Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de Ontwerp-Regeling stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2025-2030 (Kamerstuk 29398-1132)
Maatregelen verkeersveiligheid
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2024D46406, datum: 2024-11-27, bijgewerkt: 2024-12-10 13:07, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2024D46406).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.C. (Peter) de Groot, voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat (VVD)
- Mede ondertekenaar: M. Meedendorp, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2024Z18492:
- Indiener: B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2024-11-19 15:50: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-11-20 10:15: Procedurevergadering IenW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2024-11-27 12:00: Ontwerp-Regeling stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2025-2030 (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
Preview document (🔗 origineel)
2024D46406 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat hebben verschillende fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Infrastructuur en Waterstaat over de Ontwerp-Regeling stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2025–2030 (Kamerstuk 29 398, nr. 1132).
De voorzitter van de commissie,
Peter de Groot
Adjunct-griffier van de commissie,
Meedendorp
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Inhoudsopgave
Inleiding
PVV-fractie
VVD-fractie
NSC-fractie
Inleiding
De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de beleidsbrieven omtrent de Ontwerp-Regeling stimulering verkeersveiligheidsmaatregelen 2025–2030 (hierna: Regeling) en willen de Minister enkele vragen stellen hierover.
De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de Regeling en hebben hier op dit moment geen vragen bij.
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de stukken behorend bij de Regeling en hebben hierover nog enkele vragen en opmerkingen.
De leden van de NSC-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de Regeling en hebben daarover nog een enkele vraag.
PVV-fractie
De leden van de PVV-fractie stellen vast dat lokale (mede)overheden aanvragen voor rijksbijdragen kunnen doen teneinde maatregelen te treffen die de verkeersveiligheid ten goede komen. Deze leden vragen zich af wat alle specifieke criteria zijn die worden gebruikt bij de beoordeling of een rijksbijdrage daadwerkelijk wordt toegekend.
De leden van de PVV-fractie constateren dat de Regeling als doel heeft om de verkeersveiligheid op het wegennet te stimuleren. Deze leden vragen zich af op welke wijze de impact van de uitgevoerde verkeersveiligheidsmaatregelen wordt gemeten.
De leden van de PVV-fractie constateren dat de Regeling loopt tot 1 januari 2030, maar dat de maatregelen uiterlijk 31 december 2028 moeten worden gerealiseerd. Deze leden vragen zich af hoe deze twee data zich tot elkaar verhouden.
De leden van de PVV-fractie stellen vast dat de medeoverheden een aanvraag voor een rijksbijdrage enkel kunnen doen tijdens een aanvraagtijdvak. Deze leden vragen hoeveel van dit soort aanvraagtijdvakken er zijn en hoe lang deze duren.
De leden van de PVV-fractie hebben waargenomen dat voor iedere provincie, waterschap en gemeente een budgetplafond is vastgesteld. Deze leden vragen hoe deze budgetten tot stand zijn gekomen en zouden graag een uitgebreid schema met alle criteria inzien.
VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie vinden dat het aantal verkeersdoden omlaag moet. We moeten al het mogelijke doen om verkeersveiligheid te verbeteren en deze leden zijn daarom blij dat er vanaf 2020 500 miljoen euro beschikbaar is gekomen voor het treffen van verkeersveiligheidsmaatregelen. Omdat de meeste verkeersdoden vallen op het onderliggend wegennet is het goed dat dit geld terecht komt bij provincies, gemeenten en waterschappen.
De leden van de VVD-fractie vragen de Minister hoe hij ervoor kan zorgen dat, zodra aanvragen zijn gedaan, het geld zo snel mogelijk bij de provincies, gemeenten en waterschappen terecht komt zodat er snel mogelijk maatregelen kunnen worden getroffen. Wat wordt gedaan om snelheid te maken? Er is geen tijd te verliezen.
De leden van de VVD-fractie vragen hoe de Minister in gesprek is met de beheerders van het onderliggend wegennet over verkeersveiligheid in het algemeen. En hoe wordt ook over de toekomst gesproken, gezien het feit dat de wegen steeds drukker en voller worden? Welk beeld van de toekomst heeft de Minister bij de verkeersveiligheidsmaatregelen die moeten worden getroffen op het onderliggend wegennet en het hoofdwegennet?
De leden van de VVD-fractie lezen dat het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen hebben gevraagd om de realisatiedatum van de maatregelen op te rekken van 31 december 2028 naar 31 december 2029 en dat het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) hier wegens hem moverende redenen geen gehoor aan heeft gegeven. Deze leden vragen zich af hoe het besluit om de realisatiedatum niet op te rekken zich verhoudt tot de uitdagingen op de infrastructurele portefeuille, zoals het gebrek aan personele capaciteit. Deze leden hopen dat dit besluit er niet toe leidt dat verbeterende maatregelen voor de verkeersveiligheid niet ten uitvoer gebracht kunnen worden, doordat er geen capaciteit beschikbaar is en het tijdsbestek te gering is.
Daarnaast lezen de leden van de VVD-fractie dat de rijksbijdrage wordt verstrekt op basis van cofinanciering en maximaal 50% van de uitvoerings- en infrastructurele kosten van maatregelen dekt. Deze leden vragen zich af in hoeverre de Minister commitment heeft gekregen van decentrale overheden dat zij in de positie zijn de overige 50% van de kosten ter verbetering van de verkeersveiligheid te kunnen dekken, mede gelet op de bredere financiële uitdagingen waar decentrale overheden mee moeten dealen.
NSC-fractie
De leden van de NSC-fractie vinden het goed dat er met deze Regeling wordt geïnvesteerd in verkeersveiligheid en wijzen erop dat uit evaluatie blijkt dat elke geïnvesteerde euro 1,7 keer wordt terugverdiend.
De leden van de NSC-fractie constateren dat het rijksbijdrageplafond verdeeld wordt in verschillende plafonds per aanvrager. Deze leden vragen of bij de vorige tranches alle aanvragers tot hun plafond gebruik hebben gemaakt van de cofinanciering van de Regeling. Zo nee, vragen deze leden welke verklaring de Minister daarvoor heeft en welke acties hij onderneemt om hier verandering in aan te brengen.
De leden van de NSC-fractie vragen hoe uitvoering is gegeven aan de aanbeveling van het Instituut voor Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) om de menukaart met maatregelen bij de derde tranche zoveel mogelijk te richten op de meest kosteneffectieve maatregelen.