[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Amendement van de leden Stoffer en Grinwis over de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting voor werkende eenverdieners

Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2025)

Amendement

Nummer: 2024D43522, datum: 2024-11-12, bijgewerkt: 2024-11-19 08:49, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36602-98).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36602 -98 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2025).

Onderdeel van zaak 2024Z18207:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

36 602 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2025)

Nr. 98 AMENDEMENT VAN DE LEDEN STOFFER EN GRINWIS

Ontvangen 12 november 2024

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In het in artikel I, onderdeel P, onder 2, voorgestelde eerste lid vervalt «en wordt voorts verminderd, doch niet verder dan tot nihil, met het bedrag van de arbeidskorting van zijn partner».

II

Na artikel LVII wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL LVIIA

1. Bij de toepassing van de artikelen 10.1, eerste lid, 10.3, tweede lid, en 10bis.12 van de Wet inkomstenbelasting 2001 en artikel 7, derde en vierde lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen bij het begin van het kalenderjaar 2028 worden de betreffende bedragen berekend door de te vervangen bedragen te vermenigvuldigen met de uitkomst van de formule: 1 + (95,7% x (tabelcorrectiefactor – 1)). De eerste zin is van overeenkomstige toepassing met betrekking tot artikel 22d van de Wet op de loonbelasting 1964.

2. Bij de toepassing van artikel 10.1, tweede lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001 bij het begin van het kalenderjaar 2028 worden de betreffende bedragen berekend door de te vervangen bedragen te vermenigvuldigen met de uitkomst van de formule: 1 + (95,7% x (75% x (tabelcorrectiefactor – 1))).

Toelichting

Indieners zijn van mening dat de belastingkloof tussen één- en tweeverdieners de afgelopen jaren te veel is opgelopen. Gezinnen met twee betaald werkenden betalen veelal veel minder belasting dan een eenverdienersgezin, terwijl het huishoudinkomen gelijk is. Het verschil in belasting is de afgelopen enorm toegenomen, dit kan oplopen tot ongeveer € 6.000 euro per jaar. Indieners achten dit zeer onrechtvaardig.

Een belangrijke oorzaak van de toegenomen kloof is de afbouw van de overdraagbaarheid van de dubbele heffingskorting. Het wetsvoorstel Belastingplan 2025 herintroduceert deze overdraagbaarheid, zij het in beperkte mate en tijdelijk. De herintroductie geldt echter ook slechts voor een beperkte groep. Werkende eenverdieners krijgen namelijk geen recht op de overdraagbare algemene heffingskorting. Ook wordt deze vanaf een inkomen van € 36.000 euro afgebouwd, tot een inkomen van € 48.000. Indieners achten het niet rechtvaardig dat een groot deel van de eenverdieners, namelijk werkende eenverdieners, uitgesloten wordt van deze maatregel. Dit amendement regelt dat de overdraagbaarheid van de algemene heffingskorting ook voor werkende eenverdieners gaat gelden.

Met onderdeel I van dit amendement wordt voorgesteld een van de twee in het wetsvoorstel opgenomen voorwaarden voor de uitbetaling van de algemene heffingskorting (AHK) aan een minstverdienende partner die op of na 1 januari 1963 is geboren te laten vervallen. Het gaat om de vermindering van het uit te betalen bedrag met het bedrag van de arbeidskorting (AK) waar de (bijna-)alleenverdiener recht op heeft. De inwerkingtreding van de in het wetsvoorstel voorgestelde uitbetaling van de AHK aan een minstverdienende partner die op of na 1 januari 1963 is geboren – en dus ook de in onderdeel I opgenomen wijziging daarvan – wordt op grond van het wetsvoorstel geregeld per koninklijk besluit. De beoogde datum van inwerkingtreding is 1 januari 2028.

Ter dekking van de budgettaire gevolgen van de in onderdeel I voorgestelde aanpassing wordt in onderdeel II voorgesteld aan het begin van het jaar 2028 de bedragen niet te vermenigvuldigen met de indexatiefactor (TCF), bedoeld in artikel 10.2 van de Wet inkomstenbelasting 2001 (Wet IB 2001). Bij de toepassing van de artikelen 10.1, eerste lid, 10.3, tweede lid, en 10bis.12 Wet IB 2001 en artikel 7, derde en vierde lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen worden op grond van dit amendement de bedragen vermenigvuldigd met de uitkomst van de formule: 1 + (95,7% x (tabelcorrectiefactor – 1)). Ook de afwijkende indexatiefactor in artikel 10.1, tweede lid, Wet IB 2001 wordt door dit amendement voor het kalenderjaar 2028 berekend door middel van een dienovereenkomstig aangepaste formule.

De aanpassing van de indexatiefactor geldt voor het kalenderjaar 2028. Als de beoogde inwerkingtreding van 1 januari 2028 van de in het wetsvoorstelonderdeel I voorgestelde uitbetaling van de AHK aan de minstverdienende partner die op of na 1 januari 1963 is geboren – en dus ook de in onderdeel I voorgestelde wijziging daarvan -niet wordt gehaald, ligt het voor de hand het jaar waarop de indexatiefactor niet volledig wordt toegepast, op dat moment ook aan te passen. Het percentage waarmee de tabelcorrectiefactor vermenigvuldigd moet worden, moet dan opnieuw geraamd worden.

Budgettaire gevolgen

Niet afbouwen met AK partner bij uitbetaling AHK aan minstverdienende partner – 102 – 92 – 83 – 73 – 63 – 54 – 45 – 35 – 26 – 17 – 9 0
TCF voor 95,7% toepassen 103 103 103 103 103 103 103 103 103 103 103 103


Stoffer

Grinwis