvoorbeeld omdat er tijdens controles meer of minder bevindingen worden gedaan. Ook ontvangt de Douane signalen vanuit douanediensten uit andere landen, de Europese Commissie of andere (overheids-) organisaties in Nederland.
In het geval van het handhaven van de sanctiemaatregelen tegen Iran heeft dit in de eerste helft van 2024 geresulteerd in het aanscherpen van de risicoprofielen voor briefpost, postpakketten, vrachtladingen en koerierszendingen naar Iran. Wanneer risicoprofielen worden aangescherpt, betekent dit in de praktijk dat meer of gerichter zendingen worden gecontroleerd.
De exacte manier waarop de Douane invulling geeft aan de handhavingsstrategie met betrekking tot de sanctiemaatregelen tegen Iran kan de Douane niet openbaar maken. Dit geeft partijen die moedwillig de sanctiebeperkingen willen overtreden mogelijk meer inzicht in stappen die zij kunnen zetten om dit succesvol te doen. Dat is iets wat het kabinet uiteraard zoveel mogelijk wil voorkomen.
Wel kan worden gezegd dat het aanscherpen van risicoprofielen van zendingen naar Iran niet heeft geresulteerd in dusdanige bevindingen dat het handhavingsniveau ten aanzien dergelijke zendingen blijvend is aangepast.
De Douane blijft alert op de handhaving van de sanctiemaatregelen tegen Iran. Wanneer de Douane hiertoe signalen heeft, zal de organisatie het handhavingsniveau aanpassen.
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp,
R.J. Klever
De Staatssecretaris van Financiën,
N. Achahbar