Reactie op verzoek commissie over een een reactie op de standpunten en stukken met betrekking tot facilitatie, bedoeld voor de 233ste zitting van de Raad van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) COM (2024) 477 COM (2024 )478
Luchtvaartbeleid
Brief regering
Nummer: 2024D50377, datum: 2024-12-17, bijgewerkt: 2024-12-19 10:08, versie: 2
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 31936 -1183 Luchtvaartbeleid.
Onderdeel van zaak 2024Z21312:
- Indiener: B. Madlener, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2024-12-18 13:25: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2025-01-22 10:15: Procedurevergadering IenW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
Preview document (🔗 origineel)
31 936 Luchtvaartbeleid
Nr. 1183 Brief van de minister van Infrastructuur en Waterstaat
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 december 2024
De Kamercommissie Infrastructuur en Waterstaat heeft mij gevraagd om een reactie op de standpunten en stukken met betrekking tot facilitatie, bedoeld voor de 233ste zitting van de Raad van de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) COM(2024)477 COM(2024)478. Middels deze brief informeer ik de Kamer over de onderwerpen die voorlagen, de inzet die het Kabinet had en het doorlopen proces.
De stukken waarover de commissie rapporteert betreffen het onderwerp Facilitatie. Het gaat dan om onderwerpen die vallen onder Annex 9 van het verdrag inzake burgerluchtvaart. Samenvattend vraagt Annex 9 om het vervoer van reizigers en goederen zo soepel mogelijk te laten verlopen. In de praktijk krijgt deze annex vorm door standaardisatie van de processen voor reizigers en goederen.
Dit vereist de nodige coördinatie voor overheden, omdat deze onderwerpen meerdere beleidsterreinen raken. Zo worden onder andere afspraken gemaakt over reisdocumenten, de wijze waarop deze gecontroleerd kunnen worden, de ondersteuning van mensen met een beperking en de uitwisseling van gegevens van persoenen en goederen tussen vervoerders en overheden.
Nederland heeft in veel gevallen al in een vroeg stadium een bijdrage geleverd aan de geagendeerde stukken. Dat gebeurt in verschillende werk-expertgroepen van de internationale burgerluchtvaartorganisatie (ICAO). Hierbij zijn diverse Nederlandse overheidsdiensten, beleidsafdelingen en uitvoerders betrokken. Alle facilitatie onderwerpen en voorstellen worden behandeld in ICAO’s facilitatie Panel. IenW vertegenwoordigt Nederland in dit Panel, en stemt de inzet af met de betrokken organisaties. Na akkoord in het Panel worden deze voorstellen aangeboden aan de ICAO Council.
Voor Europese lidstaten geldt dat zij niet op alle onderwerpen van facilitatie zelf het mandaat hebben. In diverse gevallen bepaalt de Europese Commissie het beleid. De Commissie is echter zelf geen deelnemer aan ICAO. Van EU-lidstaten wordt gevraagd hun inzet in ICAO in overeenstemming te brengen met het in diverse radengroepen overeengekomen EU-standpunt. In de twee commissiestukken, die de Kamercommissie ontvangen heeft, wordt gerapporteerd over de overeengekomen positie.
Nederland heeft drie voorstellen ingediend: over het tegengaan van mensenhandel via de luchtvaart, over visa voor bemanning en over het vervoer van assistentiehonden in de cabine. Bij de andere voorstellen was Nederland vaak al in een vroege fase betrokken. Hierdoor kon Nederland in het facilitatie Panel ook op deze onderwerpen het gewenste resultaat bereiken. De andere voorstellen gingen over onderwerpen zoals de behandeling van vliegtuigbemanning, hulp aan slachtoffers van vliegrampen en de relatie tussen (cyber)veiligheid en facilitatie. Een combinatie van een aantal van deze voorstellen leidde tot het 30e amendement op Annex 9. De grote lijn van dit amendement is om de regels en aanbevelingen beter op elkaar af te stemmen en te standaardiseren. Dit amendement is aangenomen tijdens de recente bijeenkomst van de Council.
De minister van Infrastructuur en Waterstaat,
B. Madlener