Memorie van toelichting
Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met Najaarsnota)
Memorie van toelichting
Nummer: 2024D44689, datum: 2024-11-29, bijgewerkt: 2024-11-29 18:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36625-XVII-2).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36625 XVII-2 Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met Najaarsnota).
Onderdeel van zaak 2024Z18728:
- Indiener: R.J. Klever, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2024-12-03 15:50: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-12-05 10:00: Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- 2024-12-05 14:30: Procedurevergadering (LET OP! Gewijzigd tijdstip) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
Preview document (đ origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024â2025 |
36 625XVII | Wijziging van de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) voor het jaar 2024 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) |
Nr. 2 |
|
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1Â tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2024 wijzigingen aan te brengen in de begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp,
R.J. Klever
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1 Leeswijzer
De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de Suppletoire begroting September 2024 van hoofdstuk XVII van de begroting van het Rijk.
In hoofdstuk 2 is een overzicht opgenomen met de belangrijkste mutaties op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp met een toelichting op de substantiële verschillen.
Hoofdstuk 3Â bevat per beleidsartikel een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Na de tabel âbudgettaire gevolgen van beleidâ wordt een toelichting op de mutaties gegeven. Hierbij worden per artikel de mutaties die groter of gelijk zijn aan de ondergrenzen in onderstaande staffel (tabel 1) conform de Rijksbegrotingsvoorschriften toegelicht. De wijzigingen van de verplichtingen worden alleen toegelicht wanneer ze groter zijn dan 10% ten opzichte van de vorige stand op artikelniveau.
< 50 | 1 | 2 |
=> 50 en < 200 | 2 | 4 |
=> 200 en < 1000 | 5 | 10 |
=> 1000 | 10 | 20 |
Per begrotingsartikel is aangegeven welk percentage van de uitgaven juridisch zijn vastgelegd. Als onderdeel van verantwoord begroten wordt alleen de juridische verplichting voor het huidige begrotingsjaar opgenomen. Een meerjarig overzicht van de juridisch verplichte budgetten is conform de toezegging tijdens de behandeling van de begroting BHOS 2024 d.d. 31Â januari 2024 (TZ202402-026) als bijlage opgenomen in de Ontwerpbegroting 2025 van hoofdstuk XVII van de begroting van het Rijk.
2 Beleid
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties
In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen die per saldo leiden tot een verhoging van de geraamde uitgaven op de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp (XVII) met EURÂ 40,5Â miljoen. De stand van de geraamde ontvangsten blijft bij tweede suppletoire begroting gelijk.
De belangrijkste uitgavenmutaties bij tweede suppletoire begroting worden in onderstaande tabel weergegeven en toegelicht. De uitgebreide toelichtingen zijn per beleidsartikel opgenomen in hoofdstuk 3.
Vastgestelde begroting 2024 | 3.640.718 | |
Stand 1e suppletoire begroting 2024 | 3.932.736 | |
Stand suppletoire begroting september 2024 | 3.928.309 | |
Belangrijkste suppletoire mutaties | ||
1) Duurzaam handels- en investeringssysteem, inclusief MVO | 1.1 | â 7.535 |
2) Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden | 1.3 | 23.475 |
3) Voedselzekerheid | 2.1 | 31.475 |
4) Onderwijs | 3.4 | â 31.547 |
5) Humanitaire hulp | 4.1 | 15.688 |
6) Multilaterale samenwerking | 5.1 | â 12.679 |
7) Overig armoedebeleid | 5.2 | â 28.875 |
8) Nog te verdelen i.v.m. BNI en/of toerekeningen | 5.4 | 6.444 |
9) Overige mutaties | 44.059 | |
Stand 2e suppletoire begroting 2024 | 3.968.814 |
Toelichting
- Op artikelonderdeel 1.1 daalt het budget met EUR 7,5 miljoen doordat binnen het programma Sectorale Samenwerking voor IMVO convenanten minder subsidie-aanvragen bij RVO zijn gedaan. Daarnaast vallen de uitgaven voor de overige beleidsondersteunende IMVO-activiteiten dit jaar lager uit dan gepland.
- Op artikelonderdeel 1.3 stijgt het budget met EUR 23,5 miljoen doordat uitgaven voor de programmaâs voor infrastructurele ontwikkeling dit jaar hoger uitvallen dan gepland. Ook wordt er EUR 20 miljoen overgeheveld van artikel 5.2 naar artikel 1.3 ten behoeve van uitgaven voor Private Sector Development (PSD).
- De uitgaven op artikelonderdeel 2.1 nemen per saldo met EUR 31,5 miljoen toe omdat de bijdrage van EUR 25 miljoen aan het International Fund for Agricultural Development (IFAD-13) eerder wordt betaald. Daarnaast is er eenmalig een aanvullende bijdrage van EUR 7 miljoen gedaan aan het UNICEF No Time to Waste programma om de hongersnood in Soedan te verlichten.
- De uitgaven op artikelonderdeel 3.4 zijn EUR 31,5 miljoen lager dan eerder verwacht, doordat voor het Hoger Onderwijs programma nog een verdere uitwerking moet volgen.
- De uitgaven op artikelonderdeel 4.1 worden per saldo verhoogd met EUR 15,7 miljoen. Dit wordt veroorzaakt doordat de geplande bijdragen voor 2025 van totaal EUR 19,1 miljoen aan de landenspecifieke fondsen van de VN (Country Based Pooled Funds) en aan Central Emergency Response Fund (CERF) al in 2024 gedaan worden. Daarnaast wordt EUR 2 miljoen overgeheveld naar het Stabiliteitsfonds op de BZ-begroting voor Gaza. Verder wordt EUR 1,5 miljoen overgeheveld naar artikel 2.2 Water voor het RVO-programma Dutch Disaster Risk Reduction & Surge Support (DRRS).
- Het uitgavenbudget op artikelonderdeel 5.1 wordt verlaagd met EUR 12,7 miljoen. Dit komt voornamelijk doordat een deel van het budget voor speciale multilaterale activiteiten en voor het assistent-deskundigenprogramma niet tot besteding komt. Verder zal de middelenaanvulling van EUR 3,8 miljoen voor het Asian Development Fund (ADF) niet in 2024, maar in 2025 plaatsvinden.
- De uitgaven op artikelonderdeel 5.2 nemen af met EUR 28,9 miljoen. Het bedrag van EUR 20 miljoen dat bij de 1e suppletoire begroting 2024 gereserveerd is voor wederopbouw voor o.a. Gaza zal dit jaar niet tot besteding komen. Dit bedrag wordt overgeheveld naar artikel 1.3 voor reeds geplande uitgaven voor Private Sector Development (PSD). Daarnaast worden de uitgaven verlaagd met EUR 6,3 miljoen, doordat de verdragsmiddelen voor Suriname dit jaar niet tot besteding zullen komen. Deze verdragsmiddelen blijven, conform de uitvoering van het verdrag, de komende jaren beschikbaar.
- Per saldo wordt het verdeelartikel 5.4 verhoogd met EUR 6,4 miljoen. Dit is het effect van onbestede middelen elders op de begroting en lagere geraamde asieluitgaven via de begroting van Asiel en Migratie. Met deze meevaller worden uitgaven op artikel 2.1 en 4.1 gedaan en wordt de overprogrammering (zichtbaar als de negatieve stand op artikel 5.4) teruggebracht.
Vastgestelde begroting 2024 | 57.815 | |
Stand 1e suppletoire begroting 2024 | 69.806 | |
Stand suppletoire begroting Prinsjesdag 2024 | 69.806 | |
Stand 2e suppletoire begroting 2024 | 69.806 |
De stand van de geraamde ontvangsten blijft bij tweede suppletoire begroting gelijk.
3 Beleidsartikelen
Artikel 1: Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen
Budgettaire gevolgen van beleid
Art. | Verplichtingen | 490.330 | 6.994 | 497.324 |
Uitgaven | 649.543 | 19.230 | 668.773 | |
1.1 | Duurzaam handels- en investeringssysteem, inclusief MVO | 36.564 | â 7.535 | 29.029 |
Subsidies (regelingen) | 21.229 | â 6.695 | 14.534 | |
MVO en beleidsondersteuning (ODA) | 15.506 | â 3.475 | 12.031 | |
MVO en beleidsondersteuning (non-ODA) | 5.723 | â 3.220 | 2.503 | |
Opdrachten | 2.231 | â 540 | 1.691 | |
MVO en beleidsondersteuning (non-ODA) | 2.231 | â 540 | 1.691 | |
Bijdrage aan agentschappen | 1.909 | 0 | 1.909 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 1.909 | 0 | 1.909 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 11.195 | â 300 | 10.895 | |
MVO en beleidsondersteuning (ODA) | 5.000 | 0 | 5.000 | |
Contributies internationaal ondernemen (non-ODA) | 6.195 | â 300 | 5.895 | |
1.2 | Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie | 104.469 | 3.290 | 107.759 |
Subsidies (regelingen) | 30.781 | â 2.500 | 28.281 | |
Programma's internationaal ondernemen | 10.000 | 500 | 10.500 | |
Versterking concurrentiepositie Nederland | 6.502 | â 3.000 | 3.502 | |
Invest Internationaal | 9.780 | 0 | 9.780 | |
Dutch Trade and Investment Fund | 4.499 | 0 | 4.499 | |
Garanties | 1.500 | 6.186 | 7.686 | |
Dutch Trade and Investment Fund | 1.500 | 6.186 | 7.686 | |
Opdrachten | 23.948 | â 846 | 23.102 | |
Programma's internationaal ondernemen | 11.216 | 2.900 | 14.116 | |
Dutch Trade and Investment Fund | 4.186 | â 3.186 | 1.000 | |
Wereldtentoonstelling | 8.546 | â 560 | 7.986 | |
Bijdrage aan agentschappen | 48.240 | 450 | 48.690 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 48.240 | 450 | 48.690 | |
1.3 | Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden | 508.510 | 23.475 | 531.985 |
Subsidies (regelingen) | 234.543 | â 12.666 | 221.877 | |
Marktontwikkeling en markttoegang | 47.550 | â 8.900 | 38.650 | |
Economic governance and institutions | 19.900 | 7.281 | 27.181 | |
FinanciĂ«le sector ontwikkeling | 66.375 | â 13.875 | 52.500 | |
Infrastructuurontwikkeling | 37.300 | 10.200 | 47.500 | |
Duurzame productie en handel | 42.790 | 1.210 | 44.000 | |
(Jeugd)werkgelegenheid | 9.000 | â 6.300 | 2.700 | |
Nexus onderwijs en werk | 5.128 | â 3.143 | 1.985 | |
Lokale private sector ontwikkeling | 6.500 | 861 | 7.361 | |
Leningen | 38.873 | 1.960 | 40.833 | |
Infrastructuurontwikkeling | 8.873 | 5.960 | 14.833 | |
FinanciĂ«le sector ontwikkeling | 30.000 | â 4.000 | 26.000 | |
Garanties | 10.000 | 0 | 10.000 | |
Financiële sector ontwikkeling | 10.000 | 0 | 10.000 | |
Opdrachten | 58.000 | 20.267 | 78.267 | |
Marktontwikkeling en markttoegang | 12.000 | â 233 | 11.767 | |
Economic governance and institutions | 17.000 | 5.500 | 22.500 | |
Financiële sector ontwikkeling | 1.000 | 2.000 | 3.000 | |
Infrastructuurontwikkeling | 1.750 | 10.250 | 12.000 | |
(Jeugd)werkgelegenheid | 26.250 | 2.750 | 29.000 | |
Bijdrage aan agentschappen | 24.000 | 11.000 | 35.000 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 24.000 | 11.000 | 35.000 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 143.094 | 2.914 | 146.008 | |
International Labour Organisation | 5.700 | 68 | 5.768 | |
Lokale private sector ontwikkeling | 40.762 | 2.949 | 43.711 | |
Marktontwikkeling en markttoegang | 16.167 | â 5.417 | 10.750 | |
Partnershipprogramma ILO | 6.450 | 0 | 6.450 | |
Economic governance and institutions | 6.000 | 800 | 6.800 | |
Financiële sector ontwikkeling | 16.000 | 2.500 | 18.500 | |
Infrastructuurontwikkeling | 41.865 | 3.135 | 45.000 | |
Nexus onderwijs en werk | 10.150 | â 2.266 | 7.884 | |
Duurzame productie en handel | 0 | 1.145 | 1.145 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Ontvangsten | 14.000 | 0 | 14.000 | |
Toelichting
Verplichtingen
De verplichtingenruimte op artikel 1Â stijgt per saldo met EURÂ 7Â miljoen.
Dit komt vooral door de toename van de bijdrage aan RVO ten behoeve van
Private Sector Development (PSD).
Uitgaven
De uitgaven voor 2024 op artikel 1Â Duurzame economische
ontwikkeling, handel en investeringen zijn voor 100% juridisch
verplicht.
Artikelonderdeel 1.1
Op artikelonderdeel 1.1 wordt de uitputting EURÂ 7,5Â miljoen lager
doordat binnen programma voor Sectorale Samenwerking voor de IMVO
convenanten minder subsidie-aanvragen bij RVO zijn ingediend dan
verwacht. Daarnaast vallen de uitgaven voor de overige
beleidsondersteunende IMVO-activiteiten dit jaar lager uit dan
gepland.
Artikelonderdeel 1.2
Op artikelonderdeel 1.2 stijgt het budget per saldo met
EURÂ 3,2Â miljoen doordat RVO-uitgaven voor programma's als Support
International Buisiness (SIB), Partners for International
Business (PIB) en voor verschillende missies dit jaar hoger
uitvallen. Daarnaast stijgen de uitgaven voor de verleende garanties
voor Dutch Trade Investment Fund (DTIF).
Artikelonderdeel 1.3
De uitgaven op artikelonderdeel 1.3 stijgen per saldo met
EURÂ 23,5Â miljoen. Bij de 1e suppletoire begroting 2024 was
EURÂ 20Â miljoen gereserveerd op artikel 5.2 voor wederopbouw voor o.a.
Gaza. Dit bedrag zal dit jaar niet tot besteding komen en is
overgeheveld naar artikel 1.3 ten behoeve van reeds geplande uitgaven
voor Private Sector Development (PSD) die in 2024 gedaan zullen
worden in plaats van in 2025. Het betreft betalingen voor Private
Infrastructure Development Group (PIDG) en Health Insurance
Fund (HIF). Verder zijn er diverse andere mutaties. Zo vallen de
uitgaven aan RVO EURÂ 11Â miljoen hoger uit. Ook vallen de uitgaven aan
programmaâs voor infrastructurele ontwikkeling dit jaar hoger uit dan
gepland, bijvoorbeeld voor DRIVE. De subsidie-uitgaven
financiële sector ontwikkeling vallen per saldo EUR 13,9 miljoen lager
uit, mede door lagere realisatie van de uitgaven aan het MASSIF
fonds.
Artikel 2: Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid, water en klimaat
Budgettaire gevolgen van beleid
Art. | Verplichtingen | 1.352.094 | â 213.978 | 1.138.116 |
Uitgaven | 934.932 | 31.215 | 966.147 | |
2.1 | Voedselzekerheid | 392.345 | 31.475 | 423.820 |
Subsidies (regelingen) | 106.432 | 54.456 | 160.888 | |
Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen | 13.000 | 9.527 | 22.527 | |
Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sector | 20.000 | 18.250 | 38.250 | |
Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid | 3.000 | 3.100 | 6.100 | |
Uitbannen huidige honger en voeding | 19.000 | â 525 | 18.475 | |
Voedselzekerheid | 51.432 | 24.104 | 75.536 | |
Opdrachten | 14.728 | â 11.828 | 2.900 | |
Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid | 12.000 | â 9.600 | 2.400 | |
Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen | 2.728 | â 2.728 | 0 | |
Voedselzekerheid | 0 | 500 | 500 | |
Bijdrage aan agentschappen | 3.132 | 0 | 3.132 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 3.132 | 0 | 3.132 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 268.053 | â 11.153 | 256.900 | |
Voedselzekerheid | 145.646 | â 14.253 | 131.393 | |
Realiseren ecologische houdbare voedselsystemen | 24.000 | â 24.000 | 0 | |
Bevorderen inclusieve, duurzame groei in de agrarische sector | 40.500 | 28.800 | 69.300 | |
Kennis & capaciteitsopbouw ten behoeve van voedselzekerheid | 26.000 | 9.300 | 35.300 | |
Uitbannen huidige honger en voeding | 31.907 | â 11.000 | 20.907 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
2.2 | Water | 192.107 | â 503 | 191.604 |
Subsidies (regelingen) | 54.601 | 14.780 | 69.381 | |
Waterbeheer | 29.412 | 9.985 | 39.397 | |
Drinkwater en sanitatie | 25.189 | 4.795 | 29.984 | |
Opdrachten | 3.750 | â 1.968 | 1.782 | |
Waterbeheer | 3.750 | â 1.968 | 1.782 | |
Bijdrage aan agentschappen | 2.000 | 170 | 2.170 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 2.000 | 170 | 2.170 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 131.756 | â 13.485 | 118.271 | |
Waterbeheer | 85.656 | â 5.849 | 79.807 | |
Drinkwater en sanitatie | 46.100 | â 7.636 | 38.464 | |
2.3 | Klimaat | 350.480 | 243 | 350.723 |
Subsidies (regelingen) | 97.205 | 14.677 | 111.882 | |
Klimaat algemeen | 33.005 | â 323 | 32.682 | |
Hernieuwbare energie | 26.000 | 15.000 | 41.000 | |
Dutch Fund for Climate and Development | 10.000 | 0 | 10.000 | |
Bosbehoud | 28.200 | 0 | 28.200 | |
Bijdrage aan agentschappen | 3.400 | 0 | 3.400 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 3.400 | 0 | 3.400 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 249.875 | â 14.434 | 235.441 | |
Contributie IZA/IZT | 358 | 7 | 365 | |
Klimaatprogramma's (non-ODA) | 1.640 | 736 | 2.376 | |
Klimaat algemeen | 11.235 | â 1.177 | 10.058 | |
Hernieuwbare energie | 56.000 | â 14.000 | 42.000 | |
UNEP | 8.642 | 0 | 8.642 | |
Bosbehoud | 11.000 | 0 | 11.000 | |
Multilaterale klimaatfondsen | 127.000 | 0 | 127.000 | |
Resilience and Sustainability Trust | 34.000 | 0 | 34.000 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget op artikel 2Â wordt per saldo met
EURÂ 214Â miljoen verlaagd vanwege de pro rata verdeling van de
ombuigingen in 2025 en verder.
Uitgaven
De uitgaven voor 2024 op artikel 2Â Duurzame ontwikkeling,
voedselzekerheid, water en klimaat zijn voor 100% juridisch
verplicht.
Artikelonderdeel 2.1
De uitgaven op artikelonderdeel 2.1 nemen per saldo met
EURÂ 31,5Â miljoen toe. Dit komt doordat een voor volgend jaar geplande
betaling van EURÂ 25Â miljoen voor International Fund for Agricultural
Development (IFAD-13) dit jaar wordt uitgevoerd. Deze uitgaven
worden gedekt uit artikelonderdeel 5.4 waar ruimte ontstond vanwege een
aangepaste raming voor de asieluitgaven. Daarnaast is er eenmalig een
aanvullende bijdrage van EURÂ 7Â miljoen gedaan aan het UNICEF No Time
to Waste programma om de hongersnood in Soedan te verlichten (Kamerstuk 29237 nr. 206).
Artikelonderdeel 2.2
De uitgaven op artikelonderdeel 2.2 worden per saldo met
EURÂ 0,5Â miljoen verlaagd. Er wordt EURÂ 2,0Â miljoen overgeheveld naar
artikel 3.1 voor het Global Analysis and Assessment of Sanitation
and Drinking-Water (GLAAS) programma van de WHO. Daarnaast is
vanuit artikel 4.1 Humanitaire Hulp EURÂ 1,5Â miljoen overgeheveld naar
dit artikelonderdeel voor het RVO-programma Dutch Disaster Risk
Reduction & Surge Support (DRRS).
Artikel 3: Sociale vooruitgang
Budgettaire gevolgen van beleid
Art. | Verplichtingen | 505.935 | â 47.386 | 458.549 |
Uitgaven | 824.723 | 9.482 | 834.205 | |
3.1 | Mondiale gezondheid en seksuele en reproductieve gezondheid en rechten | 510.262 | 20.655 | 530.917 |
Subsidies (regelingen) | 211.194 | â 1.353 | 209.841 | |
Mondiale gezondheid en SRGR | 211.194 | â 1.353 | 209.841 | |
Opdrachten | 17.825 | 0 | 17.825 | |
Mondiale gezondheid en SRGR | 17.825 | 0 | 17.825 | |
Bijdrage aan agentschappen | 139 | 33 | 172 | |
Rijksdienst voor ondernemend Nederland | 139 | 33 | 172 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 281.104 | 21.975 | 303.079 | |
WHO/PAHO | 7.122 | 7.846 | 14.968 | |
Mondiale gezondheid en SRGR | 176.580 | 13.722 | 190.302 | |
UNFPA | 60.000 | 0 | 60.000 | |
UNAIDS | 23.000 | 0 | 23.000 | |
Partnershipprogramma WHO | 14.402 | â 4.093 | 10.309 | |
UNICEF | 0 | 4.500 | 4.500 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
3.2 | Vrouwenrechten en gendergelijkheid | 47.609 | 4.374 | 51.983 |
Subsidies (regelingen) | 34.109 | 4.250 | 38.359 | |
Vrouwenrechten | 34.109 | 4.250 | 38.359 | |
Opdrachten | 0 | 100 | 100 | |
Vrouwenrechten | 0 | 100 | 100 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 13.500 | 24 | 13.524 | |
Vrouwenrechten | 7.500 | 24 | 7.524 | |
UNWOMEN | 6.000 | 0 | 6.000 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
3.3 | Maatschappelijk middenveld | 202.859 | 16.000 | 218.859 |
Subsidies (regelingen) | 183.462 | 12.062 | 195.524 | |
Versterking maatschappelijk middenveld | 183.462 | 12.062 | 195.524 | |
Opdrachten | 7.282 | 5.915 | 13.197 | |
Versterking maatschappelijk middenveld | 6.000 | 6.000 | 12.000 | |
Versterking maatschappelijk middenveld Monitoringsfonds | 1.282 | â 85 | 1.197 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 12.115 | â 1.977 | 10.138 | |
Versterking maatschappelijk middenveld | 12.115 | â 1.977 | 10.138 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
3.4 | Onderwijs | 63.993 | â 31.547 | 32.446 |
Subsidies (regelingen) | 1.500 | 0 | 1.500 | |
Onderzoeksprogramma's | 1.500 | 0 | 1.500 | |
Opdrachten | 60.140 | â 31.787 | 28.353 | |
Onderwijs | 200 | 0 | 200 | |
Onderzoeksprogramma's | 2.000 | 0 | 2.000 | |
Hoger Onderwijs | 57.940 | â 31.787 | 26.153 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 2.353 | 240 | 2.593 | |
Onderwijs | 2.353 | 240 | 2.593 | |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | |
Toelichting
Verplichtingen
Per saldo is er een verlaging van het verplichtingenbudget op artikel 3.
Dit wordt met name veroorzaakt doordat minder verplichtingen worden
aangegaan op artikelonderdelen 3.1 en 3.4.
De verlaging van de verplichtingen op artikelonderdeel 3.1 wordt veroorzaakt doordat er onder andere bij de uitvoering van landenprogrammaâs in Benin, Oeganda, en Burundi minder committeringen worden gedaan. Dit is het gevolg van de verlaagde kasbudgetten in 2025 en verder.
Op artikelonderdeel 3.4 zijn er minder verplichtingen aangegaan doordat voor het Hoger Onderwijs programma nog een verdere uitwerking moet volgen en committeringen verschuiven naar latere jaren.
Uitgaven
De uitgaven voor 2024 op artikel 3Â Sociale vooruitgang zijn voor 99%
juridisch verplicht.
Artikelonderdeel 3.1
Voor artikelonderdeel 3.1 zijn de geplande uitgaven op mondiale
gezondheid en SRGR hoger dan eerder verwacht. Hieronder valt ook de
eenmalige bijdrage van EURÂ 3Â miljoen aan de Wereldgezondheidsorganisatie
(WHO) om het mpox-virus in Afrikaanse landen te bestrijden, zoals aan de
Tweede Kamer gecommuniceerd tijdens het tweeminutendebat over de
mondiale gezondheidsstrategie op 4Â oktober 2024. Dekking wordt gevonden
vanuit niet bestede middelen van het beroeps en hoger onderwijs
programma. Ook wordt een al voorziene betaling van EURÂ 7,8Â miljoen voor
de Pan American Health Organization (PAHO) van de
Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) dit jaar betaald om de taakstelling
in 2025 deels te ontlasten.
Verder wordt er EURÂ 2,2Â miljoen overgeheveld van artikel 2.2 Water voor een bijdrage aan het Global Analysis and Assessment of Sanitation and Drinking Water (GLAAS) programma van de WHO.
Daarnaast worden enkele andere betalingen op lopende verplichtingen eerder dan gepland uitgevoerd. Deze worden gedekt uit ongebruikte middelen van artikelonderdeel 3.4. Dit is ook het geval bij artikelonderdeel 3.2.
Artikelonderdeel 3.3
Voor artikelonderdeel 3.3 zijn de geplande uitgaven hoger dan eerder
verwacht. Betalingen op lopende verplichtingen worden naar voren gehaald
om de taakstelling in 2025 deels te ontlasten. Dit wordt gedekt uit
ongebruikte middelen van artikel 3.4.
Artikelonderdeel 3.4
Voor artikelonderdeel 3.4 zijn de uitgaven lager dan eerder verwacht
omdat voor het Hoger Onderwijs programma nog een verdere uitwerking moet
volgen. Deze middelen worden gebruikt om lopende verplichtingen op de
artikelonderdelen 3.1, 3.2 en 3.3 te dekken.
Artikel 4: Vrede, veiligheid en duurzame ontwikkeling
Budgettaire gevolgen van beleid
Art. | Verplichtingen | 1.092.768 | â 152.416 | 940.352 |
Uitgaven | 1.085.967 | 15.688 | 1.101.655 | |
4.1 | Humanitaire Hulp | 594.017 | 15.688 | 609.705 |
Subsidies (regelingen) | 122.000 | 4.000 | 126.000 | |
Noodhulpprogramma's | 122.000 | 4.000 | 126.000 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 472.017 | 11.688 | 483.705 | |
Noodhulpprogramma's | 357.000 | 11.688 | 368.688 | |
Noodhulpprogramma's non-ODA | 1.017 | 0 | 1.017 | |
UNHCR | 35.000 | 0 | 35.000 | |
UNRWA | 19.000 | 0 | 19.000 | |
Wereldvoedselprogramma | 60.000 | 0 | 60.000 | |
4.2 | Opvang en bescherming in de regio en migratiesamenwerking | 291.295 | 0 | 291.295 |
Subsidies (regelingen) | 15.500 | â 3.200 | 12.300 | |
Opvang in de regio | 12.500 | â 1.300 | 11.200 | |
Migratie en ontwikkeling | 3.000 | â 1.900 | 1.100 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 275.795 | 3.200 | 278.995 | |
Opvang in de regio | 219.795 | â 800 | 218.995 | |
Migratie en ontwikkeling | 56.000 | 4.000 | 60.000 | |
4.3 | Veiligheid en Rechtstaatontwikkeling | 200.655 | 0 | 200.655 |
Subsidies (regelingen) | 55.453 | 4.388 | 59.841 | |
Legitieme stabiliteit | 7.000 | 3.500 | 10.500 | |
Inclusieve vredes- en politieke processen | 15.500 | 0 | 15.500 | |
Functionerende rechtsorde | 32.953 | 888 | 33.841 | |
Opdrachten | 1.500 | 0 | 1.500 | |
Inclusieve vredes- en politieke processen | 1.500 | 0 | 1.500 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 143.702 | â 4.388 | 139.314 | |
Legitieme stabiliteit | 4.000 | â 4.000 | 0 | |
Functionerende rechtsorde | 103.202 | â 61 | 103.141 | |
Inclusieve vredes- en politieke processen | 36.500 | â 327 | 36.173 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Ontvangsten | 0 | 0 | 0 | |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget op artikel 4Â wordt per saldo met
EURÂ 152Â miljoen verlaagd. Dit komt doordat er vooral voor Opvang in de
regio en Migratie en Veiligheid en Rechtsstaatontwikkeling minder
verplichtingen worden aangegaan als gevolg van de bezuinigingen in 2025
en verder.
Uitgaven
De uitgaven voor 2024 op artikel 4Â Vrede, veiligheid en duurzame
economische ontwikkeling zijn voor 91% juridisch verplicht.
Artikelonderdeel 4.1
De uitgaven op artikelonderdeel 4.1 worden verhoogd met
EURÂ 15,7Â miljoen. De geplande bijdragen voor 2025 van totaal
EURÂ 19,1Â miljoen aan de landenspecifieke fondsen van de VN (Country
Based Pooled Funds) en aan Central Emergency Response Fund
(CERF) worden al in 2024 gedaan. Deze uitgaven worden gedekt uit
artikelonderdeel 5.4 waar ruimte ontstond vanwege een aangepaste raming
voor de asieluitgaven. Daarnaast wordt EURÂ 2Â miljoen overgeheveld naar
het Stabiliteitsfonds op de BZ-begroting voor Gaza voor de inzet van
scanners en een project op het gebied van vredesopbouw. Verder wordt
EURÂ 1,5Â miljoen overgeheveld naar artikel 2.2 Water ten behoeve van het
RVO-programma Dutch Disaster Risk Reduction & Surge Support
(DRRS).
Artikel 5: Multilaterale samenwerking en overige inzet
Budgettaire gevolgen van beleid
Art. | Verplichtingen | 1.202.461 | â 36.198 | 1.166.263 |
Uitgaven | 433.144 | â 35.110 | 398.034 | |
5.1 | Multilaterale samenwerking | 376.995 | â 12.679 | 364.316 |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 376.995 | â 12.679 | 364.316 | |
UNIDO | 1.950 | â 171 | 1.779 | |
UNDP | 39.000 | 0 | 39.000 | |
UNICEF | 44.000 | 0 | 44.000 | |
Speciale multilaterale activiteiten | 14.587 | â 5.500 | 9.087 | |
Assistent deskundigenprogramma | 9.000 | â 3.900 | 5.100 | |
Internationale Financiële Instellingen | 23.058 | 0 | 23.058 | |
Middelenaanvullingen multilaterale banken en fondsen | 87.789 | â 3.750 | 84.039 | |
Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbanken | 8.111 | 642 | 8.753 | |
Bijdrage aan IFI's voor steun OekraĂŻne | 149.500 | 0 | 149.500 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
5.2 | Overig armoedebeleid | 110.496 | â 28.875 | 81.621 |
Subsidies (regelingen) | 10.367 | 276 | 10.643 | |
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling | 9.717 | 166 | 9.883 | |
Nationale SDG implementatie | 650 | 110 | 760 | |
Opdrachten | 586 | â 32 | 554 | |
Nationale SDG implementatie | 86 | â 32 | 54 | |
Programmamiddelen OekraĂŻne | 500 | 0 | 500 | |
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties | 79.543 | â 9.119 | 70.424 | |
UNESCO | 4.400 | â 54 | 4.346 | |
Diverse ondersteunende activiteiten | 4.475 | â 2.609 | 1.866 | |
Kleine activiteiten posten en cultuur en ontwikkeling | 2.381 | â 218 | 2.163 | |
Schuldverlichting | 61.785 | 174 | 61.959 | |
Voorlichting op het terrein van Ontwikkelingssamenwerking | 250 | â 160 | 90 | |
Verdragsmiddelen Suriname | 6.252 | â 6.252 | 0 | |
Nog te verdelen | 20.000 | â 20.000 | 0 | |
Nog te verdelen | 20.000 | â 20.000 | 0 | |
Nog te verdelen | 0 | 0 | 0 | |
5.4 | Nog te verdelen i.v.m.wijzigingen BNI en/of toerekeningen | â 54.347 | 6.444 | â 47.903 |
Nog te verdelen i.v.m.wijzigingen BNI en/of toerekeningen | â 54.347 | 6.444 | â 47.903 | |
Nog te verdelen i.v.m.wijzigingen BNI en/of toerekeningen | â 54.347 | 6.444 | â 47.903 | |
Ontvangsten | 55.806 | 0 | 55.806 | |
Toelichting
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget op artikel 5Â wordt per saldo met
EURÂ 36,2Â miljoen verlaagd. Dit komt vooral door een overheveling van
EURÂ 20Â miljoen vanuit artikel 5.2 naar artikel 1.3. Daarnaast wordt het
verplichtingenbudget verlaagd omdat het budget voor het
schuldverlichtingsdeel voor de middelenaanvulling van IFAD wordt
overgeheveld naar artikel 2Â en doordat de verdragsmiddelen voor Suriname
dit jaar niet tot besteding komen. Deze verdragsmiddelen blijven,
conform de uitvoering van het verdrag, de komende jaren beschikbaar.
Uitgaven
De uitgaven voor 2024 op artikel 5Â Multilaterale samenwerking en overige
inzet zijn voor 90% juridisch verplicht, dit is exclusief
artikelonderdeel 5.4.
Artikelonderdeel 5.1
Het uitgavenbudget op artikelonderdeel 5.1 wordt verlaagd met
EURÂ 12,7Â miljoen. Dit komt voornamelijk doordat EURÂ 5,5Â miljoen voor
speciale multilaterale activiteiten en EURÂ 3,9Â miljoen voor het
assistent-deskundigenprogramma niet tot besteding komt. Verder zal de
middelenaanvulling van EURÂ 3,8Â miljoen voor het Asian Development
Fund (ADF) niet in 2024, maar in 2025 plaatsvinden.
Artikelonderdeel 5.2
De uitgaven op dit artikelonderdeel nemen af met EURÂ 28,9Â miljoen.
Het bedrag van EURÂ 20Â miljoen dat bij de 1e suppletoire begroting 2024
gereserveerd is voor wederopbouw voor o.a. Gaza zal dit jaar niet tot
besteding komen. Dit bedrag wordt overgeheveld naar artikel 1.3 ten
behoeve van uitgaven voor Private Sector Development (PSD) die
in 2024 gedaan zullen worden in plaats van in 2025. De ruimte van
EURÂ 20Â miljoen die daardoor ontstaat in 2025 zal gereserveerd worden
voor wederopbouw voor o.a. Gaza.
Daarnaast worden de uitgaven verlaagd met EURÂ 6,3Â miljoen omdat de verdragsmiddelen voor Suriname dit jaar niet tot besteding zullen komen. Deze verdragsmiddelen blijven, conform de uitvoering van het verdrag, de komende jaren beschikbaar.
Artikelonderdeel 5.4
Om de inzichtelijkheid van de BHO-begroting verder te verbeteren is
er met ingang van begrotingsjaar 2017 artikelonderdeel 5.4 gecreëerd. Op
dit artikelonderdeel wordt ook overprogrammering geregistreerd.
Overprogrammering houdt in dat er meer programmaâs of bijdragen worden
gepland dan waarvoor budget beschikbaar is, in de verwachting dat over
het algemeen de uitvoering van programmaâs en/of betalingen vertraging
oploopt. De uitvoering van het beleid leert dat bijvoorbeeld
(geo)politieke ontwikkelingen en uitvoeringsmogelijkheden in landen
waarin programmaâs worden uitgevoerd gedurende het jaar kunnen leiden
tot vertragingen in de uitputting van de ODA-middelen. Indien er sprake
is van overprogrammering is dat zichtbaar als een negatieve stand op het
verdeelartikel. Over de verdere werking van dit artikel verwijs ik u
naar de Kamerbrief als reactie op Motie van der Graaf c.s. (Kamerstuk
II, 36200 XVII nr. 32) over fluctuaties van het ODA-budget.
Ontwikkelingen verdeelartikel 5.4
Hieronder wordt een overzicht gepresenteerd van de mutaties die hebben plaatsgevonden op het verdeelartikel. Het totaal van de tabel komt overeen met de mutatie die is opgenomen in de tweede suppletoire begroting 2024.
Verschuivingen op de BHO-begroting | 6.444 |
Aanpassing raming eerstejaars asielzoekers | 44.188 |
Middelenaanvulling IFAD-13 | â 25.000 |
Humanitaire hulp | â 19.188 |
Totaal | 6.444 |
Toelichting
- Per saldo wordt het verdeelartikel 5.4 verhoogd met EUR 6,4 miljoen als gevolg van onbestede middelen elders op de begroting. Dit bedrag wordt ingezet om de negatieve stand op artikel 5.4 licht terug te brengen. Zo komt het artikel bij de tweede suppletoire begroting op een gebruikelijke stand voor de tijd van het jaar.
- Een aanpassing van de raming van de bezetting en prijs bij het COA voor de opvang van eerstejaars asielzoekers uit DAC-landen leidt in 2024 tot een overheveling van EUR 44,2 miljoen vanaf de begroting van AenM. In het voorjaar van 2025 volgt de definitieve afrekening over 2024. Deze middelen worden ingezet voor reeds geplande bijdragen aan het International Fund for Agricultural Development (IFAD-13) en voor humanitaire hulp voor reeds geplande bijdragen aan Central Emergency Response Fund (CERF) en de landenspecifieke fondsen van de VN (Country Based Pooled Funds).