Eindexamenresultaten 2024 en kwaliteit schoolexamen
Voortgezet Onderwijs
Brief regering
Nummer: 2024D37971, datum: 2024-10-10, bijgewerkt: 2024-10-29 15:33, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31289-592).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit VVD kamerlid)
- Examenmonitor Voortgezet Onderwijs 2024
- Verslag centrale examens vo 2024
- Beslisnota bij Eindexamenresultaten 2024 en kwaliteit schoolexamen
Onderdeel van kamerstukdossier 31289 -592 Voortgezet Onderwijs.
Onderdeel van zaak 2024Z15617:
- Indiener: M.L.J. Paul, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- : Toetsen en examens (Commissiedebat), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2024-10-15 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-10-24 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
31 289 Voortgezet Onderwijs
Nr. 592 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 oktober 2024
De examens zijn elk jaar een spannende periode voor leerlingen in het voortgezet onderwijs (hierna: vo). In het eerste deel van deze brief wordt teruggeblikt op de examenperiode 2024 aan de hand van de examenmonitor van DUO en het examenverslag van het College voor Toetsen en Examens (CvTE) en Stichting Cito 8587. Uw Kamer wordt geïnformeerd over de examenresultaten, waaronder de gemiddelde cijfers die examenkandidaten behaalden. Uit de examenmonitor komt naar voren dat de slagingspercentages van 2024 weer bijna op het niveau van vóór de coronapandemie liggen. Het examenverslag is dit jaar voor de tweede keer gemaakt en beschrijft hoe de examenperiode is verlopen. In het tweede deel van de brief wordt uw Kamer geïnformeerd over het schoolexamen in het vo en de acties die worden ondernomen om de kwaliteit van het schoolexamen en het eindexamen in zijn geheel te verstevigen.
I Resultaten eindexamens 2024
Bijgevoegd bij deze brief vindt u de jaarlijkse examenmonitor van DUO. Deze monitor geeft inzicht in de examenresultaten van het regulier vo van de afgelopen examenperiode. De monitor rapporteert onder andere over het slagingspercentage, de deelname aan het examen, de gemiddelde examencijfers, herkansingen en de prestaties op de kernvakken. Hieronder worden de belangrijkste resultaten van dit examenjaar toegelicht. De resultaten van de staatsexamens vo zijn nog niet beschikbaar omdat deze examens langer doorlopen. Uw Kamer wordt hierover begin volgend jaar geïnformeerd.
Slagingspercentages weer bijna op normaal niveau
Afgelopen schooljaar slaagde 91,4% van de examenkandidaten. In tabel 1 is te zien dat de slagingspercentages per onderwijsniveau van 2024 weer bijna op de niveaus van 2019 liggen. In de jaren waarin er examenmaatregelen vanwege de Coronapandemie waren (2020, 2021 en 2022) lagen de slagingspercentages een stuk hoger dan in de reguliere examenjaren. Het laatste jaar zonder de invloed van de examenmaatregelen was 2019. Als we de slagingspercentages van 2024 en 2019 vergelijken dan liggen de slagingspercentages in 2024 gemiddeld genomen nog zo’n 0,6%-punt lager dan in 2019. Maar vergeleken met vorig jaar (het eerste jaar zonder examenmaatregelen) vallen de slagingspercentages in 2024 gemiddeld genomen 1,9%-punt hoger uit. Vooral bij het havo is een grote stijging te zien van bijna 4,0%-punt vergeleken met 2023. Het algemene patroon van de afgelopen jaren blijft echter hetzelfde: in vmbo-b slagen gemiddeld de meeste leerlingen, in het havo ligt het slagingspercentage het laagst.
Gemiddelde cijfers iets hoger dan in 2023
Er is dit jaar goed gepresteerd op de centrale examens (CE’s). In tabel 2 is te zien dat de gemiddelde cijfers behaald op de CE’s op alle onderwijsniveau, behalve bij vmbo-gt, iets hoger liggen dan vorig jaar. Wel is het belangrijk te benoemen dat de normering van de CE’s in 2021, 2022 en 2023 is aangepast vanwege de impact van de coronapandemie.1 In april jl. is uw Kamer geïnformeerd over de doorontwikkelde normeringssystematiek van het CvTE en Stichting Cito die het afgelopen examenjaar (2024) voor het eerst is ingezet.2 Deze systematiek levert een betere voorspelling op van de best passende N-term.3 Echter, het gevolg van deze aanpassingen in de afgelopen jaren is dat trends niet één-op-één kunnen worden geïnterpreteerd als een directe toename of afname van de vaardigheid van kandidaten (zie Examenmonitor § 4.2). De normering van de CE’s heeft als doel om de prestatie-eis – de lat waar leerlingen overheen moeten springen om een voldoende te halen – van jaar op jaar te handhaven. Het CvTE werkt de komende jaren samen met docenten aan het plaatsen van de lat op de juiste hoogte.4 Hierbij is er ook aandacht voor de vergelijkbaarheid van de examenresultaten tussen jaren onderling. De examenresultaten van 2024 zijn over het algemeen beter te vergelijken met de resultaten uit 2023 dan met de resultaten van vóór de coronapandemie. Om een vollediger beeld te verkrijgen over de vergelijkbaarheid van de examenresultaten zal er aanvullend onderzoek worden uitgevoerd. In het najaar zal uw Kamer geïnformeerd worden over de resultaten van dit zogenaamde vaardigheidsonderzoek. Het onderzoek zal net als in 2021, 2022 en 2023 door Stichting Cito worden uitgevoerd in opdracht van het CvTE.
De schoolexamencijfers (SE’s) liggen in 2024 op alle onderwijsniveaus iets hoger dan de gemiddelde SE-cijfers in 2023 (zie tabel 3). Echter, wanneer de cijfers vergeleken worden met 2019 dan valt op dat de gemiddelde SE-cijfers in 2024 iets lager uitvallen. In tabel 4 zijn de gemiddelde eindcijfers per examenniveau weergegeven. Op alle examenniveaus, met uitzondering van vmbo-gt, zijn de gemiddelde eindcijfers toegenomen vergeleken met 2023. Als er vergeleken wordt met 2019 dan valt op dat het gemiddelde eindcijfer over alle onderwijsniveaus heen hetzelfde is als dit jaar, namelijk een 6,60.
Resultaten kernvakken (Engels, Nederlands & Wiskunde)
Kernvakken zijn vakken die een bijzondere positie hebben in de uitslagbepaling. Voor deze vakken mag, in tegenstelling tot bij andere vakken, niet lager dan een eindcijfer vijf worden gehaald. In het vmbo wordt het vak Nederlands beschouwd als een kernvak, voor havo en vwo zijn de kernvakken Engels, Nederlands en wiskunde.5 In tabel 6 zijn de gemiddelde cijfers voor de kernvakken per examenniveau weergegeven voor de jaren 2019, 2023 en 2024.
• Engels: Het gemiddelde SE-cijfer voor Engels is bij de meeste examenniveaus, behalve vwo, gestegen ten opzichte van 2019 en 2023. Bij het havo was het SE-cijfer voor Engels zowel in 2023 als 2024 een 6,71. De cijfers bij het CE Engels schommelen meer. Als we de resultaten van 2024 bij het CE Engels vergelijken met de resultaten uit 2019 en 2023 dan valt op dat er, met uitzondering van vwo en vmbo-gt, over het algemeen hogere cijfers behaald worden.
• Nederlands: De gemiddelde SE-cijfers voor Nederlands zijn erg stabiel over de jaren heen. Bij het CE is te zien dat het gemiddelde CE-cijfer in 2024 voor Nederlands bij vwo, havo en vmbo-gt hoger ligt dan in 2023. Bij vmbo-k en vmbo-b is dit omgekeerd, daar ligt het CE-cijfer voor Nederlands in 2024 lager dan in 2023.
• Wiskunde: Bij alle onderwijsniveaus ligt het SE-cijfer voor wiskunde in 2024 hoger dan in 2023. Maar wanneer 2019 en 2024 vergeleken worden dan valt op dat de SE-cijfers (op alle niveaus) in 2019 hoger lagen. De resultaten bij het CE wiskunde zijn bij alle onderwijsniveaus, met uitzondering van het havo, verbeterd ten opzichte van vorig jaar.
Vervolgrapportages
In het najaar verschijnen er nog andere rapportages die het beeld over de examenprestaties in 2024 verder inkleuren en duiding geven aan de resultaten. Zo wordt de staatsexamenmonitor, met daarin de examenresultaten van de kandidaten die het staatsexamen hebben afgelegd, in december verwacht. Ook volgen nog de resultaten van het eerder genoemde onderzoek naar het vaardigheidsniveau van de examenpopulatie uit 2024.
II Verslag centrale examens
De centraal schriftelijke examens in het vo zijn in 2024 goed verlopen. Dit jaar hebben het CvTE en Stichting Cito voor de tweede keer een gezamenlijk verslag gemaakt over de examenperiode. Het verslag beschrijft de vaste elementen rondom centrale examens, zoals de examenketen, de totstandkoming van centrale examens, de rol van docenten en de totstandkoming van de normering. Verder wordt ingegaan op het examenjaar 2023–2024 met feiten en cijfers, zoals het aantal examenkandidaten en de gemiddelde normeringstermen. Het verslag vindt u als bijlage bij deze brief.
III Verbetering kwaliteit en positie van het schoolexamen
Het eindexamen maakt inzichtelijk welke kennis en vaardigheden leerlingen in het vo hebben opgedaan. Het diploma dat hiermee behaald wordt, laat zien dat leerlingen de verplichte stof en vaardigheden van het curriculum zodanig beheersen dat zij goed zijn voorbereid op de doorstroom naar het vervolgonderwijs. Om ervoor te zorgen dat het eindexamen een goede afspiegeling is van het kennen en kunnen van een leerling moet het examenstelsel als geheel, en de toetsen die worden ingezet, kwalitatief goed zijn. Ook moeten toetsen op een doeltreffende manier worden ingezet zodat zij daadwerkelijk bijdragen aan de functie die de toets vervult en er geen sprake is van onnodige toetsdruk. Conform het regeerprogramma wordt ingezet op een verbetering van de kwaliteit en de doeltreffendheid van (de toetsen binnen) het eindexamen.
Voor een goed functionerend eindexamen is het voorwaardelijk dat beide onderdelen ervan, het centraal- en het schoolexamen, hun verschillende functies binnen het examenstelsel volwaardig vervullen. Idealiter vullen het centraal- en het schoolexamen elkaar aan en zijn deze gelijkwaardig aan elkaar. Dat is op dit moment nog niet het geval. Het examenstelsel is daardoor niet in balans.6 De Onderwijsraad constateerde in het rapport Toets wijzer 7 uit 2018 dat de focus binnen het eindexamen door de jaren heen naar het centraal examen is verschoven. Dit doet afbreuk aan de doeltreffendheid van het examenstelsel. Beide onderdelen van het eindexamen zijn in de inrichting van dit stelsel namelijk van essentieel belang.
Het centraal examen vervult de functie van een landelijk ijkpunt dat voor alle leerlingen in een bepaalde leerweg of schoolsoort gelijk is. De gestandaardiseerde toetsing van het centraal examen geeft een vergelijkbaar en transparant oordeel over de mate van beheersing van de kennis die we als maatschappij van leerlingen verwachten als zij het vo verlaten. Een dergelijk schoolonafhankelijk oordeel draagt bij aan een eerlijke beoordeling van elke leerling omdat dit oordeel voor alle leerlingen gelijk is.8 Als tegenhanger daarvan geeft het schoolexamen scholen de ruimte om het eindexamen aan te laten sluiten bij de eigenheid van de school. Het biedt ruimte voor een school om de eigen visie op onderwijs een plek te geven, maar het biedt ook ruimte voor individuele docenten om zeggenschap te hebben over toetsing en deze aan te laten sluiten bij hun onderwijsproces, wat een motiverende werking heeft.9 Daarnaast biedt het schoolexamen de mogelijkheid om competenties die niet of moeilijk centraal meetbaar zijn, zoals doorzettingsvermogen, samenwerken of praktische vaardigheden10, onderdeel te maken van het eindexamen zodat deze een afspiegeling is van het kennen en kunnen van een leerling in de volle breedte van zijn ontwikkeling.
Het is voor zowel het centraal- als het schoolexamen belangrijk dat de toetsen kwalitatief goed zijn en doeltreffend worden ingezet. Eerder bleek uit onderzoek van de Commissie Kwaliteit Schoolexaminering dat er nog stappen te zetten zijn in de kwaliteit van het schoolexamen.11 Ter verbetering van het eindexamen als geheel wordt dan ook ingezet op een verbetering van de kwaliteit van het schoolexamen. Dit gebeurt langs twee lijnen, die ik hieronder toelicht.
Ondersteunende maatregelen bij het verbeteren schoolexamenorganisatie
In oktober 2023 is uw Kamer geïnformeerd over het recente onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) naar de kwaliteit van de schoolexaminering.12 Scholen hebben in de afgelopen jaren al mooie stappen gezet, zelfs tijdens de coronapandemie die op zichzelf al vele uitdagingen voor het onderwijs met zich meebracht. Hiermee ligt de fundering om verder toe te werken naar een schoolexamen dat zijn functie binnen het examenstelsel ten volle vervult. Het inspectierapport laat zien welke vervolgstappen daarvoor nog gezet moeten worden. Naar aanleiding van het rapport zijn er gesprekken gevoerd met betrokkenen bij (de organisatie van) het schoolexamen om op te halen hoe ondersteuning aan scholen kan worden geboden om opvolging te geven aan de aanbevelingen uit het inspectierapport. Onderstaand wordt uw Kamer meegenomen in de opbrengsten van deze gesprekken en de maatregelen die naar aanleiding hiervan worden genomen.
Opbrengsten gesprekken
Uit de gesprekken kwam vooral naar voren dat het tijd kost om de schoolexamenorganisatie aan te passen en daarmee de kwaliteit van het schoolexamen in den brede te verbeteren. Op veel scholen is de wijze waarop het schoolexamen is ingericht en georganiseerd diep verankerd in de organisatie. In de gesprekken werd de conclusie van de inspectie onderstreept dat het van groot belang is dat door het schoolbestuur en de schoolleiding prioriteit wordt gegeven aan dit onderwerp. Een visie van de school op toetsing geeft richting aan de wijze waarop het schoolexamen en de organisatie ervan zijn ingericht en de manier waarop de examensecretaris en de leden van de examencommissie worden gefaciliteerd om hun taken op een goede manier uit te voeren en daarmee de kwaliteit van het schoolexamen te borgen. Onder meer het beschikbaar stellen van voldoende taakuren en zorgen voor voldoende mandaat binnen de organisatie is hierbij essentieel.
Voorts kwam in de gesprekken naar voren dat het opbouwen van kennis over het examen een punt van aandacht is. Er is behoefte aan een goede informatievoorziening over het eindexamen en in het bijzonder over (wijzigingen van) de wet- en regelgeving. Tevens is er behoefte aan deskundigheidsbevordering van examencommissieleden zodat de kennis over examenprocessen en de regelgeving breder verspreid is binnen de organisatie en niet, zoals nu veel voorkomt, met name bij de examensecretaris ligt. Daarnaast is in de gesprekken ook gesproken over de mate waarin de wet- en regelgeving zelf duidelijk is. De inspectie constateert in haar rapport twee onduidelijkheden.13 Wel is veelvuldig genoemd dat er tegen een praktisch knelpunt14 wordt aangelopen bij de uitvoering van de aangescherpte regels m.b.t. het inhalen en herkansen binnen het schoolexamen.15
Ondersteunende maatregelen kwaliteitsimpuls schoolexamen
Bovenstaande opbrengsten geven aanleiding om een aantal maatregelen. De belangrijkste randvoorwaarde is het bieden van voldoende tijd om scholen in de gelegenheid te stellen de aanpassingen aan het schoolexamen te laten landen binnen de organisatie.
De volgende maatregelen worden genomen:
• Verbetering informatievoorziening en verduidelijken wet- en regelgeving
Er wordt gezorgd voor een betere informatievoorziening over het eindexamen vanuit de overheid. Op die manier is informatie over (de wet- en regelgeving over) het eindexamen beter en sneller vindbaar.
• Evaluatie wet- en regelgeving
De wet- en regelgeving over het schoolexamen wordt op de twee punten die als onduidelijk worden ervaren16 geëvalueerd en waar nodig aangepast. Daarnaast wordt gekeken hoe in de tussentijd de praktische problemen waar scholen tegenaan lopen bij de uitvoering van de huidige regels over inhalen en herkansen binnen het schoolexamen kunnen worden verholpen.
• Deskundigheidsbevordering
Vanuit het veld zelf wordt op verschillende manieren gewerkt aan het verbeteren van de kennis over het eindexamen bij alle betrokkenen bij het eindexamen op scholen. Zo onderzoekt het landelijk platform voor examensecretarissen (PLEXS) of zij zich in de toekomst ook kan gaan richten op leden van de examencommissie in plaats van enkel op examensecretarissen. En blijft de VO-raad zich inzetten op het ondersteunen van scholen bij het verbeteren van de kennis over de examenorganisatie door o.a. het faciliteren van gesprekken met en tussen scholen door het organiseren van (inspiratie)bijeenkomsten, leernetwerken voor leden van examencommissies en het delen van goede voorbeelden.
• Ondersteuning visievorming en aandacht voor prestatie- en toetsdruk
Het LAKS en de VO-raad zijn, met behulp van een subsidie van OCW, gestart met een meerjarig (2024–2027) project waarmee scholen worden geholpen bij het uitwerken van een visie op toetsing. Het project is gericht op het realiseren van een cultuurverandering op scholen op het gebied van toetsing en examinering om ervoor te zorgen dat toetsing op een bewuste en doeltreffende manier wordt ingezet in het onderwijsproces. Bij de activiteiten die binnen het project worden georganiseerd worden onder andere leerlingen, leerlingraden, docenten, schoolleiding en besturen betrokken. De lessen uit het project worden breed onder de aandacht gebracht bij scholen. Binnen het project is specifiek aandacht voor het verminderen van prestatie- en toetsdruk. Onder meer het LAKS heeft meermaals aan de bel getrokken over de toegenomen toets- en prestatiedruk onder leerlingen. Uit recent onderzoek van de NRO blijkt dat met name de prestatiecultuur op scholen hier een belangrijke rol in speelt en in mindere mate de hoeveelheid toetsen die een leerling moet maken.17 Het terugdringen van de druk om te presteren vraagt dan ook om een cultuurverandering op scholen. Middels dit project wordt hier op ingezet.
Met deze maatregelen wordt op dit moment geen uitvoering gegeven aan de aanbeveling uit het inspectierapport om wettelijk vast te leggen dat de examensecretaris geen onderdeel mag uitmaken van de examencommissie. In haar rapport wijst de inspectie terecht op het mogelijke spanningsveld dat kan ontstaan als de examensecretaris onderdeel uitmaakt van de examencommissie en daarmee gelijktijdig verantwoordelijk is voor de uitvoering van de examenorganisatie (het zorgen) en de kwaliteitsborging daarvan (het borgen). Echter acht ik het op dit moment niet wenselijk om aanvullende wettelijke verplichtingen te introduceren. Scholen krijgen nu de ruimte om de aangescherpte wettelijke vereisten die gelden sinds 2021, en daarmee in werking zijn getreden tijdens de coronapandemie, te laten landen binnen de organisatie zonder daarbij nieuwe wettelijke vereisten te moeten implementeren.18 Het spanningsveld waarop de inspectie wijst is bij de inrichting van een examenorganisatie een punt van aandacht. Scholen worden dan ook opgeroepen om hier bewust mee om te gaan en ervoor te zorgen dat er een duidelijke scheiding is van deze verantwoordelijkheden. Om een vinger aan de pols te houden op de schoolexamenorganisatie blijft de inspectie, conform het onderzoekskader vo, in haar reguliere toezicht oog houden voor de kwaliteit van de schoolexaminering.
Onderzoek kwaliteit toetsen binnen het schoolexamen
Naast bovenstaande acties ter verbetering van de schoolexamenorganisatie wordt in beeld gebracht wat de kwaliteit is van de schoolexamentoetsen zelf. Stichting Cito gaat een onderzoek uitvoeren naar de toetstechnische kwaliteit van het schoolexamen en de factoren die van invloed zijn hierop. De focus ligt hierbij op het achterhalen van de sterke en zwakke punten van huidige schoolexamentoetsen, om zo vooral te richten op de deskundigheidsbevordering die scholen kan helpen bij het versterken van de kwaliteit. Met dit onderzoek wordt tevens uitvoering gegeven aan één van de aanbevelingen aan het Ministerie van OCW uit het inspectierapport.19 Uw Kamer wordt begin 2026 geïnformeerd over de uitkomsten van dit onderzoek.
Ten slotte
Scholen hebben al mooie stappen gezet in de kwaliteitsverbetering van het schoolexamen. Ik heb er vertrouwen in dat scholen met bovenstaande maatregelen ook de laatste stap kunnen zetten in de kwaliteitsimpuls van de schoolexaminering. Daarmee wordt bijgedragen aan de kwaliteit van het eindexamen in den brede en de ambitie uit het regeerprogramma om de kwaliteit en doeltreffendheid van toetsing in het vo te verbeteren. Ter afsluiting wil ik alle leerlingen die afgelopen schooljaar hun diploma hebben behaald feliciteren. De mooie resultaten die door leerlingen zijn behaald op de eindexamens in 2024 laten zien dat er afgelopen periode hard gewerkt is door leerlingen en docenten. Ik wil alle leerlingen heel veel succes wensen bij hun vervolgstappen.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
M.L.J. Paul
Kamerstukken II, 2020–2021, 31 289, nr. 437↩︎
Kamerstukken II, 2023–2024, 31 289, nr. 585↩︎
De N-term compenseert voor de verschillen in moeilijkheid tussen examens uit verschillende jaren. Als een examen relatief makkelijk is, wordt de N-term laag. Leerlingen moeten dan meer scorepunten halen voor een voldoende dan wanneer een examen relatief moeilijk is. Is een examen relatief moeilijk, dan wordt de N-term hoger. De N-term zorgt er dus voor dat het cijfer dat een leerling haalt niet afhankelijk is van de moeilijkheid van het examen. Leerlingen halen dus voor een moeilijker examen uit het ene jaar voor eenzelfde prestatie hetzelfde cijfer als voor een makkelijker examen uit een ander jaar.↩︎
Scholen zijn hierover geïnformeerd door het CvTE op de website van het Examenblad: Normering centrale examens | 2025 | Examenblad.nl.↩︎
Voor havo-CM leerlingen is wiskunde alleen een kernvak als de leerling er voor kiest dit vak te volgen. Dit is niet verplicht.↩︎
Kamerstukken II 2018/19, 31 289, nr. 395↩︎
Geraadpleegd via https://www.onderwijsraad.nl/publicaties/adviezen/2018/12/13/toets-wijzer↩︎
Geraadpleegd via https://www.onderwijsraad.nl/publicaties/adviezen/2018/12/13/toets-wijzer↩︎
Kamerstukken II 2018/19, 31 289, nr. 395↩︎
In de leerwegen van het vmbo is meer ruimte voor deze praktische kennis en vaardigheden in de beroepsgerichte profiel- en keuzevakken die bovendien een Centraal Schriftelijk en Praktische examens (CSPE) kennen en bij de recentelijk toegevoegde praktijkgerichte programma’s in de gemengde en theoretische leerweg. Het gaat hierbij alleen wel om specifieke vakken, bij de avo-vakken geldt eveneens dat praktijkgerichte kennis of vaardigheden niet of nauwelijks een rol spelen.↩︎
Een volwaardig schoolexamen. Commissie Kwaliteit Schoolexaminering (2018)↩︎
Kamerstukken II 2023/24, 31 289, nr. 559↩︎
Inspectie van het Onderwijs, Kwaliteit van de schoolexaminering↩︎
Het aantal ziekmeldingen van leerlingen, en daarmee het aantal inhaaltoetsen waartoe de school verplicht is om te bieden, is flink toegenomen.↩︎
Per 1-8-2021 is de regelgeving m.b.t. het inhalen en herkansen binnen het schoolexamen aangescherpt. Bij geoorloofde afwezigheid bij een deel van het schoolexamen moet er een inhaalmogelijkheid worden geboden door de school. Met deze wijziging is beoogd dat alle leerlingen die om een goede reden afwezig waren bij een deel van het schoolexamen de mogelijkheid krijgen om dit in te halen en dit niet ten koste gaat van het recht op herkansing (indien de betreffende toets herkansbaar is).↩︎
De regelgeving m.b.t. het inhalen en herkansen binnen het schoolexamen en de regelgeving m.b.t. de maatregelen die kunnen worden getroffen in het geval van onregelmatigheden tijdens het eindexamen.↩︎
Geraadpleegd via https://www.kennisrotonde.nl/vraag-en-antwoord/toetsdruk-middelbare-scholieren↩︎
Kamerstukken II 2019/20, 31 289, nr. 408↩︎
Kamerstukken II 2023/24, 31 289, nr. 559↩︎