[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op verzoek commissie over de brief de Vereniging van Nederlandse Gemeenten inzake het gemeentelijk standpunt op het thema bereikbaarheid en een gezonde leefomgeving

Handhaving milieuwetgeving

Brief regering

Nummer: 2024D44655, datum: 2024-11-18, bijgewerkt: 2024-11-19 15:25, versie: 2

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 22343 -403 Handhaving milieuwetgeving.

Onderdeel van zaak 2024Z18718:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


22 343 Handhaving milieuwetgeving

28 089 Gezondheid en milieu

Nr. 403 Brief van de minister en staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 november 2024

Hierbij ontvangt u een reactie op het position paper van de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG) aan de Tweede Kamer. Met de brief van 9 oktober heeft de Tweede Kamer gevraagd om een reactie van het kabinet (2024Z15100/2024D37607).

De VNG heeft de Tweede Kamer in aanloop naar de begrotingsbehandeling van IenW met een position paper geïnformeerd over het gemeentelijk standpunt op het thema bereikbaarheid en een gezonde leefomgeving. De VNG benoemt 9 aandachtspunten in aanloop naar de begrotingsbehandeling van IenW:

  1. Implementeer de bereikbaarheidsdoelen

  2. Verbeter het openbaar vervoer

  3. Maak van verkeersveiligheid een landelijke prioriteit

  4. Zero-emissiezones zijn belangrijk

  5. Werk aan een toekomstbestendig stelsel van VTH

  6. De transitie naar een circulaire economie eist beter beleid

  7. Verbeter het statiegeldsysteem

  8. Een gezonde leefomgeving vereist een aanpak aan de bron

  9. Water en Bodem Sturend: geen keuze maar een gegeven

Tijdens de begrotingsbehandeling van IenW op 8 en 10 oktober zijn deze onderwerpen in meer of mindere mate de revue gepasseerd. Vanuit IenW is zowel schriftelijk als mondeling een toelichting gegeven op deze onderwerpen. Hieronder is per onderwerp een korte samenvatting of conclusie opgenomen. Daar waar het in de begrotingsbehandeling niet is besproken is de stand van zaken vermeld.

Begin 2025 kan de Tweede Kamer de uitkomsten van de verkenning naar bereikbaarheidsdoelen tegemoet zien. Dit onderwerp verdient een zorgvuldige aanpak. Het openbaar vervoer en verkeersveiligheid hebben de volle aandacht van IenW. Tijdens de begrotingsbehandeling is dit uitvoerig aan bod gekomen. Voor verkeersveiligheid is daarbij ingezoomd op zowel de essentie van handhaving en het sturen op gedrag.

Op dit moment is er nog geen besluit genomen over de zero-emissiezones en eventueel uitstel. De staatssecretaris weegt alle belangen af en zal binnenkort een besluit voorleggen aan de ministerraad. Het besluit zal daarna gedeeld worden met de Kamer.

Met het interbestuurlijk programma versterking VTH-stelsel is door alle partijen in het VTH-stelsel hard gewerkt aan de versterking van het VTH-stelsel. Het programma is op 30 september jl. beëindigd en heeft een stevige basis voor het vervolg gelegd. Met alle partijen in het VTH-stelsel worden afspraken gemaakt over de wijze van samenwerken en de borging en implementatie van de producten van het programma. De Kamer is op 24 oktober jl. nader geïnformeerd over de voortgang van de versterking van het VTH-stelsel (Kamerstuk 22 343, nr. 401). In deze Kamerbrief wordt ook ingegaan op de inzet van de structureel voor de versterking van het VTH-stelsel beschikbare middelen van € 18 miljoen per jaar.

Het Nationaal Programma Circulaire Economie (NPCE) is een goede basis voor het circulaire economiebeleid. De actualisatie en uitvoering van het NPCE is dan ook één van de prioriteiten van de staatssecretaris van IenW. Begin 2025 komt een nieuwe Integrale Circulaire Economie Rapportage uit. Mede op basis hiervan zal de staatssecretaris van IenW in september 2025 een geactualiseerd NPCE aan de Kamer aanbieden.

Dit najaar wordt de statiegeldregeling geëvalueerd. In de evaluatie wordt de regelgeving in den brede bekeken. Daarbij worden ook de eerder door de Kamer genoemde zaken meegenomen, als een eventuele innameplicht, bestaande uitzonderingen en eventuele uitbreiding van het systeem. De uitkomsten van de evaluatie worden eind dit jaar met de Kamer gedeeld. Deze uitkomsten dienen als basis om te bepalen of en welke aanpassingen in de wetgeving noodzakelijk, nuttig en mogelijk zijn. Het doel is een effectief statiegeldsysteem, dat een belangrijke bijdrage levert aan een schoner Nederland.

Een schone omgeving en een toekomstbestendige industrie waar buren en werknemers trots op zijn, is het doel. Zoals de Onderzoeksraad voor Veiligheid heeft aangegeven, gaat het bij een aantal bedrijven niet goed. Dat moet beter. Het ministerie van IenW werkt hieraan met generiek beleid, via onder andere het versterken van het VTH-stelsel, het Impulsprogramma Chemische Stoffen en de Actieagenda Industrie en Omwonenden. Ook wordt - samen met het ministerie van KGG – gewerkt aan de maatwerkafspraken voor de verduurzaming van de industrie.

Het kabinet heeft extra middelen beschikbaar voor woningbouw en infrastructuur. Er is bij het ministerie van VRO € 5 miljard beschikbaar voor de ondersteuning van de bouw van woningen. De € 2,5 miljard is bedoeld om zo snel mogelijk, zo veel mogelijk nieuwe woningen goed te ontsluiten. Tijdens de Woontop in december 2024 worden de criteria voor de inzet van deze middelen gedeeld tussen Rijk, regio en andere bij de woningbouw en infrastructuur betrokken partijen. De bestemming van de € 2,5 miljard zal naar verwachting in 2025 plaatsvinden via bestuurlijke overleggen Leefomgeving en bestuurlijke overleggen MIRT. Zoals aangegeven in het regeerprogramma, wordt bij toekomstbestendig bouwen ook rekening gehouden met water en bodem.

Het kabinet hecht belang aan goede afspraken met de koepels van IPO, VNG en Unie van Waterschappen. Eind november vindt een volgend overhedenoverleg plaats waarbij een brede delegatie van het kabinet de doorwerking van het regeerprogramma bespreekt met de koepels.

De minister van Infrastructuur en Waterstaat,

B. Madlener

De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,

C.A. Jansen