Amendement van het lid Dobbe over het terugdraaien van de verlaging van het budget voor onder andere het mensenrechtenfonds
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2025
Amendement
Nummer: 2024D45186, datum: 2024-11-20, bijgewerkt: 2024-11-20 17:03, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.E.M. Dobbe, Tweede Kamerlid (SP)
Onderdeel van kamerstukdossier 36600 V-16 Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2025.
Onderdeel van zaak 2024Z18962:
- Indiener: S.E.M. Dobbe, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL | 2 | |
Vergaderjaar 2024-2025 | ||
36 600 V | Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2025 | |
Nr. 16 | AMENDEMENT VAN HET LID Dobbe | |
Ontvangen 20 november 2024 | ||
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor: | ||
In artikel 1 Versterkte internationale rechtsorde van de departementale begrotingsstaat worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 17.000 (x € 1.000).
Toelichting
Dit amendement ziet toe op het terugdraaien van de verlaging van het budget op subartikel 1.2. Onder dit artikel valt onder andere het mensenrechtenfonds. De verlaging bedraagt € 17 miljoen en wordt met dit amendement structureel teruggedraaid. Dit amendement wordt voor 2025 uit de algemene middelen gedekt. De indiener verzoekt het kabinet om bij de komende voorjaarsnota met een structurele dekking te komen.
De indiener acht de bevordering van mensenrechten een van de kerntaken van het Nederlandse buitenlandbeleid. Hieronder valt volgens de indiener ook de bescherming van mensenrechtenverdedigers. Dit is ook in lijn met de aangenomen motie van het lid Dobbe c.s. over extra maatregelen om het werk voor vrouwenrechten en van vrouwelijke mensenrechtenactivisten te beschermen en te ondersteunen (Kamerstukken 32735, nr. 388). Gezien de internationale ontwikkelingen waarbij mensenrechten steeds meer onder druk staat, is het volgens de indiener een verkeerd moment om onder andere op het mensenrechtenfonds te bezuinigen.
Dobbe