[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Motie van de leden Westerveld en Dobbe over waarborgen dat kennisinstituten en maatschappelijke organisaties kunnen doorgaan met hun werk ten behoeve van de acceptatie van lhbtiq+-personen

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025

Motie

Nummer: 2024D44568, datum: 2024-11-18, bijgewerkt: 2024-11-20 09:12, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36600-VIII-37).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36600 VIII-37 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025.

Onderdeel van zaak 2024Z18674:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

36 600 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025

Nr. 37 MOTIE VAN DE LEDEN WESTERVELD EN DOBBE

Voorgesteld tijdens het Wetgevingsoverleg van 18 november 2024

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat uit verschillende onderzoeken blijkt dat suïcidegedachten en eenzaamheid bij lhbtiq+-personen vele malen vaker voorkomen dan onder leeftijdsgenoten;

constaterende dat de acceptatie van lhbtiq+-personen afneemt en het juist daarom belangrijk is om scholen en leraren te ondersteunen in het voeren van gesprekken in de klas over grenzen aangeven, veiligheid, mentaal welzijn en respect voor elkaar;

constaterende dat kennisinstituten en maatschappelijke organisaties belangrijk werk doen in het ondersteunen van scholen, leraren en organisaties waar mensen samenkomen, zoals op de werkvloer en bij sportverenigingen;

verzoekt de regering om te waarborgen dat kennisinstituten door kunnen gaan met hun belangrijke werk, en om met hen concrete afspraken te maken zodat bij het volgende emancipatiedebat ten minste gelijke impact voor de doelgroep wordt nagestreefd,

en gaat over tot de orde van de dag.

Westerveld

Dobbe