Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Klimaat en Groene Groei (XXIII) voor het jaar 2025 (36600-XXIII) (1e termijn Kamer) (ongecorrigeerd)
Stenogram
Nummer: 2024D42525, datum: 2024-11-06, bijgewerkt: 2024-11-07 10:09, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van activiteiten:- 2024-11-06 10:15: Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Klimaat en Groene Groei (XXIII) voor het jaar 2025 (36600-XXIII) (1e termijn Kamer) (Plenair debat (wetgeving)), TK
Preview document (🔗 origineel)
Mededelingen
Mededelingen
Mededelingen
De voorzitter:
Ik deel aan de Kamer mee dat er geen afmeldingen zijn.
Deze mededeling wordt voor kennisgeving aangenomen.
Begroting Klimaat en Groene Groei 2025
Begroting Klimaat en Groene Groei 2025
Aan de orde is de behandeling van:
het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Klimaat en Groene Groei (XXIII) voor het jaar 2025 (36600-XXIII).
De voorzitter:
We gaan de begroting van Klimaat en Groene Groei behandelen. Ik heet de
minister van harte welkom. Dat geldt uiteraard ook voor de leden, de
mensen op de publieke tribune en iedereen die het debat op afstand
volgt. We doen vandaag alleen de eerste termijn van de zijde van de
Kamer. Morgenmiddag en -avond volgt dan de rest van het debat. Ik stel
voor dat we het aantal onderlinge interrupties tot zes beperken.
De algemene beraadslaging wordt geopend.
De voorzitter:
Als eerste geef ik het woord aan mevrouw Kröger. Zij spreekt namens de
fractie GroenLinks-Partij van de Arbeid. Gaat uw gang.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
Voorzitter. Het is een vreemd moment om dit debat te voeren, na deze
nacht. Als de uitslag van vannacht één ding voor ons moet betekenen, is
het wel dat dit het moment is voor Europa om strijdbaar en eensgezind te
staan voor solidariteit, voor democratie en voor wat de wetenschap ons
vertelt. Dat betekent een ambitieuze aanpak van klimaatverandering. We
kunnen niet anders.
Als we het hebben over klimaat … Als we het hebben over het klimaat, kan
ik het hebben over de gruwelijk beelden uit Spanje, die op ons netvlies
gebrand staan. Ik kan het hebben over de immense kracht van
overstromingen en wat die teweegbrengen, alles verwoestend …
Ik kan het ook hebben over de verbouwing van de Tweede Kamer, die zo te
horen nu acuut gaande is!
(Hilariteit)
De voorzitter:
Ja … Gaat u door.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
Voorzitter. Nou …
De voorzitter:
Ja, misschien moet u toch even wachten, want dit is geen doen. Ik weet
niet wie hier bezig is. De bode gaat even contact zoeken.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
Misschien wordt er een schilderijtje opgehangen.
De voorzitter:
Ik schors voor een ogenblik, want dit werkt niet.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
De voorzitter:
We kunnen gelukkig weer verder. Het duurde even om te lokaliseren waar
het geluid vandaan kwam. De werkzaamheden zijn nu definitief stilgelegd,
dus mevrouw Kröger kan opnieuw beginnen aan haar eerste termijn. Dat
doet zij namens de fractie van GroenLinks-Partij van de Arbeid. Gaat uw
gang.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
Voorzitter. Als de uitslag van vannacht, waar velen van ons zich grote
zorgen over maken, één ding voor ons moet betekenen, dan is het dat dit
het moment is voor Europa om strijdbaar en eensgezind te zijn en om te
staan voor solidariteit, voor democratie en voor wat de wetenschap ons
vertelt, namelijk dat een ambitieuze aanpak van klimaatverandering
absoluut de hoogste prioriteit moet hebben.
Als we het hebben over het klimaat, kunnen we denken aan de gruwelijke
beelden uit Valencia, aan de alles verwoestende, immense kracht van
overstromingen. We kunnen denken aan het leed en de ontwrichting. Ik kan
het hebben over de steeds onveiligere wereld, met bosbranden, droogtes
en mislukte oogsten. Ik kan het hebben over Hira, een jonge vrouw uit
Pakistan die ik sprak over wat klimaatverandering voor haar betekent in
haar dorp. We hadden het over hoe bestaande ongelijkheden alleen maar
worden versterkt. Ik kan het hebben over de vrouw hier in Den Haag die
me vertelde dat ze oma wordt, maar zich zo'n zorgen maakt omdat ze
eigenlijk niet op dat kleintje wil passen in haar koude, tochtige
huurwoning. Ik kan beginnen over de Amerikaanse presidentsverkiezingen,
over de strijd tegen de macht van de fossiele lobby. Ik kan de wanhopige
wetenschappers aanhalen, die wederom de noodklok luiden. Het is alsof we
rechtstreeks in de film Don't Look Up zitten. Ik kan de rechters citeren
die spreken van mensenrechtenschendingen. Ik kan de kinderen benoemen
die ons verwijten hun toekomst te verpesten.
Donkere tijden vragen om licht. Ook al sta ik hier vandaag met zwaar
gemoed na de uitslag van vannacht: donkere tijden vragen om licht, om
hoop, om optimisme en om een samenleving waarin solidariteit centraal
staat; de zorg voor elkaar, voor toekomstige generaties en voor mensen
elders. Een samenleving waarin we echt rekening houden met elkaar, dat
is wat we kunnen bieden met sociaal klimaatbeleid. Een sociale
klimaataanpak leunt op sterke publieke diensten, op volkshuisvesting, op
goed openbaar vervoer en op betaalbare stadswarmte. Een sociale
klimaataanpak zorgt ervoor dat vervuiling een eerlijke prijs krijgt, in
plaats van dat fossiel nog steeds gesubsidieerd wordt. Een sociale
klimaataanpak pakt de huizen van mensen in energiearmoede als
allereerste aan, met de hoogste prioriteit isolatie, zonnepanelen en
warmte. Een sociale klimaataanpak staat ook klaar voor de ondernemers
van de toekomst: de mensen die nu al bezig zijn met recyclen van
plastics, met het telen van duurzame producten en met het produceren van
warmtepompen en zonnepanelen. Een sociale klimaataanpak omarmt al die
duizenden initiatieven in Nederland, van al die mensen die zich elke dag
keihard inzetten voor het klimaat.
Maar, voorzitter, dat is helaas niet het klimaatbeleid dat we nu
voorgeschoteld krijgen. Terwijl een stevige stap vooruit nodig is,
kachelt het klimaatbeleid van dit kabinet achteruit. Er is minder dan 5%
kans om de doelen te halen. Wat doet het kabinet? Het breekt maatregelen
af, zonder er een alternatief voor in de plaats te stellen. Nu ligt er
een duizelingwekkende opgave van 24 megaton om in vijf jaar te bereiken.
Ondertussen waarschuwt de wetenschap: als we niet extra actie
ondernemen, stevenen we af op 3 graden opwarming. Als we denken aan de
beelden van Valencia, dan kun je je goed voorstellen dat rechters
zeggen: dit is een mensenrechtenschending. Ik wil de minister daarom het
volgende vragen. Bij het uitbrengen van het hoofdlijnenakkoord
waarschuwde het PBL — of eigenlijk sloeg men alarm — dat het simpelweg
onvoldoende was. Waarom heeft de minister toen niet gelijk een pakket
aan extra maatregelen opgesteld? Alle ingrediënten liggen er. Er zijn
stapels onderzoeken. Er zijn beleidsadviezen. Vanuit het bedrijfsleven
en vanuit burgers zijn er zo veel mogelijkheden voor ambitieus
klimaatbeleid, maar nu volgt er een stilte. Er volgen nietszeggende
antwoorden. De minister zei dat ze baalde, alsof ze niet gewaarschuwd
was. En alsof niet zij degene is, als coördinerend minister voor
klimaat, die de verantwoordelijkheid heeft om nu in actie te komen.
Waarom deze nalatigheid, vraag ik de minister.
Voorzitter. Het echte probleem is dat het zinnetje "de klimaatdoelen
blijven staan" een bezweringsformule is, om taaie onderhandelingen te
maskeren, waarbij twee partijen in deze coalitie zich eigenlijk niet
gecommitteerd hebben aan een serieuze aanpak van klimaatverandering. De
BBB sprak er lachend over dat je onder de douche die 0,0036 graden
opwarming niet voelt. Over de klimaatachtergrond van het drama in
Valencia werd twijfel gezaaid. De PVV vindt het klimaatbeleid simpelweg
onzin: populistische politiek. Zo worden de wetenschap, maar ook de
rechtspraak, geminacht en verzwakt met verdere bezuinigingen, zoals bij
het KNMI. De toegang tot de rechter voor maatschappelijke organisaties
die strijden voor beter klimaatbeleid dreigt te worden ingeperkt. Maar
de kern is en blijft: als je de wetenschap serieus neemt, dan is het
klimaatbeleid simpelweg zwaar onvoldoende. Alleen zeggen dat je de
doelen laat staan, daar hebben we echt helemaal niets aan. Sterker nog,
dat ondermijnt zelfs, want mensen worden in slaap gesust. Mensen wordt
wijsgemaakt dat het vanzelf wel goed komt. Ik wil dus vandaag heel graag
van de minister horen of zij erkent dat de opgave waar zij voor staat 24
megaton is en dat er dus echt extra maatregelen genomen moeten worden om
een gat van 24 megaton te overbruggen. Erkent zij dat dit de opgave is
waarvoor zij aan de lat staat?
Voorzitter. Wij doen vandaag in dit debat een aantal concrete
voorstellen voor een sociale klimaataanpak. We staan nu op een cruciaal
punt, want hoe langer we wachten met klimaatmaatregelen, hoe rigoureuzer
deze worden en hoe meer het draagvlak onder druk komt te staan. Dit is
dus echt het moment om te kiezen voor klimaatrechtvaardigheid.
Wij willen met een grootschalige wijkaanpak ervoor zorgen dat
energiearmoede echt wordt aangepakt. Er is vanochtend nog een brief
gekomen van de minister, waarin ik vooral een herhaling zie van wat er
al lag. Maar er is echt meer nodig. We weten uit de kaarten van
TNO-onderzoek precies waar de huizen staan waaraan het meeste moet
gebeuren, maar waarvan de huurders of eigenaren zelf vaak niet de
middelen hebben om dit ook te doen. Daarom intensiveren we het
isolatieoffensief.
We trekken extra geld uit voor warmtenetten en vooral voor zonnepanelen,
ook op sociale huurwoningen. Toen ik laatst in gesprek was met een vrouw
die woonde in een sociale huurwoning en haar vroeg of zij zonnepanelen
had, zei zij: nee, dat is niet voor mensen zoals ons, maar voor rijke
mensen. Dat beeld willen wij veranderen. Zonnepanelen horen ook op de
daken van sociale huurwoningen. Eigen opgewekte goedkope stroom zou voor
iedereen moeten zijn.
Verder geven we mensen een korting op nettarieven voor elektriciteit als
zij nu op een warmtenet zitten, zodat wat maatschappelijk het beste is,
ook voor hen goed uitpakt. En we zetten de verplichting voor
warmtepompen juist door, zodat ook mensen in de huursector een lagere
energierekening krijgen. Ook draaien we bezuinigingen op
energiecoöperaties terug.
Dat zijn allemaal sociale klimaatmaatregelen. Wij leggen vandaag onze
agenda hier neer. We dienen een reeks amendementen in om die ook
mogelijk te maken.
Voorzitter. Dan is de vraag: verwacht ik steun voor dit soort plannen?
De partijen in dit extraparlementaire kabinet lijken elkaar vooral in
een houdgreep te houden. Als we het kunnen afmeten aan de moeizame
onderhandelingen over het asielpakket, dan verwacht ik dat de minister
zware maanden tegemoetgaat. Dat gun ik haar niet. Maar ik zie ook dat
alle collega's bestaanszekerheid en een betaalbare energierekening
belangrijk vinden, dus wie weet verrast deze Kamer ons met een vleugje
dualisme en eigen verantwoordelijkheid.
Voorzitter. Een van de redenen dat dit kabinet in de achteruit gaat met
het klimaatbeleid, is vaak het zinnetje: onze bedrijven moeten het wel
mee kunnen maken. Maar over wie gaat het dan? Ik zie veel bedrijven,
groot en klein, die juist keihard willen doorpakken in de
energietransitie. Maar in plaats van te investeren, laat het kabinet die
bedrijven juist bungelen. In plaats van te investeren, bezuinigt dit
kabinet op innovatie en op de echte oplossingen. Kijk naar de
zonnepaneelsector, die in elkaar is gestort door het abrupt afschaffen
van salderen. Een grote groep circulaire bedrijven — dan hebben we het
over de echt innovatieve bedrijven, waar ons toekomstig verdienmodel zit
— geeft aan dat hun businessmodel niet gaat werken zolang ze moeten
concurreren met goedkoop fossiel. Maar dat zijn niet de bedrijven waar
dit kabinet voor opkomt. Er wordt nauwelijks geld uitgetrokken voor de
circulaire economie. En dit kabinet bezuinigt op innovatie, bezuinigt op
onderzoek en bezuinigt op de bedrijven die zich richten op een toekomst
zonder uitstoot, zonder vervuiling en zonder afval.
Voorzitter. Dat brengt mij tot het volgende punt. Een sociale
klimaataanpak betekent dat juist ook de grote uitstoters stevige stappen
moeten gaan zetten. Klimaatbeleid is uiteindelijk ook industriebeleid.
Het was het paradepaardje van het vorige kabinet. Er kwam
groene-industriepolitiek. En na twee jaar praten is er nog geen een
maatwerkafspraak echt concreet geworden. Ondertussen wordt er volop
bezuinigd op de oplossingen, op groene waterstof, op batterijopslag en
op de SDE++. De uitkomst van wind op zee dreigt te vertragen doordat
bedrijven niet snel genoeg elektrificeren en er niet genoeg
duidelijkheid geschapen wordt. En terwijl eerst de verwachting was dat
de CO2-heffing niets zou opleveren, staat ze nu in de boeken
omdat de verwachting is dat de industrie haar eigen doelen niet gaat
halen. Daarom is wel de vraag: waarom worden zowel de stok als de wortel
door dit kabinet verminderd? Wat denkt de minister dan te gaan doen om
te zorgen dat onze industrie daadwerkelijk verduurzaamt? Wat is dan het
beeld voor de groene-industriepolitiek? Dat is namelijk wel wat we nodig
hebben als we onze economie van de toekomst echt serieus nemen. Ik denk
ook, wederom wijzend naar de uitslag van vannacht, dat dat is waarop je
als Europa met elkaar heel hard moet inzetten. En waarom geen contracten
tussen bedrijven die elektrificeren en de windparken op zee, zodat er
van twee kanten zekerheid is?
Is de minister het volgende ook met mij eens? Collega's die deze
debatten vaak met mij gevoerd hebben, zullen nu wellicht een zucht van
herkenning slaken. De energiebesparingsverplichting is toch echt het
absolute, absolute minimale waarop we volop moeten inzetten. Het is toch
ongelofelijk dat dat nog steeds niet actief door bedrijven wordt
nageleefd? Dat zijn wel bedrijven die miljoenen aan
duurzaamheidssubsidies krijgen maar zich gewoon niet aan de wet houden
om energie te besparen. Hoe kan het dat op dit ministerie 0,5 fte zich
hiermee bezighoudt? Dat is vergeleken met, ik meen, 40 fte voor
kernenergie. Ik vraag de minister — ik heb dat vaak gevraagd en ik doe
het weer — om het handhaven en het verplichten van de
energiebesparingsverplichting, maar ook het verhogen ervan, onderdeel te
maken van extra klimaatbeleid. Stel dit als harde voorwaarde voor de
VEKI, de NIKI en de SDE++.
Voorzitter. We hebben hier voor het eerst een debat over groene groei,
maar dat betekent ook grijze krimp. Fossiel moeten we afbouwen. Een
duurzame economie bouwen we op. We zijn nu nog de fossiele draaischijf
van Europa. Ik vroeg de minister eerder: wanneer importeren we geen
kolen meer?
Voorzitter, ik heb een klein punt. Is de klok begonnen met tellen bij
negentien minuten?
De voorzitter:
Ja.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
O, dan sla ik even een heleboel over en rond ik af met twee hele
concrete vragen. De eerste betreft de situatie in Spanje, die ons
keihard op de feiten drukt. Wanneer komt er een impactassessment van de
vraag of we in Nederland klaar zijn voor de immense gevolgen van
klimaatverandering?
De tweede vraag betreft de situatie in het Caribisch deel van het
Koninkrijk. Daar zijn gemeenschappen uitermate kwetsbaar voor de
gevolgen van klimaatverandering, terwijl zij daar zelf weinig aan hebben
bijgedragen. Wij vinden dat een grotere bijdrage vanuit het Klimaatfonds
hiervoor nodig is en dienen daarvoor een amendement in.
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Hartelijk dank voor uw inbreng. Dan gaan we door met de tweede spreker.
Dat is de heer Kops. Hij voert het woord namens de Partij voor de
Vrijheid. Gaat uw gang.
De heer Kops (PVV):
Dank u wel, voorzitter. Al jarenlang knokt de PVV voor een betaalbare
energierekening. Het is dan ook mooi dat, na jaren van verhoging op
verhoging, de energiebelasting op gas eindelijk omlaaggaat. Ook is de
warmtepompverplichting per 2026 geschrapt. Ook dat is goed nieuws.
Verder wordt er meer geïnvesteerd in kernenergie en gaat woningbouw
boven windmolens in nieuw te bestemmen gebied bij concurrentie om grond.
Dat maakt het hele beleid ietsje realistischer.
Voorzitter. Dat gezegd hebbende kom ik op het volgende, want we hebben
het vandaag over de eerste begroting van de nieuwe minister, de minister
van Klimaat en Groene Groei. Allereest de volgende vraag. "Groene Groei"
klinkt natuurlijk heel leuk, zo met die alliteratie, maar wat is het
eigenlijk precies? Als we het regeerprogramma erop nalezen, dan zien we:
het creëren, realiseren en bevorderen van groene groei. Opnieuw zeg ik:
dat klinkt natuurlijk leuk. Maar wat is het precies? Of beter gezegd,
waar liggen wat dat betreft de prioriteiten van de minister? Het is vaak
namelijk een kwestie van keuzes maken. Daarmee bedoel ik bijvoorbeeld
het volgende. Draait het bij Groene Groei primair om het vergroten van
het aandeel hernieuwbare energie en het halen van de klimaatdoelen of
primair om zorgen voor een betaalbare, betrouwbare energievoorziening
waarbij iedereen, huishoudens en bedrijven, nu maar zeker ook in de
toekomst, toegang heeft tot voldoende en betaalbare energie?
Voorzitter. Ongetwijfeld gaat de minister dan in haar beantwoording
zeggen: het is en-en. Toch stel ik die vraag, omdat die twee zeker niet
altijd samengaan. Zie bijvoorbeeld de aanhoudende problemen rond
energiearmoede. Maar zie ook de toenemende problemen rond netcongestie:
het feit dat het überhaupt hebben van een elektriciteitsaansluiting
vandaag de dag niet meer vanzelfsprekend is. Kortom, zit er bij de
minister ook een visie achter die "Groene Groei"? En, zo ja, welke
dan?
Voorzitter. Ik vraag in dit debat heel specifiek naar de betaalbaarheid
van energie, de beschikbaarheid van energie en überhaupt de haalbaarheid
van het beleid, omdat de minister vorige week extra aanvullende
klimaatmaatregelen heeft aangekondigd. U zult begrijpen dat de PVV hier
natuurlijk niet blij mee is. Het zou niet alleen maar moeten gaan om
klimaatdoelen, van: "O, de doelen worden mogelijk/waarschijnlijk niet
gehaald, dus we hebben aanvullend klimaatbeleid nodig". Dat is namelijk
een papieren werkelijkheid waar de mensen thuis vrij weinig mee kunnen.
Nee, het zou veel meer moeten gaan om de haalbaarheid van die
klimaatmaatregelen, want daar gaat het in de praktijk heel vaak
fout.
De heer Eerdmans (JA21):
Ik ben inmiddels wel benieuwd of de PVV nog achter de klimaatdoelen van
Parijs staat.
De heer Kops (PVV):
Dat wordt dadelijk allemaal duidelijk, voorzitter. Ik heb nog zestien
minuten spreektijd en dat wordt dadelijk allemaal duidelijk.
De heer Eerdmans (JA21):
Je kunt ook gewoon ja of nee zeggen.
De heer Kops (PVV):
Ja, dat kan zeker.
De heer Eerdmans (JA21):
Volgens mij is het ja, want anders kan de PVV uit het kabinet stappen.
We weten dat er wel heel veel aanvullende maatregelen nodig zijn, willen
wij die doelen halen. Sterker nog, het Planbureau voor de Leefomgeving
heeft dat al aangegeven. Je zult de veestapel moeten halveren.
Rekeningrijden invoeren. Accijnzen op fossiel omhoog. Tata Steel
sluiten. Hybride warmtepompen voor 1 miljoen huizen. Alle bestelauto's
elektrisch. En zo kan ik nog even doorgaan. Dan moet je een meervoud van
deze opties bij mekaar optellen voordat je aan de uitstoot komt die
nodig is in 2030, namelijk 55% minder. Dat komt neer op zo'n 16 tot 20
megaton aan CO2. Dan vraag ik mij af hoe de PVV dat gaat doen
wanneer we dat betaalbaar en haalbaar willen maken voor de gemiddelde
Nederlander.
De heer Kops (PVV):
Ik zei het net al: zo dadelijk in mijn spreektekst wordt dat allemaal
duidelijk. De heer Eerdmans zegt nu meerdere keren: je moet dit doen, je
moet dat doen, je moet zus doen, je moet zo doen. Nou ja, daar kan ik
heel duidelijk in zijn: er moet helemaal niks. Maar het wordt zo meteen
duidelijk.
De voorzitter:
Meneer Eerdmans, er zijn zes onderlinge interrupties, zeg ik maar
even.
De heer Eerdmans (JA21):
Het wordt nu steeds spannender, het wordt steeds spannender. "We moeten
helemaal niets." Ik denk dat de PVV dan op drijfzand komt óf dat de
minister dan in het moeras gaat zakken, want allebei kan niet. Óf er
wordt aangescherpt en er wordt meer geld uitgetrokken en er worden meer
mensen gedwongen — gedwongen tot een warmtepomp of gedwongen tot
elektrisch — óf je zegt: nee, we halen de doelen niet en moeten op de
rem trappen. Dat is een beetje het rode dashboardlampje van meneer
Vermeer dat op de snelweg knippert. Maar allebei kan gewoon niet. Ik wil
daar eens een antwoord op hebben. Wat is dan de keuze? Wil de PVV aan de
rem gaan hangen ten koste van een breuk met dit kabinet om de
Nederlander te helpen door het weer betaalbaar en haalbaar te maken en
om klimaatrealisme in plaats van klimaatidealisme — "we moeten de wereld
redden met z'n allen" — te bezigen? Ik heb tegen de keer Kops gezegd: je
kan onderhandelen, maar je kan ook alles weggeven. Ik heb de indruk dat
de groene paragraaf, ofwel de groene grabbelton, volledig is weggegeven
aan de VVD, aan NSC. Mijn vraag is nogmaals: waar gaat de PVV voor? Gaat
zij voor het halen van de klimaatdoelen van Parijs of trapt zij op de
rem?
De heer Kops (PVV):
We hebben een hoofdlijnenakkoord gesloten. Daar staan wij uiteraard
voor. Daar staat onze handtekening onder. Ik ga er zo meteen nader op
in. De heer Eerdmans kan dan wel zeggen wat we allemaal hebben
weggegeven. Ik zei het al aan het begin van mijn bijdrage: de
energiebelasting op gas gaat eindelijk omlaag en de
warmtepompverplichting wordt geschrapt. Daarnaast komen windturbines zo
veel mogelijk op zee in plaats van op land, waarbij er ook nog eens
eerst gekeken wordt naar de ruimte voor de visserij. Als die windmolens
dan op land komen, gaat woningbouw voor in het geval van concurrentie om
grond. Kijk, dat hebben wij allemaal voor elkaar gekregen. Daar zijn we
trots op. Dan zou ik de heer Eerdmans willen vragen wat hij voor elkaar
heeft gekregen.
De heer Eerdmans (JA21):
Dit valt onder de paragraaf uitlokking. Ik zit niet in een kabinet; ik
ben er niet ingestapt. Wij zijn …
De heer Kops (PVV):
Met één zetel niet nee.
De heer Eerdmans (JA21):
Nee, maar wij hebben klimaatrealisme bovenaan onze agenda staan. JA21
staat voor klimaatbeleid op een hele andere grond, namelijk niet
gedwongen doelen halen waar we niet aan kunnen voldoen. We zijn op 5%
beland. De kans dat we de klimaatdoelen van Parijs nu halen is 5%. Daar
moet gigantisch veel bij. Dan kunt u wel beginnen met een
gasrekeningetje minder of geen elektrische pomp erbij, maar dat zijn
minimale maatregelen, kruimels die de PVV heeft binnengehaald op de
klimaatparagraaf die doordendert. Dat kan hè, want u kunt ook eerlijk
zijn, meneer Kops, en zeggen: ja, dat hebben we moeten inleveren; anders
hadden we nooit het strengste asielbeleid ooit gekregen. Dat is de
realiteit, denk ik. Het klimaat is weggegeven door de PVV en ze hebben
het asielbeleid ervoor teruggekregen. Wees eerlijk, wees een vent en zeg
dat dit gewoon om de nek gaat hangen van de gemiddelde Nederlander. Die
gaat hiervoor bloeden; die gaat hiervoor betalen. We worden uit onze
auto's gejaagd, we krijgen een dwangpomp in huis, we worden op kosten
gezet en dat dankzij de PVV, die steun geeft aan de groene grabbelton
van de VVD.
De heer Bontenbal (CDA):
Ik ben het erg oneens met collega Eerdmans, op één punt na, namelijk dat
er duidelijkheid moet komen over wat de afspraken waard zijn. De heer
Kops wil minder aan klimaatbeleid doen; dat deel ik niet met hem. Ik
vind klimaatbeleid wél belangrijk. Het realisme in het akkoord vind ik
wel goed. Dat zal ik straks in mijn inbreng ook noemen. Maar er is één
vraag waar ik wel een heel duidelijk antwoord op wil hebben. In het
akkoord is gewoon afgesproken dat de doelen voor 2030 overeind blijven.
Iedereen met een beetje verstand van klimaatbeleid weet dat er zo veel
geschrapt is dat we het never nooit gaan halen, wat je er ook bij doet,
tenzij je weer terug wil onderhandelen op die maatregelen. Mijn enige
vraag gaat over het volgende; daar wil ik echt een heel duidelijk
antwoord op. U heeft afgesproken dat de doelen overeind blijven en dat
er een aanvullend pakket komt in het voorjaar als dat niet lukt. Staat u
achter dat aanvullende pakket om de doelen te halen? Dat is uw
afspraak.
De heer Kops (PVV):
"We houden ons aan de bestaande afspraken. Alleen als we de doelen niet
halen, maken we alternatief beleid." Dat is een citaat uit het
hoofdlijnenakkoord. Daar staan we uiteraard voor. Daar staat onze
handtekening onder. Maar wat dat alternatieve beleid precies is, is niet
afgesproken. Dat zult u dan aan de minister moeten vragen. Met alle
respect, als de heer Bontenbal nu aan een PVV'er gaat vragen wat het
aanvullende klimaatbeleid mogelijkerwijs zou moeten zijn, dan kan ik 'm
daar geen antwoord op geven. Dan moet hij niet bij mij zijn.
De heer Bontenbal (CDA):
Dan ga ik er toch mijn tweede interruptie aan besteden, want dit is echt
wel een heel groot zwaktebod. De vorige coalitie heeft namelijk — u was
daar als Kamerlid van de oppositie bij — verschillende
onderhandelingsronden gehad om tot dat pakket te kopen en heeft echt
heel, heel veel moeite moeten doen om die doelen ook maar een beetje in
het zicht te krijgen. Mijn collega's en ik hebben in onze mailboxen
vermoedelijk nog de grote Excelsheets zitten waarin we alle maatregelen
hebben bekeken. Deze coalitie schrapt een aantal maatregelen die vrij
fundamenteel zijn. Het gaat dus gewoon tekortkomen; dat weet u. We
hebben alleen al 4 à 5 megaton uit de landbouw nodig. Daar is nog niks
geregeld. Ik vind het echt een enorm zwaktebod als u nu zegt dat u niet
weet waar dat moet komen. Mijn vraag is dan of dat aanvullende beleid
dat er in het voorjaar gaat komen, om het nog even scherper te hebben,
van u, van de PVV, moet optellen tot de doelen of dat u de doelen
loslaat. Ik wil daar een helder antwoord op en geen gedraai, want dit is
echt cruciaal voor het debat, voor de komende maanden en voor uw
medecoalitiepartijen.
De heer Kops (PVV):
Nee, wij zijn dolblij met de maatregelen die in het hoofdlijnenakkoord
staan, waaronder het schrappen van de warmtepompplicht en het verlagen
van de energiebelasting op gas. Daar zijn wij dolblij mee. Als de heer
Bontenbal dan zegt "maar hé, de doelen worden niet gehaald; dat willen
we wel, dus er moet aanvullend beleid zijn", dan moet u niet bij mij
zijn maar bij de minister. Die gaat daarover.
De heer Bontenbal (CDA):
Ik wil even dat dit geen interruptie is. Ik krijg natuurlijk gewoon geen
antwoord.
De heer Kops (PVV):
Misschien mag ik dan mijn tekst ook gewoon even afmaken.
De heer Bontenbal (CDA):
Ik heb gevraagd of de doelen blijven staan. Het is toch netjes dat er
gewoon een antwoord op de vraag komt en niet een antwoord dat helemaal
niet op mijn vraag ingaat? Mijn vraag was simpel, namelijk: moet dat
aanvullende pakket optellen? Ik wil niet dat dit een extra interruptie
is, want het moet toch zo zijn dat ik in dit debat antwoorden krijg?
De voorzitter:
Nou, dat wordt moeilijk voor mij, want hoe langer u doorgaat, hoe
moeilijker het wordt. De heer Kops gaat over zijn antwoorden.
De heer Kops (PVV):
We hebben getekend voor wat er in het hoofdlijnenakkoord staat. Zo
simpel is het. "De doelen blijven staan en anders komt er alternatief
beleid." Wat dat dan moet zijn, hoe dat eruit komt te zien en of dat
optelt tot weet ik hoeveel, is aan het kabinet. Zo simpel is het. Ik als
PVV'er ga daar in ieder geval absoluut geen invulling aan geven.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Ik wil hier toch nog wel een interruptie aan wagen, ook al is de heer
Kops helder. Mooi dat hij in ieder geval niet wegdraait achter de
afspraken in het hoofdlijnenakkoord, want de Klimaat- en
Energieverkenning heeft onomstotelijk aangetoond — dat was natuurlijk
geen verrassing — dat er een enorm gat zit tussen de gestelde doelen en
het ingezette beleid waarmee die doelen bereikt kunnen worden. Ergo, er
moet heel veel extra gebeuren. Het is ook niet alleen het
regeerprogramma dat stelt dat er — zo staat het er — "aanvullend
alternatief beleid" moet komen, maar het is ook de eigen afspraak van
deze fracties in het hoofdlijnenakkoord. Dat citeert de heer Kops ook:
"Alternatief beleid is nodig op het moment dat de doelen niet bereikt
worden." Nou, dat onderschrijft de heer Kops. Maar zolang het abstract
blijft, blijft het heel makkelijk en blijft het ook een beetje pijnloos.
Maar de heer Kops staat hier te juichen over maatregelen die zijn
geschrapt, zoals de hybridewarmtepompverplichting.
De heer Kops (PVV):
Absoluut.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Maar als je gaat analyseren — dat zei de heer Bontenbal ook al — welke
maatregelen nodig zijn om de doelen te bereiken, en welke doelen veel
pijn doen en welke een beetje pijn doen, dan hoort de verplichting om
een hybride warmtepomp in je huis te schroeven, bij de minder pijnlijke
maatregelen. Dus als de heer Kops hier bij maatregelen die eigenlijk
niet zo veel pijn doen staat te juichen van "hiep, hoi, dat hebben we
toch maar mooi bereikt tijdens de onderhandelingen", wat wordt dan het
alternatieve beleid waar de heer Kops, waar zijn PVV-fractie mee akkoord
kan gaan? Heel veel maatregelen die nu zijn geschrapt, zullen namelijk
minder pijnlijk blijken te zijn dan de maatregelen die nodig zullen
zijn. Hoe gaat de heer Kops zich daarin bewegen?
De heer Kops (PVV):
Voorzitter, staat u mij toe dat ik de heer Grinwis even corrigeer. Dus
de heer Grinwis wil zeggen dat als mensen een warmtepomp, minimaal een
hybride warmtepomp, wordt opgedrongen per 2026, dat mensen geen pijn zou
gaan doen? Nou, u hebt het over "minder pijnlijke maatregelen"; en als
de energiebelasting op gas verder omhoog zou gaan, zou dat dan ook geen
pijn gaan doen? Dat zou ik absoluut niet willen zeggen. Nee, dat zijn
hele goeie maatregelen, die we hebben afgesproken in het
hoofdlijnenakkoord en waar we ontzettend blij mee zijn en trots op zijn.
Zo simpel is het. En wat het aanvullend beleid betreft: er staat niet in
het hoofdlijnenakkoord wat dat dan zou moeten zijn. Daarvoor moet de
heer Grinwis dus niet bij mij zijn, met alle respect, maar bij de
minister.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Ten eerste werd ik fout geciteerd. Ik zei: bij de minder pijnlijke
maatregelen staat de PVV te juichen, terwijl we weten dat er dan
pijnlijkere maatregelen voor in de plaats komen om de doelen alsnog
binnen handbereik te krijgen. Ik wil dus geen woorden in de mond gelegd
krijgen die ik niet heb uitgesproken. Dus dat even op het eerste punt.
Want ik zeg niet dat het allemaal makkelijk is en dat het geen pijn zou
doen. En over die gasbelasting heeft u mij helemaal geen kritisch woord
horen berichten. Sterker nog, mijn naam stond vorig jaar onder een
amendement om de energiebelasting op gas in de eerste schijf voor
burgers te verlagen. Maar de heer Kops loopt er nu voor weg omdat hij
zegt: dan moet u niet bij mij maar bij de minister zijn. Uiteindelijk
moet ik natuurlijk wel bij de PVV-fractie zijn, want ik moet weten wat
de woorden uit het hoofdlijnenakkoord, uit het regeerprogramma, "dat er
alternatief beleid moet komen op het moment dat de doelen niet bereikt
lijken te worden", waard zijn. Wat gaat de PVV dan wel en niet
accepteren? Laten we het concreet maken. Verplichte elektrische lease?
Dat kan de PVV misschien nog meemaken, maar dat is wel een financiële
opgave vanwege de begrotingsregels. Rekeningrijden? Dat is min of meer
het raam uitgeknikkerd. Dat is ingewikkeld voor de PVV.
Grondgebondenheid? Daarover is pas een motie ingediend, die is
aangenomen door de Kamer. Wie stemde ertegen? De PVV. Zo kan ik stuk
voor stuk alle maatregelen langs gaan lopen. Tot nu toe heeft de PVV,
zodra het concreet wordt, nooit thuisgegeven. Zo meteen moet er voor
meerdere megatonnen wél thuisgegeven gaan worden. Dat gaat om
maatregelen die burgers gaan raken en daar moet de PVV voor gaan staan.
Ik zie het gewoon nog niet gebeuren gelet op de houding van meneer Kops
tot nu toe in zijn bijdrage als het gaat om de
hybridewarmtepompverplichting en ik zie het ook niet gebeuren gelet op
het stemgedrag van de PVV-fractie tot en met de dag van vandaag.
De heer Kops (PVV):
Ja, wat het alternatieve beleid precies is, hebben we dus niet
afgesproken. We gaan daar dus ook zeker niet bij voorbaat mee akkoord.
Dat kan ik direct zeggen en daar kan ik heel eerlijk in zijn. We wachten
af waar de minister mee komt. Dat gaan we dan beoordelen.
Voorzitter. Maar als je constateert dat het beleid in de uitvoering
vastloopt of als het beleid in de praktijk niet draagbaar, haalbaar en
uitvoerbaar is, zoals we ook hebben afgesproken in het
hoofdlijnenakkoord, dan moet je je af gaan vragen wat we dan gaan doen,
inderdaad. Gaan we er dan mee akkoord of gaan we er niet mee akkoord?
Ja, inderdaad. En misschien moet je dan even tot bezinning komen en niet
doordenderen en maar iedere keer met nieuw klimaatbeleid komen. Je moet
je dan misschien af gaan vragen of dit wel haalbaar is in de praktijk en
of we dit wel moeten doen. Zo nee, nou ja, dan niet. Een beetje
herbezinning op zijn tijd kan nooit kwaad.
Dat is dus ook wat ik net bedoelde in mijn bijdrage. Dat strookt
eigenlijk niet met wat de heren Grinwis en Bontenbal betogen, die
namelijk zeggen: dit zijn de doelen, zoveel ton CO2, dit
moeten we gaan doen en dat moeten we gaan doen. Ik zei namelijk: nou
nee, we moeten het niet meer alleen hebben over klimaatdoelen in de zin
van "dit moeten we halen en dat moeten we halen en lukt dat niet, dan
komen we met aanvullend beleid". We moeten vooral ook eens heel goed
gaan kijken naar de uitvoerbaarheid en haalbaarheid van al die
maatregelen, de bestaande maatregelen. Daar zou het veel en veel meer
over moeten gaan.
De voorzitter:
Dit is uw derde interruptie.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Ja, voorzitter. Dit is mijn derde interruptie, ten slotte. Ik ben geen
doelenfetisjist. Het moet echt gaan om de uitvoerbaarheid en de
haalbaarheid. Daar zit 'm het dispuut tussen de heer Kops en mij niet.
Ik constateer dat zolang het abstract blijft, zegt de heer Kops namens
de PVV-fractie: wij staan achter de afspraken in het hoofdlijnenakkoord.
Zodra het concreet wordt en er pijn genomen moet worden, geeft de PVV
niet thuis — dat is min of meer de boodschap van zijn woorden. Kortom,
de PVV-fractie legt hier bloot dat hier eigenlijk een gigantisch
probleem ligt. Er is namelijk in abstracto ergens voor getekend, maar
zodra het in de praktijk over bijvoorbeeld automobiliteit gaat, is het:
lastig, lastig; daar gaan we niet zomaar mee instemmen.
Als het gaat over, nou ja, noem het maar op. Ik kan zo een heel rijtje
langsgaan. Op het gebied van landbouw is het net zo. Met andere woorden,
onderaan de streep blijven er misschien nog een, twee, drie maatregelen
over die nog wat opleveren en waar de PVV mee akkoord kan gaan.
Uiteindelijk blijkt ofwel de handtekening van de PVV niks waard te zijn
ofwel er is een enorm politiek probleem in de maak. Iets is in abstracto
allemaal waar en daar kan iedereen het over eens zijn, maar in de
praktijk ligt er een enorm conflict in het kabinet en in de coalitie. Ik
ben zeer benieuwd hoe de minister en hoe de coalitie hiermee omgaat.
Zodra het over de gebouwde omgeving gaat, bijvoorbeeld over de hybride
waterpomp: daar gaan we niet zomaar mee instemmen.
De heer Kops (PVV):
Zeker.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Zodra het over de gebouwde omgeving gaat, bijvoorbeeld over de hybride
waterpomp: daar gaan we niet zomaar mee instemmen.
De heer Kops (PVV):
Absoluut.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Als het gaat over, nou ja, noem het maar op. Ik kan zo een heel rijtje
langsgaan. Op het gebied van landbouw is het net zo. Met andere woorden,
onder aan de streep blijven er misschien nog een, twee, drie maatregelen
over die nog wat opleveren en waar de PVV mee akkoord kan gaan.
Uiteindelijk blijkt ofwel de handtekening van de PVV niks waard te zijn
ofwel er is een enorm politiek probleem in de maak. Iets is in abstracto
allemaal waar en daar kan iedereen het over eens zijn, maar in de
praktijk ligt er een enorm conflict in het kabinet en in de coalitie. Ik
ben zeer benieuwd hoe de minister en hoe de coalitie hiermee omgaat.
De heer Kops (PVV):
Nee, integendeel, onze handtekening is heel veel waard. Die staat
namelijk ook onder wat ik net citeerde uit het hoofdlijnenakkoord:
klimaatbeleid moet draagbaar, haalbaar en uitvoerbaar zijn. Zo simpel is
het. Het is aan de minister om met alternatief beleid te komen. Daar
moeten we dan heel serieus naar gaan kijken. We moeten erover praten en
onderhandelen. Gaan we dat doen of gaan we dat niet doen? Als dan blijkt
dat het niet haalbaar, draagbaar of uitvoerbaar is, dan moeten we ons
inderdaad heel goed gaan afvragen of we wel op de goede weg zijn. Moeten
we dan wel gaan doordenderen door iedere keer alleen maar te focussen op
die klimaatdoelen zonder naar de uitvoerbaarheid te kijken. Moeten we
dan wel iedere keer maar weer met nieuw klimaatbeleid komen of moeten we
dan een plaats maken en gaan herbezinnen? Moeten we ons dan niet
afvragen of we goed bezig zijn? De PVV denkt het tweede. Zo simpel is
het.
De heer Van Houwelingen (FVD):
In het PVV-verkiezingsprogramma van 2023 staan mooie teksten als het
gaat om het klimaatbeleid. Daar staat bijvoorbeeld dat de klimaatwet,
het klimaatakkoord en alle andere klimaatmaatregelen direct door de
shredder aan. Er wordt gesproken van "klimaatwaanzin", "ideologie" en
"grootheidswaanzin". Op zich ben ik het daar helemaal mee eens. Dat zijn
hele mooie teksten. Maar nou is mijn vraag de volgende, want de heer
Kops zei zojuist: we staan achter het klimaatakkoord van Parijs.
De heer Kops (PVV):
Dat heb ik niet letterlijk … Dat heb ik niet helemaal gezegd. Dat heb ik
niet in de mond genomen.
De voorzitter:
Meneer Kops, u moet niet de hele tijd door een ander heen praten. Meneer
Van Houwelingen heeft het woord.
De heer Van Houwelingen (FVD):
Dank u, voorzitter. Mijn vraag is dus de volgende. Ik snap dat het
akkoord is gesloten met het kabinet en dat de PVV op dit terrein alles
heeft weggegeven. Oké, dat is dan maar zo. Maar dat de PVV als partij
nog steeds vindt dat er geen klimaatcrisis is, dat we zo snel mogelijk
uit dat Parijsakkoord moeten en dat de PVV als partij, als ik ook het
verkiezingsprogramma lees, waar kiezers dus op hebben gestemd, dat nog
steeds vindt, dat hoop ik toch wel. Is het zo dat u nog steeds uit het
Parijsakkoord wilt en dat u vindt dat er geen sprake is van een
klimaatcrisis. Is dat zo? Dat is mijn vraag.
De heer Kops (PVV):
De heer Van Houwelingen citeert nu uit ons verkiezingsprogramma. Het zou
natuurlijk heel gek zijn als ik nu namens de PVV zou zeggen dat we het
niet eens zijn met wat er in ons eigen verkiezingsprogramma staat. Dat
is natuurlijk heel gek. Maar de heer Van Houwelingen weet natuurlijk ook
hoe het gaat in onderhandelingen: je geeft dingen weg en je haalt wat
binnen. Zo is het nu eenmaal. Zo werkt het nu eenmaal. De resultaten
daarvan staan in het hoofdlijnenakkoord en daar staat onze handtekening
onder. Zo simpel is het.
De heer Van Houwelingen (FVD):
Oké. We gaan moties indienen om te zien of de PVV nog steeds vindt dat
er geen sprake is van een klimaatcrisis en dat we uit dat Parijsakkoord
moeten. Heel mooi. Maar nu het punt. Andere partijen stippen hier
terecht aan dat het Parijsakkoord heel veel behelst. Er wordt niet
bezuinigd op het klimaatbeleid. We gaan er miljarden in pompen. We
hebben nu ook een nieuwe president; president Trump is verkozen. Hij
heeft al gezegd, zojuist, een paar uur geleden, dat ze weer olie gaan
drillen. China hoeft niks te doen, in ieder geval tot 2030 niet. Dus is
het niet zo dat er met dit beleid van dit kabinet, dat de PVV ook
steunt, sprake is van degrowth, van armoede, van groene krimp? Het kan
niet anders zijn — dat zien we nu al gebeuren met heel veel industrie
die Nederland verlaat — dat we onze economie naar de Filistijnen rijden.
Is dat het de PVV waard?
De heer Kops (PVV):
Het naar de Filistijnen rijden lijkt me een heel slecht idee. Dat ben ik
natuurlijk met de heer Van Houwelingen eens. In mijn bijdrage heb ik
verder ook heel veel vragen daarover aan de minister, bijvoorbeeld over
die groene groei. Wat houdt dat nou precies in? Dat zijn allemaal goede
vragen. Maar laten we niet vergeten dat er in de afspraken die we met
elkaar hebben gemaakt ook heel goede dingen staan. Daar staan we
voor.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
Wat al als een heel moeizame dag begon door de uitslag van vannacht, is
nu toch door deze uitspraken … Het maakt heel duidelijk dat deze
kibbelende coalitie net de ene kabinetscrisis te boven is met het
asielpakket, maar de volgende zich alweer aandient. Dat komt doordat
simpelweg wordt gezegd "er staat een handtekening", maar van alle
maatregelen die als voorbeeld genoemd worden, wordt gezegd: nee, dat
gaan we niet doen. Ik wil toch de heer Kops het volgende vragen. We
weten precies wat de adviezen zijn over het klimaatbeleid dat gevoerd
kan worden. Daar zijn dikke rapporten over geschreven, die de heer Kops
ook kent. Ik vraag of hij mij één maatregel kan noemen waarvan hij zegt:
"Dat is die extra klimaatmaatregel waar we voor staan. Dat is een
klimaatmaatregel richting het gat dat gedicht moet worden. Als de
minister daarmee komt, zeggen we: prima."
De heer Kops (PVV):
Ten eerste zijn adviezen natuurlijk maar adviezen. Het is aan de
minister om met klimaatmaatregelen te komen. Ik val in herhaling, want
volgens mij stelde de heer Bontenbal dezelfde vraag aan mij. Wij wachten
dat aanvullende klimaatbeleid af. Wat dat moet zijn, hebben we niet
afgesproken. Dat is dus aan de minister. Met alle respect naar mevrouw
Kröger, maar u kunt niet van een PVV'er verwachten dat die hier nu met
aanvullende klimaatmaatregelen komt.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Ik zou de heer Kops bijna even willen herinneren aan het feit dat de PVV
nu deel uitmaakt van een kabinet. Het is toch bizar dat hij nu gewoon
zegt: wij gaan geen voorstellen doen; we hebben getekend, maar we gaan
niet met oplossingen komen voor het probleem dat mensen ervaren? Ik
citeer uit het verkiezingsprogramma van de PVV. Daarin staat: "Steeds
meer Nederlandse gezinnen verkeren in een diepe crisis en kunnen door de
almaar oplopende vaste lasten voor de boodschappen, huur,
energierekening en zorgkosten maar met moeite het hoofd boven water
houden." D66 maakt zich ook zorgen over de koopkracht, maar de PVV
negeert de oorzaak van het klimaat om dit op te lossen. Op dit moment is
het zo dat de boodschappenprijzen enorm stijgen door mislukte oogsten.
Zorgkosten nemen met honderden miljoenen toe, onder meer door hitte.
Mensen moeten de fundering van huizen verbeteren voor €50.000 tot
€100.000 door gevaarlijke wateronveiligheid in Spanje. Dit zijn allemaal
voorbeelden waaruit blijkt dat dit juist mensen raakt in hun veiligheid,
in de portemonnee. Dan hoor ik de heer Kops zeggen: als het niet
haalbaar of uitvoerbaar is, moeten we ons herbezinnen. Wat zegt hij nu
feitelijk? Zegt hij dan dat als er iets is wat wij niet kunnen dragen,
we die doelen loslaten?
De heer Kops (PVV):
Vergeeft u mij. Ik heb geen pen bij me, anders had ik even kunnen
samenvatten wat mevrouw Rooderkerk heeft gezegd. Zij heeft het over
hitte, over droogte, klimaatverandering en Spanje, en dan over de
portemonnee van huishoudens en de betaalbaarheid van boodschappen. Had
ze het ook over de huren, wellicht, of, weet ik veel, de energieprijzen
of de brandstofprijs? Ik zoek even naar een kleine samenvatting, naar
wat de vraag nu is. Ik krijg nu een pen, waarvoor dank. Misschien kan
mevrouw Rooderkerk het nog een keer proberen.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Volgens mij heeft u die samenvatting zojuist gegeven. De vraag was de
volgende. Het klimaat is een grote oorzaak van de dalende koopkracht,
want het raakt mensen in hun veiligheid en hun portemonnee. De PVV zegt
net: ja, klimaatmaatregelen, ik doe geen enkel nieuw voorstel; het moet
wel dragend zijn, want anders gaan we herbezinnen. Zegt de PVV hier nu
feitelijk: we negeren het klimaat en we laten de doelen los?
De heer Kops (PVV):
Mevrouw Rooderkerk zegt dus dat klimaatverandering de oorzaak is van de
dalende koopkracht van de Nederlanders. Wellicht kan zij dat toelichten.
Het is namelijk haar eigen partij geweest, D66, die jarenlang — ik noem
maar even wat, hè — de energiebelasting op gas heeft verhoogd, verhoogd,
verhoogd. Jaar na jaar na jaar. Het is alleen maar duurder gemaakt. En
dan nu klimaatverandering daar de schuld van geven? Voordat ik daar dan
echt nader op inga, zou ik mevrouw Rooderkerk wel willen vragen wie dat
dan zegt. Welke wetenschapper, welk wetenschappelijk onderzoek …
De voorzitter:
We gaan niet … Meneer Kops, u draait best wel al een aantal jaren mee.
Zo gaat het niet. We gaan geen wedervragen stellen aan een interrumpant.
U geeft een reactie op de interruptie, maar we gaan niet op deze manier
de discussie voeren. Dan gaat u mevrouw Rooderkerk straks maar
interrumperen als zij het woord voert.
De heer Kops (PVV):
Nou ja, voorzitter, oké. Maar dan is mijn antwoord: hoe kan ik daar in
hemelsnaam op reageren als zo veel dingen worden gezegd die niet
onderbouwd zijn?
De voorzitter:
De heer Kops vervolgt zijn betoog.
De heer Kops (PVV):
Voorzitter. Ik zei dus al dat het veel meer zou moeten gaan over de
haalbaarheid van de klimaatmaatregelen zelf. Want we zien dat het daar
vaak fout gaat. Ironisch genoeg is namelijk netcongestie op dit moment
een van de grootste problemen. Ik zeg dan bewust "ironisch", want de
noodzakelijke uitbreiding en verzwaring van het elektriciteitsnet is
mede het gevolg van de energietransitie, maar tegelijkertijd een
belemmering voor diezelfde energietransitie.
Voorzitter. In het hoofdlijnenakkoord hebben we het volgende
afgesproken. Ik citeer. "Het klimaatbeleid moet draagbaar, haalbaar en
uitvoerbaar zijn." En zo is het. "Handelingsperspectief voor burgers en
bedrijven (…)", staat er ook. "We houden ons aan de bestaande afspraken;
alleen als we de doelen niet halen, maken we alternatief beleid." Ik zei
het al: maar wat dat alternatieve beleid dan precies is, staat er niet.
Dat hebben we niet afgesproken. Ik zeg dan ook heel direct eerlijk dat
de PVV daar dus bij voorbaat niet mee akkoord zal gaan. De vraag aan de
minister is dan: aan welke maatregelen denkt zij zoal? Kan zij dat
toelichten?
Voorzitter. De situatie is nu dat niet alleen bedrijven, maar ook
complete woonwijken niet meer op het net kunnen worden aangesloten. Vele
honderdduizenden huishoudens die op z'n minst wel nog een aansluiting
hebben, krijgen de komende jaren letterlijk te maken met knipperende
lampen en niet goed werkende apparatuur. Zo erg is het dus al. En dat
kan gewoon niet. Als je dan moet constateren dat het vooral in de
uitvoering zó misloopt, iets wat de minister bij de presentatie van de
Klimaatnota min of meer zelf erkende, is het dan allemaal wel zo
draagbaar, haalbaar en uitvoerbaar? Nee, dat is het dan natuurlijk niet.
Moet je dan wel gaan doordenderen? Nee, je moet niet gaan doordenderen
met steeds nieuw klimaatbeleid terwijl onze elektriciteitsvoorziening
praktisch op omvallen staat. Nee, dan moet je een pas op de plaats
maken. Dan moet je je even bezinnen, dan moet je nadenken: zijn we wel
goed bezig? Dat moet de minister wat ons betreft gaan doen. De PVV gaat
dat in ieder geval wel doen, zo zeg ik tegen de minister.
Voorzitter. Niet voor niets is in het hoofdlijnenakkoord afgesproken dat
het oplossen van netcongestieprobleem voorrang moet krijgen. En kijken
we dan in het regeerprogramma, dan zien we daar verschillende
maatregelen staan, bijvoorbeeld het slimmer gebruik van laadpalen,
energieopslag, energiebesparing, maar ook het stimuleren van huishoudens
door positieve prijsprikkels. Natuurlijk, zeker, iedere maatregel die
bijdraagt aan het bestrijden van netcongestie is mooi meegenomen, maar
in alle eerlijkheid zijn deze maatregelen natuurlijk wel klein bier
vergeleken met de enorme opgaven waar we nu voor staan. TenneT, de
landelijke netbeheerder, zegt immers maar liefst 4.000 voetbalvelden aan
ruimte nodig te hebben tot 2045 voor de uitbreiding en verzwaring van
het net. Topvrouw Van Beek stelt dat het een van de grootste
verbouwingen in Nederland ooit wordt en dat de Deltawerken er eigenlijk
nog bij in het niet vallen qua omvang en complexiteit. Nou, dat is nogal
wat. Een op de drie straten in Nederland zal open moeten. Daarvoor is
ruimte nodig, en daarvoor zijn vergunningen nodig. En dan lezen we in
het regeerprogramma, ik citeer: we geven "bepaalde projecten meer
prioriteit in de investeringsplannen van de netbeheerders" en proberen
de knelpunten bij die projecten weg te nemen. Heel goed, maar hoe dan?
Kan de minister dat toelichten? Wat betekent dat in de praktijk,
concreet? Ook worden er genoemd: snellere vergunningverlening, snellere
beroepsprocedures. Ook allemaal goed, maar nogmaals de vraag: hoe dan?
Hoeveel sneller gaan die procedures dan, en wanneer zien we daar dan de
effecten van? De PVV wil daar heel graag concrete antwoorden op, want de
urgentie, vooral gezien die netcongestie, is zo groot dat het niet loont
om in onduidelijkheden te blijven hangen.
Voorzitter. De nettarieven voor huishoudens en bedrijven. Prijsprikkels
om vooral tijdens piekmomenten elektriciteit te verbruiken, en daarmee
dus het net te ontlasten. Waar denkt de minister dan aan? Want je hebt
positieve prijsprikkels, maar tegelijkertijd natuurlijk ook negatieve
prijsprikkels. Hoe komen die eruit te zien? Want je kunt iemand, een
huishouden, op een bepaald moment wel een positieve prijsprikkel en dus
een lagere prijs aanbieden, maar als die persoon in kwestie helemaal
niet in de gelegenheid is om daar op dat moment gebruik van te maken en,
sterker nog, dus is aangewezen op een ander moment waarop de prijs veel
hoger is, dan schiet die persoon zelf daar natuurlijk weinig mee op, en
onderaan de streep het net, dat ontlast moet worden, dan ook niet.
Kortom, kan de minister aangeven of een gemiddeld huishouden er met deze
prijsprikkels op vooruitgaat, hoeveel dat dan ongeveer zal zijn, of dat
opweegt tegen de hogere nettarieven, waar ik het net over had, als
gevolg van alle investeringen in het net, en hoe netcongestie daar dan
mee wordt tegengegaan?
Voorzitter. Dan lezen we in het hoofdlijnenakkoord dat het aan het
kabinet is om te herprioriteren wie wanneer op het net wordt
aangesloten. Nu geldt er vanaf 1 oktober 2024 het zogeheten
"maatschappelijk prioriteringskader". Is dat dan hetzelfde, wordt dat
daarmee bedoeld? In ieder geval krijgen met dat kader "bedrijven,
instellingen en ondernemers met een maatschappelijke functie" een hogere
plek op de wachtlijst. Met andere woorden, die worden dan sneller
aangesloten. Dus: bedrijven, instellingen, ondernemers. Maar dan vraag
ik me af: waar zijn dan de huishoudens; zijn die dan vergeten? Dat kan
ik me niet voorstellen. Gaan die dan automatisch voor, staan die sowieso
hoger op die prioriteringsladder? Kortom, komt daar dan nog wat aan, het
prioriteringskader zoals aangekondigd, en worden daar dan ook
woonwijken, huishoudens concreet in meegenomen? Graag een reactie. Ik
stel die vraag concreet, omdat we in het regeerprogramma lezen: "Nieuwe
huizen en woonwijken moeten op het net kunnen worden aangesloten zonder
grote vertraging." Dan is de vraag: hoeveel vertraging is er dan op dit
moment gemiddeld, hoeveel vertraging vindt de minister acceptabel en
hoeveel gaat dat dan veranderen met die herprioritering? Graag een
reactie.
Voorzitter. Ik zei het eigenlijk al in de inleiding: het is natuurlijk
goed dat windmolens voortaan zo veel mogelijk op zee komen, in plaats
van op land. Het is goed dat er op zee eerst gekeken wordt naar ruimte
voor de visserij en dat op land woningbouw boven windmolens gaat in het
geval van concurrentie om grond in nieuw te bestemmen gebieden. Dat is
absoluut goed nieuws. Maar het uitrollen van die windparken op land is
aan de decentrale overheden. Dat doen zij via de Regionale
Energiestrategieën. Het is misschien een beetje een open deur, maar
klopt het dat het uitgangspunt dat woningbouw boven windmolens gaat nu
niet in die RES'en staat? Zo ja, hoe gaat de minister er dan voor zorgen
dat dat uitgangspunt daarin wél concreet een plek krijgt en dat de
decentrale overheden daar dus ook echt uitvoering aan gaan geven? Graag
een reactie.
Voorzitter. Dan wil ik kort terugkomen op de leveringszekerheid, maar
dan niet die van elektriciteit maar die van gas. Twee dagen geleden
verscheen het bericht "Met minder reserves dan Duitsland en Frankrijk
verklaart kabinet gascrisis stilletjes ten einde". Is dat zo? Want een
maand geleden hadden we in dit huis een commissiedebat over mijnbouw. Ik
kan het me nog goed herinneren. Toen ging het over onze gasvoorraden. De
conclusie was toen, zoals ook is verwoord door de minister, dat de
gasleveringszekerheid en de gasmarkt in aanloop naar de winter positief
en betrekkelijk stabiel zijn en dat de kans op gastekorten zeer klein
is. Het ging toen om een vulgraad van 90%. Misschien is het pure
beeldvorming, maar toch heb ik de volgende vraag. Klopt het dat die 90%
toen in het debat alleszins veel leek — en misschien is dat in de
praktijk ook wel veel — maar dat het nu vergeleken met Duitsland en
Frankrijk toch minder is? Hoe kan dat? Waarom doen die andere landen dan
toch meer? Graag een reactie.
Voorzitter. Dan nog het volgende. Het is natuurlijk triest dat het nodig
is, maar toch is het goed dat er de komende twee jaar een energiefonds
komt van in totaal 120 miljoen euro. Maar klopt het dat dat allemaal nog
niet concreet is? Oftewel: wanneer krijgen we de uitwerking daarvan en,
meer bepaald, wanneer komt een huishouden daarvoor in aanmerking? Ik
stel die vraag, omdat bij eerdere energiecompensatiemaatregelen tijdens
de energiecrisis huishoudens met blokverwarming zogezegd vergeten waren.
Althans, die vielen toen buiten de boot. Het duurde toen heel lang
voordat ook zij iets van compensatie kregen. Daarom wil ik de minister
verzoeken om bij de uitwerking van het energiefonds heel expliciet de
huishoudens met blokverwarming niet te vergeten. Sterker nog, ik wil de
minister verzoeken te garanderen dat ook zij hiervoor in aanmerking
kunnen komen, al hopen we natuurlijk van harte dat dat niet nodig
is.
Tot zover, voorzitter. Ik dank u.
De voorzitter:
Hartelijk dank. U krijgt nog een interruptie van mevrouw Beckerman. Gaat
uw gang.
Mevrouw Beckerman (SP):
Ik dacht: ik wacht tot het einde, want er komt vast nog wel meer over
die energierekening. De PVV begon heel trots door te noemen dat de
belasting op gas omlaaggaat. Dat is goed, maar laten we even bij de
feiten blijven. De belasting op gas gaat met €0,0282 omlaag. Nee, wacht
even, dit zijn niet helemaal de feiten; de belasting gaat iets minder
omhoog. €0,0282. Gefeliciteerd. €0,0282 minder verhoging, terwijl
400.000 huishoudens in energiearmoede zitten. Mijn vraag aan de PVV is:
wat vindt zij ervan dat dit kabinet, ondanks die €0,0282 minder
verhoging, van plan is om de energierekening te laten stijgen met het
ETS2? Huishoudens gaan daar gemiddeld €185 per jaar aan meebetalen. Wat
vindt de PVV daarvan?
De heer Kops (PVV):
Energiearmoede is verschrikkelijk. Mevrouw Beckerman weet ook dat de PVV
dat vindt. We hebben er jarenlang voor gestreden om wat te doen voor een
lagere energierekening. Na jaren van D66-beleid waarbij de belasting op
gas iedere keer is verhoogd, zien we dat dat nu niet gebeurt en dat die
omlaaggaat. Dat hebben wij geregeld en daar zijn we ontzettend trots op.
Dan kan mevrouw Beckerman natuurlijk vragen of het allemaal wel genoeg
is of zeggen dat het allemaal niet ver genoeg gaat, maar wij hebben het
wel geregeld. Na jaren van verhogingen gaat de gasbelasting eindelijk
omlaag. Dat is goed nieuws voor de huishoudens.
Mevrouw Beckerman (SP):
Nee, de belasting op gas gaat de komende jaren iets omhoog en de
energierekening gaat verder omhoog. Dat is waar de PVV haar handtekening
onder zet.
De heer Kops (PVV):
Nee, hoor.
Mevrouw Beckerman (SP):
Ik sta hier om aan de PVV het volgende te vragen. Ze gaan de
energierekening voor huishoudens dus verhogen met ETS2.
De heer Kops (PVV):
Nee, hoor.
Mevrouw Beckerman (SP):
Die gaan ze verhogen. We hebben gisteren gezien dat dat miljarden
oplevert en dat die miljarden niet teruggaan naar de huishoudens die
daarvoor betalen. Wat vindt de PVV ervan dat hun handtekening nu onder
een akkoord staat waarmee ze de energierekening verhogen en de
opbrengsten, die miljarden, niet teruggaan naar huishoudens?
De heer Kops (PVV):
Nee, de energiebelasting op gas gaat juist omlaag. Dat zeg ik net tegen
mevrouw Beckerman. Ze mag natuurlijk zeggen dat het allemaal niet genoeg
is, maar wij hebben dat wel geregeld. Na jaren van verhoging na
verhoging hebben wij dat geregeld. Je kunt wel zeggen dat het niet
genoeg is, maar om te bepalen of iets wel of niet genoeg is, of iets
veel of weinig is, moet je een referentiekader hebben en moet je dingen
gaan vergelijken. Dan zou ik willen vragen: met hoeveel heeft de SP de
energiebelasting op gas dan verlaagd? Niet, namelijk.
Mevrouw Beckerman (SP):
Nou, laten we dat referentiekader eens even bieden. Laten we het
referentiekader bieden van een huurder die op de PVV gestemd heeft — of
misschien wel op de SP; dat maakt eigenlijk helemaal niks uit — in zo'n
tochtige woning. Laten we dat voorbeeld even nemen. Je ziet nu met de
PVV dat de energierekening omhooggaat, dat huishoudens mee moeten
betalen aan ETS2 en dat de opbrengsten naar de staatskas gaan. De huur
gaat trouwens ook nog omhoog en de btw-verlaging op boodschappen zit er
ook niet in. Maar laten we even focussen op dat ETS2. Waarom staat de
PVV daarvoor? En als je het al doet, waarom zorg je dan niet dat de
miljarden die je daarmee ophaalt, teruggaan naar de huishoudens? Zorg er
bijvoorbeeld voor dat al die slechte doorwaaiwoningen eindelijk eens
verbeterd worden.
De heer Kops (PVV):
Ik sloeg een beetje aan op het feit dat mevrouw Beckerman het had over
tochtige huurwoningen. Het is inderdaad verschrikkelijk als je in een
tochtige huurwoning woont, maar tegelijkertijd moet ik dan wel zeggen:
als je als Nederlander überhaupt zo'n woning kunt krijgen. Mevrouw
Beckerman vraagt waar de PVV blij mee is of trots op is en waarom we
onze handtekening hebben gezet. Ik kan haar dit vertellen: in het
hoofdlijnenakkoord hebben we bijvoorbeeld afgesproken dat de voorrang
voor statushouders eraf gaat, zodat Nederlanders überhaupt een woning
kunnen krijgen. Daar is de SP altijd tegen geweest. Dus ja, natuurlijk,
als je in zo'n tochtige doorwaaiwoning zit, is dat verschrikkelijk. Dat
ben ik helemaal eens met de SP, maar als het aan de SP had gelegen,
hadden de mensen helemaal geen woning gehad.
De voorzitter:
Mevrouw Beckerman, maar het telt dan wel als een interruptie.
Mevrouw Beckerman (SP):
Het is gewoon zonde van de interrupties, inderdaad, want hier is geen
land mee te bezeilen. De mensen moeten blijkbaar dus maar blij zijn dat
ze in een tochtige doorwaaiwoning zitten, want het had nog slechter
gekund. We kunnen hier zaken regelen, maar laat maar.
De heer Kops (PVV):
Dat zeg ik helemaal niet; dat zeg ik helemaal niet; dat zeg ik absoluut
niet! Ik zeg: we zijn blij dat de energiebelasting op gas omlaaggaat. We
zijn ook blij dat er volgend jaar heel veel geld gaat naar isolatie,
bijvoorbeeld, zodat die woningen beter kunnen worden. Daar zijn we blij
mee, absoluut. Want inderdaad, je zult maar in zo'n tochtige
doorwaaiwoning zitten. Helemaal mee eens. Maar ik zeg er wel eerlijk
bij, gezien de wachtlijsten in de sociale huursector en noem het
allemaal maar op, dat die mensen überhaupt geen woning hadden gehad als
het aan de SP had gelegen.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng. De derde spreker is mevrouw Rooderkerk. Zij voert
het woord namens de fractie van D66.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Dank, voorzitter. Toen ik geboren werd in 1987, stond klimaatverandering
nog niet zo hoog op de politieke agenda als vandaag. In die tijd is de
CO2-uitstoot drastisch toegenomen, is de zeespiegel met 21
centimeter gestegen en is de temperatuur met ongeveer 1,2 graden
gestegen. Tegelijkertijd is de uitstoot door de inspanning van vele
landen ook deels afgenomen, met 36% sinds 1990, en is er steeds meer
aandacht voor deze crisis. Toen ik 10 werd, committeerden landen zich
eraan om de uitstoot te verminderen. Op mijn 19de, in 2006, kwam Al Gore
met de documentaire An Inconvenient Truth. Ongeveer tien jaar later
sloten landen in Parijs een historisch klimaatakkoord om de opwarming
van de aarde te beperken tot 1,5 graden.
Voorzitter. Ik neem u mee in deze ogenschijnlijk triviale tijdlijn,
omdat ik mijzelf als jonge moeder van twee kinderen moet voorhouden dat
het kan: dat het kan dat mijn kinderen als volwassenen straks de eerste
echte duurzame generatie zijn. Want het alternatief is geen optie. De
uitslag van de verkiezingen in de VS stemt geenszins hoopvol, maar maakt
mij strijdbaarder dan ooit voor ons klimaat.
An Inconvenient Truth, ongemakkelijke waarheden: daar wil ik het vandaag
over hebben. Ik vind het namelijk ongemakkelijk dat er een gebrek aan
regie is bij het bestrijden van de klimaatcrisis. Ik vind het
ongemakkelijk hoe weinig rechtvaardig ons klimaatbeleid is. Ik vind het
ongemakkelijk hoe weinig toekomstige generaties te zeggen hebben over de
oplossingen voor het klimaatprobleem. Ik begin bij ondermijning, oftewel
het gebrek aan regie. Want meteen na het uitkomen van de Klimaat- en
Energieverkenning belandden we weer in chaos met dit kabinet. Henk
Vermeer van BBB sprak van een knipperend rood lampje op het dashboard en
over gas terugnemen. Wat wil hij nou eigenlijk zeggen met deze fossiele
metafoor van een benzineauto? Als een rood lampje gaat knipperen, moet
je toch juist in actie komen? Wil hij nu werkelijk een nieuwe
coalitiecrisis laten ontstaan of keert hij op zijn schreden terug? Ik
hoor het graag.
De heer Vermeer (BBB):
Ik rijd zelf in een elektrische auto. Is mevrouw Rooderkerk ermee bekend
dat ook daar een dashboard in zit, dat ook daar rode lampjes in zitten?
Bij mij brandt er zelfs een, omdat de bandenspanning te laag is door de
kou.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
O, o! Mijn vraag aan de heer Vermeer was — dank dus dat hij opstaat —
wat hij gaat doen. We hebben hier te maken met een kabinet dat niet
genoeg doet. O, nu loopt hij weg. Dat is wel interessant: hij wil wel
ingaan op zijn auto, maar niet op de vraag of de BBB zich gaat houden
aan de afspraak in dit akkoord om klimaatverandering tegen te gaan en of
de BBB wil stoppen met het verspreiden van desinformatie, bijvoorbeeld
over de situatie in Spanje. Hij heeft gezegd dat die door minder dammen
kwam en door noodweer, terwijl er gewoon mensen overlijden door extreem
weer vanwege klimaatverandering.
De heer Vermeer (BBB):
Voorzitter, hier wil ik even een persoonlijk feit maken. Is dat
toegestaan? Ik word hier namelijk beschuldigd van desinformatie.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
U kunt het ook ontkrachten.
De voorzitter:
De heer Vermeer kan een persoonlijk feit maken. Ik zeg nog even één ding
tegen mevrouw Rooderkerk. Ook u gaat nu andere leden vragen stellen,
terwijl het toch de bedoeling is dat u uw inbreng houdt en een vraag
stelt aan de heer Vermeer als zijn termijn plaatsvindt.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Ik stelde een wedervraag op wat hij daarnet zei, vandaar.
De voorzitter:
U zocht hem nadrukkelijk zelf op met uw vraag. De heer Vermeer.
De heer Vermeer (BBB):
Ik word hier beschuldigd van het geven van desinformatie. Wat ik in die
uitzending van vrijdagavond gezegd heb, is dat er inderdaad
klimaatverandering is. Ik heb niet gezegd dat klimaatverandering of
andere weersomstandigheden komen door het weghalen van bijvoorbeeld
dammen. Dat is natuurlijk de grootste flauwekul. Ik heb dat niet gezegd.
Dat slaat ook helemaal nergens op. Er is namelijk sprake van
klimaatverandering. Die leidt tot extreem weer. We hebben al honderden
jaren extreem weer. Als u me straks interrumpeert, kan ik een heel
overzicht voorlezen van hoeveel rampen er in Spanje in welke jaren zijn
geweest. Ik kan u verklappen dat de eerste rampen daar al ongeveer in
1300 waren. Die weersverschijnselen komen dus voor. Ze kunnen door
klimaatverandering heftiger worden. De effecten van klimaatverandering
en extreem weer kunnen ook versterkt worden door besluiten die op
hydrologisch gebied genomen worden.
Eén voorbeeld. Als een dam wordt weggehaald, verspreidt slib dat normaal
gesproken achter de dam blijft hangen zich naar het hele uitvloeigebied.
Dat heeft weer als gevolg dat op die plek de waterdoorlaatbaarheid van
de grond nul is. U kunt dat uitproberen bij heel veel verschillende
ijsbanen in Nederland. Die worden 's winters aangelegd. Ze worden
waterdicht gemaakt door een klein laagje slib, een klein laagje klei, in
te brengen. Dat gebeurt er. De effecten zijn dus supergroot. Het aantal
doden betreur ik ten zeerste. 60% daarvan komt doordat mensen overlijden
in vervoersmiddelen. Als dit dan …
De voorzitter:
U heeft uw persoonlijke feit gemaakt. U gaat nu een heel inhoudelijk
betoog houden. Dat is niet de bedoeling.
De heer Vermeer (BBB):
Ik dacht: ik probeer het.
De voorzitter:
Het is dan gewoon een interruptie. Tja. Mevrouw Rooderkerk.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Ik maak hieruit op dat het recht wordt gezet, en dat het noodweer in
Spanje wel degelijk het gevolg is van klimaatverandering. Ik vind het
goed dat de heer Vermeer dit hier volgens mij probeert recht te zetten.
Hij geeft mij echter weer geen antwoord op de vraag wat hij bedoelde met
dat verhaal over dat rode lampje. Wat voor auto het namelijk ook was, we
moeten toch in actie komen voor het klimaat? Kennelijk durft hij daar nu
geen antwoord op te geven. Zegt hij nou dat hij de doelen van dit
kabinet loslaat of niet? Wat moeten wij nou met deze informatie? Het is
mij compleet onduidelijk.
Hetzelfde geldt voor de heer Kops van de PVV. Die zegt zojuist: als het
voor ons niet helemaal draaglijk is, moeten we het halen van die doelen
herbezinnen. Kortom, ik krijg steeds meer te doen met mevrouw Hermans,
die in deze chaos een klimaatpakket voor elkaar moet zien te krijgen,
met deze partijen, die feitelijk geen enkele maatregel aandragen, zich
totaal niet verantwoordelijk voelen voor de oplossing en ook niet
opstaan om duidelijk te maken wat ze precies bedoelen met de woorden die
ze uitspreken.
De voorzitter:
Mevrouw Rooderkerk vervolgt haar betoog.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Ik vervolg mijn betoog. Om te beginnen wilde ik het hebben over het
gebrek aan regie. Dat is duidelijk geworden. Door te weinig actie om
klimaatverandering tegen te gaan, kiest dit kabinet voor grijze krimp in
plaats van voor groene groei. Daarbij wordt minister Hermans continu
ondermijnd door collega-ministers met plannetjes, zoals 130 kilometer
per uur op snelweg rijden. Uit de antwoorden op mijn schriftelijke
vragen over de nieuwe emissievrije zones in gemeenten blijkt bovendien:
de grotere uitstoot die we daar dus gaan krijgen, is alleen op ambtelijk
niveau met KGG afgestemd. Dat staat in de beantwoording. De minister is
opnieuw niet betrokken. Er is ook geen idee over de uitstoot. Over het
schrappen van het Nationaal Programma Landelijk Gebied voor de
landbouwsector staat er: de minister van KGG is niet aanwezig geweest
bij een specifiek bewindspersonenoverleg hierover. Opnieuw is er geen
beeld van de uitstoot.
Deze chaos gaat maar door, zonder dat er inspraak is van de minister of
kennis van de gevolgen. Hoe kunnen wij als Kamer er dan op vertrouwen
dat het goed komt, dat er niet nog meer grijze plannetjes overal uit de
hoge hoed komen en dat ons klimaat wordt beschermd voor toekomstige
generaties? Al maanden vraag ik de minister ook om in actie te komen.
Bij het hoofdlijnenakkoord was immers al duidelijk dat het klimaatbeleid
niet genoeg was en dat het regeerakkoord het niet beter maakte. Dat zag
zelfs een helderziende. Nu hebben we de overduidelijke boodschap van het
PBL. Het is wat mij betreft te laat om te wachten tot 1 mei, wanneer er
eindelijk een pakket aan de Kamer wordt gepresenteerd. Daarom vraag ik
de minister om voor het kerstreces al een indicatief maatregelenpakket
voor het klimaat voor te leggen — een kerstpakket, zo u wilt — zodat we
erover kunnen debatteren en de Kamer er goed bij betrokken wordt, zoals
tot voor kort overigens gebruik was.
Daarnaast heb ik een voorstel tegen ondermijning van collega-ministers.
Eerder deed D66 al het voorstel om met uitstoot net zo om te gaan als
met geld. Bij voorstellen van kabinet en Kamer die leiden tot extra
uitstoot moet worden aangegeven hoe dit wordt gecompenseerd. Graag een
reactie van de minister.
In 2015 won Stichting Urgenda een rechtszaak tegen de overheid over een
gebrek aan klimaatactie. We zitten nu weer vijf jaar voor het
verstrijken van de nieuwe doelen. Laten we voorkomen dat de rechter de
politiek opnieuw moet terugfluiten. Destijds besloot het kabinet per wet
onder andere dat de kolencentrales dicht moeten. Waar blijft het
wetsvoorstel om dat ook op termijn voor gascentrales te doen, vraag ik
de minister.
Een andere ongemakkelijke waarheid is dat niet alle Nederlanders kunnen
meekomen in de veranderingen waar we als land voor staan. Daarom gaat
mijn volgende deel over rechtvaardige oplossingen voor het klimaat. Het
kabinet zegt op te komen voor de bestaanszekerheid, maar in de praktijk
is de impact van klimaatverandering op de portemonnee en veiligheid van
Nederlanders groot. Onlangs was in het nieuws dat chocoladeletters €12
gaan kosten, vanwege mislukte oogsten door steeds extremer weer. Ik zie
u allen schrikken in deze Kamer, maar alsof dat niet erg genoeg is:
funderingsschade van bijna een miljoen woningen kost €50.000 tot
€100.000. Belastingen voor onze waterbescherming stijgen explosief. Onze
zorgkosten nemen toe met honderden miljoenen door hitte en bijvoorbeeld
door de enorme toename van het aantal kinderen met astmatische klachten
door luchtvervuiling. Zo kan ik nog wel even doorgaan.
De ongemakkelijke waarheid is dat klimaatverandering ons vandaag de dag
al raakt. De kosten worden hoger en de maatregelen lastiger te nemen,
naarmate er langer niks gebeurt. Daarom vraag ik de minister om de
planbureaus de opdracht te geven om de jaarlijkse maatschappelijk kosten
van klimaatverandering te monitoren. Graag een reactie hierop.
In plaats van werk te maken van rechtvaardige klimaatoplossingen die
werken voor iedereen, schrapt dit kabinet de belasting op de grootste
vervuilers. In plaats van elektrische auto's beschikbaar te maken voor
lagere inkomens, worden automobilisten die veel en vervuilend rijden,
beloond. In plaats van inzetten op grootschalige isolatie van
huurwoningen, bezuinigt het kabinet en schrapt het de verplichting voor
een duurzame warmtebron. Maar de strijd tegen klimaatverandering is
gelukkig niet alleen afhankelijk van dit kabinet. Ik put hoop uit alle
maatschappelijke organisaties, bedrijven en mensen die wat willen doen
aan klimaatverandering. Ik noem bijvoorbeeld de FIXbrigades en de
Energiebanken, die mensen helpen die dit het hardst nodig hebben. Met
advies, kleinschalige installatiemaatregelen en ontzorging helpen zij
huishoudens om de energierekening omlaag te brengen. D66 vindt dat deze
organisaties steun verdienen van de overheid, maar de financiering van
deze organisaties dreigt te stokken. Daarom bereid ik samen met NSC een
amendement voor om deze organisaties hun werk te laten doen. Ik kijk uit
naar de appreciatie van de minister.
Voorzitter. Tot slot wil ik het hebben over een laatste inconvenient
truth, daar waar we het allemaal voor doen, de toekomstige generaties.
Mijn oudste zoontje zal in 2040 20 jaar zijn. Ik maak mij er zorgen over
hoe zijn leven dan zal zijn, als ik kijk naar de klimaateffecten die
Nederlanders vandaag de dag al raken. Die worden niet minder in de
komende jaren. Als we alleen redeneren vanuit het belang van het hier en
nu, zoals windmolens op land weigeren, fossiele brandstoffen
subsidiëren, op groene innovaties bezuinigen en angstvallig vasthouden
aan alle industrie die we nu hebben, dan gaan we er niet komen.
Tegelijkertijd word ik enorm optimistisch en hoopvol door de creatieve
oplossingen en ideeën die ik hoor van jongeren die laatst op verzoek van
D66 te gast waren in de Kamer. Zij knokken vol energie voor een betere
toekomst, zodat zij, naar eigen zeggen, ook gewoon weer jong mogen zijn.
Daarom wil ik de toekomstige generaties een grotere stem geven en een
plek aan tafel bij het klimaatbeleid. Ik vraag de minister of zij bereid
is om hen inspraak te geven bij het Klimaatfonds, zoals dat eerder de
gewoonte was bij het Nationaal Groeifonds, en jaarlijks bij de
publicatie van de Klimaatnota, in de vorm van een jongerenklimaatraad.
Kan de minister daarbij voortvarend aan de slag gaan met de
generatietoets, die nog steeds wacht op actie?
Op 20 november, tijdens de COP29, organiseren we op initiatief van D66,
samen met de Jonge Klimaatbeweging, een jongerenklimaattop, hier in de
Kamer. Ik nodig de collega's van harte uit om daarbij aanwezig te
zijn.
Voorzitter, tot slot. 2030 is dichterbij dan we denken. Het is zo goed
als morgen, zoals mijn zoontje alles noemt wat in de toekomst ligt. Ik
vraag de minister als moeder en namens toekomstige generaties: ga aan de
slag en toon leiderschap voor de noodzakelijke keuzes die we vandaag
moeten maken, en kom in actie voor ons klimaat. Want bij uitstel wordt
het niet makkelijker en raakt de eerste duurzame generatie verder uit
het zicht.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng. De heer Eerdmans.
De heer Eerdmans (JA21):
Ik heb een vraag aan D66. We weten van Rob Jetten, de voorganger van
minister Hermans, dat we moesten sprinten naar de doelen van Parijs. Nu
blijkt volgens het CBS dat we geen lagere uitstoot hebben, maar juist
een 5% hogere uitstoot dan in 2014. De uitstoot is dus juist verhoogd.
Sterker nog, ondanks alle miljarden die we hebben uitgegeven, hebben we
op grond van kansberekening een kans van 5% we de klimaatdoelen van
Parijs gaan halen.
Kijk, je kunt niet voor of tegen klimaat zijn; volgens mij zijn we
allemaal voor het klimaat. Maar je kunt er wel met een wat meer
realistische blik naar kijken. Welke maatregelen zijn er in Nederland,
dat piepkleine landje, nodig om de wereldtemperatuur omlaag te brengen?
Dan zie je diverse landen worstelen — ik geloof ook echt dat dat terecht
is — met de kostprijs en het effect ervan. Dat vind ik altijd zo leuk
aan de groene droom van D66. Wanneer breekt daar een keer de zon door,
of wanneer breekt daar in ieder geval het realiteitsbesef door dat het
niet gaat op de manier waarop we het nu doen? Je kan denken aan
kernenergie. Ik denk dat dat een goede zet is van het kabinet om niet
het hele land vol te zetten met windmolen en zonnepanelen en het hele
land stil te zetten qua industrie. Want 80% van de industrie draait nog
steeds op fossiel.
De voorzitter:
En uw vraag?
De heer Eerdmans (JA21):
Mijn vraag is: wanneer stapt D66 in het bootje van realisme? Nu zegt
D66: het gaat niet op de manier zoals we willen, dus we draaien het hele
land gewoon de nek om. Ik heb net de voorbeelden gegeven. We moeten dan
gewoon radicaal zeggen: we stoppen met vee, of we stoppen met
autorijden, of we voeren autoloze zondagen in en zorgen voor gigantische
benzineprijzen. Is dat dan de keuze voor de kinderen van mevrouw
Rooderkerk?
Mevrouw Rooderkerk (D66):
In de vraag van de heer Eerdmans proef ik aan de ene kant de urgentie —
die we delen, als ik het zo hoor — omdat het zeker nog niet goed genoeg
gaat. Dat is ook iets wat heel erg somber stemt. Wat daarbij niet helpt,
is het nemen van maatregelen die de uitstoot verder vergroten. Dat is
waar we het nu over hebben. Het kabinet zegt, met de rapportcijfers van
het PBL in de hand, dat het extra fossiele subsidie gaat invoeren, de
rode diesel, dat het een extra airport gaat openen en dat het ervoor
gaat zorgen dat de mensen die elektrisch willen gaan rijden juist meer
moeten gaan betalen. Zij nemen allemaal maatregelen die de uitstoot
juist vergroten. Ik roep op, en mijn partij roept op, om met z'n allen
de goede kant op te rennen. Dat is ook de actie die wij op dat punt
jarenlang hebben laten zien. Wat mij betreft moeten we dat samen met
mensen en samen met bedrijven doen. Ik heb daar ook verschillende
voorstellen voor gedaan. Natuurlijk moeten we die daarin meekrijgen. Dat
maakt mij wel hoopvol, omdat ik zie dat het kan. Als wij zien dat de
prijs van zonne- en windenergie inmiddels lager is dan van fossiele
energie, dan heb ik echt hoop dat we er met elkaar kunnen komen. Ik ben
dus niet alleen een doemboodschap aan het verspreiden. Ik zeg ook: dit
zou de oplossing kunnen zijn. Het doet mij dus pijn dat het kabinet daar
niet voor kiest en dat zij dus kiezen voor stilstand en
achteruitgang.
De heer Eerdmans (JA21):
Ik zeg ook niet dat D66 geen oplossingen bedenkt. We hebben alleen geen
toverstokje om het CO2-probleem van de aardbodem te laten
verdwijnen. Duitsland heeft 1.000 miljard uitgegeven aan groene groei en
is nog steeds het vieste jongetje van Europa, nog steeds. Waarom? Dat is
omdat de industrie afhankelijk is van het weer. Het is heel simpel: zon
en wind zijn niet stabiel genoeg. Daar kan de industrie niet op draaien.
Dat effect kost heel veel. Dat kost heel veel geld, maar het levert dus
niks op. Daarom zeg ik tegen u: het is niet reëel. Het is juist wel
reëel om mensen kosten op te dringen, maar het heeft dus geen effect, of
in ieder geval niet het effect dat het doel is van D66 en het kabinet,
om ons naar 50% minder uitstoot te brengen. Kortom, het gaat gewoon te
snel. We moeten juist wel op die rem trappen. Dat doen we niet omdat we
het klimaat niet belangrijk vinden of weersveranderingen niet willen
intomen. Daar ben ik het wel mee eens, maar het gaat gewoon niet goed op
de manier waarop we het doen, het is onhaalbaar en het is niet
betaalbaar.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Wat ik hier hoor, is wel een soort doemdenken. Dit ben ik ook niet
helemaal gewend van de heer Eerdmans. Het is natuurlijk wel degelijk zo
dat het werkt. Ik gaf net aan dat de uitstoot van landen sinds 1990 door
hun gezamenlijke inspanning met 36% is afgenomen. Het kan dus wel
degelijk. We zijn wel degelijk op weg naar die duurzame toekomst, maar
dan moeten we wel actie blijven ondernemen. Ik denk dat het gevoel dat
het te snel gaat hier onderliggend aan is, wat veel partijen, en veel
mensen, ook voelen. Dat zit 'm wellicht in de koopkracht van mensen, die
nog steeds niet goed is. Dat zit 'm ook in maatregelen waarvan zij
zeggen: ik kan die niet betalen. Daarom denk ik dat het zo belangrijk is
dat je als kabinet de keuze maakt om juist voor deze mensen geld uit te
trekken. Ga niet de grote vervuilers een belastingverlaging geven, maar
help mensen daarbij. Daarvoor heb ik dus ook een heel rijtje aan
voorstellen gedaan. Ik vind het namelijk zo belangrijk dat we, nu we
eenmaal bezig zijn, juist zorgen dat iedereen daarin kan meekomen. Het
is goed dat een aantal mensen daarmee zijn begonnen en dat een aantal
bedrijven echt voorlopen, maar nu moeten we zorgen dat het hele land
daarin meekan. Dan helpt het niet om op de rem te gaan staan. Dan helpt
het om slimme oplossingen te bedenken die mensen verder helpen.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng en voor de antwoorden op de interrupties. De heer
Erkens gaat nu spreken. Dat doet hij namens de VVD. Gaat uw gang.
De heer Erkens (VVD):
Dank u, voorzitter. De VVD staat voor ambitieus en realistisch
klimaatbeleid. Dat is niet omdat het moet van een wet, van een akkoord
of van een internationale organisatie. We kiezen hier bewust voor, omdat
elke andere keuze schadelijk is voor de toekomst van Nederland. We
willen namelijk energieonafhankelijker worden. We importeren momenteel
80% van onze energie uit het buitenland. Dat is vaak uit onvrije landen.
We geven elk jaar miljarden hard verdiende Nederlandse euro's weg aan
Poetin en consorten, die op deze manier een wurggreep blijven houden op
onze energierekening. We willen een toekomstbestendige, sterke economie
hebben. China haalt ons nu al ruim in met de productie van allerlei
goederen die nodig zijn voor een schone economie: batterijen,
elektrische auto's en zonnepanelen, om er maar een aantal te noemen. Om
deze redenen staat de VVD voor de klimaat- en energietransitie. Elke
andere keuze is namelijk een keuze voor Poetin en China, die dan de
komende jaren meer invloed zouden krijgen op onze economie, en meer
invloed op onze energierekening. Een keuze voor klimaatbeleid is een
keuze voor grip op onze energierekeningen, schonere lucht en een
sterkere, toekomstbestendige Nederlandse economie. Voorzitter. De
Klimaat- en Energieverkenning toont aan dat we circa 90% van de gestelde
klimaatambities in 2030 gaan waarmaken. We koersen af op 49% reductie.
Er is dus ook geen reden om te doemdenken, zou ik zeggen tegen mijn
linkse collega's. Tegelijkertijd zien we dat de laatste 10%, het stapje
van 49% naar 55%, zeer onwaarschijnlijk is geworden, namelijk minder dan
5% kans. Dat betekent dat er een tandje bij moet om te zorgen voor meer
grip op de energierekeningen, schonere lucht en een sterke Nederlandse
economie. De belangrijkste reden dat we achter beginnen te lopen, is dat
veel plannen vastlopen in een vollopend stroomnet en een trage
vergunningverlening. We hebben het te complex gemaakt met elkaar. Meer
papier op papier stapelen met nieuwe beleidsreflexen gaat dit niet
oplossen. De samenleving schikt zich dus niet naar papier uit de kokers
van de politiek; dat hebben we de laatste jaren gemerkt.
De focus moet nu komen te liggen op de uitvoering. Door trage
vergunningverlening voor de uitbreiding van het stroomnet liggen veel
mooie projecten stil. Het is dus ontzettend mooi dat minister Hermans
heeft aangekondigd het mes te zetten in al die procedures omtrent het
uitbreiden van het stroomnet. Wanneer kan de Kamer de eerste resultaten
hiervan verwachten? De versnelling in de uitruil van
energie-infrastructuur moet de hoofdprioriteit gaan zijn in ons
klimaatbeleid de komende twee jaar.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Ik hoor de VVD een heel mooi verhaal houden over dat er iets gedaan moet
worden aan de uitvoeringsproblemen. Dat is op zich een goede stap, maar
we hebben hier een begroting liggen waaruit blijkt dat we 24 megaton
extra moeten gaan reduceren. Ik zat dus te wachten op het pleidooi van
de VVD voor extra maatregelen om daadwerkelijk die 24 megaton te gaan
terugdringen. Ik hoop dat de heer Erkens daar nog mee komt.
De heer Erkens (VVD):
Het voordeel is dat ik in de rest van mijn betoog met heel veel
suggesties op dat vlak kom.
De voorzitter:
Dan vervolgt de heer Erkens zijn betoog.
De heer Erkens (VVD):
Dan ga ik door.
De energie-infrastructuur vergt dus duidelijkheid en snelheid:
duidelijkheid voor omwonenden, zoals de mensen in Borssele en Moerdijk,
over wat hen te wachten staat, met één heldere boodschap van het Rijk,
en snelheid door nu standaard in te zetten op de Crisis- en Herstelwet,
die nu is opgenomen in de Omgevingswet, om de afhandeling en verlenging
van vergunningen voor uitbreidingen van de energie-infrastructuur
radicaal te versnellen. De industrie kan immers niet verduurzamen zonder
deze randvoorwaarden. Het gaat hierbij in ieder geval om drie cruciale
projecten, drie cruciale projecten die vóór 2030 gerealiseerd moeten
worden willen we de doelen in bereik houden. Hoe gaat de minister deze
versnelling realiseren voor de waterstofbackbone? Is daar meer geld voor
nodig? Waar zitten nog knelpunten? En hoe gaat zij die knelpunten
oppakken? Hoe gaat zij dit doen voor Aramis? Welke rol pakt zij hierin?
En wat is de noodzakelijke rol voor staatsdeelnemingen om Aramis zo snel
als mogelijk voor elkaar te krijgen en het follow-uprisico af te dekken?
Als laatste: hoe gaat de minister de Delta Rhine Corridor alsnog vóór
2030 realiseren? Is ontbundeling van de elektriciteitskabels dan niet
noodzakelijk? Wij horen namelijk van meerdere kanten dat TenneT nog
verdere vertraging lijkt te verwachten dan 2032. Laten we die 380
kV-kabel dan op een andere manier versnellen, want die kabel bepaalt nu
het tempo voor alle andere tracés, waardoor de hele verduurzaming van
Chemelot en de Rotterdamse haven, wat cruciaal is voor het halen van de
doelen, lijkt te stranden. Het lijkt er ook op dat de
groenewaterstoftransitie en de CCS-transitie rondom Aramis niet door kan
gaan als er geen verbinding is met het Duitse industriegebied. Dit kan
dus echt niet. Kunnen we voor deze projecten leren van de aanleg van de
lng-terminal in Groningen gedurende de energietransitie? Deze werd
immers binnen een halfjaar aangelegd door een gedoogconstructie, een
toegewijd team en garanties van de Staat om dit snel te realiseren.
Waarom kan dit hier niet?
Voorzitter. Naast de focus op de uitvoering ligt er ook nog veel beleid
op de plank dat snel geïmplementeerd kan worden. Dat hoeft niet te
wachten tot de voorjaarsbesluitvorming, aangezien het al uitgewerkt
beleid uit het verleden is. Is de minister het daarmee eens? Wanneer kan
de Kamer bijvoorbeeld de bijmengverplichting voor groen gas verwachten?
En gaat de minister die bijmengverplichting ook doortrekken tot 2035 of
2040, zodat er investeringszekerheid is voor al die ondernemers die
daarmee de projecten van de grond kunnen krijgen? Kan zij dit
toezeggen?
Daarnaast lag de raffinageroute voor. Dit leek een succes te worden. Het
ministerie van IenW ligt echter dwars op dit dossier en heeft deze
maatregel min of meer getorpedeerd door nu met allemaal
correctiefactoren en andere zaken te komen. We hebben in de vorige
periode ook gezien dat Dow Chemical vastliep op een vergunning bij IenW,
terwijl er honderden miljoenen in verduurzaming gestoken zouden worden.
Is de minister bereid om ervoor te zorgen dat de raffinageroute
geïmplementeerd gaat worden, zoals aangekondigd dit voorjaar, dus zonder
rare correctiefactoren en andere bureaucratische onzinnigheden? Hoe
staat het met die maatwerkafspraak met Dow?
De Warmtewet, in de vorige periode ingediend, lijkt ook een ramp te zijn
geworden. Betaalbaarheid voor warmtegebruikers ligt steeds meer buiten
bereik en geen enkele private partij wil nog investeren. Een publiek
meerderheidsaandeel helpt huishoudens niet aan een betaalbare
energierekening en sloopt de investeringsbereidheid — en gemeentes
hebben de uitvoeringskracht ook niet. We zien liever de mogelijkheid van
een privaat meerderheidsaandeel terug in combinatie met een nationale
warmtedeelneming, die ook kan zorgen voor de noodzakelijke
professionaliteit en schaal die nodig is voor de warmtetransitie. Graag
een reactie van de minister. En wat zou het überhaupt kosten om al die
bestaande warmtebedrijven onder de huidige wet uit te kopen? Want dat
zou wel de consequentie van deze wet zijn. Dat zou heel veel geld
kosten.
Voorzitter. Als laatste moet er ook gekeken worden naar alternatief
nieuw beleid, zoals afgesproken in het hoofdlijnenakkoord. Het zou goed
zijn als de minister daarbij ook rekening houdt met de effecten van dit
beleid na 2030, zodat we op de juiste koers zijn voor 2035-2040. Wat de
VVD betreft houdt de minister ook rekening met de concurrentiepositie
van de industrie en de betaalbaarheid van de huishoudens. Graag een
reactie of ze dat ook inzichtelijk kan maken in de beleidsopties, zodra
wij die als Kamer krijgen. Graag horen we ook of de minister kan kijken
of een forse uitbreiding van de energie-investeringsaftrek niet kan
leiden tot meer reductie dan bestaande vaak complexe
subsidie-instrumenten die op dit moment niet altijd tot veel resultaat
leiden. Kan de minister toezeggen dat zij hiernaar wil kijken? Meer
CO2-reductie voor minder geld doordat we de boel minder
complex maken, lijkt mij toch wel iets wat we allemaal willen.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Het is duidelijk dat collega Erkens van de VVD niet alleen in abstracto
aan alternatief beleid wil werken, maar ook concreet. Ik heb daar wel
een vraag bij. Er is een nieuw ministerie opgericht, Klimaat en Groene
Groei, maar de concreet geagendeerde stappen van het kabinet lijken meer
op "grijze krimp" of misschien zelfs "zwarte krimp". We hebben eerder al
de 130 kilometermaatregel besproken en dat het aantal vluchten op
Schiphol toch weer wat hoger mag zijn dan door de vorige minister van
VVD-huize was afgekondigd. Ook is de hybridewarmtepompverplichting, hup,
in één keer geschrapt. Mijn vraag aan collega Erkens is: kan onder
alternatief beleid ook het heroverwegen van geschrapt beleid worden
verstaan? Het schrappen van de hybridewarmtepompverplichting leidt er
gewoon toe dat mensen achterover gaan leunen en dat bedrijven, die juist
op basis van eerdere aankondigingen van normering door de overheid zijn
gaan investeren in de uitbreiding van hun capaciteit en personeel hadden
aangenomen, dat personeel weer hebben moeten ontslaan. Ik sprak
gisteravond een warmtepompproducent. Die had begin dit jaar 60 man
personeel, nu op 5 november 30 man personeel: de helft van de omzet was
weg. Door het zwabberbeleid van de overheid zijn mensen achterover gaan
zitten en is die hele branche in elkaar aan het storten. Dat heeft toch
weinig met "groene groei" te maken?
De heer Erkens (VVD):
Met name de normering van de hybride warmtepomp — daar kan ik gewoon
heel eerlijk over zijn — stond in het verkiezingsprogramma van de VVD en
in onze doorrekening. Dit was niet onze keuze, maar in onderhandelingen
haal je een aantal zaken binnen en een aantal zaken geef je weg. Dus wij
vinden dit jammer, maar mijn handtekening staat er ook onder.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Dus?
De heer Erkens (VVD):
Ik kan wel een korte aanvulling geven, maar dan ga ik speculeren over
wat dan de exacte vervolgvraag zou zijn. Kijk, de normering van de
hybride warmtepomp gaat niet door. Dat staat in het akkoord; daar staat
mijn handtekening, die van mijn fractie en mijn partij ook onder. Maar
je kunt met elkaar wel gaan kijken hoe je er op andere manieren voor kan
zorgen dat mensen wel nog overtuigd kunnen worden om de komende jaren
vrijwillig zo'n hybride warmtepomp te nemen. Ik denk namelijk nog steeds
dat het voor veel huishoudens ook kan betekenen dat de energierekening
omlaaggaat. De minister staat voor mij dus wel aan de lat om die
duidelijkheid te gaan bieden zodat die sector in de komende jaren niet
instort. We moeten er nog steeds voor zorgen dat de hybride warmtepomp
en de warmtepomp verder uitgerold worden, maar dat zal dan niet via
normering gebeuren.
De heer Bontenbal (CDA):
Dan pak ik 'm even over van collega Grinwis, want ik gun hem ook zijn
interrupties. Dit is namelijk wel een cruciaal punt. Zijn die doelen
leidend? Is er dan ook een mogelijkheid om het schrappen van
voorgestelde maatregelen terug te draaien, of blijft dat ook allemaal
staan? Want als de doelen blijven staan terwijl jullie die hele lijst
met maatregelen schrappen, dan wordt het wel heel lastig. Dan zie ik
eigenlijk technisch nog maar twee opties. Dat zijn biobrandstoffen
verhogen, waar we discussie over hebben gehad in de vorige … Ik zie
mevrouw Teunissen heel erg knikken. Ik zeg niet of die wenselijk zijn of
niet; ik zeg alleen dat dit de opties zijn die nog open liggen. Ik zie
dus biobrandstoffen — ik geloof dat we in de vorige coalitie een
discussie hadden over het aantal bètajoules — en biomassa plus BECCS. Of
drie: de hele industrie slopen en op die manier alles outsourcen naar
China, maar daar zou ik niet voor zijn. Maar er zijn technisch bijna
geen mogelijkheden meer. Als u dus zegt dat u én de doelen overeind gaat
houden én blijft bij alle maatregelen die geschrapt zijn, dan houden we
elkaar voor de gek. Dan is er in het voorjaar geen pakket te maken; dat
weten we allemaal. Dan is het gewoon weer een kabinetscrisis, samen met
de crisis in de landbouw en met een financieel probleem. Dan weten we
dus waar we naartoe gaan in het voorjaar.
De heer Erkens (VVD):
Dit is meer een analyse van de heer Bontenbal. Ik ben daar minder
pessimistisch over. Ik heb een aantal zaken aangegeven. Versnelling in
de uitvoering en zorgen dat je daadwerkelijk realiseert wat al
afgesproken is, zal ook gewoon de kans dat je de doelen haalt vergroten.
Er is nog geen enkele maatwerkafspraak gesloten, ook omdat veel
randvoorwaarden niet op orde zijn. Als je besluit om met crisis- en
herstelwetachtige maatregelen te zorgen dat die randvoorwaarden er wel
zijn en de minister doorpakt met de verduurzaming van de industrie, haal
je best veel. Er is heel veel bestaand beleid dat nog niet uitgevoerd
is. Het akkoord zegt eigenlijk ook: wat niet expliciet geschrapt wordt
in het akkoord, zal doorgezet worden. Ik noemde al een aantal van die
maatregelen op, maar het zijn er een heleboel: energieprestatie-eisen
voor gebouwen met een industriefunctie, handhaving van de aangescherpte
energiebesparingsplicht, waar mevrouw Kröger het in haar inbreng ook al
over had, een bijmengverplichting voor groen gas, een subsidieregeling
voor CO2-vrije gascentrales, CO2-prestatie-eisen
voor het goederenvervoer. Er is nog heel veel wat op de plank ligt dat
nog uitgevoerd moet worden en waar gewoon de turbo op moet. Er kan dus
gelukkig nog heel veel, zeg ik tegen de heer Bontenbal.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Ik vind dit echt een heel ongeloofwaardig verhaal van de VVD. De heer
Erkens bepleit nu alleen maar maatregelen in de uitvoering van projecten
die er reeds lagen. De CCS-projecten, waterstof, groene waterstof en een
LNG-terminal, die niet eens duurzaam is. Dat is dus het enige wat hij nu
bepleit. Daarnaast hebben we hier een begroting liggen waaruit blijkt
dat we veel te weinig doen en dan zegt de VVD wel: ja, we houden vast
aan de klimaatdoelen. Wat zijn de woorden van de VVD waard als daar geen
extra maatregelen tegenover staan?
De heer Erkens (VVD):
Volgens mij is er niet geluisterd naar mijn inbreng. Ik zei dat je drie
dingen moet doen. Eén is de uitvoering versnellen, want we kunnen nog zo
veel plannen maken, maar anders realiseren we toch niks. Ten tweede ligt
er gewoon veel beleid op de plank dat niet uitgevoerd is. Daar hangen
ook megatonnen aan vast. Ten derde zal het kabinet dit voorjaar met
alternatief beleid moeten komen om dat laatste gedeelte op te vullen.
Maar stap een en twee zijn wel randvoorwaardelijk om ervoor te zorgen
dat je überhaupt in de buurt komt van wat je voorgesteld hebt met
elkaar. We kunnen hier wel weer allemaal op grote schaal papieren
plannen met elkaar gaan bedenken, maar als de uitvoering niet gefixt
wordt, is het gewoon maar een sprookje, in alle eerlijkheid. Daarom zeg
ik: die drie stappen zijn allemaal ontzettend belangrijk om waar te
maken wat we willen waarmaken.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
De heer Erkens draait eromheen. Hij doet alsof dit een
uitvoeringsdiscussie is, maar we hebben gewoon extra beleid nodig. De
VVD doet nu twee dingen. Een. Die zet namelijk in op kernenergie, wat de
komende twintig jaar geen oplossing gaat bieden, maar waar het kabinet
nu wel 9,2 miljard extra tegenaan wil gooien. Dat geld kunnen we ook nu
stoppen in echte verduurzamingsmaatregelen, zoals het verduurzamen van
woningen. Dat hadden we allang moeten doen. We moeten investeren in
personeel dat daadwerkelijk zonnepanelen kan aanleggen, want daar hebben
we een groot tekort aan. Daarmee gaan we de doelen dus ook niet halen.
Kernenergie is één. De andere oplossing die ik hoor is de grootste
vervuilers in Nederland miljarden geven om ervoor te zorgen dat zij in
de toekomst lekker kunnen doorgaan met groene waterstof et cetera,
terwijl we wettelijk geen enkele harde voorwaarde stellen aan die
bedrijven om daadwerkelijk die doelen te halen. Ik vraag het dus nóg een
keer aan de VVD: als u die klimaatdoelen zo belangrijk vindt, waar
blijven dan de echte oplossingen? Wat zijn de extra beleidsmaatregelen
die de VVD gaat voorstellen, zodat we die doelen daadwerkelijk gaan
halen?
De heer Erkens (VVD):
Volgens mij was deze interruptie van tevoren voorbereid, want er wordt
weer gezegd dat ik zeg dat er geen extra klimaatbeleid nodig zou zijn.
Maar ik zeg dat er drie stappen zijn: de uitvoering moet beter, er ligt
veel bestaand beleid op de plank waar we al mee aan de slag kunnen gaan
en er moet een pakket komen met alternatief beleid. Dat derde heb ik
meermaals gezegd, dus als u het niet wil horen, kan ik daar weinig aan
veranderen.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Tot slot dan. Ik concludeer dat de VVD zegt: er moet alternatief beleid
komen. Maar tegelijkertijd hebben we al jarenlang gezien dat de VVD geen
enkele significante keuze wil maken, geen belasting wil heffen bij de
grootste vervuilers, die moeten meebetalen aan de schade die ze hebben
veroorzaakt. Ze willen niet de fossiele subsidies afschaffen en ze
willen niet het rekeningrijden invoeren zodat de vervuilers
daadwerkelijk gaan betalen. Ze willen geen wettelijke voorwaarden
stellen die daadwerkelijk voldoende zijn om de klimaatdoelen te halen.
Zolang ik dat niet hoor hier, vind ik het verhaal van de VVD volstrekt
ongeloofwaardig.
De heer Erkens (VVD):
Ik vind dit zo'n flauwekul. Ik vind dit zo'n flauwekul. Wat ik heb
gezegd, is het volgende. Wij zijn op koers om 49% reductie te halen. Dat
is geen 55%, maar het is wel 90% van de voorgenomen ambities. Het
doemdenken dat er niks gebeurt, dat Nederland niet verduurzaamt, is
gewoon echt flauwekul. Ten tweede is er geen land in de wereld dat
vervuiling op de industrie meer belast dan Nederland, geen land in de
wereld. De Europese Unie heeft de hoogste CO2-belasting van
de hele wereld. Nederland heeft als enige Europese land daarbovenop een
nationale CO2-heffing. Dat is dus meer dan elk ander land in
de wereld. Die flauwekul dat de industrie niet zou betalen voor
vervuiling, daar hebben we helemaal niks aan. Het probleem op dit moment
is dat er geen afspraak van de grond komt omdat er geen infrastructuur
aangelegd wordt, er geen aansluiting op het stroomnet is en ga zo maar
door. Dat gaan wij oplossen. Ik vind het heel leuk om met elkaar in een
echokamer te doen alsof de industrie niet betaalt en er niks gebeurt,
maar het zijn niet de feiten.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
Ik heb eigenlijk een vraag over iets dat ik miste in het betoog van de
heer Erkens. Hij had het een aantal keren over investeringszekerheid,
dus dat er geen zwabberend beleid moet zijn voor de industrie. Daar ben
ik het mee eens. Daar kunnen we elkaar de hand schudden. Wat je naast
investeringszekerheid voor de industrie ook zou moeten hebben, is in
mijn optiek zekerheid voor investeren in groen geld, dus groen beleggen.
Daar heb ik een vraag over. Dit kabinet zegt: wij willen eigenlijk dat
private investeerders zo veel mogelijk die duurzame innovaties gaan
betalen. Tegelijkertijd stelt dit kabinet ook een halvering voor van de
fiscale vrijstelling voor groen beleggen, al in 2025. Het gaat van
70.000 naar 30.000: meer dan een halvering. Nu wil ik een voorstel doen.
Dat ga ik indienen bij het Belastingplan, maar ik vraag het hier, omdat
het eigenlijk gaat over het bestrijden van de klimaatcrisis. Ik wil een
voorstel doen om die halvering terug te draaien, omdat bij groen
investeren ook groen beleggen hoort. Mijn vraag is of de VVD dat ook zo
ziet en ervoor openstaat om groen beleggen te stimuleren.
De heer Erkens (VVD):
Groen beleggen is volgens mij heel goed. Ik weet niet of deze fiscale
maatregel de meest effectieve is om je geld aan uit te geven, maar ik
zal er met een open vizier naar kijken als het langskomt. Ik vind het
heel moeilijk om te zeggen of dit de meest effectieve maatregel is en
welke dekking erbij hoort. Zo werkt het natuurlijk ook. Maar ik zal er
zeker inhoudelijk naar kijken en met mijn collega die het Belastingplan
doet het gesprek erover aangaan.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
Ik snap uiteraard dat je geen ja kunt zeggen tegen iets dat je niet
gezien hebt. Maar ik stel de vraag vooral omdat de VVD daar eerder een
tegenstander van was. In 2023 heeft de VVD zelf voorgesteld om dit te
halveren. Nu zien we dat de RVO, de Rijksdienst voor Ondernemend
Nederland, zelf zegt in een onderzoeksrapport dat net is uitgekomen: wij
zien dat fossiel investeren, in fossiele fondsen, toeneemt en dat groen
beleggen het aflegt. Ik hoop dat met deze nieuwe informatie en het
betoog van de heer Erkens zelf dat investeringszekerheid ervoor gaat
zorgen dat de maatschappij zelf gaat vergroenen, de VVD anders kijkt
naar wat we moeten en kunnen doen voor dat groene beleggen.
De heer Erkens (VVD):
Er zit een valide zorg in het betoog van mevrouw Koekkoek. Volgens mij
is ons beleid de laatste jaren te veel gericht op subsidiëring in een
bepaalde mate. Daarbij zien we dat tegelijkertijd de investeringen nog
steeds niet loskomen, omdat private partijen zeggen: ik heb nog steeds
geen investeringszekerheid en ik kan mijn businesscase niet rondkrijgen
omdat ik misschien niet weet hoeveel subsidie ik krijg, hoe de markt
zich gaat ontwikkelen en ga maar door. Vaak zit heel veel meer in het
rondkrijgen van die businesscase, in die investeringszekerheid, in de
markt en heldere wet- en regelgeving. Dat punt deel ik. Daarom stelde ik
mijn vraag over de energie-investeringsaftrek. We zien dat het
rendement, het geld dat de overheid eraan kwijt is, zorgt voor een
private investering van een factor van volgens mij twaalf ten opzichte
van de aftrekpost. Dat is een heel stuk meer dan bij heel veel
subsidie-instrumenten die we inzetten. Daar globaal en breder naar
kijken, lijkt me verstandig.
Mevrouw Beckerman (SP):
Ook als je blind bent kun je zien dat er in de coalitie de komende
maanden wat dit betreft een groot probleem zal ontstaan. Dat zullen vast
gezellige onderhandelingen zijn, maar ik sta hier eigenlijk om te kijken
wat vandaag nog mogelijk is. Eén uur voordat dit debat begon, kregen we
nog een brief over de aanpak van energiearmoede. In het afgelopen jaar
is de energiearmoede weer toegenomen. Het kabinet moet nog meer
klimaatmaatregelen nemen en er zitten mensen in energiearmoede. Je zou
denken: dat is een win-win; we gaan dus extra geld uittrekken om de
slechtste woningen te verbeteren. Maar wat zagen we nou in die brief?
Niks! Sterker nog, het geld om die woningen aan te pakken, wordt
misschien wel twee jaar later uitgegeven. Ik sta hier met een heel
concrete vraag. De VVD heeft een probleem, het kabinet heeft een
probleem, we halen de doelen niet. Waarom dan niet vandaag al zeggen: we
gaan extra geld uittrekken, juist voor het versneld verbeteren van
slechtere woningen?
De heer Erkens (VVD):
Ik heb de brief die één uur voor het debat uitkwam, niet gelezen. Het
was voor mij wel heel erg last minute om die nog tot mij te nemen.
Volgens mij gaat het erom dat energiebesparing een route is die zowel
voor CO2-reductie zorgt als voor een meer betaalbare
energierekening. Ik schaar mij dus achter de opmerking van mevrouw
Beckerman dat we daar meer aan moeten doen. Ik stel daar dadelijk zelf
een aantal vragen over. De vraag wat volgend jaar uitvoerbaar is en
waarvoor je budget beschikbaar moet stellen, vind ik een vraag die de
minister morgen moet beantwoorden. Ik sluit mij in ieder geval aan bij
de vraag of er wat dat betreft meer kan gebeuren. Ik denk dat
energiebesparing precies zo'n domein zal zijn waar heel veel partijen in
deze Kamer, van links tot rechts, zich in kunnen vinden en waar ook nog
eens CO2-reductie aan gekoppeld kan worden.
Mevrouw Beckerman (SP):
Nou, dit is echt een serieus antwoord.
De heer Erkens (VVD):
Had u dat niet verwacht?
Mevrouw Beckerman (SP):
Nee, nou ja goed, toen we de vraag aan de PVV stelden, begonnen ze
hysterisch wat te roepen over asielzoekers, want er was geen serieus
antwoord nodig. Hier is dus in ieder geval met de VVD over te spreken.
Ik denk wel echt dat dit heel hard nodig is, want die doorwaaiwoningen
zitten vaak nog vol met gebreken. Het hebben van enkelglas is wettelijk
gezien nog steeds geen gebrek. Maar er zijn ook mensen die echt gewoon
nu al de wind door het huis voelen waaien, terwijl de herfst pas net
echt is begonnen. Kijk, het is altijd een makkelijk truc om te zeggen:
die brief heb ik niet gelezen, ik kijk morgen wel even naar het antwoord
van het kabinet. We zien dat er in deze begroting nog ruimte zit. Is de
VVD serieus bereid om te kijken of we nog extra geld kunnen vrijmaken
voor kleinere en grotere stappen om huizen sneller aan te pakken?
De heer Erkens (VVD):
Nogmaals, ik kom dadelijk in mijn betoog nog terug op energiebesparing.
Daar heb ik een heel stuk over opgenomen. Ik ben altijd bereid om
serieus naar voorstellen te kijken. Ik kan uiteraard geen carte blanche
geven over hoe groot het allemaal is en welke dekking voor iedereen
acceptabel is. Ik ga dadelijk wel zelf in mijn inbreng zeggen dat ik dit
een belangrijk onderwerp vind. Het zou dan wel heel gek zijn als ik niet
bereid zou zijn daar met mevrouw Beckerman naar te kijken.
De voorzitter:
Mevrouw Kröger. Doet de microfoon het niet?
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
Jawel, maar ik ben te klein.
De VVD heeft een serieus probleem en dat wordt nu toch wel heel erg
duidelijk. Er is een heel groot gat. De heer Erkens kan dat verdoezelen
door te praten over de 90% die wel gehaald is, maar de Klimaat- en
Energieverkenning is best wel helder. Er is 5% kans dat de doelen
gehaald worden. Er is een gat van 24 megaton. De heer Erkens zegt dan:
we hebben zo veel op de plank liggen. Het geagendeerde beleid waarvoor
een inschatting kon worden gemaakt, levert per saldo nauwelijks extra
emissiereductie op. Er moet dus meer gebeuren, en dan zijn er twee
routes. De heer Bontenbal vroeg er net al naar. Eén route is: beleid dat
het vorige kabinet bedacht had, maar niet meer mocht, tóch weer op de
kaart zetten. Of je moet iets anders gaan doen. Is het dan in het domein
"iets anders" een optie om het geld dat bestemd is voor maatregelen die
überhaupt pas na 2030 effect hebben, naar voren te trekken, zodat nú
dingen kunnen worden gedaan die echt helpen, zoals bijvoorbeeld een
grootschalige isolatie van de huizen van mensen in energiearmoede?
De heer Erkens (VVD):
Mevrouw Kröger spreekt trouwens continu van 24 megaton. Het PBL gaf een
bandbreedte aan: 24 megaton is de bovenkant van die bandbreedte. Dat ten
eerste. Ten tweede: het klimaatbeleid na 2030 is ook nodig, want ook als
we doelen zouden halen, zouden we in 2030 niet klaar zijn. De VVD
gelooft dat we die eindstreep zonder kernenergie niet gaan halen.
Volgens mij zag ik in alle amendementen van mevrouw Kröger dat er
dekking kwam uit het perceel kernenergie. Dat had ik ook verwacht. Die
dekking vindt de VVD wat minder leuk. Maar wat zij net zei, is ten dele
terecht: veel geagendeerd beleid kan nog niet doorgerekend worden, omdat
het ook nog niet concreet gemaakt is. Maar we weten wel degelijk dat in
het Voorjaarsnotapakket van 2023 een heleboel zaken zaten die wel tot
meer kunnen leiden, als deze minister de turbo erop zet, het gaat
uitwerken en naar de Kamer stuurt. Ten tweede gaat het inderdaad ook om
het bedenken met elkaar van nieuw beleid. We hebben een aantal
maatregelen afgeschaft; dat staat in het akkoord. Maar het is aan de
minister en aan het kabinet om dan ook nieuwe maatregelen te gaan
bedenken, en wij als Kamer zullen haar daar uiteraard kritisch aan
houden. Ik doe een aantal suggesties in mijn eigen inbreng, u doet een
aantal suggesties. Mij lijkt het logisch dat het kabinet die meeneemt en
uitwerkt in de komende maanden.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
Als ik minister was, zou ik toch niet met een heel gerust hart daar in
vak K zitten. Want de rugdekking die je dan krijgt vanuit een coalitie,
is toch wel minimaal, met twee partijen die zeggen "we gaan nog weleens
zien of we extra maatregelen zien zitten", wat helemaal niet is gezegd,
en de VVD die hier eigenlijk de deur dichtzet naar maatregelen waarvan
we weten dat ze nodig zijn, en die toch weer opnieuw invoeren. De heer
Bontenbal zegt het niet voor niets: zonder die maatregelen die nu
afgeschaft zijn, wordt het onwaarschijnlijk moeilijk om het nog te
halen. Dus welke stevigheid geeft de VVD haar eigen minister nou om deze
maanden in te gaan? Of zadelt de VVD de minister gewoon op met een
gigantisch politiek probleem, waar we met z'n allen weer naar gaan
zitten kijken, net zoals bij de asielcrisis?
De heer Erkens (VVD):
Ik ben daar wat minder pessimistisch over. Het kabinet, met de
bewindspersonen van alle vier de partijen, heeft al aangekondigd een
alternatief pakket uit te werken, dat dit voorjaar komt. Dus alle vier
de partijen hebben daarmee ingestemd. En volgens mij krijgt de minister
ontzettend veel rugdekking vanuit deze Kamer, als ik het zo hoor. Dus ik
heb er vertrouwen in.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Toch een vervolgvraag daarop. Bij het uitkomen van de KEV zagen we
meteen dat BBB allemaal dingen ging verspreiden in de media waardoor het
onduidelijk is of zij nou die doelen willen halen. Ik weet niet hoe boos
de heer Erkens is geweest in de groepsapp — ik ben heel benieuwd.
Vervolgens stel ik hem hier in de Kamer vragen en zet hij nog steeds
niet recht of hij wel of niet voor die doelen staat. De PVV stel ik
dezelfde vraag, maar die geeft überhaupt nergens antwoord op. Mijn vraag
is dus: wat vindt de heer Erkens van dit gedrag van deze
coalitiepartijen van collega-ministers die steeds met ondermijnende
plannetjes komen richting deze minister?
De heer Erkens (VVD):
Ik ga hier geen politieke vlek maken met elkaar. Wat ik gewoon ga zeggen
hierop is dat het kabinet heeft ingestemd met dat er een extra pakket
komt. Daar hebben alle vier de partijen bij gezeten, en die zijn daarmee
akkoord gegaan. Deze brief is naar de Kamer gestuurd. En het
hoofdlijnenakkoord, tja, daar heeft iedereen zich aan te houden. Dus
vandaar dat ik ook zeg tegen mevrouw Kröger en de heer Bontenbal: ik ga
niet praten over maatregelen die wij afschaffen om die dan weer in te
voeren, maar dan verwacht ik andersom van de collega's uiteraard dat we
ook weer doelen gaan waarmaken met elkaar. En nogmaals, het gaat niet om
doelen op zich. Het gaat erom dat we met elkaar Nederland
energieonafhankelijker maken, schonere lucht krijgen in onze steden en
in onze gebieden. Het gaat om het verdienvermogen van Nederland
versterken in de komende jaren. Daar gaat het om. En we zien het doel
als graadmeter voor of we daar voldoende aan doen. En we zien dat er nog
een stapje bij moet.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Dan hoor ik de VVD zeggen dat zij in ieder geval hun best blijven doen
om die andere partijen te houden aan de afspraken die zij met elkaar
hebben gemaakt. Ik heb twee voorstellen gedaan om hen te helpen. Het
eerste is om te komen met een kerstpakket van klimaatmaatregelen, en
niet te wachten tot 1 mei om dan ineens met iets te komen, maar om het
eerder te doen, zodat we er in de Kamer ook over kunnen spreken. Het
tweede is om te komen met een klimaatdekking. Dus dat op het moment dat
collega-ministers met uitstootgevende nieuwe plannetjes komen, ze dan
ook een alternatief moeten presenteren om de uitstoot te verlagen. Kan
de VVD deze voorstellen steunen?
De heer Erkens (VVD):
Onder Rutte IV heb ik dezelfde discussie gehad. Ik vind het vrij gek als
je per beleidsmaatregel ook alle klimaatimpact inzichtelijk maakt en
daar alternatief beleid tegenover moet stellen. Volgens mij moet je het
juist integraal bekijken via de besluitvorming van de Klimaatwet. Dus
dat zou ik vrij gek vinden. Het extra klimaatpakket dat we voor 2023
maakten, was ook richting het voorjaar. Ik kan me nog een debat
herinneren met de heer Jetten, die toen in vak K zat, waarin mevrouw
Kröger ook zei: het moet voor de kerst; het moet sneller, we kunnen niet
tot het voorjaar wachten. Toen zei de heer Jetten dat dit wel de manier
is waarop de cyclus werkt, ook in de Klimaatwet. Wij houden ons nu dus
aan diezelfde cyclus. Ik denk wel — daar heb ik net ook naar gevraagd
bij de minister — dat veel staand beleid dat geen nieuwe besluitvorming
vergt maar nog niet uitgewerkt is, eerder zou kunnen worden uitgevoerd.
Dus je kunt wel aan de slag gaan. Je hoeft niet te wachten met het
uitvoeren van een heleboel maatregelen die eigenlijk al op de plank
liggen. Ga daar dus wel mee aan de slag.
De heer Van Houwelingen (FVD):
Veel van het beleid waar we het nu over hebben — wat ons betreft is het
draconisch beleid — is natuurlijk gebaseerd op de aanname dat er sprake
zou zijn van een klimaatcrisis. Is de VVD nou van mening dat er sprake
is van een klimaatcrisis en, zo ja, waaruit blijkt dan dat de
klimaatverandering, die er inderdaad is, op dit moment gevaarlijk
is?
De heer Erkens (VVD):
Ik zou het andersom willen zeggen tegen Forum voor Democratie. Zelfs als
je niet zou geloven in klimaatverandering, zijn heel veel van de
maatregelen die wij met elkaar nemen nog steeds ontzettend verstandig.
We worden energieonafhankelijker zodat we geen energie meer importeren
uit onvrije landen, we zorgen voor een schonere lucht die we inademen,
met minder vervuilende stoffen, waardoor we met elkaar langer leven én
we werken aan nieuwe industrieën van de toekomst. Zelfs een land als
China — volgens mij kunnen we dat niet wegzetten als een land dat
ontzettend veel met klimaatbeleid bezig is — doet nu wel heel veel en
heeft juist nieuwe industrieën opgebouwd waarmee het geld verdient. Ik
noem elektrische auto's, batterijen en ga zo maar door. Ik zou het dus
andersom willen zeggen: volgens mij zijn heel veel van de maatregelen
die we nemen om Nederland te verduurzamen eigenlijk ook best goed voor
Forum voor Democratie.
De heer Van Houwelingen (FVD):
Dat is natuurlijk niet echt een antwoord op mijn vraag. Daar denken wij
uiteraard heel anders over. Dat zal ik straks ook in mijn betoog zeggen.
We zien juist — dat moet de heer Erkens toch met mij eens zijn en we
hebben het al vaker opgemerkt — dat de industrie niet alleen Nederland,
maar heel Europa verlaat. China heeft nu natuurlijk een enorm voordeel
omdat ze tot 2030 überhaupt niet aan die afspraken zijn gebonden. Voor
Amerika zal straks hetzelfde gelden, want Trump gaat zeker dat
Parijsakkoord weer opzeggen. Maar oké, hier zijn wij het dus echt niet
over eens. Dan stel ik toch weer mijn vraag, want ik vind het een hele
belangrijke vraag: is de VVD nou wel of niet van mening dat er sprake is
van een klimaatcrisis en, zo ja, waaruit blijkt nou op dit moment dat de
klimaatverandering, die er inderdaad is, gevaarlijk zou zijn?
De heer Erkens (VVD):
Volgens mij liggen er honderdduizenden pagina's aan wetenschappelijke
papers die dit aantonen.
De heer Van Houwelingen (FVD):
Dat is toch een beetje teleurstellend. Ik ga nog even in op het IPCC.
Wij hechten niet heel veel waarde aan dat IPCC, omdat dat eigenlijk een
club van activisten is, maar ik vermoed dat de heer Erkens dat wel doet;
het IPCC is toch hét instituut. Als je het laatste rapport, van 2021,
goed leest — dat heeft de heer Erkens vast gedaan — zegt het IPCC zelf
dus dat er geen sprake is van meer orkanen, van meer droogte of van meer
overstromingen. Dus zelfs het IPCC, het instituut dat de ultieme
autoriteit op dit gebied zou zijn, zegt dat, als je goed het rapport
leest. Dus nogmaals mijn vraag: waaruit blijkt nou op dit moment dat er
sprake zou zijn van een klimaatcrisis?
De heer Erkens (VVD):
Ik kan mijn collega aanraden het rapport opnieuw te lezen, want dat
staat er wel degelijk in.
De voorzitter:
Dit wordt uw laatste interruptie.
De heer Van Houwelingen (FVD):
Dit wordt een welles-nietesverhaal. Het staat dus heel duidelijk in het
rapport dat dat niet het geval is, als u het rapport goed zou lezen. We
dienen daar straks ook een motie over in.
Dan tot slot, want dat is eigenlijk de belangrijkste vraag die nu
voorligt: we zien dat de industrie Nederland verlaat. Dat zei ik net al.
Je zou toch denken dat dat de VVD ook aan het hart zou moeten gaan. We
zien dat "Groene Groei" eigenlijk "Groene Krimp" betekent. We zien
degrowth. We zien echt dat we onze welvaart het land uit duwen. Dat is
wat we op dit moment aan het doen zijn door dit absurde beleid. Vindt de
VVD, zelfs als je meegaat in die klimaatwaanzin, wat het is in onze
ogen, dit nou een verstandige politieke afweging? Ik ken de VVD als de
partij die voor de industrie en voor het bedrijfsleven is. U moet toch
ook die noodsignalen krijgen die wij krijgen. Gaan we hier niet veel te
ver in mee en in door? Is de VVD daar bezorgd over? Denkt de VVD: "Dat
komt wel goed. We geven onze welvaart straks weg aan China en Amerika en
dan verarmen we hier maar in Europa. Dat moeten we maar doen om die
0,000036 graden te winnen"? Is dat hoe de VVD daartegen aankijkt?
De heer Erkens (VVD):
Nee, dat is niet hoe de VVD ertegen aankijkt. Mijn volgende blokje gaat
over de energieprijzen in Europa en in Nederland. Die zijn veel te hoog.
We moeten er volgens mij ook voor zorgen dat het klimaatbeleid en de
investeringen die we doen ervoor gaan zorgen dat de industrie kan
blijven concurreren met de rest van de wereld. Dat is steeds minder het
geval. Dat heeft trouwens niet alleen te maken met
verduurzamingsmaatregelen — wel ten dele, trouwens; ik ga dadelijk ook
in op wat je daaraan kan doen — maar het heeft ook te maken met het feit
dat wij eigenlijk geen energie meer produceren op ons continent. We
importeren energie uit andere continenten. We importeren duur lng en
schaliegas uit de VS, indirect ook nog steeds lng uit Rusland via India,
dat dan omgekat wordt in andere containerschepen, en olie uit het
Midden-Oosten. Zo vertrekt er wel wat uit ons continent. Een
onafhankelijker energiesysteem, wat ons betreft met hernieuwbare energie
en ook kernenergie, zal ervoor zorgen dat we op termijn weer grip
krijgen op de energieprijzen in Europa en de industrie kunnen houden.
Maar we moeten wel zorgen dat de industrie die transitie kan meemaken.
Daar heb ik een aantal voorstellen voor, waar Forum voor Democratie vast
constructief naar zal kijken. Ik zie geknik.
De voorzitter:
De heer Erkens vervolgt zijn betoog.
De heer Erkens (VVD):
Voorzitter. Dan door naar het onderwerp energieprijzen. De VVD maakt
zich hier ernstig zorgen over. De Europese energieprijzen lopen sinds
het wegvallen van goedkoop Russisch gas volledig uit de pas met de
energieprijzen in de rest van de wereld. De Nederlandse energieprijzen
zijn in vergelijking met de rest van Europa nog hoger, met name de
stroomprijzen. We zijn daarmee knettergek, aangezien we hiermee de basis
van onze welvaart aan het slopen zijn. Daarnaast leidt het ertoe dat
bedrijven en huishoudens minder geld overhouden om te investeren in
verduurzaming of andere belangrijke zaken. Het is slecht voor het
klimaat en voor de portemonnee.
Een van de belangrijkste oorzaken van de stijgende energieprijzen zijn
de hoge nettarieven. De hoge nettarieven doen pijn bij onze huishoudens,
maar die doen extra pijn bij de Nederlandse energie-intensieve
industrie, aangezien die de businesscase slopen voor elektrificatie en
het gelijke speelveld al verdwenen is door het afschaffen van
verschillende compensatieregelingen. Door links werden de fossiele
subsidies genoemd, maar het heeft nu met name geëlektrificeerde
bedrijven geraakt. Wat de VVD betreft komt de minister in het voorjaar
met voorstellen voor hoe ze de nettarieven de komende jaren gaat
verlagen, zodat verduurzaming weer loont. Pleisters plakken helpt niet
meer. We hebben een langjarige oplossing nodig voor de oplopende
nettarieven. Graag een reactie van de minister, zodat elektrificatie
meer loont.
Voorzitter. Daarnaast wil ik dat we in de jaarlijkse Energienota — dank
aan de ambtenaren voor de eerste versie daarvan — gaan rapporteren over
de energiekosten in Nederland, Europa en de wereld en hoe we dat de
komende jaren meer in balans gaan brengen met elkaar. Is de minister
bereid dit toe te zeggen? Kan er ook een doel komen voor de verlaging
van de elektriciteitskosten de komende jaren, met bijbehorende plannen?
Een dergelijk doel zou misschien ook Europees gesteld kunnen worden, in
de nieuwe Commissie in Europa, omdat industriebeleid ook daarin
belangrijker wordt, zodat we het gelijke speelveld met de rest van de
wereld kunnen herstellen en de industrie in Europa kunnen houden. Graag
een reactie.
Voorzitter. Ik refereerde er net al aan: wat kan er gedaan worden om
bedrijven en huishoudens verder te helpen met energiebesparing? Energie
die niet wordt gebruikt, hoeft immers ook niet te worden betaald. Er
geldt al een energiebesparingsplicht. Helpt het om die strenger te
handhaven? Hoeveel ruimte is er nog voor innovatie en voor het helpen
van bedrijven via bijvoorbeeld een koplopersprogramma, waarbij de meest
innovatieve voorstellen ook op steun van de overheid kunnen rekenen,
zoals in Japan is gedaan? Daar heeft men een ontzettend effectief beleid
voor energiebesparing. Is de minister bereid om volgend jaar ook extra
maatregelen op het gebied van energiebesparing uit te werken, zodat we
sneller onafhankelijker worden op energiegebied en minder geld kwijt
zijn aan energie? Dat wisselde ik net al uit met mevrouw Beckerman in
een interruptiedebatje.
Kernenergie helpt om ook op de lange termijn energieprijzen stabiel te
krijgen en omlaag te krijgen. Voor de nieuwe kerncentrales zal het de
komende jaren aankomen op de uitvoering. De VVD zegt al jaren dat het
voor de bouw van nieuwe centrales nodig zal zijn om een staatsdeelneming
op te zetten. Er wordt maar geen knoop doorgehakt, terwijl al bijna drie
jaar bezig zijn met elkaar. Er is al meer dan 300 miljoen uitgegeven aan
het kernenergieperceel, aan onderzoek en studies, maar concrete
besluiten liggen er nog niet. Die deelneming moet op gepaste afstand van
het ministerie komen te staan, met zelfstandige bevoegdheden, en daar
moet in ieder geval kennis zijn van projectmanagement van grote
infrastructurele projecten. Ook moet daar diepgaande financiële kennis
zijn, gezien de omvangrijke contractwaardes van de bouw van nieuwe
kerncentrales. Wanneer gaat de minister een knoop doorhakken over de
opzet van een staatsdeelneming en de vormgeving daarvan?
Voorzitter. Als laatste onze economische ontwikkelingen. De
energietransitie biedt veel kansen voor Nederland en voor onze economie.
Ik hoor graag van de minister hoe zij deze kansen gaat pakken. Welke
instrumenten zijn erop gericht om hier een nieuwe, duurzame industrie op
te bouwen? Hoe zorgen we ervoor dat Nederlandse bedrijven kunnen
profiteren van investeringen die de overheid doet voor de
energietransitie? Als bijvoorbeeld het stroomnet de aankomende jaren
wordt verzwaard, welk percentage daarvan willen we dan dat de
Nederlandse industrie realiseert? Het gaat om ruim 8 miljard euro per
jaar. Hoe zorgen we dat de waterstofgelden tot een lokale maakindustrie
op het gebied van elektrolyses gaan leiden? Het opbouwen van een nieuwe,
groene industrie en economie zal ook vergen dat er keuzes gemaakt
worden: welke sectoren willen we hier opbouwen? Welke sectoren ziet de
minister als grootste kanshebbers, gezien het beleid dat dit kabinet
voornemens is? Hoe kijkt de minister bijvoorbeeld naar het concept van
Asbeter?
Wat de VVD betreft moet er in ieder geval ook ingezet worden op het
uitbouwen van een industrie voor kleine kerncentrales, SMR's. Daarom heb
ik hiervoor maandag, samen met collega Bontenbal, een actieplan
gepresenteerd. Minister Jetten leunde nog achterover in Europa en wilde
vooral andere landen volgen. Hij was ook pessimistisch over de
realisatiedatum. Hij zei: op zijn vroegst in 2040. Als het aan de VVD en
het CDA ligt, gebeurt dat eerder. We zien in Amerika dat bedrijven als
Amazon en Google zich richten op begin jaren dertig, en we kunnen toch
niet zeggen dat dit soort bedrijven niet zouden kijken naar de
haalbaarheid en of het financieel rond te rekenen valt. Het zijn
bedrijven met grote kennis. Het lijkt mij heel gek als ze hierop
inzetten als het niet mogelijk blijkt te zijn. Dit is goed voor de
CO2-reductie en een belangrijke kans voor de Nederlandse
maakindustrie. In het plan stellen we daarom als doel om niet naar 2040
te kijken, maar naar 2035 of kort daarna om een SMR in Nederland te
bouwen. We hebben Dow Chemical bereid gevonden om naar voren te stappen
en die handschoen op te pakken. Dat is een doorbraak, want daarmee
kunnen we concreet kijken of het in Nederland kan slagen.
Daarnaast roepen we op tot investeringen in onderzoek en innovatie, het
vormen van een Europese kopgroep, een stevige inzet op nucleaire
industriepolitiek en een eigen nucleaire industrie in Nederland, met
bevriende landen in Europa. Graag zien we dan ook dat deze plannen
onderdeel worden van de SMR-strategie van Nederland en dat deze
strategie in de eerste helft van 2025 naar de Kamer gestuurd wordt.
Hiervoor zijn in het hoofdlijnenakkoord immers al forse middelen
beschikbaar gesteld. Graag een reactie van de minister: is zij daartoe
bereid en wil zij deze plannen overnemen?
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Hartelijk dank voor uw inbreng. We gaan door met de volgende spreker.
Dat is de heer Bontenbal. Hij spreekt namens het CDA.
De heer Bontenbal (CDA):
Voorzitter. De afgelopen decennia is ons collectieve denken en handelen
vertroebeld geraakt door kortetermijndenken. We hebben als land en ook
als Europa verzuimd genoeg te investeren in een land en continent dat
met vertrouwen de toekomst in kan gaan. Liever kozen we, en kiezen we
nog steeds vaak, voor consumptie op de korte termijn in plaats van
investeren in de lange termijn. Nu worden we geconfronteerd met die
kortzichtigheid. We hebben een tekort aan woningen, een falend
asielsysteem, een Europa dat niet genoeg is opgewassen tegen Rusland en
China, een economie die qua innovatie en concurrentiekracht achterblijft
en een klimaatbeleid dat tekortschiet.
Voorzitter. Het klimaatprobleem is niet kleiner geworden, integendeel.
Als ik lees dat een deel van de warme Golfstroom de komende decennia
dreigt stil te vallen en dat op me laat inwerken, dan slaat de schrik me
om het hart. Het klimaatbeleid van het nieuwe kabinet staat daarmee in
schril contrast. Verschillende maatregelen zijn geschrapt en iedereen
die redelijk is ingevoerd in het klimaatbeleid weet dat de Nederlandse
doelen voor 2030 hiermee uit zicht raken. Er is ook geen geloofwaardig
aanvullend pakket in het voorjaar denkbaar dat hier iets aan verandert.
Het meest onverstandige vindt mijn fractie het schrappen van de
verplichting van een hybride warmtepomp bij het vervangen van een
gasketel. De spookverhalen hebben wat ons betreft gewonnen. We vinden
het ook voor de consument een slechte keuze. Het slechtste wat we voor
het bedrijfsleven kunnen doen, is steeds wisselen van klimaatbeleid. Dat
is precies wat we nu aan het doen zijn. Ik zeg daarmee niet tegen deze
coalitie dat alle wijzigingen in het beleid slecht zijn, want ja, we
moeten meer oog hebben voor de betaalbaarheid van de energierekening van
de huishoudens. Ja, verduurzaming moet betaalbaar zijn voor iedereen en
mag geen elitefeestje zijn. Ja, het bedrijfsleven en vooral de industrie
hebben het moeilijk met hoge energiekosten en nettarieven. Daar moeten
we inderdaad wat aan doen, maar laten we ook eerlijk zijn over de
hindernissen in de energietransitie waar we al langer tegen aanlopen.
Die zijn niet pas begonnen bij het aantreden van minister Hermans. Ik
denk dan aan het probleem op het gebied van netcongestie, maar zeker ook
aan de problemen in de industrie.
Voorzitter. Mijn belangrijkste vraag aan deze minister is: vanuit welke
visie geeft het kabinet het beleid vorm? Hoe bouwen we ondanks
tegenslagen aan een hoopvol klimaatbeleid? Ik wil een aantal bouwstenen
meegeven.
Allereerst moeten we echt Europees gaan denken. Dat doen we nog niet
genoeg. Het energiebeleid van lidstaten is te verschillend. Nederland
loopt zodanig uit de pas dat het voor onze industrie echt moeilijker is
dan in de rest van Europa. Ik denk dan aan energiekosten en nettarieven.
Lidstaten zouden elkaar niet moeten beconcurreren in Europa.
Ten tweede zullen we klimaat, geopolitiek en een gezonde economie nog
beter aan elkaar moeten verbinden. We moeten dus doorgaan met de groene
industriepolitiek, maar wel met een Europese focus. Hier ligt een
belangrijke opdracht voor de Europese Commissie, en ook voor de
Eurocommissaris, voeg ik daar even aan toe. Het is hierbij ook
belangrijk het Draghi-rapport te noemen. Hoe gaat de minister met de
inzichten van dit rapport aan de slag in het Nederlandse energie- en
klimaatbeleid? Misschien is het ook handig om daar in een brief op te
reageren. Dit betekent dat we ook een "made in Europe"-strategie moeten
ontwikkelen, waarin we onze auto's, zonnecellen, batterijen en andere
spullen in Europa produceren en kopen.
Voorzitter. Ik heb nog een paar vragen aan de minister. Eén. Het CDA
heeft met GroenLinks-PvdA en ChristenUnie amendementen ingediend om 5
miljard uit het Klimaatfonds te reserveren voor de verduurzaming van de
agrarische sector. Het CDA wil de agrarische sector niet laten stikken.
Hoe kijkt de minister naar dit amendement? De reden waarom de agrarische
sector onder het vorige kabinet geen aanspraak kon maken op het
Klimaatfonds, was dat de sector daar het transitiefonds voor kon
gebruiken. Dat was de afspraak. Maar de BBB heeft het transitiefonds
weggestreept. Er is dus geen geld meer voor de verduurzaming van die
sector. Dat is gewoon een feit, terwijl de doelen blijven staan. Dat is
gewoon heel pijnlijk voor die sector. Wij proberen met het amendement
eigenlijk een handreiking richting de coalitie te doen. Ik zou
verwachten dat daar dan ook wat beweging zou komen.
Mijn tweede vraag is: hoe zou de opbouw van een nieuw energiesysteem
eruitzien als we uitvoerbaarheid als uitgangspunt zouden gaan nemen? Er
is net ook al discussie geweest over de doelen, maar stel nu dat we de
focus zouden leggen op uitvoerbaarheid: op wat voor energiesysteem
zouden we dan uitkomen?
Drie. Als we nu al weten dat het beleid van dit kabinet niet voldoende
zal zijn om de doelen te halen, waarom passen we de doelstelling dan
niet aan aan het Europese doel dat Nederland is meegegeven? Volgens mij
is dat de enige logische conclusie op basis van wat het kabinet
doet.
Vier. Gelooft dit kabinet nog in de maatwerkafspraken? Hoe gaan we
hiermee door?
Vijf. Gaat de minister ook iets doen aan de hoge energiekosten voor de
industrie?
Zes. Tot slot: zou het niet verstandig zijn om veel meer te investeren
in onderzoek en innovatie? Liggen daar niet de kansen voor Nederland om
echt iets te doen aan het mondiale klimaatprobleem?
Ik neem aan dat er een paar interrupties zijn. Collega Erkens, u heeft
misschien nog wat interrupties.
De voorzitter:
Nee.
De heer Bontenbal (CDA):
Jammer. Ik probeerde extra spreektijd binnen te hengelen.
De voorzitter:
Het werkt, want de heer Erkens komt toch naar voren.
De heer Erkens (VVD):
Eén vraag. De heer Bontenbal ging volgens mij terecht in op de hoge
energiekosten voor de industrie, in Europa maar ook in Nederland. Nu
loopt er volgens mij een ibo nettarieven. Dat heeft het vorige kabinet
nog uitgezet. Het gaat naar het voorjaar. Welke oplossingen zouden wat
de heer Bontenbal betreft noodzakelijk zijn om het gelijke speelveld
deels te herstellen in Nederland? Zoals ik net ook zei: het afschaffen
van een aantal van die fiscale regelingen — door sommigen fossiele
subsidies genoemd — hebben het gelijke speelveld ook weggeslagen.
De heer Bontenbal (CDA):
Ja, helemaal terecht. Wij waren volgens mij de enige twee in de Kamer,
samen overigens met broeder Grinwis denk ik, die ook steeds meedeed, die
begonnen over de IKC. Die moest en zou gekild worden. Dat is gebeurd en
vervolgens stond de industrie op achterstand. Ik denk dat we er niet aan
ontkomen om een inventarisatie te maken van wat alle omliggende
lidstaten aan energiekosten en nettarieven betalen. Dan zul je heel snel
zien — daar heb je maar één Excelsheet voor nodig — dat we gigantisch
uit de pas lopen. Ik vind dat Europa stevig Europees klimaatbeleid moet
voeren, groene industriepolitiek, maar wij moeten in Europa stoppen met
elkaar als lidstaten te beconcurreren. Dat is wat we nu doen. We moeten
één vuist vormen tegenover de rest van de wereld. Maar Rotterdam moet
niet concurreren met Antwerpen of met het Ruhrgebied. Volgens mij moeten
we een keer echt overstappen naar Europees klimaatbeleid. Dat is wat ons
nu te doen staat. Ik denk dat dit kabinet de kans heeft om dat te
doen.
De heer Erkens (VVD):
Dan zou mijn vraag zijn wat dat dan concreet betekent. Ik ben het er
inderdaad mee eens: het liefste heb je dat je als Europa inzet op een
gelijk speelveld met de rest van de wereld voor je industrie. Op dit
moment loopt Nederland ook uit de pas met de rest van Europa. Wat
betekent dit dan voor Nederland?
De heer Bontenbal (CDA):
Voor Nederland betekent het heel simpel dat je de nettarieven niet meer
op dezelfde manier kunt verrekenen waarop we dat nu doen. Linksom of
rechtsom komt dat ergens vandaan. Het gaat om veel geld en dus moet je
dat op een andere manier betalen. Dat is niet een gemakkelijk sommetje.
Denk aan het Klimaatfonds. Ook kun je bijvoorbeeld dingen verder in de
tijd uitsmeren, waarbij je bijvoorbeeld zegt: net op zee 25 jaar, waarom
maken we daar niet een langere periode van? Ik denk dat een pakket aan
maatregelen denkbaar is. Duitsland doet het ook. Dat zou ik ook tegen
mijn collega van GroenLinks-PvdA willen zeggen, die nu helaas even weg
is. Die groene coalitie daar subsidieert de industrie in Duitsland
massaal. Zo massaal zouden wij niet eens durven, maar daar gebeurt het
wel. Er zijn ook heel veel andere dingen. Duitsland investeert vrij
massaal in waterstof en kiest vaak heel andere voorwaarden. U heeft het
over de raffinageroute gehad. Ik heb daarover met u en de collega's
Grinwis en Vermeer een set schriftelijke vragen ingediend. Daarbij zie
je precies hetzelfde. Nederland doet dan toch weer een kop op het
beleid. We doen het dan toch weer moeilijk. Soms denk ik: waarom sluiten
we met ons klimaatbeleid niet gewoon aan op wat Duitsland doet en
harmoniseren we dat? Dan zouden we al een heel stuk zijn opgeschoten.
Dan hebben we in ieder geval de concurrentie met Duitsland niet
meer.
Mevrouw Postma (NSC):
Die nettarieven zijn natuurlijk een hele lastige voor het bedrijfsleven.
Het probleem is alleen dat je, als je die op een andere manier
doorbelast, vaak bij huishoudens uitkomt; bij andere gebruikers. Is dan
het voorstel van de heer Bontenbal om het daar neer te leggen, of heeft
hij daar andere ideeën over?
De heer Bontenbal (CDA):
Nee. Ik denk dat het buiten het domein van de nettarieven gevonden moet
worden. Dat doen andere landen ook. Over de huishoudens zou ik zeggen:
laten we eerst beginnen met het tarief fatsoenlijk te differentiëren.
Dan ga ik iets heel geks zeggen, voorzitter, maar ik zou meer moeten
betalen, want ik heb een elektrische auto en straks een laadpaal. Ik heb
geen warmtepomp, want ik zit op stadswarmte. Maar ik vind het logisch
dat ik meer moet betalen dan mensen die dat niet hebben, die in een
appartementje zitten met stadswarmte en die misschien niet heel veel
piekverbruik van stroom hebben. Dus laten we ook een keer fatsoenlijk
regelen dat mensen die warmtepompen en een elektrische auto meer betalen
dan mensen die dat niet hebben. Dat zou de netcongestieproblematiek een
stuk kunnen helpen.
De heer Vermeer (BBB):
De heer Bontenbal heeft voor de zomer Kamervragen gesteld over de
netwerktarieven en de kosten van het netwerk van stroom die op zee
opgewekt wordt en geëxporteerd wordt naar Duitsland. Ik vond die
antwoorden nogal ontluisterend. Ik ben eigenlijk verbaasd dat daar niet
meer op aangeslagen is. U heeft die vragen waarschijnlijk niet alleen
gesteld om ze te stellen, maar ook om daar iets mee te doen. Ligt daar
niet precies de oplossing, als we ervoor zorgen dat we de netwerkkosten
voor binnenlandse gebruikers, zowel consumenten als bedrijven, drastisch
verlagen door gewoon de stroomproducenten te laten betalen voor het
transport voor hun verkoopproduct naar het buitenland? Wij hebben hier
nergens dat de kosten van transport van export, van welk product dan
ook, omgeslagen worden naar burgers en ondernemers, behalve als het gaat
om stroom. Moeten we daar niet de oplossing zoeken en gewoon zeggen: ook
de bedrijven die stroom opwekken, moeten gewoon transportkosten betalen?
Op die manier zorgen we ervoor dat het beter verdeeld wordt.
De heer Bontenbal (CDA):
De uitdaging van de CDA-fractie op dit moment, en zeker van deze
woordvoerder, is dat we wat minder tijd hebben voor onze dossiers,
helaas. Dat gaat misschien ooit in de toekomst wel weer wat veranderen.
Maar die antwoorden liggen er en die heb ik zeker gelezen. Het is echter
slechts een stukje van de puzzel. U heeft die antwoorden ook gelezen; we
hebben daar wat contact over gehad. Het gaat over een paar miljard. In
de antwoorden staat wel de opening dat de minister het gesprek aangaat
met Duitsland over het doorbeleggen van die kosten. In het verleden
hebben collega Erkens en ik dat gedaan toen het ging over de
nettarieven. Toen hebben wij gepleit voor een producententarief, wat
lang niet mocht. Nu voor het eerst wordt daar wel naar gekeken. Ik denk
dat dat ook een goede zaak is. Dan komen we al een beetje in de richting
van wat u wilt. Helaas maakt Europa dat wel wat moelijker, omdat je
bepaalde caps zet op wat je aan producententarieven mag rekenen.
Daarbij zou ik ook willen zeggen: als wij het gaan doen, gaan anderen
het ook doen. Als we dus een heel energiesysteem gaan verknopen, wat we
eigenlijk ook wel moeten doen, moeten we het als lidstaten wel allemaal
samen doen. Het kan niet zo zijn dat Nederland het doorbelegt en
Duitsland niet, of andersom. Dan moet je het ook echt Europees aanpakken
met elkaar.
De heer Vermeer (BBB):
Ik snap dat we dat moeten doen. Maar op dit moment exporteren we meer
dan we importeren; daar zit ongeveer 2 miljard gigawattuur tussen. En
het is gewoon de eerlijkste manier van verrekening. Zouden we samen
kunnen optrekken in de komende tijd om daar eens iets aan te gaan
doen?
De heer Bontenbal (CDA):
Ja, dat wil ik best proberen. Maar dan moeten we wel beter inzichtelijk
krijgen wat die kosten zijn. Voor de kabel van het net op zee tot diep
landinwaarts weten we die kosten ongeveer, maar die kabel is er nog
niet. Een groot deel van de export gaat natuurlijk in de toekomst pas
plaatsvinden, bij de bouw van de kerncentrales. Dus ik zou dat eerst
beter willen doordenken. Het is misschien een mooi klusje voor de
minister of haar ambtenaren om eens goed uit te zoeken of er een beter
systeem denkbaar is. Maar nogmaals, we moeten Europeser gaan denken, dus
laten we dan niet als Nederland weer iets nieuws gaan doen. We moeten
het Europese klimaatbeleid veel, veel, veel Europeser maken. We
concurreren met elkaar, maar niet met de rest van de wereld. Een collega
begon al over de verkiezingsuitslag aan de andere kant van de plas.
Europa moet hier gewoon veel sterker samen optrekken, want we verliezen
het van de rest van de wereld door die versnippering.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
Ik ben het uiteraard helemaal eens met de "made in Europe"-benadering
van de heer Bontenbal.
De heer Bontenbal (CDA):
Ik ga nu wel aan de andere kant hangen, hoor.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
Ja? Een gezond debat is ook goed.
Ik wil een vraag stellen aan de heer Bontenbal, dezelfde vraag die ik
zojuist aan collega Erkens stelde, over de noodzaak om groen te beleggen
en het voornemen dat het kabinet heeft om de fiscale regeling die dat
makkelijker maakt te halveren. Ik wil de heer Bontenbal deze vraag
stellen, want als ik mij goed herinner, was het CDA eerder wél voor die
halvering, ook vanuit de gedachte dat de regeling niet doelmatig is en
dat groen investeren iets is wat eigenlijk vanzelf zou moeten gaan; de
markt zou groen investeren aan moeten kunnen. Nu zien we, ook in het
nieuwe onderzoek van de RVO, dat deze fiscale regeling doelmatig is —
een van de meest doelmatige, zou ik zelfs durven zeggen — en dat het
groen beleggen niet vanzelf van de grond komt. Sterker nog, we zien dat
fossiele fondsen groter worden en uitbreiden. Daarom wilde ik dezelfde
vraag stellen aan de heer Bontenbal. Ziet hij ook mogelijkheden om
positief te kijken naar het amendement dat wij gaan indienen, of wil hij
er in ieder geval over meedenken hoe we het groene beleggen kunnen
stimuleren?
De heer Bontenbal (CDA):
Wij kijken altijd heel constructief naar alle moties en amendementen.
Dit specifieke punt over groen beleggen is nou niet het punt waarop ik
me de afgelopen dagen heel erg heb ingelezen. U overvraagt mij dus een
beetje. Ik moet dus gewoon even uitzoeken wat er daarover in de
begroting staat. Ik zou dan inderdaad ook even willen kijken naar de
effectiviteit. Maar als het een goed verhaal is, steunen wij dat. Als
CDA is onze aanpak vrij simpel: wat goed is, steunen we en wat niet goed
is, steunen we niet. We doen ook verbetervoorstellen, zoals dat
amendement van 5 miljard.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Ik heb nog een vraag aan collega Bontenbal. Dat gaat over iets wat
technisch klinkt, maar wat heel veel impact gaat hebben op gewone
huishoudens, namelijk de introductie van ETS2. Dat is een
emissiehandelssysteem, voor de gebouwde omgeving, voor de
transportsector. Dat gaat vanaf 2027 in. Zojuist stond onder anderen
collega Kops van de PVV-fractie te juichen dat ze, na jaren van extreme
stijging van de energiebelasting op aardgas, de stijging nu iets hebben
kunnen dempen, met €0,02. Maar als we dat vergelijken met ETS2, waarover
niks staat opgeschreven in het hoofdlijnenakkoord of in het
regeerprogramma, dat gewoon gaat komen, dan is dat eigenlijk peanuts.
Het gaat gewoon met vele centen omhoog. Dat betekent op jaarbasis
misschien wel een stijging van €100 of €200 van de energierekening. Dat
betekent voor de Staat een opbrengst van structureel tussen de 2,2 en
3,6 miljard euro. Als we niks doen, zijn dat gewoon extra inkomsten voor
minister Heinen en worden de huishoudens en ondernemers met extra kosten
opgezadeld. Ik ben benieuwd wat er wat betreft het CDA en wat betreft de
heer Bontenbal met deze opbrengsten moet gebeuren. Moeten die weer
worden geïnvesteerd in de verduurzaming van de economie? Moeten die
terug naar de huishoudens? Wat is zijn kijk op deze hete aardappel, die
technisch klinkt maar die heel concreet heel veel huishoudens gaat
raken?
De heer Bontenbal (CDA):
Een klein stukje geschiedenis. We hebben in dit huis veel gediscussieerd
over ETS2. Er is destijds zelfs een motie opgesteld door mijzelf en
collega Grinwis over ETS2, met de vraag: moet je dat niet versleutelen
met de energiebelasting? Die motie is toen aangehouden. Ik heb het een
paar weken geleden nog opgezocht. We hebben de motie aangehouden en
uiteindelijk niet in stemming gebracht, omdat de belofte van de vorige
minister was dat we het politieke debat nog zouden voeren over de vraag
hoe die kosten versleuteld zijn. Tot mijn grote verbazing zag ik in het
Belastingplan de opbrengsten wel ingeboekt, met de bedragen die collega
Grinwis aangaf. Dat gaat over een paar miljard. Toen ben ik
schriftelijke vragen gaan stellen. Mevrouw Beckerman heeft helemaal
gelijk dat de lastenverlaging die de coalitie geeft weleens ruimschoots
tenietgedaan kan worden door die extra kosten. De schriftelijke vragen
heb ik een paar dagen gelegen gesteld, met de vraag: mag ik daarop snel,
voor de begroting, antwoord? Die antwoorden heb ik gekregen, dus veel
dank voor de razendsnelle beantwoording.
Ik zou zeggen: zoek het op. Op de website van de Tweede Kamer kun je ze
vinden. Daar zie je dat er een aantal tientjes bij komt in 2027. Dan kun
je vrij snel uitrekenen dat dat de lastenverlichting die dit kabinet aan
huishoudens belooft voor 2025, ruimschoots tenietdoet. U heeft gelijk
dat dit gaat over 2027 versus 2025. Het is de komende twee jaar dus even
een lastenverlaging. Maar er is geen politieke keuze gemaakt om dit op
een andere manier te versleutelen. Ik vind dat gek, want we hebben
daarover geen politiek besluit met elkaar genomen. Met de hoge
energiebelastingtarieven die Nederland heeft en de hoge accijnzen die
Nederland heeft, had ik het erg in de rede vinden liggen om dat te
versleutelen, om dat te compenseren met een lagere accijns of
energiebelasting. Dat is ook omdat 75% van de inkomsten nou gewoon naar
de schatkist gaat. Nu wordt er gezegd: ja, met de begrotingsregels
scheiden we inkomsten en uitgaven. Minister Heinen zegt dus: dank je
wel, dat zit mooi op mijn begroting. Maar ja, de lastenverzwaring die er
voor huishoudens aan komt, is nu impliciet als besluit genomen terwijl
wij hier geen politiek debat over hebben gevoerd. Dat betekent inderdaad
dat huishoudens er in 2027, door deze coalitie, op achteruitgaan.
De voorzitter:
Nogmaals dank voor uw inbreng. Ik constateer dat uw oproep tot
interrupties heel goed heeft gewerkt. We gaan door met de volgende
spreker. Dat is mevrouw Postma. Zij gaat spreken namens NSC. Daarna gaan
we schorsen voor de lunch. Gaat uw gang.
Mevrouw Postma (NSC):
Voorzitter, dank. "We houden ons aan bestaande afspraken. Alleen als we
de doelen niet halen, maken we alternatief beleid." In het
hoofdlijnenakkoord staan veel mooie dingen, maar één passage is voor NSC
extra belangrijk: het onderwerp klimaat- en energietransitie. We houden
ons aan bestaande afspraken. Alleen als we de doelen niet halen, komen
we met alternatief beleid.
Voorzitter. De Klimaat- en Energieverkenning gaf slecht nieuws. De
klimaatdoelen die we vast hebben gelegd voor 2030 zijn niet meer in
zicht. We gaan hier nog uitvoerig met elkaar over debatteren in een
plenair debat, maar ik wil hier toch enkele hoofdpunten neerleggen. We
zijn nu verschoven van de fase van doelen stellen naar de fase van
uitvoering, en daar stokt het. We zien dat er een vertraging is bij wind
op zee, bij de waterstoftransitie en bij de uitvoering van de
maatwerkafspraken en de problemen met netcongestie. Veel van de punten
die we nodig hadden, zijn opgeschoven in de tijd, waardoor ze niet meer
vóór 2030 realiseerbaar zijn. Dat kan niet. Het is dus van belang dat
die drempels worden weggenomen. De minister heeft al enkele maatregelen
aangekondigd, onder andere de 50.000 transformatorhuisjes en gesprekken
met de internationale hoofdkantoren van onze belangrijke industrie. Dat
steunen wij van harte. Het is ontzettend belangrijk om die doelen weer
in zicht te brengen. De minister geeft aan voor de Voorjaarsnota met
voorstellen te komen om dat weer mogelijk te maken. Dat hebben wij ook
echt nodig. Voor NSC is het belangrijk dat er een pakket komt waarbij de
doelen weer in zicht komen, via een ambitieus maar realistisch pakket.
Kan de minister toezeggen dit ruim voor de Voorjaarsnota toe te sturen,
zodat wij het er met de Kamer nog over kunnen hebben en voldoende tijd
hebben om dit met elkaar te behandelen?
Als NSC willen we ook enkele suggesties meegeven, waar wellicht naar
gekeken kan worden. Ik noem een betere uitvoering van de
energiebesparingsplicht, bijvoorbeeld bij de luchtvaart. Een Kamermotie
heeft bepaald dat Lelystad Airport nu niet opengaat voor commerciële
vluchten, maar ook bij de luchtvaart op Schiphol kan een krimp in worden
gezet. Dat is ook iets wat omwonenden ontzettend toe zouden juichen. Zou
de minister naar deze zaken kunnen kijken?
Voorzitter. We waren met enkele Kamerleden op werkbezoek bij bedrijven
in de haven van Rotterdam. Daar hebben we een aantal mooie inzichten
opgedaan. Oplossingen voor investeringen in de energietransitie hoeven
niet alleen in geld te zitten, zo werd ons verteld, maar kunnen ook door
als overheid garant te staan en zo de investeringsrisico's weg te nemen.
Kan de minister hierop reflecteren en dit meenemen in haar
voorstellen?
Voorzitter. Dan de tweede lijn die ik wil inzetten: de betaalbaarheid
van de energierekening voor huishoudens. Het klinkt zo romantisch, met
een dekentje en een warme kruik op de bank zitten, maar voor sommige
mensen is dit bittere ellende, omdat dit de oplossing is als er geen
geld is om de woonkamer op een behaaglijke temperatuur te stoken. Iemand
vertelde me ooit dat ze de kou toch echt wel het meest nare gezicht vond
van de armoede, die ellendige kou die in je botten gaat zitten en niet
uit je lijf krijgt, erger dan het constant moeten budgetteren of het
niet op vakantie of uitjes kunnen.
Voorzitter. We hadden het energienoodfonds. Dat heeft veel mensen een
lichtpuntje gegeven. TNO gaf zelfs in een onderzoek aan dat dit een van
de meest effectieve manieren was geweest om energiearmoede te verhelpen.
Voor NSC was het vervolg van dit fonds een belangrijke inzet bij de
begrotingsbehandelingen. We zijn dan ook blij dat er in 2025 en 2026
beide jaren 60 miljoen beschikbaar is om het noodfonds te heropenen. Dat
komt uit de envelop armoedebestrijding van Sociale Zaken. Voor NSC is
het belangrijk dat dit fonds zo snel mogelijk weer wordt opengesteld.
Kan de minister aangeven hoe ze dit gaat doen, zodat het per 1 januari
2025 weer beschikbaar is voor mensen om een aanvraag te doen? Kan de
minister ook aangeven hoe zij hierbij andere partijen betrekt,
bijvoorbeeld energiebedrijven en maatschappelijke organisaties, die de
vorige keer doneerden aan het fonds, zodat een grote groep mensen hier
aanspraak op kan maken? Heel belangrijk: vanochtend kregen we eindelijk
de brief die een antwoord geeft op een aantal vragen die we hadden
gesteld over energiearmoede. Daarin stond dat het fonds ook gebruikt kon
worden voor andere zaken zoals duurzaamheidsinitiatieven. Dat is
nadrukkelijk niet de wens van NSC. Wij hebben er in de onderhandelingen
voor gepleit dat deze 60 miljoen elke keer beschikbaar is voor echte
inkomensondersteuning en niet gebruikt kan worden voor
verduurzamingsmaatregelen, want daar hebben we met elkaar andere potjes
voor. Kan de minister toezeggen dat de prioritaire besteding van dit
fonds echt alleen naar inkomensondersteuning gaat en naar het helpen
betalen van de energierekening van mensen die dit anders niet
kunnen?
Dan de FIXbrigade en de Energiebank: dat zijn mooie initiatieven die
mensen helpen om kleine besparingen te kunnen doen in huis die ook de
energierekening verlichten. Collega Rooderkerk had het er net al over.
Voor ons is het belangrijk dat deze initiatieven uitgerold worden door
heel Nederland en dat ze door kunnen gaan. We gaan kijken of we samen
een amendement kunnen indienen om dit mooie initiatief verder te
helpen.
Dan kom ik bij de Warmtewet.
Mevrouw Beckerman (SP):
Op dat vorige punt van de FIXbrigade hebben wij al een amendement
ingediend. Mijn vraag gaat eigenlijk over energiearmoede. Want zelfs met
dat noodfonds, waar ik absoluut voorstander van ben, zien we dat het
aantal huishoudens in energiearmoede het afgelopen jaar niet is
afgenomen maar toegenomen. In die brief van vanochtend staat dat het
geld dat beschikbaar is om woningen, huurwoningen, aan te pakken, later
kan worden uitgegeven dan is afgesproken. Mensen zitten echt met dat
dekentje op de bank; die woningen zijn vaak van slechte kwaliteit. Ik
vind eigenlijk dat we meer geld moeten besteden aan het aanpakken van
die slechte woningen. Daarvoor hebben we ook een amendement ingediend.
Ik vraag de fractie van NSC om steun, om ervoor te zorgen dat er meer en
sneller geld beschikbaar komt, omdat het moet stoppen dat mensen in
energiearmoede leven en gedwongen met kou in de botten op de bank
zitten.
Mevrouw Postma (NSC):
Het is absoluut belangrijk om dit goed en snel aan te pakken en ervoor
te zorgen dat woningisolatie goed wordt ingezet. Laatst hadden we een
technische briefing over het goede rapport van TNO over de bestrijding
van energiearmoede. Daaruit bleek dat bepaalde regio's, die daar meer
last van hebben, gewoon veel beter geholpen moeten worden. Neem
Groningen en Limburg maar ook bepaalde wijken in steden. Mijn voorstel
zou zijn om die ook eerst aan te pakken en goed te kijken of er wel
voldoende geld beschikbaar is, want dit is inderdaad een heel
belangrijke maatregel. Mevrouw Beckerman geeft het signaal dat het naar
achteren wordt geschoven met twee jaar. Dat blijkt uit de brief die we
vanochtend hebben gekregen. Ik ga 'm even wat nauwkeuriger lezen, maar
het is absoluut belangrijk dat we dit punt meteen aanpakken. Uw
amendement ga ik dus zeer serieus bekijken. Het hangt er natuurlijk wel
van af hoe het gedekt wordt, maar het is absoluut belangrijk dat we dit
met elkaar gaan aanpakken.
De voorzitter:
Mevrouw Postma vervolgt haar betoog.
Mevrouw Postma (NSC):
Voorzitter. Ik was gebleven bij de warmtenetten. Warmtenetten worden op
dit moment vaak uitgerold in wijken met veel sociale huurwoningen en
kleine appartementen. Ook hier kwamen we mensen tegen die moeite hadden
met de nieuwe rekening, omdat het maandbedrag door het vaste tarief bij
een warmtenet zoveel hoger was dan bij gas, dit terwijl ze hetzelfde of
zelfs minder verbruikten. Besparen op de energierekening is voor mensen
dus niet mogelijk. Alweer een tijd geleden heb ik uw voorganger naar de
Kamer gehaald om dit in het mondelinge vragenuur te bespreken. Hij gaf
toen aan in bespreking te zijn over een oplossing voor mensen die
hiermee te maken hebben. Hoe staat het daar nu mee? Kan de minister daar
een update van geven?
Voorzitter. We hebben het Europees Social Climate Fund, waar we als
Nederland aanvragen voor kunnen doen. Kan de minister zich ervoor
inzetten dat we een vergoeding reserveren vanuit dit fonds om als
rijksoverheid een bijdrage te leveren om deze vaste lasten bij
warmtenetten voor huishoudens te verlagen en deze in te zetten voor de
huidige Warmtewet maar ook voor die in de toekomst?
Dan de nieuwe Warmtewet en de tarieven. Bij de huishoudens is het straks
net een loterij. Niemand weet waar hij aan toe is. Wordt de
energierekening met die nieuwe wet voor het verwarmen van je huis nou
hoger of wordt zij juist weer lager? Dat kan niet. Je kunt niet een
product of abonnement aanbieden zonder vooraf duidelijk te zijn over wat
het gaat kosten, zeker niet in een monopoliepositie waarbij de gemeente
ook nog eens een aanwijsbevoegdheid heeft. Als een bedrijf dit zou
kunnen doen, zouden we in de hoogste boom vliegen. Het zijn immers geen
duidelijke voorwaarden en geen duidelijke tarieven. Dit mogen we als
overheid dus ook niet doen. Mijn vraag is simpel: zou de minister enkele
voorbeelden van huishoudens kunnen uitrekenen, zodat we beter zicht
krijgen op hoeveel een huishouden kwijt is per maand bij de nieuwe
Warmtewet, en deze voorbeelden voor de behandeling van het WGO en de
Warmtewet aan de Kamer willen sturen? Ik zal hiertoe ook een motie
indienen, om het een en ander te specificeren.
Voorzitter. Ik ga naar mijn laatste onderdeel. Eigenlijk doe je de
energietransitie met elkaar samen. Vlak aan onze grens, bij Winterswijk,
bij Nijmegen, in de achterhoek, is men in Duitsland windmolens aan het
plannen. Die staan heel dichtbij de landsgrens. De Nederlandse bewoners
voelen zich niet betrokken bij dit besluit. In het kader van "een goede
buur is beter dan een verre vriend", zouden we de minister willen vragen
om contact op te nemen met haar Duitse ambtsgenoot, om te kijken of de
afstand van de windmolens tot de grens wat groter kan worden. Kan de
minister dit toezeggen?
Dan de binnenvaart en de ETS. Bij het vorige debat begrepen we dat de
binnenvaart ook onder de ETS gaat vallen. Daar maken we ons als NSC
zorgen over. We begrijpen dat dit al onder de vorige minister is
besproken. Er is geld beschikbaar gesteld voor de binnenvaart om de
transitie door te maken. Maar toch maakt mijn fractie zich zorgen dat
niet elke schipper hierin mee kan komen. Het is bijvoorbeeld belangrijk
dat de extra kosten door ETS2 of verduurzaming doorgerekend kunnen
worden naar degene die de lading afneemt. Is dit voldoende gegarandeerd?
Kan de minister daar een toezegging op geven? Kan de minister ook
aangeven of echt elke schipper gebruik kan maken van de subsidie, of dat
het alleen de grote jongens zijn en de rest buiten de boot valt?
Voorzitter, tot slot. Ik had gehoopt dat de tweeminutendebatten eerder
ingepland zouden worden. Eén daarvan gaat over mijnbouw. Ik was
voornemens om daarbij een motie in te dienen over de rol van het SodM
bij het advies voor vergunningverlening. Op dit moment hebben we twee
belangrijke trajecten openstaan voor een vergunning of een verlenging;
dat gaat om Ternaard bij de Waddenzee en Warffum. Voor onze fractie is
het ontzettend belangrijk dat het advies van SodM daarin zwaarwegend
meegenomen wordt. Zij waren namelijk de institutie die ons als overheid
als eerste gewaarschuwd had over de gevolgen van het Groningenveld. Hun
advies nemen we dus zeer serieus. Mijn vraag aan de minister is: kan zij
toezeggen dat het advies van het SodM zwaarwegend meegenomen zal worden
in haar besluit? Ik zal daartoe ook een motie indienen.
Voorzitter, dat was het van mijn kant.
De voorzitter:
U krijgt nog een interruptie van de heer Bontenbal.
De heer Bontenbal (CDA):
Die is vooral beschouwend. De NSC-fractie zit ook in deze coalitie en
moet zich denk ik ook verhouden tot de vragen die aan de anderen worden
gesteld, namelijk: hoe hard zijn de afspraken en wat gaat er komende
tijd gebeuren? De NSC-fractie heeft ook grote klimaatambities. Er is
veel weggestreept. Iedereen in deze zaal weet: dat blijft hier gewoon
boven hangen. Er is zo veel weggestreept dat het never nooit haalbaar
wordt, ook niet in het voorjaar. Dus óf ik moet een geloofwaardig pad
horen ... Maar dat gaat er gewoon niet komen. U bent briljant, denk ik,
maar niet zo briljant dat u dat hele pakket neer gaat leggen. Hoe gaat
deze coalitie dit dan uitspelen de komende weken? Ik denk dat heel veel
van ons aanvoelen dat dit een van de volgende politieke crises wordt
waar men niet uit gaat komen. Ik vind het cynisch om dat nu een halfjaar
naar voren te parkeren, want dat is wat er gebeurt in mijn optiek.
Mevrouw Postma (NSC):
Ik ben even de vraag aan het destilleren. Ik ga een antwoord geven en
dan hoor ik vanzelf wel of dat de goede vraag was. Ik begon mijn betoog
met de zin uit het hoofdlijnenakkoord die voor ons belangrijk is: we
gaan de doelen halen die in de Nederlandse Klimaatwet staan. Als dat
niet zo is komen we met alternatief beleid. Dat zal een pakket
maatregelen zijn. Daar zullen punten in zitten. Dat gaan we ook aan de
minister vragen. Ik heb zelf enkele punten uit mijn verkiezingsprogramma
naar voren geschoven om aan te merken dat de minister daar misschien
naar kan kijken. Ik ga ervan uit dat de rest dat ook gaat doen. Dat
pakket van maatregelen moet inderdaad voldoende zijn om weer de doelen
van de Klimaatwet in zicht te brengen, zoals dat de vorige keer zo mooi
heette. Toen zaten we binnen de bandbreedte — ik heb het nu eigenlijk
even over een periode voor mijn tijd, de periode-Jetten — om die doelen
te gaan halen. Daar moeten we gewoon weer terechtkomen.
Ik kijk naar de analyse van het pakket. Ik kan me voorstellen wat
verschillende fracties zeggen. De normering van de warmtepomp is
weggehaald. Daar was een bepaalde energiebesparing voor ingeboekt bij de
KEV. We kunnen het over het salderen hebben. Daar hadden we het
afgelopen maandag over. Daar zat een bepaalde energiebesparing bij. Maar
het is niet alleen zo dat die maatregelen zijn weggegaan. Er zijn
namelijk ook weer maatregelen tegenover gezet, bijvoorbeeld het
ondersteunen van meer cluster 6-bedrijven, omdat je daar een wat hogere
absolute uitstoot mee kan halen.
Maar een groot deel zit 'm ook gewoon in de vertraging die er op dit
moment in de uitvoering zit, die zo moeilijk is. De heer Bontenbal weet
ook dat als een bedrijf een besluit moet nemen om in 2030
energiereductie te hebben en nieuwe apparatuur aan te schaffen, dat
minimaal zes jaar duurt. Die FID is gewoon lang. Dus dit is het moment
om te kijken hoe we die grote bedrijven zo ver krijgen en hoe we tot die
maatwerkafspraken komen. Daarom zei ik al dat het heel goed was dat
mevrouw Hermans nu in contact gaat met de hoofdkantoren die allemaal
ergens in het buitenland zitten en niet meer in Nederland, om te zorgen
dat die energiebesparingsinvesteringen in Nederland komen en niet in
Duitsland of al die andere landen. Die hebben het natuurlijk ook nodig,
maar het is mooi om onze industrie daarbij te houden. En de versnelling
van wind op zee die nodig is, begint achter te lopen. De Delta Rhine
Corridor, de waterstoftransitie, is een heel belangrijke. Collega Erkens
noemde het al. Er moet nu een besluit genomen worden. We moeten dan
inderdaad zeggen: koppel alsjeblieft TenneT even los van die aanleg en
ga gewoon door, minister. Dus ik spreek ook mijn steun uit om dat los te
koppelen van TenneT. Ga die Delta Rhine Corridor aanleggen.
De heer Bontenbal (CDA):
Het klopt: een deel van de tegenvallers zit 'm in de vertraging. Dat is
gewoon vervelend. Het is ook helemaal niet te wijten aan deze minister
of aan dit kabinet. Die hadden we al gewoon. Maar dan helpt het
natuurlijk niet om een pakket maatregelen ook nog te schrappen. Dat
maakt het juist ingewikkelder. Ik heb collega Vermeer het horen hebben
over een auto met een rood lampje. Het punt is natuurlijk als volgt. Er
reed een auto. Die was flink opgelapt en die reed eindelijk. Als je dan
als berijder de accu eruit sloopt, het dak sloopt en de ramen sloopt,
ja, dan gaat er op een gegeven moment een rood lampje branden en dan
moet je naar de zijkant. Uit het pakket, dat al kwetsbaar is, wordt een
aantal maatregen weggestreept. Er komt niet iets geloofwaardigs voor
terug. Dat maakt de coalitieonderhandelingen straks wel heel
ingewikkeld, omdat er gewoon niet echt een geloofwaardig pakket denkbaar
gaat zijn dat wel aan die doelen gaat voldoen. Dan zou ik zeggen: laten
we er dan nu eerlijk over zijn. Ik wil dan ook het standpunt van de
NSC-fractie weten. Gaat u dan keihard aan het doel vasthouden? En
betekent dat dan ook dat een aantal maatregelen die nu weggestreept
zijn, mogelijk weer terug kunnen komen? Ik snap dat u het niet allemaal
doet, maar iets als de hybride warmtepomp normeren, is best wel goed
verdedigbaar, juist ook voor de lagere inkomens. Dat is wel vol te
houden. Bent u bereid dan ook te praten over een aantal maatregelen die
nu doorgestreept zijn, om die toch weer op de agenda te zetten omdat die
klimaatdoelen ook voor de NSC-fractie belangrijk zijn om te halen?
Mevrouw Postma (NSC):
Laat ik eerst antwoord op de eerste vraag geven. Wij houden ons aan die
doelen, punt. Er komt alternatief beleid, punt. Dus de doelen uit de
Klimaatwet blijven gewoon overeind. Dat is wat we met elkaar hebben
afgesproken in het hoofdlijnenakkoord. Dat is voor mijn fractie enorm
belangrijk.
Daarnaast is het zo dat ik echt wel iets positiever sta tegenover het
aanvullen met alternatieve doelen. Ik zie het grootste probleem
eigenlijk meer in de netcongestie, de vertraging van wind op zee, de
maatwerkafspraken die we met de industrie moeten gaan sluiten en die dit
jaar of hoogstens begin volgend jaar klaar moeten zijn. Als je kijkt
naar absolute CO2-winst, is dat het grootste pakket. Ik snap
dat die warmtepompen belangrijk zijn, maar in het positieve geval heb je
nog een halve megaton of één megaton winst. En juist het meenemen van de
industrie levert de grootste absolute CO2-winst op. We moeten
er dus ook op die manier naar kijken. Ik ben iets minder pessimistisch
dan de heer Bontenbal. Misschien is het ook goed dat ik deze rol pak
vanuit de coalitie, want ik denk dat we er echt met z'n allen voor
moeten gaan. Dat is ook echt de intentie. Dat is eigenlijk ook wat ik
heb gehoord van in ieder geval de heer Kops, die heeft uitgesproken dat
we ons houden aan de afspraken van het Klimaatakkoord. Maar ik heb er
ook begrip voor dat hij niet zijn handtekening wil zetten onder elke
alternatieve maatregel die wordt neergelegd. Ik ga er wel van uit dat
wij met een pakket kunnen komen dat zo optelt dat die doelen weer in
zicht komen, net als bij het vorige kabinet.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
De vraag is natuurlijk niet alleen of we optimistisch zijn over de
uitvoering of niet. In de KEV staat het heel duidelijk. Waarom is de
kans dat wij die doelen halen van "redelijk in de buurt" naar "nihil"
gegaan? Dat komt, zo staat in de KEV, doordat in de Klimaatnota op
verschillende beleidsonderwerpen — landbouw, landgebruik en industrie —
tegengesteld beleid wordt ingezet. Daardoor komen die doelen steeds
verder uit zicht. Dan is de vraag helemaal niet zo heel gek. De
Voorjaarsnota is heel dichtbij en alternatief beleid is nodig, maar we
zien ook twee partijen van deze coalitie die zeggen dat zij zich
eigenlijk willen herbezinnen op die doelen. Ja, "herbezinnen" is gewoon
een mooi woord voor: we willen dat het haalbaar is, maar als het te veel
pijn gaat doen, dan gaan we het niet doen. De NSC-fractie en de
VVD-fractie kunnen daar dan anders in staan, maar zitten we dan niet te
kijken naar een nieuwe crisis in wording? Hier wordt namelijk door in
ieder geval twee van de vier coalitiepartijen een heel andere
interpretatie van het hoofdlijnenakkoord voorgelegd.
Mevrouw Postma (NSC):
Ik hoor dat niet. Ik hoor wel dat wordt vastgehouden aan de doelen in de
Klimaatwet en dat we met alternatief beleid komen. Die zinnen heb ik
letterlijk gehoord. De enige die aangaf dat we misschien iets aan die
doelen moeten doen, was de heer Bontenbal van het CDA. Die heb ik dat
hier horen zeggen, maar de andere partijen niet. Dit is echt waar wij
als fractie voor staan: voor het doel dat is vastgelegd in de
Klimaatwet, het doel van 2030, Fit for 55. Dan komen we met alternatief
beleid. Ik ben er echt van overtuigd dat dat gewoon mogelijk is, dat dat
kan. Dat vindt de NSC-fractie enorm belangrijk.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
Dat snap ik. Eigenlijk heb ik daar ook geen twijfel over, niet bij de
NSC-fractie en niet bij de VVD-fractie. Het probleem is meer dat wij te
maken hebben met een politieke realiteit, wij hier als oppositie en als
coalitie. Die politieke realiteit is dat er nu partijen in de coalitie
zijn gestapt die fundamenteel anders kijken naar de kosten en baten van
klimaatbeleid. Ik zeg hier niks nieuws. Iedereen die de politiek volgt,
ziet dit. Dat is niet per se erg, want politiek kan zijn: compromissen
sluiten. Je geeft wat en je neemt wat. Maar als ik het woord
"herbezinning" hoor, dan kan ik daar heel veel bij plaatsen, en daarom
stel ik die vraag wel. Ik heb net een coalitie gezien waarin men elkaar
best wel in de haren vloog over asiel, maar dat wil ik straks in het
voorjaar niet nog eens of misschien nog wel een factor erger zien. Ik
vertrouw erop dat NSC en VVD zich in gaan zetten voor serieus
alternatief beleid, want dat hoor ik hen hier zeggen en dat hoor ik in
andere debatten ook terugkomen. Waar ik moeite mee heb, is dat ik nog
niet concreet hoor tot welke risico's en afwegingen men bereid is en
welke aanbevelingen, onder andere uit de KEV, maar ook uit de
maatschappij, daarin meegewogen worden. Ik hoor alleen maar "ik geloof
dat" en "ik vertrouw erop dat". Het zou mooi zijn als die zekerheid nu
gegeven wordt.
Mevrouw Postma (NSC):
Mevrouw Koekkoek vraagt naar een zekerheid die eigenlijk bij andere
partijen ligt, maar ik kan wel het vertrouwen in mijn coalitiegenoten
uitspreken, het vertrouwen dat wij hier uit gaan komen. Dat kan ik wel.
En u zegt het juist: ik ga mij hier enorm voor inzetten. Dit is voor NSC
heel belangrijk. Het is ook voor de VVD belangrijk. En de andere
partijen hebben ook hun handtekening gezet onder het hoofdlijnenakkoord,
en daar staat deze paragraaf in, die zij hier ook genoemd hebben. Dus ik
heb er wel vertrouwen in dat we eruit komen. Dat heb ik.
De voorzitter:
De heer Bontenbal voor zijn laatste interruptie.
De heer Bontenbal (CDA):
Nee, dit is even een persoonlijk feit, want ik word hier aangesproken op
iets wat ik gezegd zou hebben maar wat niet klopt, namelijk dat de
CDA-fractie als enige de doelen naar beneden zou willen bijstellen. Wat
ik volgens mij gezegd heb in mijn betoog, is dat als dit kabinet ervoor
kiest om maatregelen weg te snijden, iets wat de coalitie zelf doet, het
dan consequenter is om aan te sluiten bij het Europese klimaatbeleid. De
woorden die u mij net in de mond hebt gelegd, heb ik niet gezegd,
gelukkig.
Mevrouw Postma (NSC):
Excuses. Dan is het goed dat u dit opheldert.
De heer Bontenbal (CDA):
Zeker. Het CDA zou niet zijn eigen klimaatbeleid, dat het hiervoor in de
verf heeft gezet zeg maar, in de prullenbak gooien.
Mevrouw Postma (NSC):
Ik was al wat verbaasd. Dank voor de opheldering.
De voorzitter:
Dit was een persoonlijk feit. Mevrouw Kröger heeft ook nog een
interruptie.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
Ja. Mevrouw Postma spreekt heel erg haar vertrouwen uit in haar
coalitiepartners. Nou, ik kan me voorstellen dat je ook niet iets anders
kan. Maar als je het gat ziet dat er ligt, het feit dat er beleid
geschrapt is waarvan nu eigenlijk gezegd wordt "nee, dat gaan we niet
terugdraaien", het feit dat er dan eigenlijk nog heel weinig opties open
zijn ... Hoe reflecteert mevrouw Postma dan op een uitspraak van haar
collega Vermeer die op allerlei maatregelen zegt "nee, dat gaan we
absoluut niet doen", en als de vraag dan is "wat gaan we dan wel doen?",
zegt: eerst goed kijken wat extra kerncentrales gaan opleveren. Erkent
mevrouw Postma dat extra kerncentrales niks gaan doen voor het halen van
de doelen voor 2030? En hoe reflecteert ze dan op zo'n uitspraak van
haar collega? Wat moeten we daar dan mee?
Mevrouw Postma (NSC):
Ik kan moeilijk reflecteren op een uitspraak die ik zelf niet heb
meegekregen. Ik wil wel graag reflecteren over die kerncentrales; die
staan er niet vóór 2030, dus die kunnen we niet meetellen. Volgens mij
zoekt mevrouw Kröger die bevestiging. Dat lijkt me heel erg logisch, dus
we zullen moeten komen met alternatief beleid. Punt.
De voorzitter:
Goed. Dank voor uw inbreng.
De algemene beraadslaging wordt geschorst.
De voorzitter:
We gaan even schorsen voor de lunch. Dat doen we tot 14.00 uur.
De vergadering wordt van 13.17 uur tot 14.02 uur geschorst.
Begroting Klimaat en Groene Groei 2025
Begroting Klimaat en Groene Groei 2025
Aan de orde is de voortzetting van de behandeling van:
het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Klimaat en Groene Groei (XXIII) voor het jaar 2025 (36600-XXIII).
De voorzitter:
We gaan verder met de behandeling van de begroting van Klimaat en Groene
Groei.
De algemene beraadslaging wordt hervat.
De voorzitter:
We hebben zes sprekers gehad van de zijde van de Kamer. Nummer zeven is
mevrouw Beckerman. Zij gaat het woord voeren namens de Socialistische
Partij.
Mevrouw Beckerman (SP):
Goedemiddag. Klimaatbeleid zal rechtvaardig zijn of dat zal het niet
zijn. Al lange tijd pleit mijn partij voor klimaatrechtvaardigheid. We
willen geen klimaatbeleid waarbij een eco-elite kan profiteren van dikke
subsidies om groen te doen terwijl zij neerkijken op wie rood staat en
de alsmaar oplopende grijze energierekening niet kan betalen. We willen
geen klimaatbeleid waarmee we een spoor van vernieling achterlaten in
armere delen van de wereld terwijl we onszelf op de borst kloppen.
Klimaatbeleid faalt als de overheid het over de schutting gooit van
individuele huishoudens. Klimaatbeleid faalt als de overheid eerst zegt
"neem maar zonnepanelen", en als je ze net hebt liggen, zegt "grapje, we
gaan toch niet betalen". Klimaatbeleid faalt als je huishoudens opzadelt
met hoge kosten voor klimaatmaatregelen, maar vervolgens als overheid je
eigen kas en die van Shell & co spekt met grijze keuzes, zoals
oliewinning bij Schoonebeek of gaswinning uit kleine velden.
Klimaatbeleid faalt als het kabinet weet dat het de doelen niet zal
halen, maar de kop in het zand steekt en hoopt er met wensdenken toch te
komen. SP komt daarom bij deze begroting met een alternatieve
klimaatbegroting, die helemaal betaalbaar is binnen deze begroting door
andere keuzes te maken. We hebben zeven amendementen ingediend die
ervoor zorgen dat mensen er met klimaatbeleid daadwerkelijk op
vooruitgaan.
Eén. Verduurzaam de slechtste woningen. Wij kiezen voor 300 miljoen
extra om de huurwoningen met de slechtste energielabels sneller te
verduurzamen. Juist hier wonen veel van de mensen die hun
energierekening niet kunnen betalen. We zouden ons echt kapot moeten
schamen dat zo veel mensen in een doorwaaiwoning zitten, in de kou, maar
wel met een torenhoge energierekening. Het aantal huishoudens dat de
energierekening niet meer kan betalen, steeg vorig jaar met 70.000 tot
bijna 400.000. Maar wat doet dit kabinet? Dat laat de energierekeningen
van huishoudens verder oplopen. De volgende verhoging van de
energierekening komt met ETS2. Huishoudens gaan in 2030 ongeveer €185
meer betalen. Juist de mensen die de energierekening nu al niet kunnen
betalen, krijgen dan een nog groter probleem. Wat gaat de overheid doen
met de miljarden die ze hiervoor krijgt? Maar een ienie-ienie-ieniemini
beetje komt via Europa terug naar de verduurzaming van woningen. De rest
gaat rechtstreeks naar de staatskas. Dat is toch niet uit te leggen?
Waarom zouden we niet kiezen voor een progressieve energiebelasting voor
huishoudens en de opbrengsten van ETS2 besteden aan onder andere het
verbeteren van woningen?
Twee. Wij kiezen voor 350 miljoen om in elke gemeente FIXbrigades te
ondersteunen. Zij doen fantastisch werk door bij bewoners thuis te
zorgen dat er kleine maatregelen worden genomen om de energierekening te
verlagen.
Drie en vier. Wij kiezen voor goedkoper ov. De meest duurzame manier van
vervoer wordt steeds minder betaalbaar en is vaak ook nog eens niet
betrouwbaar genoeg. Daarom hebben we hierover twee amendementen: 153
miljoen om de prijsstijging van treinkaartjes helemaal te stoppen en 400
miljoen om de btw op ov af te schaffen.
Vijf: regionale energievoorziening. Wij kiezen voor 500 miljoen om
gemeenten en provincies te ondersteunen met het oprichten van eigen
energievoorzieningen. Het is echt een drama hoe de uitrol van
warmtenetten huishoudens nu op hoge kosten jaagt. Het draagvlak wordt
compleet vernacheld als mensen zich scheel betalen voor groene dromen.
Het verpatsen van energiebedrijven was een kardinale fout. Wij kiezen
ervoor om energie en warmte weer publiek te gaan regelen, zodat
huishoudens betaalbare energie en warmte hebben.
Zes: groene banen. Wij kiezen voor 200 miljoen om werkers in de fossiele
sector die hun baan dreigen te verliezen, te steunen. Eerder zorgden we
voor een kolenfonds voor de werknemers uit de kolenketen. Regel het nu
goed voor de hele fossiele sector.
Tot slot, zeven: Groningen. Wij kiezen voor 1,7 miljard om te zorgen dat
de ongelijkheid tussen gasgedupeerden wordt aangepakt. Decennialang
stookte Groningen Nederland warm. Nog steeds wachten geen duizenden,
maar tienduizenden gedupeerden. Wat doet de overheid? Ze helpt de eerste
wel, de tweede een beetje en de derde niet. Er ligt al lange tijd een
oplossing klaar, namelijk het rapport-Van Geel. Legt het kabinet dit
plan, het rapport-Van Geel, nou in een la of gaat het eindelijk doen wat
het beloofde, namelijk de ereschuld aan Groningen inlossen? Bij dit
amendement en bij die oplossing hoort wat ons betreft ook geen extra
winning in Warffum. Wat ons betreft zegt het kabinet deze week nog nee
tegen nieuwe winning onder de Waddenzee.
Voorzitter. Zeven amendementen. Zeven voorstellen die betaalbaar zijn
binnen deze begroting. Zeven voorstellen waarmee we ervoor zorgen dat
huishoudens met een laag en gemiddeld inkomen daadwerkelijk gaan
profiteren van klimaatbeleid. Zeven voorstellen die betaalbaar zijn door
3,7 miljard van kernenergie niet uit te geven aan wensdenken, maar aan
klimaatwinst, een lagere energierekening voor lage en middeninkomens en
een betere woning.
Dank u wel.
De voorzitter:
Hartelijk dank voor uw inbreng. De heer Vermeer gaat nu spreken namens
BBB. Gaat uw gang.
De heer Vermeer (BBB):
Dank u wel, voorzitter. Voor BBB staat centraal dat klimaatbeleid
realistisch, uitvoerbaar en in het belang van burgers, boeren en
ondernemers is. De Klimaat- en Energieverkenning 2024 en de Klimaatnota
brengen BBB tot een belangrijke conclusie: een pas op de plaats is wat
ons betreft nodig. BBB staat achter de klimaatdoelen, maar het wordt
steeds duidelijker dat de huidige aanpak niet werkt. De rode lampjes op
het dashboard van ons klimaatbeleid branden fel, en als er rode lampjes
branden op je dashboard, is het tijd voor een pitstop in plaats van
extra gas geven. Wat BBB betreft moeten we realistisch blijven. Het
behalen van klimaatdoelen is een marathon en geen sprint. We moeten
inzetten op structurele langetermijnoplossingen die haalbaar en
betaalbaar zijn voor iedereen, voor boeren, burgers en ondernemers. Het
huidige beleid legt te veel druk op kortetermijndoelen en negeert de
obstakels in de uitvoering.
BBB staat ook voor een pragmatische aanpak, een aanpak die werkt voor
het milieu, maar ook voor de samenleving. Wij geloven in kernenergie, in
waterstof, groen, blauw en soms grijs, en in een betrouwbare
energievoorziening zonder nieuwe windmolens op land. Wij willen
voorkomen dat bedrijven worden weggejaagd door een onnodige
lastenverhoging. Wij willen een speelveld dat eerlijk blijft, zowel voor
burgers als voor ondernemers.
Voorzitter. We moeten koers houden, maar de koers ook corrigeren waar
nodig. Alleen dan kunnen we klimaatbeleid voeren dat ook op de lange
termijn werkt, want wie rood staat, kan niet groen doen. In het
hoofdlijnenakkoord hebben we duidelijke stappen gezet om te zorgen dat
we de uitdagingen van vandaag aanpakken, terwijl we ook vooruitkijken
naar een duurzame toekomst, die niet blijft hangen bij de eerste vier
letters, "duur".
Ik wil er een aantal kernpunten uitlichten en heb daar ook wat vragen
bij. Realistisch klimaatbeleid. BBB heeft er mede voor gezorgd dat het
klimaatbeleid in het hoofdlijnenakkoord realistischer geworden is. We
hebben duidelijke afspraken gemaakt over investeringen in de juiste
technologieën, zoals kernenergie en waterstof, en concrete stappen gezet
om knelpunten als netcapaciteit op te pakken. Hoe zorgt de minister
ervoor dat de plannen uit deze begroting niet alleen ambitieus, maar ook
uitvoerbaar zijn, zonder dat dit leidt tot onevenredige lasten voor
burgers en bedrijven? Daar hebben we het net in een interruptiedebat ook
al over gehad, met name op het gebied van netwerkkosten.
Dan windmolens op land. Er zijn Nederlanders die letterlijk ziek worden
van windturbines. Dat zijn mensen zoals Riane en Bart uit Oosterhout,
die zes windmolens op 264 meter van hun woning hebben staan. "Ons
woongenot is naar de knoppen", zeggen zij over het geluid dat zij dag en
nacht horen. Deze mensen staan voor ons symbool voor de duizenden
burgers in dit land die dezelfde overlast ervaren of die daar voor de
toekomst bang voor zijn. Vorige week mocht ik het alarmerende rapport
Het Windmolendrama ontvangen, met de heldere ondertitel: Hoe de uitrol
van de industriële windturbines een nieuwe toeslagenaffaire dreigt te
worden. Ik zal enkele conclusies uit het rapport noemen. Burgers worden
in het besluitvormingsproces structureel uitgesloten en omwonenden
ervaren ernstige gezondheidseffecten van windturbines. Burgers krijgen
ook onvoldoende bescherming van wetgeving, bijvoorbeeld in de
grensstreek, waar precies op de grens grote windmolens geplaatst worden,
zonder overleg met de Nederlandse overheid. Het internationale verdrag
van Espoo staat dit niet toe. Ik zal daar in de tweede termijn ook een
motie over indienen. Er zijn grote problemen met
milieueffectrapportages. Over dit rapport hebben wij Kamervragen
gesteld, maar toch wilde ik dit hier nog even benoemen, want BBB heeft
zich altijd uitgesproken tegen de bouw van nieuwe windmolens op land.
Dit staat dankzij onze inzet ook in het hoofdlijnenakkoord en in het
regeerprogramma.
BBB kiest voor alternatieven, zoals kernenergie, die op de lange termijn
veel duurzamer en betrouwbaarder is. Het akkoord geeft aan dat het
beleid haalbaar, uitvoerbaar en gericht op draagvlak in de samenleving
moet zijn. Ik vraag de minister dan ook hoe in dat kader in de RED, de
nieuwe regelgeving, de belangen van omwonenden beter worden beschermd
bij windmolenprojecten.
Hoe gaat het kabinet om met de uitspraken van het Europese Hof die
vergunningen voor windturbines onrechtmatig verklaarden? Welke
maatregelen gaat de minister nemen om gezondheidsrisico's door
laagfrequent geluid te onderzoeken en te beperken? Dat is namelijk nog
niet eens onderzocht. Hoe rechtvaardigt de minister de kosten die door
de opwekking van windenergie aan burgers worden doorberekend via de
netwerkkosten?
De BBB heeft in het hoofdlijnenakkoord ook stevig ingezet op het
aanpakken van de knelpunten rond netcapaciteit, en dat is broodnodig.
Bedrijven willen verduurzamen maar worden belemmerd door een overbelast
elektriciteitsnet. Voorbeelden als Gulpener, dat fossielvrij bier wil
bouwen, en de producent van Red Band en Venco, die
CO2-neutraal snoep wil maken, laten zien dat de industrie wel
wil, maar de capaciteit van het net onvoldoende is.
Hoe wordt de prioriteit voor bedrijven die nu CO2-reductie
kunnen realiseren gegarandeerd, vraag ik aan de minister, zeker omdat we
gezien de KEV alle zeilen bij moeten zetten om onze doelen te halen. Kan
de minister aangeven wanneer deze bedrijven nieuwe netaansluitingen
mogen verwachten, zodat zij hun plannen kunnen voortzetten?
Dan subgrids. In het kader van de energietransitie kunnen we veel leren
van het gebruik van zogenaamde "subgrids", zoals die worden toegepast in
Oekraïne. Dat zijn kleinere elektriciteitsnetwerken. Door de impact van
de oorlog op het elektriciteitsnetwerk zien we dat ze niet alleen
relevant zijn voor duurzaamheid, maar ook voor het waarborgen van
energiesoevereiniteit en veerkracht in tijden van crisis. Is de minister
dit met BBB eens en is zij bereid om te kijken wat wij daar in Nederland
mee kunnen doen?
Voorzitter. Tot slot batterijen en energietoeslag. In het
hoofdlijnenakkoord hebben we vastgelegd dat de energietransitie voor
iedereen haalbaar en betaalbaar moet zijn. De btw op batterijen voor
particulieren is afgeschaft, wat verduurzaming thuis stimuleert. Het is
nu tijd om sportverenigingen en andere organisaties dezelfde kans te
geven, zodat die ook kunnen profiteren van de energieopslag, om kosten
te besparen en verduurzaming te realiseren. Daarom vraag ik de minister
waarom de btw op batterijen voor sportverenigingen nog niet
gelijkgetrokken is met die voor particulieren. Is de minister bereid
hier een pilot over te starten?
Ik ga afsluiten. Dankzij ook onze inzet in het hoofdlijnenakkoord ligt
er nu een pragmatische en op termijn uitvoerbare koers. Wij investeren
in technologieën zoals kernenergie en waterstof, geven prioriteit aan
bedrijven die nu willen verduurzamen en maken eerlijke regels voor
sportverenigingen en burgers mogelijk. Zo bouwen we aan een toekomst
waarin duurzaamheid en economische stabiliteit hand in hand gaan. Zo
wordt elke dag BBBeter wat ons betreft, voorzitter.
Dank u wel.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
De heer Vermeer heeft op televisie het punt gemaakt dat het tijd was
voor een pas op de plaats. Hij herhaalt dat nu. Hij zegt ook: onze
handtekening staat onder het hoofdlijnenakkoord, maar het klimaatbeleid
is te veel gericht op kortetermijndoelen. Doelt de heer Vermeer met
"kortetermijndoelen" op het doel voor 2030? Zo ja, dan is die
handtekening onder het hoofdlijnenakkoord niks waard. Zo nee, wat gaat
hij dan doen om het doel voor 2030 wel binnen bereik te halen? Dat is
het nu namelijk niet.
De heer Vermeer (BBB):
Wat mij betreft is de hele transitie die wij de komende twintig jaar
door moeten gaan feitelijk al kortetermijnwerk. Als we zien waar we
vandaan komen en wat er nog moet gebeuren, dan is dat een relatief korte
termijn. We zien ook hoe lang procedures duren, of dat nou voor een
windmolenpark is, voor kernenergie of voor het aanleggen van de Delta
Rijn Corridor. We zien dan hoe lang dat duurt. Als wij denken dat dat
korte projecten zijn, die we in de komende vier jaar uit kunnen voeren;
dat is niet haalbaar. Wij hebben ons, net als de andere coalitiepartijen
hier ook aangegeven hebben, gecommitteerd aan de doelen in het
hoofdlijnenakkoord. Daar zit een tussendoel voor 2030 in en daar zit een
doel voor 2050 in. Wij moeten alle zeilen bijzetten om dat voor elkaar
te krijgen. Daarom wil ik de minister ook echt ertoe oproepen, bij die
Delta Rijn Corridor bijvoorbeeld, om het dan maar zonder TenneT te doen
en er wel voor te zorgen dat we doorgaan. Ik wil ook haar collega's van
andere ministeries ertoe oproepen om nu werk te maken van zaken, wat van
de week ook duidelijk is geworden bij IenW. Van IenW hebben we een brief
gekregen waarin staat dat de route om brandstof te verduurzamen, de
raffinageroute, de meest efficiënte route, een correctiefactor krijgt.
Dan vraag ik echt aan de Kamer en aan de minister: willen wij hier nu
CO2 reduceren of wat is nou de doelstelling? Als we dat
optimaal willen reduceren, tegen de laagste kosten en op de kortste
termijn — want dat is belangrijk, mevrouw Kröger, dat onderschrijf ik —
dan zullen wij die raffinageroute niet moeten beboeten, maar dan zullen
we die juist moeten stimuleren. Dat is een van de kleine voorbeelden die
ik hier wil noemen.
De voorzitter:
Mevrouw Kröger, voor haar laatste interruptie.
Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):
De heer Vermeer schetst eigenlijk dat alles langer gaat duren en dat er
niet zo veel kan in de komende vier, vijf jaar, maar het commitment in
het hoofdlijnenakkoord, in de Klimaatwet, is 55% CO2-reductie
in 2030. Daar moet ongelofelijk veel voor gebeuren. Eigenlijk zegt de
heer Vermeer van allerlei dingen: dat gaan we niet doen. Hij schrapt
dingen. Hetgeen waarvan hij dan zegt "dat kan wel", zijn kerncentrales.
Nou, dat is in ieder geval zeker niet voor 2030 gerealiseerd. Dan blijft
de vraag: wat is de handtekening van de heer Vermeer waard onder dat
doel voor 2030? Of zegt hij hier: dat doel vind ik een tussendoel en
niet zo belangrijk, het gaat mij om 2050? Dat is dan in ieder geval een
heel eerlijk en duidelijk antwoord. Dan weten wij waar we aan toe
zijn.
De heer Vermeer (BBB):
Voor mijzelf en voor BBB is zo'n tussendoel altijd minder belangrijk
geweest dan het einddoel. Alleen, in de formatie hebben we wel
afgesproken dat we ons conformeren aan de doelen die in de wet staan.
Dat betekent dat dit voor mij nu de realiteit is. Daarom noem ik ook
zo'n voorbeeld als dat van de raffinageroute. Daar moeten we direct
iedere belemmering van afhalen, zodat de producenten er het komende jaar
al mee van start kunnen. Dat moeten wij niet verder vertragen.
Dat geldt ook voor de bijmenging van groen gas, bijvoorbeeld. Laat dat
per direct, op de kortst mogelijke termijn, starten. Wij wachten
natuurlijk vol verwachting ook op de voorstellen die de minister komend
voorjaar gaat doen om te kijken hoe wij kunnen bijsturen. Niet voor
niets hebben wij in het hoofdlijnenakkoord opgenomen dat er, als iets
niet lukt, alternatieven op tafel moeten komen. Net als u denk ik dat we
op het punt gekomen zijn dat we over alternatieven moeten praten. Dat is
mijn metafoor. We moeten nu even naar de kant van de weg en niet maar zo
doordrukken, maar eerst eens even kijken naar wat echt werkt. Er zijn
een aantal dingen die ik genoemd heb. Ik noem de warmtenetten. Daar
zitten we ook over te discussiëren in de Kamer, maar dan weer in een
ander comité. Wat gaan we vervolgens doen? Dan gaan we een eis opleggen
aan de leveranciers van warmtenetten dat die voor 51% in publieke handen
moeten zijn. Op deze manier zijn wij helemaal niet de vergroening aan
het stimuleren, maar werpen we hier als Kamer allerlei wettelijke
barrières op waardoor we die doelstellingen niet gaan halen, als we zo
doorgaan. U weet, of heeft het misschien inmiddels ervaren: ik ben een
van de grootste optimisten in de Kamer volgens mij. Maar ik heb er een
zwaar hoofd in dat we op deze manier de doelen kunnen halen. Dat klopt,
dat heeft u goed geproefd bij mij. Maar afspraak is afspraak bij ons,
mevrouw Kröger.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Ik ben in ieder geval blij met de woorden van de heer Vermeer, die zegt:
afspraak is afspraak. Dus de BBB lijkt zich er nu toch aan te
conformeren dat het kabinet bepaalde doelen heeft te halen. In de media
hebben we wat anders vernomen, dus daar ben ik blij mee. Maar ik ben
niet blij met de chaos die de BBB de afgelopen dagen heeft veroorzaakt,
rond de vraag welke maatregelen er dan genomen worden. Eerst de
complottheorie verspreiden dat ecologen in Spanje al die ellende en al
die overstromingen veroorzaakt zouden hebben. Dat vind ik echt heel erg
kwalijk, terwijl we wetenschappelijk weten dat het door extremer weer
komt. Daar zijn allemaal factchecks van geweest. Frequenter extreem
noodweer komt door de klimaatverandering. Dat is gewoon aangetoond. Dat
ten eerste. Ik vind het echt heel schadelijk wat de BBB heeft
gedaan.
Ten tweede over de rode lampjes en dat we moeten vertragen. Dat is je
niet houden aan de afspraak. Ik ben blij dat de heer Vermeer nu in ieder
geval zegt dat hij zich er wel aan gaat houden. Dan blijft natuurlijk de
vraag overeind: welke extra maatregelen ziet de BBB dan voor zich? U
heeft ermee ingestemd dat heel veel maatregelen worden geschrapt. Welke
maatregelen gaan we dan treffen om wél de klimaatdoelen te halen?
De heer Vermeer (BBB):
Dat zijn eigenlijk een stuk of drie, vier vragen en/of beschuldigingen
in één interruptie, maar ik zal proberen ze een voor een te
beantwoorden. Ik weet niet of u net bij interruptie het persoonlijke
feit gehoord heb dat ik gemaakt heb naar aanleiding van het verhaal van
mevrouw Rooderkerk. Daar wil ik even mee starten. U heeft het over het
verspreiden van complottheorieën, maar dat is absoluut niet aan de orde.
Ik heb in dat programma duidelijk gezegd — ik zal nogmaals herhalen wat
ik straks ook bij de interruptiemicrofoon verteld heb — dat de
klimaatverandering de extreme weersomstandigheden in Spanje in Valencia
versterkt hebben. Dat er meer regen gekomen is, heb ik helemaal niet
toegeschreven aan het weghalen van dammen. Dat slaat helemaal nergens
op. Dat heb ik ook niet gezegd. Legt u mij dat dus niet in de mond.
Papegaai ook niet allerlei mensen in talkshows na die dat proberen te
doen voorkomen, want het is de grootste flauwekul die er bestaat.
Wat ik wel gezegd heb — in the Guardian is daar vorig jaar een mooi
artikel over gepubliceerd — is dat ook ecologen zeggen dat het weghalen
van dammen wel invloed kan hebben op de mogelijkheid in gebieden waar
overstromingen plaatsvinden om het water voldoende te verwerken. Ik heb
straks al het voorbeeld genoemd van de ijsbaan; dat kunt u anders wel
even nakijken.
Verder zegt u …
De voorzitter:
Zegt mevrouw Teunissen.
De heer Vermeer (BBB):
Sorry. Verder begon mevrouw Teunissen haar interruptie met de opmerking
dat ze blij is dat wij ons toch blijken te conformeren aan de doelen.
Wij hebben nooit iets anders gezegd, dus het woordje "toch" kan zij
gewoon weglaten. Er is helemaal niks vreemds gebeurd vandaag. Ik zit op
dezelfde lijn als in de afgelopen maanden het geval was en sinds wij dit
akkoord gesloten hebben met elkaar.
Dan het beeld van het rode lampje. Ook daar heb ik het woord "vertragen"
niet gebruikt. Ik weet niet of u weleens naar de formule 1 kijkt —
anders moet u de race van afgelopen zondag even terugkijken — maar als u
dat doet, dan weet u hoe handig het soms is om de motor te vervangen,
even een paar plaatsen teruggezet te worden, en vervolgens wel de race
te kunnen winnen omdat je dan de spullen beter op orde hebt. Dus het
signaal van het rode lampje om naar de garage te gaan, of een pitstop te
doen, of whatever, heeft maar één doel: om je erop te herbezinnen of de
middelen die we ingezet hebben, wel de juiste zijn. Volgens ons moet het
gaan om doelen halen en niet om de middelen. Dat geldt eigenlijk breed
in het hele coalitieakkoord dat we gesloten hebben: we willen minder
focus op middelen en meer op doelen. We willen de middelen dus ook
willen gebruiken zoals ze bedoeld zijn, namelijk als middelen.
De voorzitter:
Mevrouw Teunissen, uw laatste interruptie.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Ik vind het heel goed dat de heer Vermeer hier het een en ander
rechtzet, maar de PvdD is niet de partij die mist creëert, dat is de
BBB. Die creëert hier mist. U heeft het nog steeds over een rood lampje.
U heeft het dan niet over vertragen, maar wel over een pas op de plaats,
merk ik even tussendoor op. Ik kijk niet naar de formule 1, want die
stoot heel veel uit. Het is totaal niet mijn hobby. Ik heb trouwens ook
geen auto, dus ik weet niks van rode lampjes. Maar ik wil wel heel
duidelijk van de heer Vermeer een antwoord horen op een vraag die
specifiek gaat over landbouw. Hij verwees naar de KEV, de Klimaat- en
Energieverkenning. BBB lijkt die serieus te nemen. Nu loopt het vast op
landbouw, onder andere door de stikstofcrisis. Het PBL zegt: er ligt nu
geen plan voor de 4 megaton die we minimaal moeten halen voor de
landbouw. De BBB gaat de hele tijd in tegen elk plan dat de
stikstofcrisis zou moeten oplossen, dus dat betekent ook dat er nu geen
plan ligt voor de landbouw om die 4 megaton te realiseren. Mijn vraag
aan de heer Vermeer is: wat is het plan van de BBB voor de landbouw om
die 4 megaton te realiseren?
De heer Vermeer (BBB):
Ik begin even met dat laatste. Mevrouw Teunissen zegt dat we tegen elk
plan op het gebied van stikstof ingaan. Het gaat om de plannen die er
lagen. Daar zijn we tegen ingegaan, zolang wij in de Kamer zaten. Dat
klopt. Dat is niet zo heel raar, omdat die plannen volgens ons gebaseerd
waren op de verkeerde uitgangspunten en de verkeerde doelstellingen
hadden. Daar zat voor een deel de doelstelling achter: als we de
veehouderij hier decimeren, dan is hier een probleem opgelost en dan
doen we iets goeds voor het klimaat. Maar mevrouw Teunissen weet ook
heel goed dat een koe in Nederland weghalen, er twee ergens in de wereld
terugbrengt. Voor het klimaat is dat juist funest. Als wij het klimaat
blijven behandelen als iets wat bij de grens ophoudt, dan zijn we echt
fout bezig.
Ik creëer ook helemaal geen mist. Volgens mij ben ik knetterduidelijk,
alleen staat de richting die wij kiezen mevrouw Teunissen niet aan. De
formule 1 is toch echt heel interessant, ook juist voor de ontwikkeling
van elektrisch vervoer. De manier waarop hybride auto's tegenwoordig als
ze afremmen hun energie opladen en zorgen dat die goed wordt benut, is
afgeleid van de kennis die in de formule 1 is opgedaan. Die heeft dus
een waardevolle bijdrage aan de energietransitie geleverd en doet dat
nog steeds.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Hierop verdergaand: de heer Vermeer komt altijd weer met hetzelfde
argument. Hij creëert eerst mist. Vervolgens pleit hij voor vertraging.
Daarna, als er echt wordt gevraagd om een maatregel, zegt hij: ja, we
kunnen hier niks doen, want dan gebeurt er ergens anders wel wat en dan
komt er daar weer een koe bij. Dat hoeft natuurlijk niet. Het kan
natuurlijk ook dat we er hier voor kiezen om met z'n allen minder vlees
te eten en dat er beleid wordt gevoerd waardoor dit kabinet leidt tot
verandering in de samenleving. Dat is zo'n beetje het idee van wat we
hier met z'n allen staan te doen. Mijn vraag aan de heer Vermeer is dus
als volgt. Als je ziet wat voor impact klimaatverandering op boeren
heeft, als je hoort over de mislukte oogsten en de droogte waarmee zij
te maken hebben en als je, nu net, ziet dat er in Spanje kapotte kassen
zijn door het enorme noodweer, waarom pleit meneer Vermeer er dan voor
om hen de hele tijd blind op een muur af te laten rijden, om maar bij de
autometaforen te blijven, zonder hen te helpen met oplossingen?
De heer Vermeer (BBB):
Onderdeel van de oplossingen, ook voor boeren en voor de
voedselproductie in de wereld, is dat wij werken aan klimaatadaptatie.
Wij moeten dus niet alleen denken dat wij klimaatverandering kunnen
voorkomen. Er is nog heel veel discussie over in welke mate de mens dat
kan beïnvloeden. Vooralsnog gaan wij ervan uit dat als wij
CO2 reduceren, wij daarin een belangrijke bijdrage leveren.
Maar daarnaast is het ook zeer verstandig om te werken aan
klimaatadaptatie. Dat betekent dat op sommige plekken bepaalde gewassen
niet meer verbouwd gaan worden en dat die voor andere plekken juist veel
geschikter zijn. Boeren weten inderdaad meer dan ieder ander wat de
effecten van klimaatverandering zijn. Soms leiden een toenemende
temperatuur en toenemende CO2-niveaus tot extra productie. De
landbouwkundigen kunnen bevestigen dat dat zo werkt. Op andere plekken
kunnen we door verzilting bepaalde gewassen niet meer telen. Op weer
andere plekken is een gewas opeens wel weer mogelijk en kan er
bijvoorbeeld soja in Nederland geteeld worden.
Maar het zijn allemaal keuzes. Als mevrouw Rooderkerk ervoor kiest om
minder vlees te eten en zo haar bijdrage te leveren, dan is dat
uiteraard haar vrije keuze. Wij willen dat alleen niet verplichten.
Daarom heb ik vrijdag ook gezegd dat een vleestaks wat ons betreft niet
aan de orde is, al is het alleen maar omdat dat in 2030 zou leiden tot
€5 extra aan kosten voor bijvoorbeeld een kilogram rundvlees en tot €2
per kilo kip. Ik denk niet dat de mensen daarop zitten te wachten, en
zeker niet als wij hier in andere debatten praten over het bestrijden
van armoede en kinderarmoede en over bestaanszekerheid.
De voorzitter:
Mevrouw Rooderkerk, uw laatste interruptie.
Mevrouw Rooderkerk (D66):
Dat was een lang antwoord. Wat mij betreft begint een betere wereld niet
bij jezelf, maar bij klimaatactie van de overheid, die ervoor zorgt dat
je duurzame alternatieven hebt, die goedkoper zijn en die beter zijn.
Daarvoor is het nodig dat er keuzes worden gemaakt door dit kabinet.
Mijn vraag is dus ook als volgt. De heer Vermeer verwijst nu naar een
andere bewindspersoon en naar dat er bij IenW meer zou moeten gebeuren.
Maar het echte probleem zit er natuurlijk in dat er op landbouwgebied
veel te weinig gebeurt. Het PBL zegt dat ook. Het gaat om 4 megaton. We
hebben veel te veel tekorten in de uitstoot, niet alleen van
CO2 maar natuurlijk ook van methaan. Er moet gewoon veel meer
gebeuren. Er moet echt beleid komen om dit tegen te gaan. Mijn vraag aan
de heer Vermeer is dan ook: wat gaat hij tegen zijn eigen bewindspersoon
zeggen? Die moet hij dan toch ook oproepen om wat te doen?
De heer Vermeer (BBB):
Daar wordt volop aan gewerkt. Niet voor niets hebben wij in het
coalitieakkoord afgesproken dat er 5 miljard beschikbaar komt voor de
landbouw, met name voor de blijvers, om juist in te zetten op innovatie.
In de Achterhoek is er bijvoorbeeld een stal waar alle uitstoot gemeten
wordt, zodat de boer de invloed van zijn managementmaatregelen op de
emissies kan zien en daarop kan sturen. Daar moeten wij in investeren,
net zoals we met alle andere industrieën en activiteiten doen.
Wat betreft de oproep om niet naar andere ministers te wijzen: wij
moeten niet naar ministers wijzen, maar kijken naar een integrale
aanpak. Het kan niet zo zijn dat er op IenW een besluit genomen wordt
waardoor het klimaat of de betaalbaarheid ernstig in gevaar komt. Dat
hebben we ook gezien bij maatwerk voor Dow Chemical. Op het laatste
moment is een maatwerkafspraak niet doorgegaan vanwege echt een
onzinnige regel over de concentratie van stikstofgassen in de uitlaat
van die fabriek. De totale hoeveelheid stikstof zou afnemen, maar
doordat de concentratie iets hoger zou worden door te stoken op
waterstof in plaats van op aardgas, is gewoon die maatwerkdeal niet
doorgegaan en is er 900 miljoen euro geïnvesteerd in Canada in plaats
van in Nederland. We zijn echt knettergek als we dit soort dingen tegen
elkaar in laten werken. Dat is wat er op dit moment aan de orde is. Dat
is geen verwijt naar welke minister of welk ministerie dan ook maar een
probleem dat wij hier in de Kamer als Kamerleden met elkaar op moeten
lossen.
De voorzitter:
Mevrouw Koekkoek, nog één vraag. Dit is de laatste.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
De heer Vermeer heeft, niet alleen op nationale televisie maar nu ook
weer, het verhaal van de partij Vox in Spanje herhaald. Vox is een
extreemrechtse partij die in Spanje na de overstromingen heeft gezegd:
luister, het ligt niet alleen aan het extreme weer; het ligt aan die
dammen. Dat zeggen ecologen ook. Zij hebben zelfs letterlijk verwezen
naar het artikel van the Guardian. Het nadeel van dat artikel is dat
daarin niet staat dat het inderdaad daardoor komt. Het artikel van the
Guardian en het onderzoek zeggen: het kan. Het ging absoluut niet over
Spanje; het is een algemene analyse waarbij ecologen zeggen: ook wij
zien dat we ons moeten aanpassen. Desinformatie verspreiden gebeurt soms
heel expliciet. Je kan het klimaat ontkennen, zoals een aantal partijen
hier in de Kamer ook doen, en je kan ontkennen dat mensen daar invloed
op hebben, maar het gaat soms ook door twijfel te zaaien. Bewust of
onbewust — ik ga de heer Vermeer geen harde verwijten maken — is het
verspreiden van dat soort desinformatie wel heel schadelijk, want door
twijfel te zaaien, zand in de feitenmolen te strooien, gaan wij erover
twijfelen of levensreddend beleid daadwerkelijk nodig is. Ik wil aan de
heer Vermeer vragen of hij ook ziet dat bij iets wat ons allen bedreigt,
de klimaatcrisis, zorgvuldig omgaan met woorden en bronnen om alles te
doen om te voorkomen dat je bewust of onbewust desinformatie verspreidt,
onderdeel is van de verantwoordelijkheid die wij hier als Kamerleden, en
überhaupt in de maatschappij, moeten betrachten.
De heer Vermeer (BBB):
Ik vind het echt heel kwalijk wat hier gebeurt en wat mevrouw Koekkoek
hier aan het doen is. Zij verwijt namelijk een andere partij het zaaien
van twijfel en ondertussen probeert zij eigenlijk twijfel te zaaien over
alles wat ik hier vertel. Ik vind het gewoon onacceptabel dat hier in
deze Kamer bij een afwijkende mening over wat de juiste route is om een
doel te bereiken, geprobeerd wordt om die te positioneren of te koppelen
aan een extreemrechtse partij in de Spanje, waar ik geen ene reet mee te
maken heb. Ik vind dat dus echt zeer kwalijk. Ik wil het gewoon bij de
feiten houden, namelijk: er is klimaatverandering, er zijn extreme
weersomstandigheden en het aantal slachtoffers door extreem weer is
gelukkig — "gelukkig", zeg ik — afgenomen met 98% in de laatste honderd
jaar, vanaf 1900, juist omdat de mensen beter in staat zijn om elkaar te
beschermen. Dat werd duidelijk in de IPCC-rapporten.
Maar iedere dode is er natuurlijk altijd één te veel. Ik heb gezegd en
heb duidelijk willen maken dat er meer aan de hand is, dat extreme
weersomstandigheden een feit zijn, maar dat er ook invloed is van beleid
dat wij maken. In het hele beleid, bijvoorbeeld om overal dammen te
verwijderen in Europa, zijn allerlei ecologische afwegingen meegenomen.
Maar als je die rapporten goed leest, dan zie je wat de invloed hiervan
op de mens is en wat voor invloed dat heeft op bijvoorbeeld de gevolgen
van klimaatverandering. Die gevolgen zijn daar niet in meegenomen. Die
zijn puur ingestoken vanuit ecologische motieven om de biodiversiteit te
verbeteren. Dat is ook belangrijk. Biodiversiteit is namelijk
superbelangrijk. Ook dat weet ik vanuit mijn agrarische studie. Ik weet
ook hoe belangrijk het is dat er bijen zijn en dat er zo veel mogelijk
diersoorten en plantensoorten zijn. Alleen dan kun je namelijk
vooruitgang boeken. U leest die bronnen allemaal wel na. Als u ze niet
kent, wil ik ze wel naar u opsturen. Maar mevrouw Koekkoek moet echt
stoppen met het proberen te framen van een andere benadering, een andere
route, als het strooien van zand in de raderen of als twijfel zaaien. Ik
hoop eigenlijk dat het u — sorry, mevrouw Koekkoek — aan het twijfelen
brengt over of u de juiste route heeft gekozen.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
Voorzitter, excuus. Een persoonlijk feit. Ik sta de heer Vermeer hier
niet te censureren. Dat is totale onzin. Hij heeft ook geen antwoord
gegeven op de vraag.
De heer Erkens (VVD):
Ik heb een andere vraag aan de heer Vermeer. Ik hoorde hem aan het begin
zeggen dat de BBB ook staat voor haar afspraak. Volgens mij zei hij dat
het van belang is dat we ook de uitvoering, waar het nu vaak op
vastloopt, repareren. Tegelijkertijd, als we kijken naar alternatief
beleid, moeten we vooral ook kijken naar zaken die op de lange termijn
ook effectief zijn voor Nederland en niet naar zaken die op de korte
termijn misschien helpen, maar die er op de lange termijn voor zorgen
dat die verduurzaming vastloopt of dat bedrijvigheid weggaat. Heb ik het
dan goed geïnterpreteerd?
De heer Vermeer (BBB):
Dat heeft de heer Erkens goed geïnterpreteerd. Wij moeten vooral op de
korte termijn kijken hoe we barrières weg kunnen halen. Ik noem
bijvoorbeeld huizen die niet geïsoleerd kunnen worden, omdat er mogelijk
vleermuizen in zitten. Daar kan je eDNA-onderzoek naar doen. Dat zal
heel belangrijk zijn. Sinds september 2021 hebben wij al gepleit voor
een isolatievoucher voor particulieren. Die zou vorig jaar voor de zomer
gepresenteerd worden door minister De Jonge. Wij hebben dat ding nog
niet gezien. Ik vind dat echt superkwalijk. Wij hebben er jaren voor
lopen strijden dat mensen gewoon hun eigen aanpassingen kunnen doen in
hun huis. Soms is de grootste besparing die je in je huis kunt doen
gewoon het plaatsen van zo'n veertje op de deur tussen de kamer en de
gang, die je bij de bouwmarkt voor nog geen tientje kunt halen. Het is
superbelangrijk, want voor alle energie die we in de huishoudens kunnen
besparen, hoeven we geen transitie te doen. Die energie is gewoon
bespaard en dat is dus ook goed voor de portemonnee.
De heer Erkens (VVD):
Volgens mij hoor ik best veel gelijkenissen tussen wat de heer Vermeer
zegt en wat ik zeg. Energiebesparing is nog een belangrijke route, ook
omdat daarmee de energierekening omlaaggaat en we onafhankelijker
worden. Op dat gebied valt in Nederland trouwens echt nog veel te doen.
Een andere vraag die ik zou willen stellen gaat over veel voorgenomen
beleid, dat eigenlijk al jaren op de plank ligt, maar nog niet ingevoerd
is. Een voorbeeld daarvan is de bijmengverplichting groen gas. Dat is
een hele mooie manier om te werken aan de verduurzaming in Nederland,
met name voor ondernemers in de landbouwsector. Daarmee kunnen we ook de
gebouwde omgeving via het bestaande aardgasnetwerk verduurzamen. Is dat
ook een van de maatregelen waarvan de BBB net als de VVD zou zeggen: kom
daar nou snel mee naar de Kamer, want dat is iets waarmee we al tempo
kunnen maken met elkaar?
De heer Vermeer (BBB):
De heer Erkens stipt een heel belangrijk onderdeel aan. Ik heb ook met
de energiebedrijven gesproken, die zeggen: voer die bijmengverplichting
alsjeblieft in, al is het maar een paar procent, want dan ontstaat er
tenminste een markt. Dan ontstaat er een markt voor groen gas, dan
ontstaan daarvoor netwerken en dan maken we stappen. Ik heb hierover in
een eerder debat al eens gezegd: misschien hebben we straks wel te
weinig koeien in plaats van te veel, want dat vraagt nogal wat van de
hoeveelheid groen gas die we moeten gaan produceren. Maar dat is vast
niet wat u bedoelt.
De heer Erkens (VVD):
Dat debat laat ik voor een ander moment. Wat we ook zien is dat het
voorstel voor de bijmengverplichting van groen gas, zoals dat in het
verleden gecommuniceerd werd, over de periode van 2026 tot 2030 ging,
terwijl de investeringshorizons van ondernemers vaak langer zijn. Is de
heer Vermeer het dan dus wel met mij eens dat we ook duidelijkheid
moeten verschaffen over de lange termijn? Want het is natuurlijk heel
zonde als je zo'n maatregel hebt, maar dat de groengasproductie daarna
niet van de grond komt omdat ondernemers nog steeds zeggen: ik weet niet
waar ik aan toe ben na 2030.
De heer Vermeer (BBB):
De heer Erkens pleit terecht voor duidelijkheid voor ondernemers. Dat
moeten we zo vroeg mogelijk doen. Ik besef dat wij in het
coalitieakkoord een aantal dingen hebben omgegooid, namelijk door te
stoppen met de saldering en het afschaffen van de verplichte warmtepomp;
ik vind het overigens een geniaal idee om dat af te schaffen, maar dat
terzijde. Dat heeft natuurlijk wel voor wat onzekerheid ook in
ondernemersland gezorgd. Het allerbelangrijkste is dat wij een agenda
voor de komende jaren neerleggen, waardoor ondernemers ook kunnen
investeren. Die investeringshorizons zijn soms wel 40 jaar, bijvoorbeeld
als het gaat om een gasoven bij een bakker of wat dan ook.
De voorzitter:
De heer Bontenbal voor zijn laatste interruptie.
De heer Bontenbal (CDA):
Er zijn vijf fabrikanten die grote fabrieken hebben neergezet en nu
ineens te horen hebben gekregen dat die maatregel eruit gaat. Dus als
iets geen investeringszekerheid biedt dan is dat wel wat dit kabinet
gedaan heeft. Dat zou ik dus graag even willen rechtzetten. Mijn vraag
gaat over het amendement. De BBB heeft verkiezingen gewonnen met de
belofte dat het allemaal anders kon in de agrarische sector. De BBB zou
de agrarische sector toekomstperspectief bieden. Ik heb al in mijn
inbreng gezegd dat het geld dat het mogelijk zou maken voor de
agrarische sector om te verduurzamen uit dat transitiefonds moest komen.
Daardoor kon de agrarische sector geen aanspraak maken op het
Klimaatfonds. Daar was een knip tussen gezet. De BBB heeft dat
transitiefonds geschrapt. Er is nu dus gewoon geen geld, niet genoeg in
ieder geval, voor de verduurzaming van de agrarische sector. Een paar
dagen geleden begon LTO er ook over. Die zegt nu: wij willen, ik meen,
7,8 miljard. Daar begint nu dus ook te dagen dat er geen geld is voor de
sector om te verduurzamen. Nou hebben wij als CDA een handreiking gedaan
met een voorstel dat, denk ik, redelijk is. Eerst hadden we een vrij
hard voorstel, namelijk om de 5 miljard helemaal in een nieuw fonds te
stoppen. Maar om partijen in de coalitie tegemoet te komen, hebben we nu
gezegd: maak een kavel binnen het Klimaatfonds. Dat is voor ons de
manier om die sector niet te laten verzuipen. Want dat is wel wat er
gaat gebeuren. Ik had vanuit de coalitie maar ook wel een beetje vanuit
de BBB eigenlijk verwacht dat er iets van een handreiking zou
plaatsvinden, of dat er ten minste even een gesprek zou zijn in de
trant: dat is interessant, hier willen we over meedenken. Waarom wordt
die uitgestoken hand niet aangenomen? Waarom wordt er dan toch voor
gekozen om die sector keihard tegen de muur aan te laten rijden? Wij
willen het niet.
De heer Vermeer (BBB):
De interruptie van de heer Bontenbal bevat veel onderdelen. Ten eerste
vraagt hij: waarom wordt ervoor gekozen om de sector tegen de muur te
laten rijden? Dat is helemaal geen keuze. Dat is helemaal niet wat we
aan het doen zijn. Verder zegt hij dat BBB het transitiefonds geschrapt
heeft. De coalitie heeft afgesproken om het transitiefonds te schrappen.
Punt. Wij hebben eerder al, net als de heer Omtzigt, tegen het
transitiefonds gestemd omdat wij tegen het gebruik van dat soort fondsen
zijn.
Is het antwoord nog relevant? Ja, oké. Dus eerder waren wij al tegen het
transitiefonds vanwege de manier dat vormgegeven was en omdat niet
duidelijk was of dat ook aan blijvende boeren besteed zou worden. Want
uit onze analyses op dat moment bleek ook dat het gros bedoeld was voor
het stimuleren en ontwikkelen van nieuwe natuur en het uitkopen van
boeren. Dat is heel slecht voor de keten en dus ook voor de blijvende
boeren. En er zou heel veel geld besteed worden aan allerlei plannen,
die ook al bij de provincies lagen, maar die meestal niets met de
agrarische sector en de toekomst daarvan te maken hadden. Wat ons
betreft was dat dus geen efficiënt fonds. Wij hebben ervoor gekozen om
een investeringsagenda van 5 miljard te starten die gericht is op
innovatie, een stukje uitkoop en het oplossen van mestproblemen. En er
is voor gekozen om structureel 500 miljoen per jaar beschikbaar te
stellen voor agrarisch natuurbeheer. Als we dat 50 jaar vol kunnen
houden, dan hebben we 25 miljard.
De voorzitter:
De heer Grinwis nog en anders ga ik graag door naar andere sprekers,
want we hebben nog …
De heer Vermeer (BBB):
Maar ik kan de heer Bontenbal wel toezeggen dat ik de rest van de
coalitie zover probeer te krijgen om het Klimaatfonds ook open te zetten
voor de landbouw. Ik ben daar al wel mee bezig, maar dat leidt nog niet
echt tot gejuich, kan ik u zeggen. Maar we zitten nog niet bij de
stemmingen, dus er kan nog van alles gebeuren.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Ik denk dat BBB en de ministers van de kroon die uit de BBB-stal komen,
dit geld uit het amendement van het CDA, GroenLinks en de ChristenUnie
nog heel hard nodig gaan hebben. Anders wordt het namelijk alleen maar
heel kil normeren en beprijzen. Dan kom je alleen op die manier dichter
bij de doelen en dat wordt een heel hard gelag voor onze boeren. Daar
was in voorzien met het oude fonds, maar daar is nu niet in voorzien,
ook niet met die structurele 500 miljoen voor agrarisch natuur- en
landschapsbeheer. Daarin is ook niet voorzien met die 5 miljard die nog
over is van de oorspronkelijk pot. Dat weet de heer Vermeer heel goed.
Daarom sluit hij zijn antwoord op de interruptie ook af zoals hij die
zojuist afsloot.
Mijn vraag is een beetje een andere. Die gaat over iets wat ik wel vaker
zie bij BBB. In abstracto worden doelen gesteund, maar zodra het dan
dichterbij komt, wordt het toch een beetje spannend en wordt er toch
maar tegen gestemd. Ik heb het gezien bij Landbouw bij moties van mij om
het emissiebeleid concreet handen en voeten te geven, maar ook als het
gaat om emissierechten en …
De voorzitter:
Dit wordt zo een hele lange interruptie, meneer Grinwis.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Daar heeft u gelijk in, voorzitter. Ik heb het ook gezien als het gaat
om emissierechten en maximale hoeveelheden emissie die je als bedrijf
mag uitstoten. Ondanks een oordeel Kamer van de minister van LVVN stemt
de BBB tegen. Ik ben een beetje bang dat nu in abstracto doelen worden
gesteund, dat er een aanvullend of alternatief beleidspakket moet komen
— dat is ook afgesproken en daar blijft de heer Vermeer achter staan —
maar dat zodra we het concreet maken op mobiliteit …
De voorzitter:
En uw vraag is?
De heer Grinwis (ChristenUnie):
… op LVVN, op Landbouw en op de gebouwde omgeving, de BBB niet thuis
geeft. Kan de heer Vermeer vertrouwen geven dat de afspraken die zijn
gemaakt, niet alleen in abstracto worden gesteund, maar ook als het
concreet wordt? Dat betekent namelijk ook dat de pijn genomen moet
worden.
De heer Vermeer (BBB):
Wij weten er alles van wat het is om pijn te nemen als je in een
coalitie stapt. Wij hebben een heleboel dingen binnengehaald. Ik vind
zelfs dat het heel veel is. Als u ons programma naast het
hoofdlijnenakkoord legt, ziet u dat er slechts een aantal punten tussen
zitten waarbij we echt pijn hebben moeten leiden. De saldering is daar
eentje van. Maar als er vanuit de Kamer of vanuit het kabinet goede
voorstellen komen die de doelen ondersteunen, dan zullen wij daarin
meegaan. U mag ons daar de komende tijd op afrekenen. Als de minister
dus straks voorstelt dat we die raffinageroute niet met een
correctiefactor gaan corrigeren, waardoor tweeënhalf keer de
inspanningen nodig zijn om de resultaten te behalen, zullen wij dat ten
volle steunen; daar hoeft u echt niet aan te twijfelen. Maar wij blijven
als politieke partij wel binnen de kaders van het hoofdlijnenakkoord,
want daar hebben we ja tegen gezegd. Wij blijven maximaal koersen op het
gebruik van ons gezonde verstand en beoordelen ieder voorstel gewoon op
zijn inhoud. Een slecht voorstel wordt niet automatisch goed als dat
wordt ingediend door het kabinet of een coalitiegenoot. Het moet gaan om
de inhoud.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng.
De heer Vermeer (BBB):
Graag gedaan.
De voorzitter:
De volgende spreker is mevrouw Teunissen en zij spreekt namens de Partij
voor de Dieren. Gaat uw gang.
Mevrouw Teunissen (PvdD):
Dank u wel, voorzitter. Het water staat ons aan de lippen. Door de
manier waarop onze maatschappij is ingericht, stoten we heel veel
broeikasgassen uit en blijft onze ecologische voetafdruk maar groeien.
Het is zo veel dat het onze aarde blijvend beschadigt, zo veel dat we
dit jaar al honderdduizenden mensen en dieren hebben zien overlijden of
lijden door oververhitting, droogte, voedseltekort en verschrikkelijke
stormen.
Het water staat ons aan de lippen. Terwijl de auto's door de straten in
Valencia stromen, zien wij de grote vervuilers, de Exxons en de Shells
van deze wereld miljarden — miljarden! — winsten maken. Het zijn
bedrijven die al sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw wisten van
de gevolgen van fossiele uitstoot. Ondanks 6 IPCC-rapporten, 28
klimaattoppen en 10.000 wetenschappelijke artikelen heeft de wereld
slechts zeer beperkte vooruitgang geboekt op het gebied van
klimaatverandering. Hoe komt dat? Dat komt door de lobby en sterke
weerstand van grote vervuilers die financieel profiteren van ons
fossiele systeem.
Het water staat ons aan de lippen. Maar volgens de minister staat het
water niet óns aan de lippen. Nee, volgens de minister staat het water
de industrie aan de lippen. De minister maakt zich heel veel zorgen om
deze miljardenbedrijven en houdt de vervuilende fossiele industrie in
stand. Dat staat lijnrecht tegenover het principe "de vervuiler
betaalt".
Dat de klimaatdoelen niet worden gehaald, wekt dus geen verbazing, hoe
schokkend dit ook is. De significante maatregelen die het kabinet kon
nemen, zijn teruggedraaid of niet genomen. Denk aan het terugdraaien van
de CO2-heffing. Maar ook bij andere bewindslieden gaat het
volledig de verkeerde kant op. Ik noem het terugdraaien van de
noodzakelijke inkrimping van Schiphol. Lelystad moet dicht, maar toch is
de deur opengezet. Of neem het weggooien van het geld voor de transitie
in de landbouw.
Wat doet het kabinet dan wel? Het kiest voor het helpen van de grote
vervuilers. Er is ruim 3 miljard voor maatwerkafspraken met bedrijven
die decennialang tegen beter weten in zijn doorgegaan met vervuilen en
een korting op de energiebelasting voor grootverbruikers. Fossiele
subsidies van 40 miljard worden niet afgeschaft en er komt zelf een
nieuwe subsidie bij, namelijk de verlaagde accijns op diesel. In plaats
van op grote schaal huizen verduurzamen, isoleren, zonnepanelen
plaatsen, investeren in voldoende personeel en voor iedereen een
betaalbare energietransitie realiseren, kiest het kabinet voor bijna 10
miljard aan kerncentrales. Dat zijn centrales die niet in dit land
passen, veel te duur zijn en geen enkele oplossing zijn voor de komende
vijftien à twintig jaar. Voor 2030 is kernenergie een
schijnoplossing.
Dus nee, dat de klimaatdoelen niet worden gehaald, wekt geen verbazing.
Dat krijg je met bewindspersonen die feitenvrij en op de onderbuik
regeren. Maar dat krijg je ook door politici die twijfel zaaien en
partijen in het kabinet die klimaatverandering ontkennen. Maar de Staat
is simpelweg gebonden aan mensenrechtenverdragen. Het kabinet moet het
Urgendavonnis uitvoeren en het vonnis van het Europees Hof voor de
Rechten van de Mens. Mijn eerste vraag aan de minister is: kan de
minister bevestigen dat er geen ruimte is voor een pas op de plaats, ook
vanwege die rechtsplicht die wij hebben?
Voorzitter. Dit kabinet gijzelt Nederland door de stikstofcrisis niet op
te lossen. Dat is volgens de Klimaat- en Energieverkenning een van de
oorzaken waardoor de klimaatdoelen niet worden gehaald. Maar het komt
ook door het beschermen van de grote vervuilers en het niets doen om
mensen echt de middelen te geven om hun woningen te verduurzamen en echt
op die systeemverandering in te zetten. Welke alternatieven zijn er
mogelijk met dit kabinet? De VVD wil geen grote vervuilers laten
meebetalen aan de kosten van de transitie. BBB ontneemt de kans voor de
agro-industrie om haar steentje bij te dragen aan een betere wereld. Het
is tijd voor echte oplossingen. Stop met het uitstellen van het maken
van structurele keuzes.
Daarvoor moeten we snoeien om te bloeien. Want niet alles kan in dit
land. Geen oneindige economische groei, maar een circulaire economie.
Geen bizarre luxeconsumptie van superrijken met meerdere
privévliegtuigen, dikke SUV's en superjachten, maar basisvoorzieningen
zoals het verduurzamen van onze woningen. Het is tijd voor oplossingen.
Wat dit kabinet ook niet moet vergeten of, beter nog, niet moet
onderschatten, is dat de meerderheid van de Nederlanders zich zorgen
maakt over klimaatveranderingen. Zij willen klimaatbeleid, zij willen
dat hun kinderen en kleinkinderen een veilige en gezonde toekomst op
deze planeet hebben. Maak dus structurele keuzes en schuif niet alles af
op toekomstige generaties. En daar begint het nu toch weer op te lijken.
Want het kabinet zegt wel met alternatief beleid te komen — en ik wil
best geloven dat partijen daarmee het beste voor hebben om de
klimaatdoelen te halen — maar ik hoor geen enkele concrete additionele
maatregel. En dat terwijl er tienduizenden rapporten liggen over wat er
moet gebeuren.
Een van die zaken is: krimp het aantal dieren in de veehouderij, hervorm
de landbouw. De intensieve landbouw stoot niet alleen heel veel methaan
uit, maar neemt ook nog eens de helft van Nederland in beslag en zorgt
ervoor dat we niet kunnen bouwen én de natuur niet kunnen versterken.
Een krimp van het aantal dieren in de veehouderij is onvermijdelijk. Dat
zeg ik niet, dat zegt Laura van Geest in het rapport dat deze Kamer
wilde voor additionele maatregelen. Dat is inmiddels zes jaar geleden.
Er ligt geen plan. Als we zorgen voor het einde van de bio-industrie,
levert dat ontzettend veel land, water en CO2-reductie op en
met name een reductie van de zeer schadelijke methaanuitstoot. Ik wil
dus graag van de minister weten waarom zij niet voor deze heel
effectieve maatregel kiest.
Zorg voor een progressieve energiebelasting. De sterkste schouders
dragen de zwaarste lasten. Dat zorgt voor een lagere energierekening
voor mensen in armoede en het bespaart ruim 5 megaton CO2.
Voer rekeningrijden in: tot 4,6 megaton CO2-reductie. Voer
eerlijke vliegbelastingen in: hoe verder en hoe meer je vliegt, hoe meer
je betaalt. De Partij voor de Dieren heeft daarover een aantal
amendementen op het Belastingplan ingediend.
Voorzitter. Dit zijn geen nieuwe oplossingen of zo. Dit zijn dingen die
er al lang liggen en in allerlei rapporten staan, maar die keuzes worden
door dit kabinet gewoon niet gemaakt. Het kabinet durft die niet te
maken, omdat ze fundamentele veranderingen in onze samenleving
betekenen. En dat durft het kabinet niet, terwijl een meerderheid in
Nederland wil dat we wat doen voor het klimaat.
Voorzitter. We kunnen in ieder geval beginnen. De Partij voor de Dieren
heeft een paar moties over bijvoorbeeld een belasting op SUV's, een
belasting op privéjets. Sterk vervuilende vervoersmiddelen zwaarder
belasten levert Nederland jaarlijks zo'n 3,7 tot 4,4 miljard euro op.
Dat geld kunnen we inzetten voor een rechtvaardige energietransitie of
om landen te helpen die nu al zwaar getroffen worden door de
klimaatcrisis. Een vraag aan de minister is: vindt zij het eerlijk dat
van de Nederlanders de rijkste 1% negen keer meer CO2
uitstoot dan de armste 50%? Gaat zij maatregelen treffen om dit
eerlijker te maken, zo vraag ik haar.
Voorzitter. Dit zijn allemaal maatregelen volgens het principe "de
vervuiler betaalt". Uit onderzoek blijkt dat een meerderheid van de
Nederlanders hierachter staat. De vervuiler moet betalen; de vervuiler
moet niet betaald krijgen. Het kabinet heeft dus een meerderheid van de
Nederlanders achter zich. Pas het gewoon toe en stop met alleen
luisteren naar de grote vervuilende bedrijven die miljardenwinsten maken
en geld uitkeren aan de aandeelhouders. Kies voor kinderen en
kleinkinderen. Kies voor een leefbare wereld.
Voorzitter. We hebben het gehad over het schadelijke gedrag van de
rijkste mensen op aarde, maar laten we ook even inzoomen op het geld dat
adverteerders verdienen aan het stimuleren van schadelijk gedrag, iets
wat nog steeds de norm is in onze samenleving. Reclame voor bijvoorbeeld
gokken of roken staan we niet meer toe. Waarom staan we dan wel reclame
toe voor de schadelijkste vormen van transport of voor schadelijke
vormen van consumptie of vleesreclame voor kiloknallers? Waarom
investeren we niet in voorlichting, in campagnes voor duurzaam eten? Kan
de minister uitleggen waarom zij niet voor deze weg kiest? Want niet
alleen fossiele subsidies houden de transitie naar een duurzame
samenleving tegen. Fossiele reclame doet dat ook, want die normeren. Zij
houden de illusie in stand dat vliegreizen en benzineauto's normaal
zijn.
Uit onderzoeken van de Raad voor de leefomgeving, TNO, het PBL en de WKR
volgt het advies om reclames voor klimaatbelastende zaken te verbieden
of te beperken. En uit de rapporten van het IPCC blijkt dat
gedragsverandering essentieel is als onderdeel van deze puzzel. Reclame
stuurt natuurlijk gedrag. Het is een maatregel die geen belastinggeld
kost, die snel kan worden ingevoerd en die de minister helpt de doelen
te bereiken. En nog meer goed nieuws: een ruime meerderheid van de
Nederlanders steunt een verbod op schadelijke reclame. Dus het is
uitvoerbaar, betaalbaar en haalbaar.
De minister moet aan de slag. Niet alleen het stimuleren van
noodzakelijke gedragsverandering, maar ook een einde maken aan het
oneerlijk subsidiëren van de vervuilers, miljarden weggeven aan
vervuilende bedrijven die alleen kiezen voor aandeelhouders en niets
doen voor de Nederlander die deze klimaattransitie wil. Alleen zo werken
we aan een duurzame toekomst.
Tot slot. Al weken zien wij beelden van de meest verschrikkelijke
weerfenomenen, van doden in Spanje tot verschrikkelijke droogte in de
Amazone en in de Pantanal, het grootste moeras ter wereld, naast de
Amazone. Dieren die een verschrikkelijke dood sterven, levend verbrand
worden of verdrogen door dorst; beelden die door merg en been gaan en
hart en ziel raken. Dit lijkt soms vanuit het comfort van de rijke
Nederlander een ver-van-ons-bedrealiteit, maar de realiteit is dat
Nederland geen eiland is. De gevolgen van een verschrikkelijke
klimaatcatastrofe zullen ook ons niet bespaard blijven. En ik hoop dat
deze minister en dit kabinet die realiteit onder ogen zien, en daarom
ook een realistisch klimaatbeleid voeren in lijn met de
klimaatwetenschap, en de acties die hard nodig zijn ook eindelijk gaan
nemen.
Dank u wel.
De voorzitter:
Hartelijk dank voor uw inbreng. Dan is nu het woord aan de heer Van
Houwelingen. Hij voert het woord namens Forum voor Democratie. Ga uw
gang.
De heer Van Houwelingen (FVD):
Dank u, voorzitter. Allereerst wil ik president Donald Trump van harte
feliciteren met zijn fantastische verkiezingsoverwinning. Forum voor
Democratie kijkt met goede hoop naar de toekomst: eindelijk
vredesonderhandelingen tussen Oekraïne en Rusland, om de zinloze oorlog
daar te stoppen, een einde aan woke en massale migratie en het opzeggen
van het Klimaatakkoord van Parijs. Dat klinkt ons allemaal als muziek in
de oren.
Dus, dat gezegd hebbende: klimaatneutraal in 2050, dat is de
doelstelling van dit kabinet. Uiterlijk in 2030 moeten de laatste drie
kolencentrales in Nederland zijn gesloten. Vanaf 2035 mogen in de EU
geen nieuwe brandstofauto's meer worden verkocht. En per 1 januari 2025
al dreigen brandstofmotoren geleidelijk te worden uitgefaseerd in ons
land. Zo zullen vanaf begin volgend jaar ongeveer 30 gemeenten in ons
land stadslogistiek, zoals bestelbussen en vrachtauto's met
brandstofmotoren, uit zogenaamde zero-emissiezones weren. Daarna volgen
ongetwijfeld de personenauto's. Amsterdam en Eindhoven hebben dit zelfs
al aangekondigd. Het afschakelen van klassieke fossiele brandstoffen
zoals benzine en aardgas betekent bovendien dat onze gehele economie
geëlektrificeerd moet worden. Dat kan ons elektriciteitsnet simpelweg
niet aan. Bijna 10.000 bedrijven wachten inmiddels op een
elektriciteitsaansluiting, en maar liefst een op de drie straten in
Nederland moet open om het net te verzwaren; een operatie waarbij de
Deltawerken in het niet vallen, aldus TenneT. Een ongekende
kapitaalvernietiging.
We bespreken vandaag de begroting van het ministerie van Klimaat en
Groene Groei, maar eigenlijk zouden we moeten spreken van "het
ministerie van Klimaat en Groene Krimp". De energieprijzen schieten
omhoog. Industrie vertrekt vervolgens uit Nederland en Europa. Ik heb de
voorbeelden al vaker genoemd. Vanwege de hoge energieprijzen zijn recent
een aluminiumfabriek in Groningen en een zinkfabriek in Brabant
gesloten. Volkswagen kondigde vorige week aan maar liefst drie fabrieken
in Duitsland te moeten gaan sluiten, en autotoeleverancier Schaeffler
maakte gisteren bekend bijna 5.000 arbeidsplaatsen te zullen gaan
schrappen. Europa de-industrialiseert. Europa verarmt. We kiezen niet
voor groei en welvaart, maar voor groene krimp, werkloosheid en armoede.
Klimaatneutraal in 2050 is economische zelfmoord. Groene groei is een
synoniem voor degrowth, voor armoede. Groene groei bestaat niet; het is
een toxische ideologie, een gevaarlijk experiment op de wereldbevolking.
Zonder klassieke fossiele energie geen welvaart. Alleen Europa doet mee
aan dit experiment. China blijft wel degelijk fossiele brandstoffen
gebruiken. Zelfs als we de klimaatmodellen van het IPCC geloven, levert
de vernietiging van onze welvaart dus helemaal niets op. Nou ja, zoals
het kabinet zelf heeft toegegeven: de temperatuur zal hierdoor tot 2030
wereldwijd met 0,000036 graden minder stijgen. 0,000036 graden. We duwen
de industrie, en daarmee onze welvaart, ons land uit voor 0,000036
graden. Ondertussen gaat China vrolijk door met het bouwen van
kolencentrales en probeert Trump straks onder het motto "Drill, baby,
drill!" zo veel mogelijk olie uit de grond te halen. Het is waanzin.
Waarom doen we onszelf dit aan? Er is immers helemaal geen
klimaatcrisis, zo stellen maar liefst 2.000 wetenschappers, waaronder
Nobelprijswinnaars, die de klimaatdeclaratie van CLINTEL hebben
ondertekend.
De meeste extremen zijn helemaal niet toegenomen. Er zijn niet meer
overstromingen en orkanen. Er is niet meer droogte. Dat erkent nota bene
het IPCC zélf in zijn laatste rapport, uit 2021. Ik had hier net een
interruptiedebatje over met de heer Erkens, die hier helaas niet meer
is. Hij zei dat dit niet het geval is, dus ik heb de paginanummers voor
hem opgezocht. Als het om overstromingen gaat, kunt u dat terugvinden in
het IPCC-rapport op pagina 1.569. Voor orkanen zijn geen trends
waarneembaar; dat staat op pagina 1.585 in het eerste working report uit
2021. Droogte vindt u op pagina 1.578 en 1.579. Ik heb zelfs de citaten.
Die zal ik de heer Erkens doen toekomen, als hij — dat hoop ik — weer
komt.
Bovendien heb ik deze grafiek nog. Dit zijn bijvoorbeeld satellietdata.
Ik zal het even laten zien. Dit komt uit een wetenschappelijk paper over
de energie die orkanen hebben opgewekt in de afgelopen decennia, de
afgelopen 30 jaar. Bovenaan staat de lijn voor alle orkanen en daaronder
staan de zware orkanen. En wat zien we? Het is helemaal geen trend! We
zien hier nog een dalende trend. Er is dus helemaal niks aan de hand.
Het IPCC negeerde bovendien vrijwel alle literatuur die laat zien — dat
is ook al genoemd in het debat, als het goed is onder andere door de BBB
— dat schade door extreem weer als percentage van het GDP niet toeneemt,
maar daalt. Dat is uitermate goed nieuws. Het IPCC liet ook na duidelijk
te vermelden dat het aantal slachtoffers door extreem weer in de
afgelopen eeuw met meer dan 95% is gedaald. Dat is ronduit spectaculair
goed nieuws. Daarom mijn vraag aan de minister. Dat is mijn enige vraag,
maar daar zou ik morgen wel graag een antwoord op hebben. Waaruit blijkt
nou tot nu toe dat klimaatverandering gevaarlijk zou zijn? Waaruit
blijkt dat?
Een stijgende temperatuur redt bovendien levens; wereldwijd sterven er
namelijk nog altijd veel meer mensen door kou dan door warmte, volgens
een studie in The Lancet. De zeespiegel is slechts mondjesmaat gestegen.
Door de hoge CO2-concentratie is de planeet juist groener
geworden, wat tevens leidt tot hogere landbouwopbrengsten. Niets, maar
dan ook helemaal niets, wijst erop dat we te maken hebben met een
klimaatprobleem, laat staan met een klimaatcrisis. Helemaal niets.
Integendeel. Ondertussen verwoesten we onze economie en welvaart om
groene krimp te realiseren. Laten we bij zinnen komen en kiezen voor
vooruitgang en groei, in plaats van verdoemenis en krimp.
Dank u.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng. De heer Flach gaat nu spreken. Hij doet dat namens
de SGP. Gaat uw gang.
De heer Flach (SGP):
Dank u wel, voorzitter. Weersextremen wisselen elkaar af, met recent de
dodelijke watermassa's in Valencia. Ons klimaat verandert. Enerzijds is
dat van alle tijden. Tegelijkertijd is de negatieve invloed van ons
doorgeschoten consumptiegedrag op Gods schepping niet te ontkennen. Het
toont onze afhankelijkheid en beperkingen als mens, maar het betekent
ook dat we een verantwoordelijkheid hebben als rentmeester. We moeten
gas terugnemen en de handen uit de mouwen steken, ambitieus en
realistisch, zoals de minister het zelf kernachtig verwoordde. De druk
op het halen van de 2030-doelen is enorm. Ondertussen zie ik
bezuinigingen op waterstofprojecten en batterijopslag en de afschaffing
van de salderingsregeling. En dan gaan we nu weer kijken naar nieuwe,
extra maatregelen, vanwege de PBL-onvoldoende. Voorkom jojobeleid en
nieuwe onzekerheid. Het volle stroomnet en het uitblijven van de Delta
Rhine Corridor zijn bottlenecks. Laten we dáár extra energie in
steken.
Voorzitter. De industrie zit in een spagaat. Ik noem het voorbeeld van
Yara in Sluiskil, dat ik onlangs bezocht. Het bedrijf concurreert met
Chinese fabrikanten, van kunstmest in dit geval, met twee keer zoveel
CO2-uitstoot per eenheid product. Laten we mét onze industrie
verduurzamen, in plaats van bedrijven over de grens te duwen met een
negatieve klimaatimpact tot gevolg. Laten we gaan voor echte resultaten
in plaats van schonehandenpolitiek. Gaat de correctiefactor voor groene
waterstof bij brandstofraffinage van tafel? Kan er een vervolg komen op
het succesvolle Project 6-25, waarmee energie-intensieve bedrijven
ondersteund werden bij het nemen van besparende maatregelen?
Dan de kerncentrales. Er staat 10 miljard klaar voor kerncentrales. Het
is belangrijk dat dit niet tot sint-juttemis onaangeroerd blijft. Wat is
het perspectief? Kan de minister daar iets over zeggen?
Google investeert in minikerncentrales. Hoe gaat de minister ook hier
met bedrijven aan de slag voor modulaire kernreactoren bij
bedrijventerreinen?
De energierekening stijgt fors. Klopt het dat Nederland aanspraak kan
maken op ruim 700 miljoen uit het Sociaal Klimaatfonds van de EU?
Collega Postma zei daar ook iets over. Wordt dit benut om bijvoorbeeld
de looptijd van het Warmtefonds te verlengen, zodat meerjarige
nulprocentleningen verstrekt kunnen worden?
Over ETS2 is ook al iets gezegd. Het leidt tot prijsverhogingen en het
verdwijnt op dit moment in de algemene middelen. Waarom geen terugsluis,
bijvoorbeeld via een verhoging van de belastingvermindering in de
energiebelasting of isolatiesubsidie?
De warmtepompsubsidie wordt, begrijpelijkerwijs, gecorrigeerd vanwege de
enorme prijsdaling. Ik vraag wel aan de minister of er een korte
overgangsregeling komt voor al gedane betalingen waarbij de factuurdatum
na de correctiedatum ligt.
Dan iets over de lagetemperatuurwarmte- en koudenetten. De
warmtetransitie in de gebouwde omgeving is complex. Interessant is de
ontwikkeling van een vijfde generatie warmtenetten:
lagetemperatuurwarmte- en koudenetten. De aanleg is goedkoper, zodat een
flexibele aanpak à la glasvezel mogelijk is. Ook kunnen aquathermie en
andere lokale warmtebronnen aangesloten worden. Deze warmtenetten hebben
een andere insteek dan traditionele warmtenetten en vallen tussen wal en
schip in de nieuwe Warmtewet, maar ook in de Warmtenetten
Investeringssubsidie met een volloopeis van 60%. Komt er een gerichte
aanpak met voldoende pilotprojecten? De begroting bevat onvoldoende
middelen voor meer betaalbare warmtenetten via een waarborgfonds. Wat is
dan het perspectief?
Voorzitter. Dan de landbouw. De SGP pleit voor openstelling van het
Klimaatfonds voor de landbouw. Het Landbouwfonds is geschrapt, het
budget voor agrarische klimaatmaatregelen is minimaal. Laat de kansen
niet liggen. Ik pleit ook opnieuw voor meer inzet op boerenbiogas. Dat
levert zowel een reductie van stikstof en methaan op als biogas.
Voorzitter, tot slot. Graag wil ik u wijzen op de jaarlijkse nationale
dankdag voor gewas en arbeid, die vandaag in honderden kerken gehouden
wordt. Er wordt gedankt voor Gods dagelijkse zorg. Er wordt gebeden voor
de schepping en voor medemensen in nood. Maar weet dat er ook gebeden
wordt om wijsheid voor de minister en het hele kabinet, en alle
Kamerleden. Die wijsheid om het land te besturen naar Zijn wil, wens ik
de minister en de collega's van harte toe.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng. De heer Grinwis gaat nu spreken namens de
ChristenUnie.
De heer Grinwis (ChristenUnie):
Voorzitter. Collega Flach zei het al, in de protestantse traditie is het
vandaag dankdag, de dankdag voor gewas en arbeid. In veel kerken wordt
vandaag God gedankt voor de vruchten van het veld en andere zegeningen.
Niet dat er geen verdriet is. Denk aan de verwoestende overstromingen
afgelopen week in Spanje, die niet los te zien zijn van
klimaatverandering. Wij leven mee met de nabestaanden van de vele
slachtoffers. Niet dat er geen zorgen zijn. Denk aan de toekomst van het
volk van Oekraïne, zeker na vannacht. En geen misverstand: ik feliciteer
Trump met zijn knappe verkiezing en wens hem en zijn regering van harte
veel zegen toe.
Dankdag doet het besef er indalen dat de aarde ons is toevertrouwd om er
als rentmeesters goed voor te zorgen. Daarbij laten we veel steken
vallen. Dat wisten we al, en de Klimaat- en Energieverkenning drukt ons
opnieuw met de neus op de feiten. Minder klimaatresultaten, niet alleen
door tegenslagen in de uitvoering, ook dat is waar, maar ook door
geschrapte beleidsmaatregelen. De productie van groene waterstof komt
niet van de grond. De uitstoot van methaan en ammoniak in de landbouw
blijft toenemen door het uit het raam kieperen van het NPLG en het
juichend schrappen van de hybridewarmtepompverplichting. Het is oliedom
zwabberbeleid, met als gevolg dat burgers de kat uit de boom kijken en
nog maar even geen warmtepomp bestellen. Gisteravond nog sprak ik een
ondernemer met een prachtig familiebedrijf, een warmtepompproducent, die
dit jaar na het schrappen van de hybridewarmtepompenmaatregel door de
coalitie de helft van zijn omzet zag verdampen, zoals in de hele markt,
zodat hij de helft van zijn personeel heeft moeten ontslaan.
Voorzitter. Ik heb vertrouwen in deze minister en ik ken haar inzet om
de gestelde doelen te bereiken, maar is dit zwabberbeleid nou "Groene
Groei"? Het is toch eerder groene krimp dan wel donkerzwarte groei? Hoe
brengt zij na besluiten als deze het vertrouwen terug bij burgers en
ondernemers in dat het de overheid menens is met de verduurzaming van
bijvoorbeeld huizen en dat regelingen en subsidies intact blijven,
ondanks allerlei aangekondigde bezuinigingen zoals op de ISDE? Wees
duidelijk en voer stabiel beleid, met voorspelbare transitiepaden.
Vertrouwen gaat immers te paard en komt slechts schoorvoetend
terug.
Voorzitter. Dat brengt mij bij de vraag wat volgens de minister "groene
groei" eigenlijk is. Is dat brede bloei, zoals wij het zouden typeren,
of is dat slechts "grijs eruit, groen erin"? Ik lees in de stukken dat
het kabinet gelooft dat we een leefbare wereld kunnen bereiken met
groene groei. Daarbij wordt steevast verwezen naar het feit dat, terwijl
onze economie sinds 1990 met 66% per bewoner is gegroeid, de uitstoot
van broeikasgassen met ongeveer 35% is gedaald.
Economische groei kan dus samengaan met vermindering van uitstoot, maar
niet alles wat allitereert, is altijd waar. Een keuze voor een bepaald
doel, bijvoorbeeld klimaatneutraliteit in 2050, vraagt wel degelijk
concessies op andere vlakken. Het vorige maand verschenen CPB-rapport
"Kiezen voor later: vier visies voor 2050" maakt dit heel inzichtelijk.
Bij welk geschetst scenario, bij welke mogelijke toekomst, voelt deze
minister zich eigenlijk het meeste thuis en waarom? Wat betekent dat
voor het beleid en voor de te vragen concessies?
Bovendien is de focus op uitstoot in de antwoorden te beperkt. Wat
ontbreekt in die benadering is de impact die het gebruik van
grondstoffen heeft op onze aarde. We kunnen, volledig
CO2-neutraal, torens bouwen die tot in de wolken reiken, maar
ons grondstoffengebruik is eindig. Daarbij kan verduurzaming zelfs
gepaard gaan met meer grondstoffengebruik. Een voorbeeld: het wagenpark
volledig elektrificeren kun je aanmerken als groene groei, maar
ondertussen gebruikt een elektrische auto zes keer meer zeldzame
metalen. Ik vraag een reflectie van de minister hierop. Heeft zij het
vertrouwen dat ze een minister van Groene Groei kan zijn, ook als dat
betekent dat het niet alleen gaat om uitstoot van broeikasgassen in
Nederland, maar ook om uitstoot buiten onze grenzen? Daarbij gaat het
dus niet allen om de impact van de kabinetskeuzes op de uitstoot elders,
maar ook om het grondstoffenperspectief, dat moet worden meegenomen.
Volgens mij zijn er weinig doelen zo ver buiten bereik als het doel om
in 2050 een volledig circulaire economie te hebben, terwijl de
materialentransitie misschien wel belangrijker is dan de
energietransitie, qua duurzaamheid en geopolitiek. Kan de minister het
PBL vragen om in de KEV voortaan ook jaarlijks in kaart te brengen in
hoeverre we op koers liggen om dit grondstoffen- c.q. circulariteitsdoel
te halen? Want dat inzicht ontbreekt.
Voorzitter. Terwijl ik spreek over circulaire economie kom ik op een
grote uitdaging voor deze minister. Zij is verantwoordelijk voor het
klimaatbeleid. Maar de staatssecretaris van IenW moet zorgen voor een
serieus en consistent beleid om een circulaire economie op te bouwen. De
minister van IenW moet zorgen voor de verduurzaming van de mobiliteit,
terwijl hij de andere kant op Schipholt. Financiën maakt en passant de
motorrijtuigenbelasting voor elektrisch rijden duurder dan voor rijden
op benzine. De minister van LVVN heeft het NPLG uit het raam gegooid,
terwijl er ondertussen nog steeds geen serieus alternatief emissiebeleid
wordt gevoerd in de landbouw. De minister van VRO heeft ondertussen met
het besluit om de MPG op te schorten een broodnodige duurzame
aanscherping on hold gezet. Het spreekwoord zegt "Met onwillige honden
is het kwaad hazen vangen". Over het beleid van de ministers waarmee de
minister moet dealen, zei ik al het nodige. Sommige coalitiefracties
gaan, zodra abstracte afspraken over klimaat- en energiebeleid concreet
moeten worden, het hebben over herbezinning of over dingen op de
vluchtstrook parkeren. Daarom is mijn prangende vraag: hoe pakt de
minister haar rol als systeemverantwoordelijke op? Hoe zorgt zij ervoor
dat haar collega's bij IenW, LVVN, VRO en Financiën daadwerkelijk
maatregelen gaan treffen die bijdragen aan groene groei en aan het
naderbij brengen van de door de coalitie en het kabinet bekrachtigde
klimaatdoelen?
Voorzitter. Nog kort — ik neem nog wat tijd — iets over de
energieopslag. De Routekaart Energieopslag heeft geen duidelijke doelen.
Kan de minister toezeggen met een nationale doelstelling voor
energieopslag te komen en ook met een bijbehorend programma om dat doel
te halen? Dat hebben we eerder gedaan voor groen gas en waterstof, dus
waarom doen we dat niet ook voor energieopslag?
Eén energieopslagproject wil ik er specifiek uitlichten: het
valmeerproject van Delta21. Dat is vernuft van Nederlandse bodem, van
Nederlandse makelij. Dit project kan, naast energieopslag en daarmee de
vermindering van netcongestie, potentieel bijdragen aan waterveiligheid,
zoetwatervoorzieningen en natuurherstel. De totstandkoming van een
dergelijk project moet niet over één nacht ijs gaan en moet plaatsvinden
in nauwe samenspraak met de omgeving. Hoe kijkt de minister daartegen
aan? Is zij bereid de positieve en negatieve effecten hiervan in kaart
te brengen?
Voorzitter. Tot slot keer ik terug naar dankdag. Vandaag zitten op veel
plaatsen in ons land de kerken vol. Velen gaan niet meer regelmatig naar
de kerk, maar bezoeken op vakantie wel vaak een prachtige kathedraal van
ontzagwekkende schoonheid. Die kathedralen hebben we te danken aan
bouwers die, in het besef dat ze het eindresultaat vaak nooit zouden
aanschouwen, toch aan de slag zijn gegaan. Dat mag voor ons, als het
gaat om klimaat en zorg voor de aarde, een aanmoediging zijn. Laten wij
als ministers en collega's, met het oog op onze kinderen en
kindskinderen, kathedraalbouwers worden.
De voorzitter:
Hartelijk dank voor uw inbreng. Dan is het woord aan mevrouw Koekkoek.
Zij voert het woord namens de fractie van Volt.
Mevrouw Koekkoek (Volt):
Dank, voorzitter.
Gisteren hielden we hier in de Kamer een minuut stilte voor de
slachtoffers van de klimaatramp van afgelopen week in Spanje. De
hoeveelheid regen die daar normaal gesproken in één jaar valt, viel nu
in één dag. Dit nieuws kwam na het nieuws over het watertekort in New
York vanwege de historische droogte die daar in oktober heerste. Het
water moest daar gerantsoeneerd worden. Dit nieuws kwam weer bijna
gelijktijdig met het nieuws over grote overstromingen in Cyprus.
Voorzitter. We stevenen met het huidige beleid af op een opwarming van
de aarde met 3,1 graden. De kans dat we ons aan de afspraak van 1,5
graad opwarming houden, is bijna nihil. Toch is er genoeg om voor te
vechten. Het PBL berekende dat het met aanvullend beleid nog steeds
mogelijk is om in 2040 90% van onze uitstoot te verminderen, maar dan
moeten we daar nu voor kiezen. Dat kán ook. Het onderzoeksrapport
"Scherpe doelen, scherpe keuzes" geeft een overzicht van 292
klimaatmaatregelen die allemaal helpen om de klimaatcrisis te
overwinnen. Een ambitieus klimaatbeleid is ook nog eens vele malen
goedkoper. Als we weten dat het kan, als we maar kiezen, dan zijn de
Klimaatnota en de begroting die we vandaag bespreken een zwaktebod. Ik
kan er niets anders van maken.
Echte keuzes worden namelijk uitgesteld. Geld om noodzakelijke
innovaties op het gebied van waterstof en de ontwikkeling van batterijen
te stimuleren, wordt weggehaald. Groene alternatieven worden moeilijker
bereikbaar voor gewone mensen en bedrijven. Dat is heel teleurstellend.
Het is ook te wijten aan politieke keuzes, want de maatschappij is er
klaar voor. Niet alleen vindt meer dan 70% van de mensen het klimaat een
van de belangrijkste uitdagingen van onze tijd, maar ook ondernemers
zeggen heel duidelijk: geef ons geen zwabberbeleid, maar groen, stabiel
en voorspelbaar beleid. Bedrijven, van klein tot groot, zien namelijk
groene kansen. Ze voelen de verantwoordelijkheid om een groen
alternatief neer te zetten in deze klimaatcrisis. Maar dan moeten wij op
nationaal en Europees niveau een duidelijke boodschap geven: wij gaan
jullie steunen. Iedereen die al groen doet, moeten wij als overheid
garanderen dat de keuze voor het groene alternatief de makkelijkste
wordt en blijft. De ondernemer die al investeert in verduurzaming,
steunen wij op de lange termijn. Voor het gezin met jonge kinderen dat
thuis wil isoleren of zonnepanelen wil installeren, zorgen we dat dat
blijvend goede investeringen zijn. Wat betreft de werknemer die
dagelijks de trein pakt naar werk, zorgen we ervoor dat die trein rijdt,
betaalbaar is, en dat de trein ook voor zakenreizen naar Parijs of
Berlijn het beste en goedkoopste alternatief is.
Voorzitter. Dit kabinet maakt keuzes die ons achteruitzetten. De KEV is
daar heel helder over. Waar sommige stappen tot matige reductie van
emissie leiden, en dus enige vooruitgang laten zien, zet het beleid op
landbouw, landgebruik en industrie ons achteruit. Dat is niet alleen
kwalijk, maar ook onnodig. Ik wil de minister het volgende vragen.
Waarom wacht het kabinet tot volgend voorjaar om met ander beleid te
komen? Er is te weinig goed beleid. Beleid dat wel werkt, wordt
geschrapt, bijvoorbeeld op het gebied van mobiliteit. We zien dat de
afgelopen jaren de verkoop van nul-emissiepersonenauto's snel gestegen
is. Deze toename was in belangrijke mate het gevolg van nationaal en
fiscaal stimuleringsbeleid en zorgde voor een hele grote daling van
emissies in de mobiliteitssector. Ik wil aan de minister vragen waarom
het kabinet ermee stopt als het goed werkt. In plaats van het groene
alternatief het gemakkelijkste te maken, gaat het kabinet een nieuwe
fossiele subsidie introduceren: het terugbrengen van rode diesel. De
logica van deze stappen ontgaat mij. Ik vraag de minister of zij dit kan
toelichten. Volt gaat in ieder geval een motie indienen waarmee die
logica weer wordt teruggebracht. Stop met de introductie van die nieuwe
fossiele subsidie en gebruik het geld dat daarvoor bestemd is als
financiering voor subsidies van elektrische personen- en bedrijfsauto's.
Ik hoor graag hoe de minister hiernaar kijkt.
Voorzitter. Diezelfde logica zie ik ook als het gaat om groene
beleggingen. Groene groei betekent namelijk ook groen investeren. Het
zou dus logisch zijn om groen beleggen als overheid te stimuleren, maar
we zien dat de vrijstelling voor groen beleggen per 2025 meer dan
gehalveerd wordt. Ik heb net al in een aantal interrupties aangegeven
dat onderzoek uitwijst dat het juist heel logisch zou zijn om die
halvering niet door te zetten. Is de minister het op dat punt met mij
eens dat het eigenlijk niet logisch is wat wij aan het doen zijn? Ik
vraag om een reflectie van de minister.
Voorzitter. Desinformatie beïnvloedt ons beleid. Ik weet dat de minister
het debat gevolgd heeft, dus ik wil haar vragen of zij erkent dat
desinformatie over het klimaat inderdaad schadelijk is. Ik weet dat de
minister niet hoort bij de groep ontkenners of politici die die
desinformatie verspreidt, maar ziet zij ook een rol voor zichzelf in het
bestrijden van die desinformatie? Er gebeurt al ontzettend veel. Er
gebeuren op dit moment ontzettend veel goede dingen in de maatschappij.
Ik ga iets over mijn tijd heen, omdat ik daarbij stil wil staan,
voorzitter. Er zijn ongelofelijk veel mensen die willen verduurzamen en
daar ook inspirerende ideeën voor hebben. Ik zie ze dagelijks voorbij
komen. Twintigers die een voedselbos starten. Start-ups aan
universiteiten die bezig zijn met groene waterstof en afbreekbaar
plastic. Grootouders die voor hun kleinkinderen geld sparen via groene
beleggingen. Van de jonge klimaatbeweging tot de grootouders voor het
klimaat. Van bedrijf tot individu en van boer tot industrie. Ik weet dat
deze minister dit ook wil. Zij lijkt alleen de politieke wind niet mee
te hebben. Daarom hebben we nu politieke lef nodig, om duidelijk te
kiezen voor vooruitgang en om al die mensen, al die ondernemers, die al
groen bezig zijn te steunen, zodat we hier in de Kamer niet de gevolgen
van ons niet-handelen hoeven te herdenken, maar actief werken aan een
schone en leefbare wereld.
Dank u wel, voorzitter.
De voorzitter:
Dank voor uw inbreng. Tot slot van de zijde van de Kamer vandaag is het
woord aan de heer Eerdmans. Hij heeft wel een verlenging van zijn
spreektijd aangevraagd, dus gaat u er nog even voor zitten. Dan gaan we
luisteren naar de heer Eerdmans.
De heer Eerdmans (JA21):
Dank, voorzitter. We gaan de boel even wakker maken, inderdaad. Niet
woke, maar gewoon wakker. Dat is ook goed.
Voorzitter. Ik ga inderdaad even wat over mijn tijd heen, want ik heb
veel vragen aan de minister te stellen. Het beperken van
klimaatverandering is geen sprint, maar een marathon. De kans dat
Nederland de klimaatdoelen van Parijs in 2030 gaat halen, is minder dan
5%, aldus het Centraal Planbureau. Dat ondanks de tientallen miljarden
die we als Nederland al hebben uitgegeven. Nederland moet in 2030 55%
minder uitstoten ten opzichte van 1990. Dat komt neer op zo'n 16 tot 20
megaton aan CO2. Het Planbureau voor de Leefomgeving maakt
een keuzemenu: halveren van de veestapel, geen zakelijk verkeer meer,
rekeningrijden, accijns op fossiele brandstoffen omhoog, Tata Steel
sluiten, 1 miljoen huizen aan de hybride warmtepomp en alle bestelauto's
elektrisch. Tel maar op, voorzitter. Wij lossen hier het klimaatprobleem
niet op.
We kunnen wel ons steentje bijdragen, maar niet met zulke dramatische
gevolgen. Klimaat is een symbolische wedstrijd geworden, een
ideologische strijd, alsof je voor of tegen het klimaat kunt zijn. Ik
ben een klimaatrealist. Ja, de wereld warmt op, en dat is een probleem
dat we gezamenlijk moeten oplossen, deels door preventie en deels door
gebruik van schonere energiebronnen. Maar besef dat elke elektrische
auto nog steeds voor 80% op fossiel rijdt. Het aandeel zon en wind in
Nederland is niet meer dan 5% van de totale energieproductie. Toch moet
vanaf 2035 in Europa iedereen die een nieuwe auto koopt elektrisch gaan
rijden. Hoe wil minister Hermans haar klimaatdoelen gaan halen?
De EU vroeg in maart van dit jaar om voor de klimaattop van 2025 nieuwe
nationale klimaatdoelen in te dienen voor 2035 en 2040. We moeten
versnellen. Vorig jaar inden we volgens het CBS bijna 10 miljard aan
energiebelasting en emissieheffingen. Meer dan €2.000 per gezin aan
energiebelasting, exclusief de accijnzen, bijvoorbeeld op benzine. Mijn
vraag is: hoeveel miljard heeft Nederland inmiddels, sinds zeg 2016, in
totaal uitgegeven aan klimaatsubsidies?
Iedereen wil een schone wereld en een schoon Nederland, maar ik zie twee
problemen: het tempo en het gedram. Waarom moeten wij ons vliegverkeer
laten krimpen en China of India niet? De commerciële vloot van China zal
waarschijnlijk volgend jaar met 4% groeien, aldus Boeing. En het jaar
daarop en het jaar daarop. Een grote uitstoter als Iran doet niet mee
aan Parijs. Mogelijk trekt Amerika zich nu onder Trump ook weer terug
uit het akkoord. Kan de minister mij een lijstje geven van de landen die
wél op koers liggen om de doelstellingen van Parijs te halen?
Het is heel eenvoudig. In Nederland kunnen we de wereldtemperatuur niet
of nauwelijks beïnvloeden. We moeten ons aanpassen aan het klimaat, maar
niet proberen het klimaat zelf aan te passen.
De voorganger van minister Hermans was een overtuigd klimaatdrammer. We
kennen hem allemaal nog wel. Hij was hier als een kind in een
snoepwinkel. Maar al dat gedram heeft inmiddels ook wel zijn onschuld
verloren. Is de minister het met JA21 eens dat klimaatactivisten die
wegen blokkeren en zichzelf vastlijmen aan landingsbanen en schilderijen
het tegenovergestelde bereiken, namelijk niet meer, maar minder begrip
voor klimaatbeleid? Is zij het met ons eens dat dit geen begrip kweekt?
Ik noem de gemeente Zutphen, die 100-jarigen geen vers bloemetje meer
geeft, omdat in de kassen de bloemen bespoten zijn. Ze krijgen nu een
insectenhotel. Maar iemand die 100 wordt, geef je toch geen
insectenhotel? Zijn we helemaal gek geworden? De emotie, de lach en de
traan worden ingewisseld voor gedram. Ik zie genoeg linkse gemeenteraden
ervoor aan ze Zutphen zullen gaan volgen. Iedereen wil blijkbaar het
klimaat redden en dat leidt dan tot dit soort excessen. De groene snoei.
Wat vindt de minister eigenlijk van zo'n besluit van de gemeenteraad van
Zutphen?
Ook aardgas, de schoonste fossiele brandstof die we hebben, moet
verdwijnen. Tegelijk willen we minder afhankelijk worden van andere
landen. Ons eigen Groningenveld is dit jaar onherroepelijk dichtgegooid,
met 700 miljard kuub aan gas in de grond. Daar kan een normaal mens 700
miljard keer een week warm van douchen. Hoe dom kun je zijn? Nu gaan we
dus meer gas uit Noorwegen importeren en vloeibaar gas uit andere
landen, waaronder de VS en een aantal landen met uiterst onvriendelijke
regimes in het Midden-Oosten. Klopt het overigens dat we nog steeds
dankzij bestaande contracten vloeibaar gas uit Rusland importeren? Om
hoeveel gas gaat het dan?
Veel mensen in Nederland vinden klimaatverandering een belangrijk
probleem. Maar op het moment dat zij een te dure warmtepomp moeten
aanschaffen, korter moeten gaan douchen, een extra trui moeten
aantrekken of niet meer mogen rijden in de auto die ze leuk vinden,
verandert dat. In Amsterdam kost de aardgasvrijoperatie 14 miljard meer
dan verwacht. En over elektrificatie gesproken: de minister wil voor
extra stroomcapaciteit 50.000 transformatiehuisjes gaan neerzetten; elke
buurt een erbij. Een op de drie straten gaat open volgens de CEO van
TenneT. Maar waar komen al die huisjes dan te staan? Krijgt de buurt
daar zeggenschap over? Een zo'n huisje kost tussen de €50.000 en €
100.000. Volgens de netbeheerder zal onze energierekening hierdoor
jaarlijks met een paar tientjes gaan stijgen. Klopt dat?
Hoe staat het met het Programma Aardgasvrije Wijken? De directeur van
het Nationaal Programma Lokale Warmtetransitie riep begin van dit jaar
op tot versnelling. Maar Nieuwsuur meldde in mei van dit jaar dat 90%
van de warmtenetprojecten stilligt. Het EIB schatte dat de kosten van
het aardgasvrij maken van een woning zo'n €40.000 per huishouden
bedraagt. Desondanks komt de overheid bij u langs, wijk voor wijk,
woning voor woning. Is de minister het met JA21 eens dat een gemeente
een huis niet mag afsluiten van het aardgas? Dat is niet alleen in
strijd met de Gaswet, maar ook met het Bouwbesluit 2012. Graag een
reactie.
Terwijl de ambities bij overheden en corporaties en bij de groene lobby
groeien, neemt het animo bij de Nederlandse burger af. De vraag naar
zonnepanelen daalde dit jaar ten opzichte van vorig jaar met 53%. Voor
warmtepompen ging het om een daling van 44%. Voor vloerisolatie bedroeg
de daling 50% en voor spouwmuurisolatie zelfs 70%. Ik denk dat isolatie
bij uitstek wel geschikt is om op een fatsoenlijk tempo verduurzaming en
energiebesparing in te zetten. Maar slechts 13% van de bedrijven maakt
zich zorgen over de uitvoering van isolatieprojecten in de komende drie
jaar, zo peilde de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie.
Per 1 januari komen diesel- en benzinevrachtauto's en
benzinebestelbusjes niet meer het centrum van veertien gemeenten in.
Tientallen andere gemeenten zullen gaan volgen. Het kabinet zou volgens
mij voor 1 november laten weten wat het doet met de motie-Veltman van de
VVD, waarin wordt gevraagd om uitstel tot 2029. Hoe staat het daarmee?
Wanneer gaat dat onzalige plan eigenlijk weg? Ondernemers kunnen
ontheffing krijgen, maar dat kost geld en die ontheffing is tijdelijk.
Een bakker of groenteman in Leiden kan €10.000 subsidie krijgen voor de
aanschaf van een elektrische bus, maar die bus kost een ton. Dat geld
heeft hij dus niet. Overal in het land geven marktkooplieden,
groentemannen, loodgieters en aannemers aan dat zij niet meer in de
binnenstad zullen komen. Staatssecretaris Jansen heeft gezegd dat
uitstel niet meer lukt voor 1 januari. En nu? Krijgen we dan de bizarre
situatie dat er per 1 januari zones worden ingevoerd die een paar
maanden later weer komen te vervallen? Veertien gemeenten, waaronder
Amsterdam, hebben in een gezamenlijke verklaring al gezegd: wij gaan
niet uitstellen. Chaos dreigt. Graag een reactie.
Groene groei betekent voor JA21 kernenergie. Het is echt goed dat het
kabinet nu 14 miljard reserveert voor de bouw van nieuwe centrales. Toch
zijn de doelstellingen van het kabinet mager; ik ben het op dat punt
eens met VVD en CDA. In 2035 moet het aandeel kernenergie in de totale
mix 7% zijn en in 2050 10%. Dat is dan inclusief de vier grote
kerncentrales en een aantal SMR's. Mijn vraag hierover is: waar is het
tijdpad en waar zijn de mede-investeerders?
Voorzitter. Tot slot — ik red het aardig in de tijd — de windturbines.
Die zijn niet alleen lelijk, maar ook een vulling van de schaarse ruimte
voor natuur of wonen. Daarbij zorgen ze voor schade voor mensen die daar
vlakbij wonen. Ik heb in april een nachtje doorgebracht in een caravan
op een terrein in Nederweert in Limburg, vlak naast een turbine van 210
meter hoog, op een afstand van 400 meter. Ondanks de regen was het
gezoem, het nachtelijk gebrom van de wieken van die molen, in de caravan
te horen. Daar ontkom je gewoon niet aan. Stichting Windalarm komt op
voor mensen die letterlijk gek worden van de bromtoon van die molens.
Zij zien ruzies, depressies en suïcidale neigingen. Mensen stoppen met
werken. Ze krijgen last van duizeligheid en een gevoel van onrust en
angst. Er is een windturbinesyndroom. Dat syndroom is vastgesteld. In
Frankrijk heeft dat al geleid tot schadevergoedingen. De boer op wiens
erf ik daar in Limburg logeerde, ging regelmatig 's avonds met de auto
weg om 's nachts in zijn auto te slapen. Kunnen die turbines dan in
ieder geval 's nachts uitgezet worden, vraag ik aan de minister.
Nou wil dit kabinet turbines zo veel mogelijk op zee. Dat klinkt leuk,
maar er staat dus wel heel venijnig "zo veel mogelijk". We zien nu in
tal van provincies, zoals Overijssel en Gelderland, inclusief die met
BBB-gedeputeerden, dat nieuwe windturbineprojecten toch doorgang vinden.
Dat staat ook in de RES'en. Hoe staat het dan met de nieuwe
geluidsnormen? Voor JA21 is er eigenlijk maar één norm: de afstandsnorm.
Wij zeggen: tien keer de masthoogte. Dat zou minimaal de afstand tot de
bewoners bij die windturbineparken moeten zijn. Is de minister met JA21
eens dat in ieder geval eerst alle gezondheidsgevolgen goed onderzocht
moeten zijn alvorens wij nieuwe windturbineprojecten toch op land
vergunnen?
Voorzitter, tot zover mijn eerste termijn.
De voorzitter:
Hartelijk dank voor uw inbreng. We zijn aan het einde van de eerste
termijn van de zijde van de Kamer. We gaan morgen om 16.15 uur verder.
Dan krijgen we de reactie in eerste termijn van de minister en dan
sluiten we af met de tweede termijn.
De algemene beraadslaging wordt geschorst.
De voorzitter:
We gaan nu even schorsen. Daarna gaat een serie van — schrik niet —
twaalf tweeminutendebatten beginnen. Ja, het zijn er heel veel. We zijn
een klein beetje uitgelopen, maar dat is slechts vijf minuten. Dankzij
uw discipline hebben we het dus best goed gedaan. We gaan nu dus even
schorsen en daarna hebben we het eerste tweeminutendebat.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.