[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Uitvoering van de motie van het lid Veltman over een plan om te komen tot een landelijk gestandaardiseerde uitzondering van zero-emmissiezones voor ondernemers tot 2029 (Kamerstuk 36600-XII-37)

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2025

Brief regering

Nummer: 2024D45668, datum: 2024-11-22, bijgewerkt: 2024-12-19 09:53, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36600-XII-66).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36600 XII-66 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2025.

Onderdeel van zaak 2024Z19223:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

36 600 XII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2025

Nr. 66 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 november 2024

Op 22 oktober 2024 heeft de Kamer de motie-Veltman1 (VVD) aangenomen. De motie verzoekt om met een plan te komen hoe invulling kan worden gegeven aan een landelijk gestandaardiseerde uitzondering op zero-emissiezones voor ondernemers tot 2029.

In het regeerprogramma staat de volgende passage over zero-emissiezones:

«Het kabinet vindt het belangrijk dat de binnensteden voor ondernemers bereikbaar blijven. Bezien wordt op welke manier het instellen van zero-emissiezones kan worden uitgesteld, onder andere om uitzonderingen voor bijvoorbeeld ondernemers landelijk te kunnen regelen (standaardiseren). We streven naar een uniform toegangsregime en bebording van deze zones, rekening houdend met ondernemers die gefaseerd overstappen op een elektrisch voertuig. De instelling van zero-emissiezones blijft een gemeentelijk besluit. Eind 2024 maken we hierover afspraken met partijen en leggen die vast in een nieuw convenant.»

In deze brief wordt toegelicht welke stappen ondernomen worden om uitvoering te geven aan deze motie en het regeerprogramma.

Context

Een zero-emissiezone (ZE-zone) is een gebied in een stad waarin bestel- en vrachtauto’s die schadelijke stoffen uitstoten, geweerd worden. Het doel van de ZE-zones is het verbeteren van de luchtkwaliteit en het verminderen van de uitstoot van broeikasgassen. In de discussie rondom zero-emissiezones gaat het niet zozeer om het doel van de zones zelf – niemand is tegen schone lucht – maar om de vraag of het voor ondernemers haalbaar is om de overstap te maken naar een elektrisch bedrijfsvoertuig. Het toegangsregime geldt alleen voor voertuigen voor zakelijk gebruik, particulieren krijgen een ontheffing. Inmiddels hebben 29 gemeenten een besluit tot invoering van een zero-emissiezone genomen. In 14 gemeenten start de zero-emissiezone per 1 januari 2025. Anderen volgen uiterlijk in 2030.

Het uitgangspunt van het beleid rond zero-emissiezones is dat ondernemers niet aan het onmogelijke worden gehouden. Daarom is een uitgebreide set aan afspraken gemaakt in de vorm van overgangsregelingen, vrijstellingen en ontheffingen om de transitie voor de ondernemer mogelijk te maken. Ontheffingen kunnen geharmoniseerd en centraal worden aangevraagd via het Centraal Loket dat door gemeenten en RDW is ontwikkeld.

Met het aannemen van de motie-Veltman heeft de Kamer aangegeven dat zij uitstel wil voor ondernemers die nog niet kunnen meekomen in de transitie naar zero-emissie voertuigen. Met onderstaande aanpak is in het kader van betrouwbaar bestuur een balans getracht te vinden tussen enerzijds de eerder gemaakte afspraken en anderzijds de wensen van de Kamer.

Stand van zaken

De afgelopen tijd is een zorgvuldig proces doorlopen waarin gesprekken hebben plaatsgevonden met gemeenten, brancheorganisaties en belanghebbenden. Daaruit kan de conclusie worden getrokken dat er op dit moment onvoldoende sprake is van de standaardisatie waar om gevraagd wordt in het regeerprogramma:

• Wel geharmoniseerd: De overgangsregelingen en vrijstellingen voor ondernemers zijn landelijk geregeld en gelden in alle gemeenten. Ook is landelijk afgesproken welke ontheffingen in ieder geval in alle gemeenten gelden.

• Niet geharmoniseerd: Volgens de huidige afspraken moeten ondernemers twee van de landelijk afgesproken ontheffingen in verschillende gemeenten los aanvragen, in plaats van dat deze een landelijke werking hebben. Dit betreft: (1) een ontheffing wegens bedrijfseconomische omstandigheden en (2) een ontheffing vanwege netcongestie via de hardheidsclausule.

Plan van aanpak

Om gehoor te geven aan de eerder gemaakte afspraken én de wens van de Kamer om de zero-emissiezones uit te stellen, bestaat het plan van aanpak uit de volgende onderdelen:

Het starten van een regulier AMvB-wetgevingstraject om de overgangsregeling voor emissieklasse 6 diesel bestelauto’s met een jaar te verlengen tot 1 januari 2029: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 wordt hiertoe aangepast met een wijzigings-AmvB (algemene maatregel van bestuur) om ervoor te zorgen dat de overgangsregeling voor bestaande diesel bestelauto’s met emissieklasse 6 wordt verlengd tot 1 januari 2029.

Inzet op uitstel van boetes voor de zero-emissiezones voor één jaar. Na 6 maanden vindt een evaluatie plaats. Dan ga ik met gemeenten in gesprek of een heel jaar boetevrij daadwerkelijk noodzakelijk is. Dit maakt het mogelijk om de zero-emissiezones per 1 januari 2025 in te voeren (conform de wens van de gemeenten) en biedt ondernemers extra tijd om zich voor te bereiden, omdat er in de eerste periode geen boetes worden uitgedeeld (conform de wens van de Kamer).

Nieuw convenant met gemeenten en brancheverenigingen: Samen met gemeenten, brancheorganisaties en belangenverenigingen wordt een nieuw convenant ondertekend. Hierin worden de eerder gemaakte geharmoniseerde en gestandaardiseerde afspraken opnieuw vastgelegd en aangescherpt, onder andere over de ontheffing voor bedrijfseconomische omstandigheden en de ontheffing voor netcongestie. Deze twee ontheffingen krijgen daarmee een landelijke werking terwijl deze eerst per gemeente aangevraagd moesten worden. Met gemeenten wordt verder gewerkt om het aanvragen van een ontheffing zo eenvoudig mogelijk te maken, met heldere informatievoorziening en een overzichtelijk Centraal Loket voor ondernemers.

Evaluatiemomenten zero-emissiezones: Als onderdeel van het convenant moet een duidelijk monitoringssysteem (dashboard) worden opgenomen, waarmee op afgesproken momenten de effecten van de zero-emissiezones geëvalueerd kunnen worden. Op basis van signalen wordt in samenwerking met de ondertekenaars van het convenant (op bestuurlijk niveau) gezocht naar oplossingen om eventuele knelpunten weg te nemen. Alle opties voor interventie worden hierbij in overweging genomen. Op deze manier houden we zicht op welke ondernemers in de knel komen en de transitie nog niet kunnen maken. Voor ondernemers moet de transitie te allen tijde haalbaar en betaalbaar blijven.

Proces met gemeenten

Op 4 oktober 2024 heeft er een bestuurlijk overleg plaatsgevonden met de gemeenten die in 2025 een zero-emissiezone zullen invoeren. De 14 gemeenten die per 1 januari 2025 een zero-emissiezone invoeren, hebben eenduidig aangegeven dat zij geen reden zien om de invoering uit te stellen. Zij geven aan dat de reeds gemaakte afspraken het resultaat zijn van een zorgvuldig proces met vele jaren afstemmingen en samenwerking met Rijk en brancheorganisaties.

Na het aannemen van de motie-Veltman op 22 oktober 2024, is er gekeken hoe er op de beste manier invulling kan worden gegeven aan het regeerprogramma én het verzoek van de Kamer om met een plan te komen voor een landelijk gestandaardiseerde uitzondering op zero-emissiezones voor ondernemers tot 2029. Daarbij zijn alle opties overwogen, waaronder ook een spoed-AMvB (algemene maatregel van bestuur).

Er zijn met gemeenten verschillende constructieve gesprekken gevoerd. We hebben besproken hoe we kunnen komen tot een plan dat recht doet aan het proces van de afgelopen jaren én voldoende politiek draagvlak heeft. Het plan moet ondernemers meer tijd geven om zich voor te bereiden op de komst van de zones én moet de regelgeving verder harmoniseren en standaardiseren.

Het plan zoals beschreven in deze Kamerbrief is het resultaat van deze gesprekken. Hierbij is een grote stap in de richting van de gemeenten gezet, omdat zij met dit plan door kunnen gaan met de invoering per 1 januari 2025.

In de komende periode zal er intensief contact met de gemeenten zijn om gezamenlijk verdere invulling te geven aan de uitwerking van dit plan.

Schone lucht en klimaatdoelstellingen

Het kabinet volgt de 55%-reductiedoelstelling voor 2030 ten opzichte van 1990, zoals opgenomen in de Klimaatwet. Voor gemeenten is het invoeren van een zero-emissiezone vooral gericht op schone lucht in de steden: het terugdringen van fijnstof (PM10) en stikstofoxiden (NOx), en daarnaast ook het terugdringen van CO₂-uitstoot en geluidsoverlast (dB). Het slagen van de zero-emissiezones en de transitie naar schoon vervoer levert een belangrijke bijdrage aan het behalen van deze doelstellingen.

Tot slot

Het kabinet vindt het belangrijk dat ondernemers niet aan het onmogelijke worden gehouden en dat het voor hen haalbaar is om de overstap te maken naar een elektrisch bedrijfsvoertuig. Met dit plan kunnen gemeenten per 1 januari 2025 een start maken met de zones. En creëren we voor ondernemers duidelijkheid en krijgen zij meer tijd om zich voor te bereiden op de komst van de zero-emissiezones.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
Ch.A. Jansen


  1. Kamerstuk 36 600 XII, nr. 37↩︎