36610, bijgewerkt t/m nr. 6 (NvW d.d. 11 oktober 2024)
Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001, de Successiewet 1956 en enkele andere wetten in verband met aanpassingen in een aantal fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten (Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025)
Bijgewerkte tekst
Nummer: 2024D38332, datum: 2024-10-11, bijgewerkt: 2024-10-15 11:53, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2024Z13713:
- Indiener: F.L. Idsinga, staatssecretaris van Financiën
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2024-09-19 15:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-09-23 14:00: Pakket Belastingplan 2025 (Technische briefing), vaste commissie voor Financiën
- 2024-09-26 10:00: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2024-10-03 14:00: Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025 (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Financiën
- 2024-10-10 10:00: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2024-10-21 11:00: Pakket Belastingplan 2025 (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Financiën
- 2024-10-24 10:00: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2024-11-04 11:00: Pakket Belastingplan 2025 (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Financiën
- 2024-11-08 09:15: Pakket Belastingplan 2025 (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Financiën
- 2024-11-12 17:00: Pakket Belastingplan 2025 + wijziging van de Wet op de huurtoeslag (Wet vereenvoudiging van de huurtoeslag (36311)) plenaire behandeling in 1 termijn (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2024-11-13 19:30: Pakket Belastingplan 2025 + wijziging van de Wet op de huurtoeslag (Wet vereenvoudiging van de huurtoeslag (36311)) plenaire behandeling in 1 termijn (Plenair debat (wetgeving)), TK
Preview document (đ origineel)
Bijgewerkt t/m nr. 6 (NvW d.d. 11 oktober 2024) | |
36 610 | Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001, de Successiewet 1956 en enkele andere wetten in verband met aanpassingen in een aantal fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten (Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025) |
Nr. 2 | VOORSTEL VAN WET |
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die dezen zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is om aanpassingen te doen in een aantal fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten;
Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt als volgt gewijzigd:
A
Artikel 4.17a, achtste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het slot van onderdeel b wordt â; enâ vervangen door een puntkomma.
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door â; enâ wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
d. schulden die rechtstreeks samenhangen met die bedrijfsmiddelen.
B
In artikel 4.17c, derde lid, wordt âelfde lidâ vervangen door âtwaalfde lidâ.
ARTIKEL II
De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt met ingang van 1 januari 2026 als volgt gewijzigd:
A
Artikel 4.17a wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In de aanhef wordt âDe overgangâ vervangen door in âDe overgang van aandelenâ.
b. In onderdeel a wordt âaandelen of winstbewijzenâ vervangen door âaandelenâ.
c. Onderdeel b komt te luiden:
b. de aandelen bij de erflater tot een aanmerkelijk belang op grond van artikel 4.6, aanhef en onderdeel a, behoren en geen bijzondere gerechtigdheid kennen met betrekking tot een of meer vermogensbestanddelen of activiteiten;.
d. In onderdeel c wordt âaandelen of winstbewijzenâ vervangen door âaandelenâ en wordt â, enâ vervangen door â; enâ.
2. In het tweede lid wordt âaandelen of winstbewijzenâ vervangen door âaandelenâ.
3. Het derde lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel a wordt âeen eerder door de erflater gehouden aanmerkelijk belangâ vervangen door âeerder door de erflater gehouden aandelen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel bâ.
b. Aan het slot van onderdeel c wordt â, enâ vervangen door â; enâ.
4. In het vierde lid wordt âaandelen of winstbewijzenâ vervangen door âaandelenâ.
5. Het vijfde lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In de aanhef wordt âeen aanmerkelijk belangâ vervangen door âaandelen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b,â en wordt âeen belang heeftâ vervangen door âeen aandelenbelang heeftâ.
b. In onderdeel a wordt âeen aanmerkelijk belangâ vervangen door âaandelen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b,â.
c. Onderdeel b wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt âbelangâ vervangen door âaandelenbelangâ.
2. In subonderdeel 1° wordt âaanmerkelijk belangâ vervangen door âbelangâ.
3. Aan het slot van subonderdeel 2° wordt â, enâ vervangen door een puntkomma.
4. Onder vervanging van de punt aan het slot van subonderdeel 3° door â; enâ wordt een subonderdeel toegevoegd, luidende:
4°. dat belang uitsluitend omdat het kleiner is dan 5% geen belang vormt als bedoeld in onderdeel a.
5. Na de eerste zin wordt een zin ingevoegd, luidende:
De toerekening vindt alleen plaats voor zover het belang, bedoeld in de eerste zin, aanhef, bestaat uit aandelen die geen bijzondere gerechtigdheid kennen met betrekking tot een of meer vermogensbestanddelen of activiteiten.
6. Aan het zevende lid wordt toegevoegd â, waaronder begrepen winstbewijzen en opties op aandelenâ.
7. In het negende lid wordt âeen direct aanmerkelijk belang als bedoeld in afdeling 4.3, met uitzondering van artikel 4.10â vervangen door âaandelen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel bâ en wordt âonder 1° tot en met 3°â vervangen door âonder 1° tot en met 4°â.
8. Onder vernummering van het veertiende en vijftiende lid tot vijftiende en zestiende lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
14. Voor de toepassing van dit artikel en de daarop berustende bepalingen wordt onder preferente aandelen verstaan aandelen met voorrang ten aanzien van de winstverdeling of liquidatieopbrengsten. Indien een aandeel slechts voor een deel van het aan het aandeel verbonden vermogen die voorrang kent, wordt enkel dat deel van het aandeel aangemerkt als preferent aandeel.
B
In artikel 4.17b, tweede lid, wordt âaandelen of winstbewijzenâ vervangen door âaandelenâ.
C
Artikel 4.17c wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt al volgt gewijzigd:
a. In de aanhef wordt âDe overdrachtâ vervangen door âDe overdracht van aandelenâ.
b. In onderdeel a wordt âaandelen of winstbewijzenâ vervangen door âaandelenâ.
c. Onderdeel b komt te luiden:
b. de aandelen bij de vervreemder tot een aanmerkelijk belang behoren op grond van artikel 4.6, aanhef en onderdeel a, en geen bijzondere gerechtigdheid kennen met betrekking tot een of meer vermogensbestanddelen of activiteiten;.
d. In onderdeel c wordt âaandelen of winstbewijzenâ vervangen door âaandelenâ.
2. In het tweede lid wordt âaandelen of winstbewijzenâ vervangen door âaandelenâ.
3. In het derde lid wordt âtwaalfde lidâ vervangen door âtwaalfde en veertiende lidâ.
ARTIKEL III
De Successiewet 1956 wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 35b, vijfde en zesde lid, wordt âvijf jarenâ vervangen door âdrie jarenâ.
B
Artikel 35c, zevende lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. Aan het slot van onderdeel a wordt â; enâ vervangen door een puntkomma.
2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door â; enâ wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
d. schulden die rechtstreeks samenhangen met die bedrijfsmiddelen.
C
In artikel 35e, eerste lid, aanhef, wordt âvijf jarenâ vervangen door âdrie jarenâ.
ARTIKEL IV
De Successiewet 1956 wordt met ingang van 1 januari 2026 als volgt gewijzigd:
A
Artikel 35c wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel c wordt âvermogensbestanddelen die bij de erflater of schenker behoorden tot een aanmerkelijk belang als bedoeld in afdeling 4.3, met uitzondering van artikel 4.10, van de Wet inkomstenbelasting 2001, mits het lichaam waarop het belang betrekking heeftâ vervangen door âaandelen die bij de erflater of schenker behoorden tot een aanmerkelijk belang op grond van artikel 4.6, aanhef en onderdeel a, van de Wet inkomstenbelasting 2001 en geen bijzondere gerechtigdheid kennen met betrekking tot een of meer vermogensbestanddelen of activiteiten, mits het lichaam waarop die aandelen betrekking hebbenâ.
b. In onderdeel d wordt âonroerende zakenâ vervangen door âonroerende zaken en de schulden die rechtstreeks met die onroerende zaken samenhangenâ en wordt âmits deze dienstbaar zijnâ vervangen door âmits die onroerende zaken dienstbaar zijnâ.
2. In het derde lid wordt âbehoorden tot een aanmerkelijk belangâ vervangen door âbestonden uit aandelen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c,â.
3. In het vierde lid, onderdeel a, wordt âeen eerder door de erflater of schenker gehouden aanmerkelijk belang van gewone aandelenâ vervangen door âeerder door de erflater of schenker gehouden aandelen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel câ.
4. Het vijfde lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In de aanhef wordt âeen aanmerkelijk belangâ vervangen door âaandelenâ en wordt âeen belang heeftâ vervangen door âeen aandelenbelang heeftâ.
b. In onderdeel a wordt âeen aanmerkelijk belang hield als bedoeld in afdeling 4.3 van de Wet inkomstenbelasting 2001,â vervangen door âaandelen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, hield;â.
c. Onderdeel b wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt âbelangâ vervangen door âaandelenbelangâ.
2. In subonderdeel 1° wordt âaanmerkelijk belangâ vervangen door âbelangâ.
3. Aan het slot van subonderdeel 2° wordt â, enâ vervangen door een puntkomma.
4. Onder vervanging van de punt aan het slot van subonderdeel 3° door â; enâ wordt een subonderdeel toegevoegd, luidende:
4°. dat belang uitsluitend omdat het kleiner is dan 5% geen belang vormde als bedoeld in onderdeel a.
5. Na de eerste zin wordt een zin ingevoegd, luidende:
De toerekening vindt alleen plaats voor zover het belang, bedoeld in de eerste zin, aanhef, bestaat uit aandelen die geen bijzondere gerechtigdheid kennen met betrekking tot een of meer vermogensbestanddelen of activiteiten.
5. Aan het zesde lid wordt toegevoegd â, waaronder begrepen winstbewijzen en opties op aandelenâ.
6. Het zevende lid wordt als volgt gewijzigd:
a. Aan het slot van onderdeel c wordt â; enâ vervangen door een puntkomma.
b. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door â; enâ wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:
e. vermogen dat zonder toepassing van dit onderdeel ondernemingsvermogen zou zijn en dat ten minste in belangrijke mate, rechtens dan wel in feite, direct of indirect, een voortzetting vormt van, of voortkomt uit:
1o. een onderneming als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a; of
2o. aandelen, opties op aandelen of winstbewijzen in een lichaam dat een onderneming als bedoeld in het eerste lid, onderdeel a, drijft;
die de verkrijger eerder onder een last of tegen een tegenprestatie heeft vervreemd, doch niet meer dan de waarde van die last of tegenprestatie.
7. In het achtste lid, onderdeel b, wordt âeen direct aanmerkelijk belang als bedoeld in afdeling 4.3, met uitzondering van artikel 4.10, van de Wet inkomstenbelasting 2001 heeftâ vervangen door âdirect aandelen als bedoeld in het eerste lid, onderdeel c, hadâ en wordt âonder 1° tot en met 3°, heeftâ vervangen door âonder 1° tot en met 4°, hadâ.
8. Onder vernummering van het twaalfde en dertiende lid tot dertiende en veertiende lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
12. Voor de toepassing van dit artikel en de daarop berustende bepalingen wordt onder preferente aandelen verstaan aandelen met voorrang ten aanzien van de winstverdeling of liquidatieopbrengsten. Indien een aandeel slechts voor een deel van het aan het aandeel verbonden vermogen die voorrang kent, wordt enkel dat deel van het aandeel aangemerkt als preferent aandeel.
9. In het dertiende lid (nieuw) wordt âzijn de artikelen 4.3 tot en met 4.5aâ vervangen door âis artikel 4.3, aanhef en onderdeel a,â.
B
Artikel 35d wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:
a. In onderdeel c wordt âaanmerkelijkbelanghouder was van de vermogensbestanddelen, bedoeld in artikel 35c, eerste lid, onderdeel c, en het lichaam waarop het aanmerkelijk belang betrekking heeft â vervangen door âhouder was van de aandelen, bedoeld in artikel 35c, eerste lid, onderdeel c, en het lichaam waarop die aandelen betrekking hebbenâ.
b. Aan het slot van onderdeel d wordt de punt vervangen door een puntkomma.
c. Er wordt toegevoegd âvoor zover het belang van erflater of schenker in de onderneming, bedoeld in de onderdelen a of c, in de medegerechtigdheid, bedoeld in de onderdelen b of c, of in de werkzaamheid, bedoeld in onderdeel d, in de genoemde periode niet is toegenomenâ.
2. Onder vernummering van het tweede lid tot zesde lid worden vier leden ingevoegd, luidende:
2. De periodes van Ă©Ă©n jaar, bedoeld in het eerste lid, aanhef en onderdelen c en d, worden verlengd met zes maanden per jaar dat de erflater ten tijde van het overlijden meer dan twee jaar ouder is dan de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet.
3. De periodes van vijf jaren, bedoeld in het eerste lid, aanhef en onderdelen c en d, worden verlengd met zes maanden per jaar dat de schenker op het moment van schenking meer dan zes jaar ouder is dan de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet.
4. Onder een erflater of schenker als bedoeld in het eerste lid wordt mede verstaan degene die naar doel en strekking van de bezitseis, bedoeld in het eerste lid, daarmee gelijk te stellen is, mits sprake is van een bij ministeriële regeling aangewezen omstandigheid en voldaan wordt aan daarin gestelde voorwaarden.
5. Onder een erflater of schenker als bedoeld in het eerste lid wordt mede verstaan degene die in geval van bij ministeriële regeling aangewezen situaties van overheidsingrijpen voldoet aan de daarin gestelde voorwaarden.
C
Artikel 35e wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid, onderdeel c, wordt als volgt gewijzigd:
a. In de aanhef wordt âvermogensbestanddelenâ vervangen door âaandelenâ.
b. In subonderdeel 1o wordt âvermogensbestanddelen of een gedeelte van de in deze vermogensbestanddelenâ vervangen door âdie aandelen of een gedeelte van de in die aandelenâ.
c. Subonderdeel 2o komt te luiden:
2°. die aandelen of via die aandelen indirect gehouden aandelen worden omgezet in preferente aandelen of in aandelen die een bijzondere gerechtigdheid kennen met betrekking tot een of meer vermogensbestanddelen of activiteiten, of de aanspraak van die direct of indirect gehouden aandelen op toekomstige winsten of waardeontwikkelingen wordt, al dan niet via uitgifte van vermogensbestanddelen, op andere wijze beperkt; of.
d. In subonderdeel 3o wordt âde vermogensbestanddelenâ vervangen door âdie aandelenâ.
2. In het derde lid wordt âvermogensbestanddelenâ vervangen door âaandelenâ.
3. Onder vernummering van het vijfde en zesde lid tot achtste en negende lid worden drie leden ingevoegd, luidende:
5. Het vierde lid is van overeenkomstige toepassing op gewone aandelen van de verkrijger die zijn toegekend in het kader van een bedrijfsoverdracht als bedoeld in artikel 35c, vijfde lid, vijfde zin.
6. Een verkrijger voldoet mede aan het voortzettingsvereiste in bij ministeriële regeling te stellen omstandigheden die passen bij het doel en de strekking van het voortzettingsvereiste als voldaan wordt aan de daarin gestelde voorwaarden.
7. Een verkrijger voldoet in geval van bij ministeriële regeling aangewezen situaties van overheidsingrijpen mede aan het voortzettingsvereiste onder bij die ministeriële regeling te stellen voorwaarden.
ARTIKEL V
In de Invorderingswet 1990 vervalt in artikel 25, achtste lid, onderdeel a, â, mits de verkrijger reeds gedurende de 36 maanden die onmiddellijk voorafgaan aan het tijdstip van de schenking in dienstbetrekking is van de vennootschap waarop de aandelen of winstbewijzen betrekking hebbenâ.
ARTIKEL VI
In de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024 wordt in artikel VII, tweede lid, âtreedt artikel I, onderdeel Bâ vervangen door âtreden de artikelen I, onderdeel B, II, onderdeel A, onder 0, en V, onderdeel B, onder 1a, 1b en 3aâ en wordt âtijdstipâ vervangen door âtijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.
ARTIKEL VII
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2025, met dien verstande dat artikel VI toepassing vindt voordat de artikelen II, onderdeel A, en V, onderdeel B, van de Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2024 per 1 januari 2025 worden toegepast.
ARTIKEL VIII
Deze wet wordt aangehaald als: Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Staatssecretaris van Financiën,