Motie van de leden Bruyning en Ceder over het opzetten van een platform waar ervaringsdeskundigen op het gebied van jeugdbeleid kunnen bijdragen aan beleidsvorming en beleidsevaluatie
Jeugdzorg
Motie
Nummer: 2024D43252, datum: 2024-11-11, bijgewerkt: 2024-11-12 12:25, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31839-1046).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F.H. Bruyning, Tweede Kamerlid (Nieuw Sociaal Contract)
- Mede ondertekenaar: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid (ChristenUnie)
Onderdeel van kamerstukdossier 31839 -1046 Jeugdzorg.
Onderdeel van zaak 2024Z18082:
- Indiener: F.H. Bruyning, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: D.G.M. Ceder, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2024-11-11 16:30: Begrotingsonderdeel Jeugd (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 |
31 839 Jeugdzorg
Nr. 1046 MOTIE VAN DE LEDEN BRUYNING EN CEDER
Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 11 november 2024
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat ervaringsdeskundigen unieke inzichten bieden die beleidsmakers kunnen helpen bij het ontwikkelen van effectiever jeugdbeleid, dat het huidige beleid vaak tekortschiet in het adresseren van de werkelijke behoeften en uitdagingen van jongeren, en dat het betrekken van ervaringsdeskundigen bij het beleidsvormingstraject kan leiden tot meer inclusieve en op maat gemaakte oplossingen;
overwegende dat het essentieel is dat beleid niet alleen over jongeren gaat, maar ook met hen wordt ontwikkeld;
verzoekt de regering om een structureel platform op te zetten waar ervaringsdeskundigen op het gebied van jeugdbeleid regelmatig kunnen bijdragen aan beleidsvorming en -evaluatie, om te zorgen voor een evenwichtige vertegenwoordiging van diverse groepen jongeren, waaronder die met verschillende achtergronden en ervaringen, om actief samen te werken met bestaande organisaties en netwerken die zich richten op jongerenparticipatie en ervaringsdeskundigheid, en om de Kamer regelmatig te informeren over de voortgang en resultaten van deze betrokkenheid van ervaringsdeskundigen bij het jeugdbeleid,
en gaat over tot de orde van de dag.
Bruyning
Ceder