[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Appreciatie van de motie van de leden Rooderkerk en Mohandis over onderzoeken hoe een bloeiende culturele sector in heel Nederland geborgd kan worden via een zorgplicht voor cultuur (Kamerstuk 36600-VIII-24)

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025

Brief regering

Nummer: 2024D44648, datum: 2024-11-18, bijgewerkt: 2024-11-19 10:43, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36600 VIII-48 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025.

Onderdeel van zaak 2024Z18716:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Postbus 20018

2500 EA DEN HAAG

Datum 18 november 2024
Betreft Appreciatie gewijzigde motie Rooderkerk/Mohandis 36 600-VIII, nr. 24

Erfgoed en Kunsten

Rijnstraat 50

Den Haag

Postbus 16375

2500 BJ Den Haag

www.rijksoverheid.nl

Contactpersoon

Onze referentie

49221888

Bijlagen

Tijdens het Wetgevingsoverleg Cultuur van 11 november 2024 hebben de leden Rooderkerk en Mohandis een motie (36 600-VIII, nr. 24 ) ingediend met het verzoek in gesprek te gaan met medeoverheden, de Raad voor Cultuur, maatschappelijke organisaties en belangenbehartigers en te onderzoeken hoe een bloeiende culturele sector in heel Nederland geborgd kan worden via een zorgplicht voor cultuur. De motie heeft toen de appreciatie ‘ontraden’ gekregen. Daar lag de overweging aan ten grondslag dat een kaderwet met zorgplicht voor cultuur niet mogelijk is zonder extra middelen. Wel ben ik bereid om in gesprek te gaan met partijen als de VNG en het IPO, over wat nodig is voor een bloeiende culturele sector binnen de huidige juridische en financiële kaders.

Ik constateer dat de gewijzigde motie-Rooderkerk/Mohandis (36 600-VIII, nr. 24 (gewijzigd)) is aangepast indachtig mijn overwegingen. Daarmee wijzig ik mijn oordeel ten aanzien van deze motie naar ‘oordeel kamer’.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Eppo Bruins