[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Van Nispen over de alarmerende cijfers betreffende de teruggang van het aantal sociaal advocaten en de toegang tot het Recht die hiermee nog meer onder druk komt te staan

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2024D45081, datum: 2024-11-20, bijgewerkt: 2024-11-20 15:05, versie: 2

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2024Z18285:

Preview document (🔗 origineel)


AH 599

2024Z18285

Antwoord van staatssecretaris Struycken (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 20 november 2024)

Vraag 1

Bent u bekend met het verkennend onderzoek van de Nederlandse orde van advocaten (NOvA) dat is gedaan waaruit blijkt dat het aantal sociaal advocaten in hoog tempo is afgenomen? 1)

Antwoord op vraag 1
Ja.

Vraag 2

Kunt u reageren op de conclusies, namelijk minder juridische hulp dan vier jaar geleden, de kans op escalatie van juridische problemen en de verslechterde toegang tot het recht voor mensen die afhankelijk zijn van gesubsidieerde rechtsbijstand?

Antwoord op vraag 2
De sociale advocatuur is een essentieel onderdeel van ons rechtsbestel en het op peil houden en versterken van de beroepsgroep is een belangrijk aandachtpunt voor de toegankelijkheid van het recht/de rechtsbijstand. De beroepsgroep staat echter onder druk, onder andere door vergrijzing en een gebrek aan instroom. Deze signalen zijn mij bekend, de in het artikel genoemde cijfers komen dan ook niet als een verrassing. De oplossing hiervoor is niet eenvoudig, vereist de lange adem, en er ligt een rol voor veel betrokken partijen, onder wie de Nederlandse orde van advocaten. Het aantrekkelijk maken van de sociale advocatuur kent veel dimensies.

Vraag 3

Deelt u de verwachting dat de regio’s Noord-Nederland en Nijmegen die gebruikt zijn voor dit onderzoek, zeker geen uitzondering zullen zijn op deze problematische trend die helaas al jaren aan de gang is?

Antwoord op vraag 3
De regio’s Noord-Nederland en Nijmegen zullen geen uitzondering zijn. De sociale advocatuur staat onder druk. Zoals geantwoord onder vraag 2 is er sprake van vergrijzing en de instroom van nieuwe sociaal advocaten blijft achter. De berichtgeving hierover is zorgelijk, maar niet nieuw.

Vraag 4

Deelt u de bezorgdheid over het groot aantal advocaten dat zich uitschrijft bij de Raad voor de Rechtsbijstand en dit ook fors meer is dan het aantal inschrijvingen?

Antwoord op vraag 4
Ja. De dalende trend wat betreft het aanbod van sociaal advocaten is helaas nog niet gekeerd. Het aantal advocaten in het stelsel was in 2023 5.971. In 2022 was dit aantal 6.125.

De afgelopen periode zijn wel de nodige stappen gezet, zoals vermeld in de negende en tiende voortgangsrapportage gesubsidieerde rechtsbijstand1, waar ik in gezamenlijke verantwoordelijkheid met de NOvA en de Raad voor Rechtsbijstand onverminderd mee doorga. Zo is er steeds meer

aandacht voor het beroep van sociaal advocaat in het rechtenonderwijs, zodat

studenten bekend raken met dit waardevolle en noodzakelijke beroep. De

maatregelen op het gebied van de beroepsopleiding, onderwijs en vergoedingen

uit het plan van aanpak sociale advocatuur in de brief van 20 april 2023 zijn in

gang gezet, dit geldt tevens voor de maatschappelijke bijdrage van de

advocatuur.2

Het is nu ook tijd om naar de langere termijn te kijken. Aansluitend op de maatregelen die al in gang zijn gezet, ga ik daarom de dialoog aan met de Nederlandse orde van advocaten, Vereniging Sociale Advocatuur Nederland, de Raad voor Rechtsbijstand en andere partijen die een rol spelen bij de toekomst van de advocatuur. Vanuit ieders gedeelde verantwoordelijkheid wil ik gericht doelen stellen en vervolgmaatregelen afspreken die bij dragen aan een volwaardig en toekomstgericht beroep van sociaal advocaat. Zodat daarmee de toegang tot het recht voor de rechtsbijstandsgerechtigde ook naar de toekomst toe geborgd blijft. Eind december vindt een eerste overleg plaats. Ik ben voornemens om u in april 2025 bij separate brief over dit traject nader te informeren.

Vraag 5

Deelt u de mening dat het ook alarmerend is dat er wordt geconcludeerd dat de komende tien jaar maar liefst 30% van de sociaal advocaten met pensioen gaat?

Antwoord op vraag 5
Het baart mij zorgen. Van belang is daarom te zorgen voor voldoende instroom van nieuwe sociaal advocaten.

Vraag 6

Kunt u specifiek ingaan op de meest schrijnende rechtsgebieden voor wat betreft de afname van het sociaal advocaten, zoals de gebieden sociale voorzieningen, sociale verzekeringen, huurrecht, arbeidsrecht en familierecht? 2)

Antwoord op vraag 6
In zijn algemeenheid geldt dat de cijfers niet nieuw en wel zorgelijk zijn. Wel behoeven de cijfers uit de genoemde rechtsgebieden enige nuancering. In het artikel van de NOS van 11 november jl. waarin deze rechtsgebieden specifiek worden genoemd zijn de huidige aantallen afgezet tegenover die van 2019. In 2020 heeft de Raad voor Rechtsbijstand echter, in nauw overleg met de Nederlandse orde van advocaten, specialisatie eisen op die terreinen ingevoerd. Met het instellen van specialisatie eisen wordt de kwaliteit van de rechtsbijstand hoger, wat ook bijdraagt aan de effectieve toegang tot het recht. Waar voorheen iedere advocaat een toevoeging op het betreffende rechtsgebied kon aanvragen, moet de advocaat thans zijn deskundigheid aantonen. Een deel van de daling van het aantal advocaten is dan ook aan deze kwaliteitsimpuls toe te schrijven, wat overigens niet mijn zorgen bij de algemene dalende trend wegneemt. Zoals hiervoor bij vraag 4 beschreven tref ik diverse maatregelen om het tij te keren.

Vraag 7

Wat vindt u principieel van het idee dat als dit langer doorgaat, dat het voor sommige mensen in de samenleving, namelijk de minder welvarende, voortaan niet meer mogelijk zal zijn om überhaupt nog juridische ondersteuning te hebben?

Antwoord op vraag 7
Toegang tot het recht is een fundament van onze democratische rechtsstaat. Sociaal advocaten zijn van wezenlijk belang voor deze toegang voor de

meest kwetsbare mensen in onze samenleving. In algemene zin geldt dat er momenteel nog voldoende sociaal advocaten zijn om aan de vraag van rechtzoekenden te voldoen. Wel zie ook ik dat het in sommige regio’s en in specifieke rechtsgebieden knelt. Dat baart mij zorgen. Het kabinet heeft 200 miljoen euro uitgetrokken voor goed bestuur en de rechtstaat. Ook is de Commissie-Van der Meer II op dit moment bezig met een tweede herijkingsoperatie van de vergoedingen voor de sociale advocatuur. Het plan van aanpak sociale advocatuur waarin een menukaart van oplossingsrichtingen in beeld is gebracht voor de aanwas van sociaal advocaten, is daarbij zoals aangegeven nog steeds van kracht.

Vraag 8

Bent u ook bekend met de bevinding van de NOvA dat in een aantal regio’s de gesubsidieerde rechtsbijstand al onder druk staat en dat het dus code rood is?

Antwoord op vraag 8
Ja.

Vraag 9

Bent u het ook eens met de conclusie van de NOvA dat de afname van het aantal sociaal advocaten met name te maken heeft met de te lage vergoedingen?

Antwoord op vraag 9
Een belangrijk aspect is de hoogte van de vergoedingen, waarvoor ik verantwoordelijk ben. Daarom onderzoekt op dit moment Commissie-Van der Meer II hoe de vergoeding aan kan sluiten bij de daadwerkelijke tijdsbesteding aan een zaak. Zoals ik bij brief van 15 november jl. aan uw Kamer heb medegedeeld, loopt het advies vertraging op en wordt het nu eind februari 2025 verwacht.3 Mede aan de hand van dat advies zal besluitvorming over de vergoedingen voor sociaal advocaten plaatsvinden.

Echter zijn er ook andere aspecten die zorgen voor een afname van het aantal sociaal advocaten, zoals de versnippering in de sociale advocatuur. Er wordt door sociaal advocaten een gebrek aan samenwerking en kennisdeling ervaren. Verder is er sprake van concurrentie van andere (juridische) sectoren. Daarnaast is binnen de sociale advocatuur relatief weinig sprake van innovatie. Sociaal advocaten ervaren problemen met digitaal werken en toegang tot kennis.4 Uit het onderzoek uitgevoerd in opdracht van de Orde van advocaten Gelderland volgt bovendien dat de context waarbinnen sociaal advocaten hun werk verrichten onderdeel is van het probleem. Sociaal advocaten zouden onbegrip ervaren vanuit ketenpartners en tegen bureaucratie aanlopen. Ook is de werkdruk erg hoog en rust er een negatief imago op het beroep van sociaal advocaat. Tot slot zijn veel studenten onbekend met het beroep van sociaal advocaat, waardoor jonge juristen ook niet instromen.

Met enkel het verhogen van de vergoedingen lossen we het probleem niet op. Ik wil samen met de NOvA als één van de oplossingen toewerken naar een duurzaam kantoormodel voor sociaal advocaten dat bedrijfsmatig efficiënt is, aantrekkelijk is voor jonge advocaten om te werken en waar de kwaliteit is geborgd. Ik zie daarin een verantwoordelijkheid voor de Nederlandse orde van advocaten. Zij nemen daartoe samen met de Raad voor Rechtsbijstand al initiatieven. Daarom zal ik op korte termijn hierover met de NOvA in gesprek te treden.

Vraag 10

Wat gaat u doen aan de toenemende werkdruk voor sociaal advocaten die het gevolg is van veel vraag maar een steeds minder grote pool van sociaal advocaten die een zaak kunnen oppakken op toevoegingsbasis?

Antwoord op vraag 10
Enerzijds ga ik onverminderd door met de al ingezette maatregelen. Anderzijds is het van belang na te denken over de toekomst van de sociale advocatuur. Hoe we willen dat de sociale advocatuur er over 5, 10, 20 jaar uitziet. Daarom ga ik, zoals ook blijkt uit mijn antwoord onder vraag 4, de komende tijd in gesprek met de Nederlandse orde van advocaten, Vereniging Sociaal Advocatuur Nederland, de Raad voor Rechtsbijstand en andere partijen die een rol spelen bij de toekomst van de advocatuur. Daarbij sta ik open voor innovatieve ideeën.

Vanuit de advocatuur zelf ligt er ook een handschoen om op te pakken. Door vanuit de commerciële advocatuur een handje te helpen met detachering van stagiairs, delen van ICT-voorzieningen, licenties en juridische bibliotheken. Maar ook door te kijken hoe de advocatuur georganiseerd is. Het organiseren van een sociale, maatschappelijke component op de werkvloer kan aantrekkingskracht uitoefenen op jonge mensen. Andere bedrijfsmodellen zouden ervoor kunnen zorgen dat de sociale advocatuur ook naar de toekomst toe duurzaam kan worden vormgegeven. Hierover ga ik het gesprek aan met de Nederlandse orde van advocaten.

Vraag 11

Bent u reeds met plannen bezig om fundamenteel iets aan dit grote tekort aan sociaal advocaten te doen, omdat dit een bedreiging van de toegang tot het recht en daarmee de rechtsstaat is, en wordt daarbij al rekening gehouden met het rapport van de commissie van der Meer II dat binnenkort zal verschijnen?

Antwoord op vraag 11
Ja. Zoals hiervoor al opgemerkt onderneem ik actie en zet ik bovendien de reeds ingezette plannen van mijn ambtsvoorganger onverminderd voort.

Vraag 12

Bent u nu al bezig met het vinden van een dekking voor de uitvoering van deze bevindingen, die onvermijdelijk zullen concluderen dat er meer geld nodig is?

Antwoord op vraag 12
De Commissie-Van der Meer II is momenteel nog bezig met haar onderzoek. Daar loop ik niet op vooruit. Het kabinet zal na oplevering van het advies van de commissie besluiten hoe opvolging daaraan wordt gegeven.

De financiële gevolgen van het advies van de Commissie-Van der Meer II zijn nog onbekend. Het advies wordt eind februari 2025 verwacht. Voorafgaand aan het eventueel wijzigingen van de vergoedingen dient financiële besluitvorming tijdens het reguliere begrotingsproces plaats te vinden.

Het is daarom belangrijk om eerst de uitkomsten van het advies van de Commissie-Van der Meer II af te wachten. De verwachting nu is niet dat financiële gevolgen van het advies van vergelijkbare omvang zullen zijn als de financiële gevolgen van het advies van de Commissie-Van der Meer I. Er is momenteel echter geen dekking op de JenV-begroting voor eventuele meerkosten als gevolg van het advies van de Commissie-Van der Meer II.

Vraag 13

Bent u bereid deze vragen binnen één week, voorafgaand aan de begrotingsbehandeling Justitie en Veiligheid, te beantwoorden?

Antwoord op vraag 13
Ja.

 

1) Nederlandse Orde van Advocaten, 11 november 2024 Tekort aan sociaal advocaten in meerdere Nederlandse regio’s (www.advocatenorde.nl/nieuws/tekort-aan-sociaal-advocaten-in-meerdere-nederlandse-regios)

2) NOS, 11 november 2024, Aantal sociaal advocaten voor toeslagen-en uitkeringszaken gehalveerd (nos.nl/artikel/2544064-aantal-sociaal-advocaten-voor-toeslagen-en-uitkeringszaken-gehalveerd).


  1. Zie Kamerstukken II 2022-2023, 31 753, nr. 270 en Kamerstukken II 2023 – 2024, 31 753, nr. 286.↩︎

  2. Zie Kamerstukken II 2022-2023, 31 753, nr. 269.↩︎

  3. Zie Kamerstukken II 2023-2024, 18 857.↩︎

  4. Dit volgt uit zowel het Panteia rapport als het onderzoek uitgevoerd in opdracht van de Orde van advocaten te Gelderland.↩︎