[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Voortgang kabinetsaanpak risicovolle strategische afhankelijkheden

Nationale Veiligheid

Brief regering

Nummer: 2024D41468, datum: 2024-10-31, bijgewerkt: 2024-11-12 12:44, versie: 2

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 30821 -244 Nationale Veiligheid.

Onderdeel van zaak 2024Z17220:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


30 821 Nationale Veiligheid

Nr. 244 Brief van de ministers van Economische Zaken, van Buitenlandse Zaken en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 31 oktober 2024

Met deze brief informeren wij, de minister van Economische Zaken, de minister van Buitenlandse Zaken en de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, in samenwerking met andere betrokken kabinetsleden, uw Kamer over de voortgang van de kabinetsaanpak risicovolle strategische afhankelijkheden. Dit doen wij in navolging van de toezegging in de Kamerbrief "Voortgang Kabinetsaanpak Risicovolle Strategische Afhankelijkheden" van 15 december 20231. In lijn met deze toezegging gaat deze brief in op de werkzaamheden van verschillende departementen en de Taskforce Strategische Afhankelijkheden (TFSA), die zich richten op het in kaart brengen van risicovolle strategische afhankelijkheden en het ontwikkelen van handelingsopties.

Tevens informeer ik u over ontwikkelingen op het gebied van investeringstoetsing.

Kabinetsaanpak risicovolle strategische afhankelijkheden

In de Kamerbrief Kabinetsaanpak Strategische Afhankelijkheden van 12 mei 2023 en de voortgangsrapportage van 15 december 2023 is uw Kamer geïnformeerd over de kabinetsaanpak.2 Daarbij is benadrukt dat betrouwbare waardeketens essentieel zijn voor zowel ons verdienvermogen als onze nationale veiligheid. Afhankelijkheden zijn niet per definitie problematisch; wederzijdse afhankelijkheden vormen de hoeksteen van het mondiale handelssysteem, waardoor specialisatie kan optreden, innovatie wordt bevorderd, producten toegankelijk blijven, wetenschappelijke kennis circuleert en onze welvaart en koopkracht toenemen. Het reduceren van afhankelijkheden leidt niet alleen tot hogere private en publieke uitgaven, maar heeft ook (in)directe impact op onder andere het investerings- en vestigingsklimaat.

De TFSA richt zich op risicovolle strategische afhankelijkheden. Een afhankelijkheid is risicovol en strategisch, als het betreffende product, de dienst of de technologie cruciaal is voor het borgen van onze publieke belangen, en als het risico van leveringsonderbrekingen hoog is, waarbij onder andere wordt gekeken naar de aard van de betrekkingen met het land. Marktpartijen zijn primair zelf verantwoordelijk voor het mitigeren van risicovolle strategische afhankelijkheden, met een ondersteunende rol van de overheid. Het is daarom van belang om telkens een gedegen afweging te maken van de noodzaak en mate van overheidsingrijpen. Indien meer invasief overheidsingrijpen nodig worden bevonden, zijn doelmatigheid en proprotionaliteit van belang. Vroegtijdig optreden met zo min mogelijk marktverstoring geniet dan de voorkeur.

Hierbij is de EU het belangrijkste handelingsniveau. Het kabinet blijft daarom ook de risicoanalyses die de EU in het kader van de Europese Economische Veiligheidsstrategie uitvoert ten aanzien van afhankelijkheden nauwgezet volgen. Ook de nieuwe Europese Commissie (hierna: Commissie) zal hier naar verwachting prominent aandacht aan besteden. Dit blijkt reeds uit de politieke richtlijnen van Commissievoorzitter Von der Leyen, en is eveneens zichtbaar in de missiebrief aan onder andere kandidaat-Eurocommissaris voor Handel en Economische Veiligheid Šefčovič. Ook het op 9 september jl. gepubliceerde rapport over de toekomst van het Europese concurrentievermogen van Mario Draghi gaat in op de noodzaak van het mitigeren van (risicovolle) strategische afhankelijkheden. Uw Kamer is op 4 oktober jl. geïnformeerd over de kabinetsappreciatie3 van dit rapport.

De TFSA speelt een centrale rol door de samenwerking tussen departementen te bevorderen en de identificatie en aanpak van risicovolle strategische afhankelijkheden aan te jagen. Deze aanpak is onderdeel van het bredere economische veiligheidsbeleid en dient ter versterking van onze open strategische autonomie, waarmee de TFSA bijdraagt aan de ambities uit het Regeerprogramma op voornoemde belangrijke onderwerpen. Dit vergt ook blijvend overleg met en consultatie van het bedrijfsleven.

Voortgang kabinetsaanpak risicovolle strategische afhankelijkheden

Zoals vermeld in de voortgangsrapportage van 15 december 2023, wordt vanwege strategische en nationale veiligheidsoverwegingen zorgvuldig en vertrouwelijk omgegaan met het delen van informatie over de kwetsbaarheden van de Nederlandse en Europese economie, veroorzaakt door afhankelijkheden op producten, grondstoffen en technologieën. Daarom is er op 29 mei 2024 een vertrouwelijke technische briefing georganiseerd, waarin de aanpak van het kabinet, de uitgevoerde analyses en de resultaten aan uw Kamer zijn toegelicht. Ook is hierbij de methode toegelicht waarmee risicovolle strategische afhankelijkheden worden geïdentificeerd en zijn de bijbehorende dilemma’s besproken.

De identificatie van risicovolle strategische afhankelijkheden is een doorlopend proces dat meebeweegt met veranderende afhankelijkheidsrelaties. De nationale analyses zijn recentelijk uitgebreid naar nieuwe deelgebieden op digitaal en technologisch terrein, chemie, kritieke grondstoffen en binnen het energiedomein. De planning is dat deze analyses in het voorjaar van 2025 voor een groot deel gereed zullen zijn.

Over de recente onderzoeken naar kritieke grondstoffen is uw Kamer nader geïnformeerd in de brief over de Nationale Grondstoffenstrategie van 9 september 2024, waarin ook de oprichting van het Nederlands Materialen Observatorium (NMO) is aangekondigd.4 Het NMO zal waardeketens van kritieke grondstoffen monitoren, en bijdragen aan de identificatie van mogelijke nieuwe risicovolle strategische afhankelijkheden. De activiteiten van het NMO sluiten ook aan bij de verplichte stresstesten, (risico)analses en monitoring van waardeketens onder de Europese Critical Raw Materials Act (CRMA), die op 23 mei jl. officieel in werking is getreden.

De identificatie van risicovolle strategische afhankelijkheden en handelingsopties worden verder uitgewerkt door de betrokken departementen. Zij zijn zelf verantwoordelijk voor de aanpak binnen de sectoren waar zij beleidsverantwoordelijkheid voor dragen en de beschikbaarstelling van voldoende financiële middelen daartoe. Hierbij is een proportionele en kosteneffectieve aanpak het uitgangspunt. Bovendien is er aandacht voor het opbouwen van technologisch leiderschap in strategische waardeketens waarmee we onze weerbaarheid versterken. Zo werkt het ministerie van Klimaat en Groene Groei aan een kosten-batenanalyse ten aanzien van geïdentificeerde risicovolle strategische afhankelijkheden op het gebied van de energietransitie. Het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is actief deelnemer in de Europese Critical Medicines Alliance. Het doel van deze Alliantie is om relevante partijen (overheden van lidstaten, koepels van veldpartijen en individuele fabrikanten) samen te brengen om oplossingen voor te stellen om de beschikbaarheid van kritieke geneesmiddelen in de EU te versterken, zoals nieuwe wetgeving. Er wordt gekeken naar de kwetsbaarheden in de leveringsketens van geneesmiddelen en manieren om die kwetsbaarheden te mitigeren. Uw Kamer zal zo spoedig mogelijk door de verantwoordelijke bewindspersonen in het kabinet geïnformeerd worden over de aanpak van afzonderlijke risicovolle strategische afhankelijkheden, al dan niet op vertrouwelijke basis.

Wet vifo en voorstel herziening screeningsverordening buitenlandse investeringen

Het kabinet werkt momenteel aan een actualisering van de reikwijdte van de Wet veiligheidstoets investeringen (Wet vifo), die onder meer ziet op het voorkomen van ongewenste afhankelijkheden als gevolg van de wijziging van zeggenschap in onder andere bedrijven met sensitieve technologie. Met een voorgestelde wijziging van een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) worden enkele technologieën toegevoegd aan het toepassingsbereik. De motie Meulenkamp c.s.5, die verzoekt om de Nederlandse groente- en zaadveredeling onder de reikwijdte van de Wet vifo te laten vallen, wordt daarin meegenomen. De AMvB gaat dit jaar in internetconsultatie. De verwachting is om in het voorjaar van 2025 uw Kamer over de uitkomsten te informeren.

Op het gebied van investeringstoetsing loopt daarnaast ook het EU-onderhandelingstraject omtrent het Commissievoorstel voor een herziening van de screeningsverordening buitenlandse directe investeringen.6 De voorgestelde herziening is o.a. gericht op meer gelijkvormige toetsing van investeringen uit derde landen en meer informatie-uitwisseling over getoetste investeringen.7 Het kabinet wijst uw Kamer er op dat de Raad van State op 2 oktober jl. desgevraagd een voorlichting heeft gepubliceerd over het herzieningsvoorstel.8 De voorlichting van de Raad van State zal indien en voor zover nodig worden betrokken bij de verdere positiebepaling van het kabinet, lopende de onderhandelingen over het Commissievoorstel. Uw Kamer wordt daarover nog geïnformeerd.

Tot slot

Het mitigeren van de risico’s van strategische afhankelijkheden is een complex en vaak kostbaar proces, waarbij de sterke verwevenheid van Nederlandse bedrijven in internationale handelsketens de kosten-batenanalyse bemoeilijkt. Tegelijkertijd geldt dat deze verwevenheid niet alleen bijdraagt aan de Nederlandse welvaart, maar ook aan de diversificatie van handelsstromen en daarmee het verkleinen van afhankelijkheden en nationale veiligheidsrisico’s. Daarom heeft Nederland ook vanuit het perspectief van het mitigeren van strategische afhankelijkheden veel belang bij het op regels gebaseerde multilaterale handelssysteem waarin handelsafspraken bijdragen aan de diversificatie van markten en het voorkomen van ongerechtvaardigde handelsbelemmeringen.

Het kabinet blijft zich onverminderd inzetten om risicovolle strategische afhankelijkheden goed in kaart te brengen en de mogelijke handelingsopties uit te werken. Daarbij is een zorgvuldige afweging tussen beschermende maatregelen en maatregelen die de economie versterken essentieel. Waar overheidsingrijpen noodzakelijk is, zal het kabinet, via de verantwoordelijke departementen, dit doen.

In het voorjaar van 2025 verwachten wij een aantal aanvullende risicoanalyes gereed te hebben die wij vertrouwelijk met uw Kamer kunnen delen. Daarnaast werken de departementen voor de reeds geïdentificeerde risicovolle strategische afhankelijkheden op hun beleidsterreinen handelingsopties uit ten behoeve van nadere politieke besluitvorming.

De minister van Economische Zaken,

D.S. Beljaarts

De minister van Buitenlandse Zaken,

C.C.J. Veldkamp

De minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp,

R.J. Klever


  1. Kamerstuk 30821, nr. 204↩︎

  2. Kamerstuk 30821, nr. 181↩︎

  3. kenmerk 2024D36903↩︎

  4. Kamerstuk 32852, nr. 317↩︎

  5. Kamerstuk 36410 XIV, nr. 43↩︎

  6. Proposal for a Regulation of the European Parliament and of the Council on the screening of foreign investments in the Union and repealing Regulation (EU) 2019/452 of the European Parliament and of the Council↩︎

  7. BNC-fiche herziening verordening screening buitenlandse investeringen (overheid.nl)↩︎

  8. Voorlichting over het Commissievoorstel voor een verordening van het Europees Parlement in verband met de proportionaliteit, rechtszekerheid, legaliteit en zorgvuldigheid daarvan en de effecten van het voorstel op systematiek van het Nederlandse bestuursrecht. - Raad van State↩︎