[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Voorstel van wet

Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing in verband met de implementatie van de herziene Europese tolheffingsregels

Voorstel van wet

Nummer: 2024D37295, datum: 2024-10-03, bijgewerkt: 2024-10-09 15:35, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36626-2).

Onderdeel van kamerstukdossier 36626 -2 Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing in verband met de implementatie van de herziene Europese tolheffingsregels.

Onderdeel van zaak 2024Z15302:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

36 626 Wijziging van de Wet vrachtwagenheffing in verband met de implementatie van de herziene Europese tolheffingsregels

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het gelet op de herziene Richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtwagens (PbEG 1999, L 187) noodzakelijk is dat het te betalen tarief van de vrachtwagenheffing mede afhankelijk wordt van de CO2-emissie en de luchtverontreiniging die een vrachtwagen veroorzaakt;

Zo is het dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet vrachtwagenheffing wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de begripsbepaling van euro-emissieklasse wordt «Richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van bepaalde infrastructuurvoorzieningen aan zware vrachtvoertuigen (PbEG 1999, L 187)» vervangen door «Richtlijn 99/62/EG».

2. De begripsbepaling van vrachtwagen komt te luiden:

vrachtwagen: motorrijtuig of samenstel van gelede voertuigen bedoeld of gebruikt voor het vervoer over de weg van goederen, dat:

a. een toegestane maximummassa heeft van meer dan 3.500 kilogram; of

b. wordt ingedeeld in voertuigcategorie N1 met carrosserietype BC;

3. In de alfabetische volgorde worden de volgende begripsbepalingen ingevoegd:

carrosserietype BC: carrosserietype als bedoeld in bijlage I bij Verordening (EU) 2018/858;

categorie N1: categorie als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel b, onder i, van Verordening (EU) 2018/858;

CO2-emissie: hoeveelheid aan CO2 die vrijkomt tijdens het gebruik van een vrachtwagen;

CO2-emissieklassen: indeling als bedoeld in artikel 7 octies bis, tweede lid, onderdelen a tot en met e, van Richtlijn 99/62/EG;

eendagskenteken: kenteken opgegeven ten behoeve van de verplaatsing van een motorrijtuig naar en van de plaats van weging en onderzoek ter verkrijging van een regulier kenteken;

emissievrije vrachtwagen: emissievrij zwaar bedrijfsvoertuig als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel 29, onder a, van Richtlijn 99/62/EG;

externekostenheffing in verband met CO2-emissies: heffing als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdelen 9, onder c, jo. 12, van Richtlijn 99/62/EG;

externekostenheffing in verband met luchtverontreiniging en geluidshinder: heffing als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdelen 9, onder a en b, jo. 10 en 11, van Richtlijn 99/62/EG;

handelaarskenteken: op grond van artikel 37, derde lid, van de Wegenverkeerswet 1994 opgegeven kenteken;

infrastructuurheffing: heffing als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel 8, van Richtlijn 99/62/EG;

kentekenbewijs: document als bedoeld in artikel 2, onder c, van Richtlijn 1999/37/EG van de Raad van 29 april 1999 inzake de kentekenbewijzen van motorvoertuigen (PbEG 1999, L 138);

motorrijtuig: motorrijtuig als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder c, van de Wegenverkeerswet 1994;

Richtlijn 99/62/EG: Richtlijn 1999/62/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 juni 1999 betreffende het in rekening brengen van het gebruik van wegeninfrastructuur aan voertuigen (PbEG 1999, L 187);

B

Aan artikel 2 wordt een lid toegevoegd, luidende:

6. Bij het heffen van de vrachtwagenheffing wordt geen direct of indirect onderscheid als bedoeld in artikel 7, vijfde lid, van Richtlijn 99/62/EG gemaakt op grond van de nationaliteit van de weggebruiker, de lidstaat van de Europese Unie of de staat, niet zijnde een lidstaat van de Europese Unie waar de vervoerder gevestigd is dan wel waar het voertuig geregistreerd is, of de herkomst of de bestemming van het vervoer.

C

Artikel 3, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel b komt te luiden:

b. zich met een eendagskenteken of handelaarskenteken op de weg bevinden;

2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

e. emissievrij zijn en in beladen toestand een toegestane maximummassa hebben van 4.250 kilogram.

D

Artikel 5 komt te luiden:

Artikel 5 (tarieven)

1. Het tarief voor de vrachtwagenheffing bedraagt per gereden kilometer in euro op een wegvak als aangewezen in de bijlage en is de som van:

a. de infrastructuurheffing, ter hoogte van:

meer dan 3.500 tot 12.000 0,094 0,086 0,077 0,070 0,063 0,052 0,047 0,047
12.000 tot 18.000 0,151 0,139 0,125 0,113 0,101 0,083 0,076 0,076
18.000 tot en met 32.000 0,151 0,139 0,125 0,113 0,101 0,083 0,076 0,076
meer dan 32.000 0,156 0,143 0,130 0,117 0,104 0,086 0,078 0,078
meer dan 3.500 tot 12.000 0,040 0,033 0,023 0,012
12.000 tot 18.000 0,064 0,053 0,038 0,019
18.000 tot en met 32.0000 0,064 0,053 0,038 0,019
meer dan 32.000 0,066 0,055 0,039 0,020

b. de externekostenheffing in verband met luchtverontreiniging en geluidshinder, ter hoogte van:

meer dan 3.500 tot 12.000 0,099 0,067 0,066 0,051 0,038 0,023 0,012 0,010
12.000 tot 18.000 0,131 0,084 0,084 0,066 0,049 0,030 0,014 0,012
18.000 tot en met 32.000 0,148 0,110 0,108 0,086 0,062 0,035 0,016 0,013
meer dan 32.000 0,178 0,133 0,132 0,107 0,075 0,040 0,017 0,014
meer dan 3.500 tot 12.000 0,012 0,012 0,012 0,010
12.000 tot 18.000 0,014 0,014 0,014 0,012
18.000 tot en met 32.0000 0,016 0,016 0,016 0,013
meer dan 32.000 0,017 0,017 0,017 0,014

c. de externekostenheffing in verband met CO2-emissies, ter hoogte van:

meer dan 3.500 tot 12.000 0,045 0,040 0,040 0,040 0,040 0,040 0,040 0,040
12.000 tot 18.000 0,060 0,052 0,052 0,052 0,050 0,050 0,050 0,050
18.000 tot en met 32.000 0,079 0,069 0,069 0,069 0,067 0,067 0,067 0,067
meer dan 32.000 0,091 0,081 0,081 0,081 0,080 0,080 0,080 0,080
meer dan 3.500 tot 12.000 0,038 0,036 0,020 0,000
12.000 tot 18.000 0,048 0,045 0,025 0,000
18.000 tot en met 32.0000 0,064 0,060 0,034 0,000
meer dan 32.000 0,076 0,072 0,040 0,000

2. De bedragen van de infrastructuurheffing, de externekostenheffing in verband met luchtverontreiniging en geluidshinder en de externekostenheffing in verband met CO2-emissies worden bij ministeriële regeling vanaf het jaar volgend op het kalenderjaar van inwerkingtreding van dit artikel, ieder jaar op 1 januari gewijzigd. Deze bedragen worden berekend door de te vervangen tarieven te vermenigvuldigen met de tabelcorrectiefactor, bedoeld in artikel 10.2 van de Wet inkomstenbelasting 2001, en vervolgens af te ronden. Als in het voorafgaande jaar een dergelijke afronding is toegepast, wordt bij wijziging uitgegaan van het niet-afgeronde tarief.

3. Van de wijziging van de bedragen, bedoeld in het derde lid, wordt afgezien indien deze wijziging reeds is verdisconteerd in een andere wijziging van het tarief, bedoeld in het eerste lid.

4. Bij de inwerkingtreding van dit artikel worden de bedragen, bedoeld in het eerste lid, bij ministeriële regeling gewijzigd. Het tweede lid is van overeenkomstige toepassing met dien verstande dat de tabelcorrectiefactoren die van toepassing zijn op 1 januari 2024 en de daarop volgende jaren tot en met het jaar waarin dit artikel in werking treedt, achtereenvolgend worden toegepast.

E

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het tweede lid wordt na «het berekende bedrag van de vrachtwagenheffing, bedoeld in artikel 6,» toegevoegd « waarin tevens is uitgesplitst wat de hoogte is van de verschillende onderdelen van de vrachtwagenheffing, bedoeld in artikel 5, eerste lid,».

2. Het derde lid komt te luiden:

3. Voor het sluiten van de dienstverleningsovereenkomst legt de houder van de vrachtwagen het kentekenbewijs voor de betreffende vrachtwagen of een daaraan gelijkwaardig voertuigdocument over aan de dienstaanbieder. Aan de hand daarvan stelt de dienstaanbieder vast of degene die de dienstverleningsovereenkomst sluit de houder is van de vrachtwagen die het betreft. Het overleggen van het kentekenbewijs of daaraan gelijkwaardig voertuigdocument kan achterwege blijven als de houder van de vrachtwagen het betreffende document al eerder aan dezelfde dienstaanbieder heeft overgelegd, in verband met het sluiten van een dienstverleningsovereenkomst ten behoeve van de afdracht van tolgelden of gebruiksrechten in een ander land op grond van Richtlijn 99/62/EG.

3. Onder vernummering van het vierde tot en met zesde lid tot het zevende tot en met negende lid worden drie nieuwe leden ingevoegd, luidende:

4. De dienstaanbieder bepaalt aan de hand van de toegestane maximummassa, de CO2-emissieklasse en, indien van toepassing, de euro-emissieklasse van de vrachtwagen welk tarief, bedoeld in artikel 5, voor de desbetreffende vrachtwagen van toepassing is. De dienstaanbieder raadpleegt daartoe het aan hem overgelegde kentekenbewijs of daaraan gelijkwaardig voertuigdocument. Voorts kan de dienstaanbieder daartoe de door de houder aangeleverde bij algemene maatregel van bestuur te bepalen voertuigdocumenten raadplegen. Ook kan de dienstaanbieder daartoe het kentekenregister raadplegen. Correctie van de in dit artikellid bedoelde gegevens heeft geen terugwerkende kracht.

5. Als de dienstaanbieder het tarief niet kan bepalen overeenkomstig het vierde lid, wordt de vrachtwagen geacht te zijn ingedeeld in CO2-emissieklasse 1 en de gewichtsklasse en euro-emissieklasse die zijn vermeld op het kentekenbewijs of daaraan gelijkwaardig voertuigdocument. Als de gewichtsklasse niet kan worden bepaald, gaat de dienstaanbieder ervan uit dat de vrachtwagen een toegestane maximummassa heeft van meer dan 32.000 kilogram. Als de euro-emissieklasse niet kan worden bepaald, gaat de dienstaanbieder ervan uit dat de vrachtwagen is ingedeeld in euro-emissieklasse 0.

6. De dienstaanbieder beoordeelt elke zes jaar na de datum van de eerste registratie van een vrachtwagen die is ingedeeld in CO2-emissieklasse 2 of 3, of deze indeling volstaat dan wel past deze indeling aan, indien daartoe aanleiding is.

F

Artikel 21 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid, onderdeel b, subonderdeel 2°, komt te luiden:

2°. gedurende een termijn van vijf jaar nadat een bestuurlijke boete, bedoeld in artikel 15, eerste lid, onherroepelijk is en is betaald, is vernietigd of op grond van artikel 18 is kwijtgescholden; of

3. Het derde lid vervalt, onder vernummering van het vierde tot en met zesde lid tot het derde tot en met vijfde lid.

G

Artikel 22 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt onderdeel c, onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel b door een punt.

2. In het tweede lid vervalt onderdeel c, onder vervanging van de puntkomma aan het slot van onderdeel b door een punt.

H

Artikel 23, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel b wordt «artikel 8, vijfde lid» vervangen door «artikel 8, achtste lid».

2. In onderdeel c wordt «artikel 21, vijfde lid» vervangen door «artikel 21, vierde lid».

I

Artikel 34 komt te luiden:

Onze Minister zendt telkens uiterlijk op het moment dat hij het in artikel 11 van Richtlijn 99/62/EG bedoelde verslag publiceert, aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk.

ARTIKEL II (VERVALBEPALING)

Artikel 5, vierde lid, van de Wet vrachtwagenheffing vervalt met ingang van een maand na inwerkingtreding van dat lid.

ARTIKEL III (INWERKINGTREDING)

Deze wet treedt in werking op een bij Koninklijk Besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,