Amendement van de leden Patijn en Van Kent over een zware voorhangprocedure bij de ministeriële regeling
Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2041 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende toereikende minimumlonen in de Europese Unie (Pb EU 2022, L 275) (Wet implementatie EU-richtlijn toereikende minimumlonen)
Amendement
Nummer: 2024D36394, datum: 2024-10-02, bijgewerkt: 2024-10-04 15:24, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36545-15).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.H. Patijn, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: B. van Kent, Tweede Kamerlid (SP)
Onderdeel van kamerstukdossier 36545 -15 Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2041 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende toereikende minimumlonen in de Europese Unie (Pb EU 2022, L 275) (Wet implementatie EU-richtlijn toereikende minimumlonen).
Onderdeel van zaak 2024Z14917:
- Indiener: M.H. Patijn, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: B. van Kent, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2024-10-08 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
36 545 Wijziging van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag in verband met de implementatie van Richtlijn (EU) 2022/2041 van het Europees Parlement en de Raad van 19 oktober 2022 betreffende toereikende minimumlonen in de Europese Unie (Pb EU 2022, L 275) (Wet implementatie EU-richtlijn toereikende minimumlonen)
Nr. 15 AMENDEMENT VAN DE LEDEN PATIJN EN VAN KENT
Ontvangen 2 oktober 2024
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel I, onderdeel B, onder 2, wordt aan het voorgestelde zestiende lid, onderdeel b, toegevoegd «De ministeriële regeling wordt niet eerder vastgesteld dan vier weken nadat het ontwerp van deze regeling aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd, tenzij binnen die termijn door of namens een der kamers of door ten minste een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een der kamers de wens te kennen wordt gegeven dat het onderwerp van de ministeriële regeling bij wet wordt geregeld. In dat geval wordt een daartoe strekkend voorstel van wet zo spoedig mogelijk ingediend.».
Toelichting
De manier waarop de hoogte van het minimumloon wordt bepaald is voor de indiener van fundamenteel belang. De indieners zijn van mening dat een dermate belangrijk onderwerp een zware voorhangprocedure moet kennen. Dit amendement regelt dat er een zware voorhangprocedure gaat gelden voor de ministeriële regeling die op grond van artikel 14, zestiende lid, onderdeel b, wordt vastgesteld. Indien een der Kamers of een vijfde van het grondwettelijk aantal leden van een der kamers de wens te kennen geeft dat het onderwerp van de ministeriële regeling bij wet moet worden geregeld, wordt de ministeriële regeling niet vastgesteld en wordt zo spoedig mogelijk een daartoe strekkend voorstel van wet ingediend.
Patijn
Van Kent