[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Motie van het lid Soepboer over een stimuleringsregeling voor educatieve initiatieven voor onder deel II van het Handvest erkende talen

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025

Motie

Nummer: 2024D46698, datum: 2024-11-28, bijgewerkt: 2024-11-29 13:55, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36600-VIII-92).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36600 VIII-92 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025.

Onderdeel van zaak 2024Z19701:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2024-2025

36 600 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2025

Nr. 92 MOTIE VAN HET LID SOEPBOER

Voorgesteld 28 november 2024

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Nederlands en het Fries de officiële talen van Nederland zijn en ook het Papiaments op Bonaire inmiddels is geratificeerd onder deel III van het Handvest voor regionale talen en talen van minderheden;

constaterende dat deze talen daarmee meer rechten en meer bescherming genieten dan de andere erkende streektalen in Nederland die geratificeerd zijn onder deel II van het Handvest, te weten het Limburgs, het Nedersaksisch, het Jiddisch, het Romanes en het Papiaments;

overwegende dat instandhouding en bevordering van talen van minderheden een taak is van de hele overheid en daar waar het onderwijs betreft dus ook van het Ministerie van OCW;

verzoekt de regering om vóór de Voorjaarsnota te komen met een concrete stimuleringsregeling voor educatieve initiatieven aangaande de onder deel II van het Handvest erkende talen, zoals bijvoorbeeld het Twents en het Limburgs,

en gaat over tot de orde van de dag.

Soepboer