Het bericht 'Minister Eppo Bruins steekt eenmalig 3,6 miljoen in sociale veiligheid bij NPO'
Schriftelijke vragen
Nummer: 2024D46893, datum: 2024-11-29, bijgewerkt: 2024-12-02 16:36, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2024Z19813).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C. Martens-America, Tweede Kamerlid (VVD)
Onderdeel van zaak 2024Z19813:
- Gericht aan: E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Indiener: C. Martens-America, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2024Z19813
Vragen van het lid Martens-America (VVD) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Minister Eppo Bruins steekt eenmalig 3,6 miljoen in sociale veiligheid bij NPO» (ingezonden 29 november 2024).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Minister Eppo Bruins steekt eenmalig 3,6 miljoen in sociale veiligheid bij NPO»?1
Vraag 2
Klopt het dat de regeringscommissaris seksueel grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld heeft aangegeven dat er te weinig voortgang wordt geboekt in sociale veiligheid bij de Nederlandse Publieke Omroep (NPO)? Deelt u de constatering dat er in het afgelopen jaar, na publicatie van het rapport «Niets gezien, niets gehoord en niets gedaan» van de Onderzoekscommissie Gedrag en Cultuur Omroepen nog onvoldoende gedaan is door de NPO om een sociaal veilige werkomgeving te bewerkstelligen?
Vraag 3
Deelt u de mening dat zorgen voor een sociaal veilige werkomgeving primair de verantwoordelijkheid is van een leidinggevenden en daarmee uiteindelijk van de werkgever? Geldt dit wat u betreft voor zowel private als publieke organisaties? Zo ja, kunt u uitleggen waarom u er in dit geval voor gekozen heeft die verantwoordelijkheid naar u toe te trekken door de kosten voor het verbeteren van sociale veiligheid te dekken?
Vraag 4
Hoe verantwoordt u de 3,6 miljoen euro die naar de NPO gaat voor sociale veiligheid? Kunt u uiteenzetten waar dit geld precies naartoe gaat? Hoe dragen deze extra middelen bij aan verbeteringen op het gebied van de bestuursstructuur en het versterken van het interne toezicht?
Vraag 5
Kunt u duiden waarom het de NPO tot dusver onvoldoende is gelukt om voortgang te boeken op het verbeteren van sociale veiligheid? Wat is er volgens u nu anders of gaat er veranderen met deze middelen waardoor die voortgang wel geboekt gaat worden?
Vraag 6
Heeft de NPO aan u verzocht om deze rekening te bekostigen? Zo ja, kunt u de Kamer meenemen in de afweging om dat te doen? Heeft u de NPO gevraagd of en waarom zij dit niet zelf kunnen bekostigen?
Vraag 7
Heeft u voorwaarden verbonden aan deze extra financiële middelen? Zo ja, welke? Zijn er door de NPO voorafgaand aan het uitkeren van deze middelen stappen gezet of toegezegd om de sociale veiligheid te verbeteren?
Vraag 8
Klopt het dat het hier om incidentele middelen gaat? Als de NPO voor een volgend jaar wederom middelen tekort komt om verbeterstappen te zetten op sociale veiligheid, bent u dan voornemens om opnieuw de extra kosten te dekken?
De Telegraaf, d.d. 27 november 2024, «Minister Eppo Bruins steekt eenmalig 3,6 miljoen in sociale veiligheid bij NPO», https://www.telegraaf.nl/nieuws/1456928835/minister-eppo-bruins-steekt-eenmalig-3-6-miljoen-in-sociale-veiligheid-bij-npo↩︎