Gewijzigd amendement van het lid Van Oostenbruggen 36610-13 t.v.v. nr. 10 over een verkorte voortzettingseis voor belastingplichtigen die in 2023 en 2024 van de BOR gebruik hebben gemaakt
Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001, de Successiewet 1956 en enkele andere wetten in verband met aanpassingen in een aantal fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten (Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025)
Amendement (gewijzigd/nader/vervangend)
Nummer: 2024D43960, datum: 2024-11-14, bijgewerkt: 2024-11-14 10:07, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: T. van Oostenbruggen, Tweede Kamerlid (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36610 -13 Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001, de Successiewet 1956 en enkele andere wetten in verband met aanpassingen in een aantal fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten (Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025).
Onderdeel van zaak 2024Z18406:
- Indiener: T. van Oostenbruggen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2024-11-14 18:30: STEMMINGEN over het Pakket Belastingplan 2025 en de wijziging van de Wet op de huurtoeslag (vereenvoudiging van de huurtoeslag (36 311)) en eventueel over moties ingediend bij de onder voorbehoud geagendeerde tweeminutendebatten inzake de Raad Buitenlandse Zaken en de Landbouw- en Visserijraad (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL | 2 | |
Vergaderjaar 2024-2025 | ||
36 610 | Wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001, de Successiewet 1956 en enkele andere wetten in verband met aanpassingen in een aantal fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten (Wet aanpassing fiscale bedrijfsopvolgingsfaciliteiten 2025) | |
Nr. 13 | gewijzigd AMENDEMENT VAN HET LID van oostenbruggen ter vervanging van dat gedrukt onder nr. 10 | |
Ontvangen 14 november 2024 | ||
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor: |
Na artikel III wordt een artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL IIIA
In afwijking van artikel 35e, eerste lid, van de Successiewet 1956 zoals dat artikel luidde op de dag voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet loopt voor een bedrijfsopvolging als bedoeld in artikel 35b, vijfde lid, van die wet door een schenking die heeft plaatsgevonden na 31 december 2022, doch voor de inwerkingtreding van deze wet, de periode, bedoeld in artikel 35e, eerste lid, van die wet, af op 31 december 2027.
Toelichting
In het huidig belastingpakket 2025 wordt de voortzettingseis van de bedrijfopvolgingsregeling (BOR) per 1 januari 2025 bij schenking verkort van 5 naar 3 jaar. Zonder overgangstermijn zorgt deze verkorting voor ongelijkheid tussen belastingplichtigen. Belastingplichtigen die op 31 december 2024 gebruik beginnen te maken van de BOR hebben pas op 31 december 2029 volledig voldaan aan de voortzettingseis (5 jaar later). Dit terwijl belastingplichtigen die een dag later gebruikmaken van de BOR al veel eerder klaar zijn, namelijk op 1 januari 2028 (3 jaar later). Indiener vindt het onterecht dat belastingplichtigen die eerder gebruik maken van de BOR pas later in de tijd klaar zijn. Specifiek gaat het om de belastingplichtigen die tussen 1 januari 2023 en de inwerkingtreding van de wet (1 januari 2025) gebruik zijn gaan maken van de BOR. Met dit amendement wordt de ongelijke behandeling van deze groep opgeheven.
Van Oostenbruggen