Beantwoording vragen gesteld tijdens het commissiedebat Gevangeniswezen en TBS van 2 oktober 2024, over forensische zorg en elektronische detentie
Justitiële Inrichtingen
Brief regering
Nummer: 2024D42918, datum: 2024-11-08, bijgewerkt: 2024-11-11 16:08, versie: 2
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Onderdeel van kamerstukdossier 24587 -1004 Justitiële Inrichtingen.
Onderdeel van zaak 2024Z17916:
- Indiener: I. Coenradie, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2024-11-12 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-11-28 12:00: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
Preview document (🔗 origineel)
24 587 Justitiële Inrichtingen
33 628 Forensische zorg
Nr. 1004 Brief van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 november 2024
Hierbij bied ik u schriftelijk de antwoorden aan op de door uw Kamer gestelde vragen tijdens het commissiedebat gevangeniswezen en tbs van 2 oktober 2024 (Kamerstuk 24 587, nr. 996) over de forensische zorg. De beantwoording gaat in op vragen over de capaciteit, Forensisch Psychiatrisch Centrum de Oostvaarderskliniek en overige vragen in relatie tot de forensische zorg. Daarnaast wordt ingegaan op vragen die zijn gesteld over elektronische detentie. De vragen over elektronische detentie beantwoord ik mede namens de Staatssecretaris Rechtsbescherming.
De vragen die gesteld zijn met betrekking tot het Centrum voor Transculturele Psychiatrie Veldzicht zijn in deze beantwoording buiten beschouwing gelaten, nu uw Kamer hierover separaat is geïnformeerd.1
De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
I. Coenradie
Beantwoording vragen Forensische zorg en elektronische
detentie,
Commissiedebat gevangeniswezen en tbs, 2 oktober 2024.
Uitbreiden capaciteit
Vraag 1
Van Nispen, SP
Wat gaat de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid doen met betrekking tot het uitbreiden van de capaciteit voor de tbs en de forensische zorg?
Het aanpakken van de capaciteitstekorten in de forensische zorg is één van mijn prioriteiten. Voor de komende jaren is een uitbreiding van circa 200 plekken voorzien. Een voorwaarde voor het operationeel maken van deze plekken, is dat er voldoende personeel beschikbaar is. Deze uitbreidingen zijn echter nog niet voldoende om aan de verwachte vraag, zoals vastgesteld in het Prognosemodel Justitiële ketens (PMJ), te kunnen voldoen.
Om die reden heb ik in de voortgangsbrief, die ik op 30 september 2024 aan uw Kamer heb gestuurd, een aantal maatregelen aangekondigd en uiteengezet. Met deze maatregelen richt ik mij op preventie, op het uitbreiden van de capaciteit, de doorstroom binnen de forensische zorg en op de uitstroom naar zorg en ondersteuning in een civielrechtelijk kader. De maatregelen zien hoofdzakelijk op: 1. Het verbeteren van de financiële randvoorwaarden in het stelsel, 2. De aansluiting op de reguliere geestelijke gezondheidszorg, en 3. De samenwerking met gemeenten.
Deze maatregelen zet ik hieronder uiteen:
Om het capaciteitstekort in de tbs aan te pakken, zorg ik met de betrokken partijen voor een vorm van beschikbaarheidsfinanciering waardoor aanbieders worden gestimuleerd om te investeren in extra plaatsen. Deze maatregel kan en zal structureel worden gedekt binnen het financiële kader dat beschikbaar is voor forensische zorg, conform de behoefteraming. Daarnaast zet ik met de betrokken partijen alle reguliere stappen om tot een besluit over een garantiestelling voor de tbs te komen, om de uitbreiding van tbs-plaatsen te stimuleren.2 Zowel de beschikbaarheidsfinanciering als de garantiestelling zijn opgenomen in het Regeerprogramma van het kabinet-Schoof.
Voor de aansluiting tussen de forensische zorg en de reguliere geestelijke gezondheidszorg, is samen met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport een werkagenda opgesteld. Binnen deze werkagenda wordt gewerkt aan het verstevigen en bestendigen van bestaande maatregelen, denk bijvoorbeeld aan de levensloopaanpak. Ook wordt gewerkt aan nieuwe en aanvullende maatregelen die de verschillende stelsels beter op elkaar moeten laten aansluiten. Van de werkagenda verwacht ik dat deze de instroom in de forensische zorg zal doen verminderen, en dat deze de uitstroom uit de forensische zorg naar de zorg en ondersteuning in een civielrechtelijk kader zal vergemakkelijken. Uw Kamer wordt dit najaar nader over deze werkagenda geïnformeerd.
Samenwerking met gemeenten is cruciaal om de uitstroom uit de forensische zorg te verbeteren. Voor de samenwerking met gemeenten is het ministerie van Justitie en Veiligheid aangesloten op het interbestuurlijk programma ‘Een thuis voor iedereen’ van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Binnen dit programma wordt ingezet op stabiele huisvesting. Hierbij zijn ex-gedetineerden en personen die uit een klinische setting komen, zoals cliënten van forensische zorg, een geprioriteerde doelgroep. Het doel hiervan is de uitstroom te verbeteren waardoor tegelijkertijd een betere doorstroom in de keten kan plaatsvinden. Daarnaast heeft onderzoeksbureau Significant onderzoek gedaan naar de samenwerking tussen de forensische zorg en de gemeenten. Het onderzoek laat vooral zien dat het vaak niet lukt om bij uitstroom uit de forensische zorg tijdig een passende vervolgplek te vinden, zowel vanuit een klinische setting naar forensisch beschermd wonen als bij doorstroom naar het gemeentelijk domein. Onder regie van het ministerie van Justitie en Veiligheid en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en in overleg met ketenpartners, worden de aanbevelingen uitgewerkt in een concreet actieplan. Bij de voortgangsbrief forensische zorg van 30 september jl. is dit onderzoeksrapport bijgevoegd.
Ondanks de hierboven genoemde inspanningen, zal de druk op de beschikbare capaciteit een uitdaging blijven. Er is continue aandacht en meerjarige inzet van alle betrokken partijen nodig om de forensische sector toekomstbestendig te houden. Daarom heb ik samen met de forensische zorg sector een meerjarenagenda opgesteld. Deze meerjarenagenda heb ik met uw Kamer gedeeld bij toezending van de voortgangsbrief forensische zorg. Met deze meerjarenagenda moet onder andere de personele krapte in de forensische zorg worden aangepakt. De meerjagenagenda is op basis van twee veranderlijnen opgebouwd, namelijk 1. het versterken van het fundament, en 2. het effectief benutten van de personele capaciteit. Hierbij kan gedacht worden aan meer data gestuurd werken en het versnellen van (technologische) innovaties in de forensische zorg. Daarnaast wordt als onderdeel van de meerjarenagenda onderzocht hoe de doorstroom binnen de forensische keten soepeler kan plaatsvinden door het flexibeler op- en afschalen tussen beveiligingsniveaus, voor zover dit niet ten koste gaat van de veiligheid.
Vraag 2
Lahlah, PvdA/GL
Waarom wordt de garantiefinanciering voor het tbs-systeem niet uitgebreid tot de gehele forensische zorg?
Vooropgesteld heeft de capaciteit binnen het hoogste
beveiligingsniveau mijn hoogste prioriteit, omdat daar de tekorten het
grootst zijn. Daarnaast zijn er in de instellingen met een lager
beveiligingsniveau geen gelabelde bedden voor patiënten met een
strafrechtelijke titel. Patiënten verblijven daar op grond van
verschillende juridische titels, zoals ook op grond van de Wet
verplichte geestelijke gezondheidszorg en de Wet zorg en dwang. Deze
klinieken zijn voor hun financiering niet uitsluitend afhankelijk van
het ministerie van Justitie en Veiligheid. Dit maakt dat ik voor het
hoogste beveiligingsniveau alle reguliere stappen wil zetten om tot een
besluit over een garantiestelling te komen. Voor de lagere
beveiligingsniveaus is dit – vanwege de financiering en verwevenheid met
andere (zorg)stelsels – een stuk complexer en minder noodzakelijk.
Vraag 3
Van Nispen, SP
Wat doet de Staatssecretaris aan meer plekken in eigen publiek beheer, om regie terug te krijgen over controle op kwaliteit en kwantiteit? Wat is de regie en verantwoordelijkheid van de Staatssecretaris hierbij?
Zoals ik onder vraag 1 heb toegelicht, zet ik in op uitbreiding van de tbs-capaciteit. Hierbij spelen echter verschillende uitdagingen, waaronder de personele krapte. Deze uitdagingen bestaan zowel voor de twee Rijksklinieken als voor de particuliere Forensische Psychiatrische Centra (FPC’s). Het uitbreiden van uitsluitend de Rijksklinieken kan ik mij niet veroorloven. Naast uitbreiding van de Rijksklinieken, is namelijk ook uitbreiding van de particuliere FPC’s hard nodig. Er zal binnen de tbs-sector dan ook sprake blijven van een combinatie van Rijksklinieken en particuliere klinieken.
Vraag 4
Eerdmans, JA21
Ongeveer 170 tbs-gestelden wachten in de gevangenis op een plaatsing in een tbs-kliniek. Dit is onwenselijk en gevaarlijk. Hoe ziet de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid dit?
Het klopt dat de tbs-passanten in het gevangeniswezen druk zetten op de detentiecapaciteit, ook ik vind dit ongewenst. Per peildatum 24 september 2024 ging het om ongeveer 167 tbs-passanten, waarvan iets meer dan de helft in de Penitentiaire Psychiatrische Centra (PPC’s) verblijft. Hier wordt de noodzakelijke psychiatrische zorg aan hen verleend. Het andere deel van de tbs-passanten verblijft in een regulier regime, deels op de Extra Zorg Voorzieningen van de penitentiaire inrichtingen.
Mijn inzet is om altijd om de meest passende en veilige zorg te leveren. Zoals ik onder vraag 1 heb toegelicht, tref ik maatregelen om de tbs-capaciteit te vergroten, om onder andere de doorstroom vanuit het gevangeniswezen te bevorderen.
Vraag 5
Ellian, VVD
Hoe kijkt de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid naar het starten van de tbs-behandeling in de PPC’s, voor tbs-gestelden die nu wachten op een tbs-behandeling in het gevangeniswezen?
In de PPC’s wordt de noodzakelijke geestelijke gezondheidszorg verleend. Deze centra zijn hiervoor voldoende toegerust, zoals ook blijkt uit het rapport van de Inspectie Justitie en Veiligheid waarin de PPC’s zijn doorgelicht.3
De tbs-behandeling kan echter pas starten na uitstroom uit het gevangeniswezen naar een tbs-kliniek, aangezien de PPC’s binnen het gevangeniswezen hiervoor niet zijn toegerust. Daarom zet ik primair in op het uitbreiden van de tbs-capaciteit, om de doorstroom vanuit het gevangeniswezen te bevorderen en de termijn voor tbs-passanten zo kort mogelijk te maken. Op de maatregelen hiervoor ben ik ingegaan bij beantwoording van vraag 1.
Vraag 6
Ellian, VVD
Hoe staat het met het voornemen voor opening een tweede voorziening voor Langdurige Forensische Psychiatrische Zorg?
De wachtlijsten voor de Langdurige Forensisch Psychiatrische Zorg (LFPZ) zijn te lang. Deze wachtlijsten leiden er bovendien toe dat plekken in de reguliere FPC’s bezet blijven en niet beschikbaar komen voor tbs-passanten in het gevangeniswezen.
Zoals ik onder vraag 1 heb toegelicht, zet ik in op uitbreiding van de tbs-capaciteit. De LFPZ is daar een onderdeel van.
Oostvaarderskliniek
Vraag 7
Ellian, VVD
Hoe gaat het op dit moment in de Oostvaarderskliniek?
Het is van het grootste belang dat tbs-klinieken een veilig woon- en leefklimaat bieden voor zowel tbs-gestelden als medewerkers. Zoals ik uw Kamer heb gemeld in de voortgangsbrief forensische zorg van 26 januari 2024, zijn de sociale veiligheid en het werkklimaat binnen de Oostvaarderskliniek voor verbetering vatbaar.4 De Oostvaarderskliniek werkt op basis van een plan van aanpak aan de verbetering hiervan. Een duurzame en zorgvuldige opvolging van dit plan van aanpak vergt echter tijd.
Op 1 mei en 21 juni 2024 zijn in de Oostvaarderskliniek twee tbs-gestelden overleden. Bij hen beide is een niet-natuurlijke doodsoorzaak vastgesteld, met een vermoeden van middelengebruik. Uw Kamer is geïnformeerd over deze incidenten. Allereerst wil ik opmerken dat ik het afschuwelijk en onwenselijk vind dat dit is gebeurd. Op 12 september 2024 heb ik een werkbezoek gebracht aan de Oostvaarderkliniek. Ik heb met het management en met werknemers gesproken, ook over de uitdagingen waar de kliniek voor staat. Management én medewerkers zetten zich dagelijks in om het eerder ingezette verbeterplan door te voeren.
De Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) monitort de uitvoering van het verbeterplan van de Oostvaarderskliniek intensief. Daarnaast houden de Inspectie Justitie en Veiligheid en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd toezicht op de kliniek. De Inspecties zijn op dit moment bezig de opgehaalde informatie te analyseren. Zij zullen hun bevindingen op een later moment publiceren. Ik zal uw Kamer op de hoogte houden van de relevante ontwikkelingen met betrekking tot de Oostvaarderskliniek, middels de periodieke voortgangsbrieven forensische zorg.
Vraag 8
Ellian, VVD
Hoe staat het op dit moment met de uitbreiding van de Oostvaarderskliniek?
In de beantwoording van vraag 1 heb ik toegelicht dat ik werk aan de uitbreiding van de tbs-capaciteit. Hiervan maakt een uitbreiding van de Oostvaarderskliniek onderdeel uit.
Over de beoogde uitbreiding van de Oostvaarderskliniek heb ik op dit moment geen nieuwe informatie. Deze uitbreiding is nog een onderwerp van gesprek binnen de gemeente Almere en tussen de gemeente en DJI.
Forensische zorg overig
Vraag 9
Van Nispen, SP
Hoe is de nazorg geregeld voor het personeel in de particuliere tbs-klinieken? Voelt de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid zich daar niet verantwoordelijk voor?
Personeel dat werkzaam is binnen de forensische zorg heeft, door de aard van het werk, een kans om te worden geconfronteerd met geweldsincidenten of andere schokkende gebeurtenissen. Hierom vind ik het van cruciaal belang dat de nazorg na een incident goed is geregeld. Deze nazorg is dan ook opgenomen in het Kwaliteitskader Forensische Zorg.5 Ook voor particuliere instellingen geldt dat zij moeten voldoen aan het Kwaliteitskader Forensische Zorg.
Daarnaast geldt ook voor particuliere instellingen dat het nazorgbeleid moet voldoen aan de bestaande regelgeving inzake goed werkgeverschap bij arbeidsongevallen. Hierop wordt toegezien door de Nederlandse Arbeidsinspectie en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd.
Vraag 10
Eerdmans, JA21
Is de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid bereid te zoeken naar een manier waarop slachtoffers en nabestaanden inzicht kunnen krijgen in de rapporten die vanuit het Pieter Baan Centrum worden opgesteld?
De afweging om slachtoffers en nabestaanden inzicht te verlenen in rapporten van het Pieter Baan Centrum, is niet aan mij maar aan het Openbaar Ministerie.
Als het slachtoffer een verzoek tot inzage van processtukken doet, zal de Officier van Justitie altijd een belangenafweging maken. Het inzagerecht van slachtoffers is namelijk niet onbeperkt. Dat zou binnen het systeem van de wet ook niet goed denkbaar zijn. Een onbeperkt inzagerecht zou bijvoorbeeld kunnen betekenen dat het slachtoffer, of de nabestaande, kennis zou kunnen nemen van processtukken die in het belang van het strafrechtelijk onderzoek nog geheim zijn. De Officier van Justitie zal dan ook, naast de belangen van slachtoffers en nabestaanden, ook het opsporingsbelang en het belang van de persoonlijke levenssfeer van de verdachte meewegen.
Elektronische detentie
Vraag 11
Boswijk, CDA
Hoe kijkt de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid naar elektronische detentie als hoofdstraf voor kortgestraften?
Naast de heer Boswijk hebben ook andere Kamerleden aandacht gevraagd voor elektronische detentie. Deze vraag beantwoord ik mede namens de Staatssecretaris Rechtsbescherming, aangezien het sanctiestelsel primair onder de verantwoordelijkheid van de Staatssecretaris Rechtsbescherming valt.
Elektronische detentie als hoofdstraf zou de officier van justitie en de rechter meer ruimte kunnen bieden om maatwerk toe te passen bij het vorderen en opleggen van straffen. Bovendien kunnen wij ons voorstellen dat elektronische detentie op de langere termijn zou kunnen helpen om de druk op de capaciteit van DJI te verlichten. Tegelijkertijd is het belangrijk om effecten, mogelijke risico’s en kosten af te wegen bij de beoordeling van de mogelijke meerwaarde van elektronische detentie als hoofdstraf. Daarbij zal onder andere moeten worden bekeken of ook vergelding en genoegdoening aan slachtoffers nog voldoende tot uitdrukking kunnen komen bij elektronische detentie.
Wij willen in de komende periode met de betrokken ketenpartners nader verkennen of elektronische detentie meerwaarde zou hebben, en zo ja, hoe deze het beste zou kunnen worden ingevuld. Het initiatiefwetsvoorstel van D66, NSC en CDA zien wij met belangstelling tegemoet.
Kamerstukken II 2024-2025, 24 587, nr. 974.↩︎
De garantiestelling is erop gericht om een lagere rente te kunnen bieden aan de aanbieder van plekken met beveiligingsniveau 4 zodat zij makkelijker kunnen investeren in het realiseren van deze plekken.↩︎
Inspectie Justitie en Veiligheid, Rapport Doorlichting Penitentiair Psychiatrische Centra, 17 mei 2023.↩︎
Op dit punt wordt in de voortgangsbrief forensische zorg van 26 januari 2024 verwezen naar: Governance & Integrity International, Kernrapport analyse werkklimaat en sociale veiligheid Oostvaarderskliniek, 2024.↩︎
Het Kwaliteitskader forensische zorg is op 1 oktober 2022 in werking getreden nadat dit mede namens de minister voor Rechtsbescherming is aangeboden aan het Zorginstituut, ter opname in het register.↩︎