Antwoord op vragen van de leden Martens-America en Van der Burg over het bericht ‘China intimideert Nederlandse media en correspondenten’
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2024D50548, datum: 2024-12-17, bijgewerkt: 2024-12-19 11:17, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20242025-870).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit ChristenUnie kamerlid)
- Mede namens: C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit Nieuw Sociaal Contract kamerlid)
Onderdeel van zaak 2024Z18133:
- Gericht aan: C.C.J. Veldkamp, minister van Buitenlandse Zaken
- Gericht aan: E.E.W. Bruins, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Indiener: C. Martens-America, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: E. van der Burg, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2024-2025 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
870
Vragen van de leden Martens-America en Van der Burg (beiden VVD) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Buitenlandse Zaken over het bericht «China intimideert Nederlandse media en correspondenten» (ingezonden 12 november 2024).
Antwoord van Minister Bruins (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap), mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 17 december 2024). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2024–2025, nr. 685.
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «China intimideert Nederlandse media en correspondenten»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de mening dat het zeer onwenselijk is dat Nederlandse journalisten in China of Nederlandse journalisten die schrijven over China gehinderd worden in hun werk en worden geïntimideerd?
Antwoord 2
Ja. Nederlandse journalisten moeten ongehinderd hun werk kunnen doen, in Nederland en daarbuiten.
Vraag 3
Wat vindt u van de conclusie dat Nederland geen goed antwoord heeft op Chinese psychologische oorlogsvoering, met indirecte aanvallen zoals lastercampagnes, het delen van privégegevens en publieke aanvallen op journalisten door politici/diplomaten?
Antwoord 3
Sinds 2023 werkt de Rijksoverheid aan een intensivering van de aanpak Ongewenste Buitenlandse Inmenging (OBI). Op 17 oktober jl. is uw Kamer geïnformeerd over de stand van zaken van deze geïntensiveerde aanpak.2 Daarin staat o.a. dat de Rijksoverheid werkt aan het instellen van een centrale OBI-meldfunctie, het vergroten van de bewustwording rond OBI en de uitbreiding van de strafbaarstelling van spionage. Zoals aangegeven in de Kamerbrief zal het kabinet in 2025 een evaluatie verrichten om te bezien of de beschreven intensivering van de aanpak heeft geleid tot een effectievere aanpak van OBI, en in hoeverre een eventuele verdere aanscherping van de maatregelen nodig is. De conclusies van het onderzoek van het China Kennisnetwerk naar de Chinese invloed en inmenging in het Nederlandse medialandschap leveren daarvoor een relevante bijdrage.
Daarnaast is sinds 1 januari 2024 wetgeving in werking is getreden die het gebruik van persoonsgegevens voor intimiderende doeleinden (doxing) strafbaar stelt.
Op 6 december jl. ontving uw Kamer de Kabinetsreactie3 op het Adviesraad Internationale Vraagstukken-advies4 over Hybride Dreigingen en Weerbaarheid. Hier staat onder meer in dat het kabinet de aanbeveling van de AIV onderschrijft om te investeren in maatschappelijke weerbaarheid tegen hybride dreigingen.
Vraag 4
Ziet u het grote belang van een sterke vrije westerse media in China die ongehinderd haar werk kan dan doen?
Antwoord 4
Ja.
Vraag 5 en 6
In hoeverre ziet u een neerwaartse trend wat betreft de veiligheid van de Nederlandse media in China?
Hoe kijkt u naar de tactieken die China gebruikt om de Nederlandse media en correspondenten in China te intimideren?
Antwoord 5 en 6
In het rapport van het China Kennisnetwerk beschrijven de onderzoekers de wijze waarop China zich richt op een uitputtingsslag van kritische stemmen over China. Dit past binnen het beeld dat China, door de inzet van uiteenlopende instrumenten en tactieken, het eigen narratief versterkt, zowel binnen de eigen landsgrenzen als daarbuiten. Hier krijgen ook Nederlandse media mee te maken, zowel in China als in Nederland.
Het kabinet staat voor de veiligheid en vrijheid van alle inwoners van Nederland. Elke vorm van inperking van de vrijheid van meningsuiting van Nederlandse media en correspondenten in China door middel van ongewenste inmenging, dreiging en intimidatie, is onacceptabel. De verschillende tactieken die worden belicht in het onderzoek van het China Kennisnetwerk naar de Chinese invloed en inmenging in het Nederlandse medialandschap baren het kabinet zorgen en bevestigen het beeld dat China steeds verder gaat in het inperken van de mediavrijheid in het land.
Vraag 7
Op welke manieren kunnen Nederlandse journalisten zich beter voorbereiden voor de intimidatie in China en welke rol kan de Nederlandse overheid hierin spelen?
Antwoord 7
Het beschermen van persveiligheid en persvrijheid is een gedeelde verantwoordelijkheid van de sector en de overheid. Dat betekent onder andere dat OCW financiële ondersteuning biedt aan PersVeilig. Recent is het project geëvalueerd en gaven geïnterviewde journalisten aan dat PersVeilig bijdraagt aan het kunnen uitoefenen van hun beroep5. Bovendien wordt het project door zowel Free Press Unlimited als het European Center for Press and Media Freedom aangemerkt als «best practice». Journalisten die te maken krijgen met vormen van intimidatie, hetzij uit China of andere landen, kunnen zich tot PersVeilig wenden.
Het kabinet raadt Nederlandse journalisten in China aan om in nauw contact te staan met onze ambassade in Beijing en gevallen van intimidatie daar te melden. Zie vraag 8 voor meer informatie over de rol van de ambassade.
Vraag 8
Hoe kan de Nederlandse overheid helpen, zodat onze media in China ongehinderd haar werk kan blijven doen?
Antwoord 8
Onafhankelijke journalistiek bedrijven in China kent risico’s en de Nederlandse overheid kan niet garanderen dat journalisten hun werk ongehinderd kunnen doen. Wel onderhoudt de Nederlandse ambassade in Beijing regelmatig contact met de Nederlandse correspondenten in China over hun werkomstandigheden en moedigt hen aan om contact op te nemen wanneer zij dat nodig achten.
Vraag 9
Is via bilaterale diplomatieke kanalen gesproken met China over de intimidatie van onze correspondenten en media in China? Zo ja, is hierin een krachtig diplomatiek signaal overgebracht?
Antwoord 9
In bilaterale contacten met de Chinese autoriteiten benadrukt Nederland regelmatig het belang van mediavrijheid in het algemeen en de werkomstandigheden van (buitenlandse) journalisten in China in het bijzonder. Hierin worden onze ernstige zorgen overgebracht over de intimidatie van journalisten in China. De Nederlandse ambassade in Beijing is altijd bereid om namens – en in overleg met – Nederlandse correspondenten bezwaar te maken bij de Chinese autoriteiten naar aanleiding van specifieke incidenten.
Vraag 10
Hoe zal de kennis wat betreft China in de Nederlandse overheid en media worden vergroot?
Antwoord 10
Naar aanleiding van de Chinanotitie van 2019 is het China Kennisnetwerk opgericht. Via dit netwerk helpen China-experts vanuit verschillende invalshoeken de Rijksoverheid om China’s motieven, beleid en visie beter te begrijpen om zo effectiever beleid te ontwikkelen, en ook maatschappelijke partners beter te kunnen adviseren. Het netwerk levert op deze manier een belangrijke bijdrage aan het formuleren en beantwoorden van kennisvragen over China binnen de Rijksoverheid. Dit doel wordt nagestreefd door het uitvoeren van onderzoeken, kennisevenementen, netwerkbijeenkomsten en cursussen over China. Het China Knowledge Network (CKN)wordt in 2025 voortgezet en heeft inmiddels een onderzoeksportfolio van 28 afgeronde onderzoeken en 17 lopende onderzoeken.
Vraag 11
In hoeverre wordt met andere Europese en Westerse overheden samengewerkt om de vrije Westerse media in China te beschermen?
Antwoord 11
De ambassade in Beijing staat in nauw contact met gelijkgezinde landen binnen en buiten de EU over de werkomstandigheden van journalisten en de mediavrijheid in China in het algemeen. Vanuit deze verbanden kan worden besloten om gezamenlijk op te trekken bij het aankaarten van zorgen over deze zaken. Daarnaast onderhoudt de ambassade goede contacten met de Foreign Correspondents’ Club of China (FCCC), die onder andere de werkomstandigheden van buitenlandse correspondenten in China volgt en hierover jaarlijks een «Media Freedoms Report» publiceert. Ook faciliteert de ambassade regelmatig de FCCC door het bieden van een veilige ruimte om samen te komen en evenementen te organiseren in de kanselarij of residentie.
Vraag 12
Bent u bekend met het rapport «Chinese invloed en inmenging in het Nederlandse medialandschap» van het China Kennisnetwerk van de Universiteit Leiden?6
Antwoord 12
Ja
Vraag 13
Deelt u de mening van de onderzoekers dat het belangrijk is om als land via formele kanalen steeds de beïnvloeding resoluut te veroordelen en deelt u de mening dat dit nog effectiever wordt wanneer (Westerse) landen gezamenlijk optreden? Zo ja, met welke landen bent u van plan hierover gezamenlijk op te trekken?
Antwoord 13
Ja. Nederland zet zich in de EU, NAVO en G7 in voor een stevigere, effectievere en meer gecoördineerde aanpak van ongewenste buitenlandse inmenging en beïnvloeding. Op deze manier vindt uitwisseling plaats over de verschillende verschijningsvormen en worden geleerde lessen over het verhogen van de weerbaarheid en responsmogelijkheden gedeeld. Zie voor onze inzet ook de eerder genoemde Kamerbrief over de aanpak van ongewenste buitenlandse inmenging7.
Vraag 14
Deelt u de mening van de onderzoekers dat het creëren van «een hub» voor onafhankelijke Chinese journalisten in Nederland belangrijk is, zoals reeds al het geval is van Russische media in Amsterdam? Wat kunt u voor deze groep journalisten doen en hoe staat u deze groep bij?
Antwoord 14
De betreffende Russische onafhankelijke media voelden zich genoodzaakt door de agressieoorlog van Rusland in Oekraïne hun werk elders in ballingschap voort te zetten. Ze hebben toen zelf besloten zich in Amsterdam te vestigen. Een dergelijk besluit tot vereniging en vestiging is er nog niet vanuit onafhankelijke Chinese journalisten in Nederland. Het voortzetten van onafhankelijke journalistiek, ook door onafhankelijke Chinese journalisten, is erg belangrijk, zowel voor onafhankelijke informatievoorziening als voor het tegenwicht bieden aan propaganda.
De Nederlandse overheid staat in contact met Chinese diasporagemeenschappen in Nederland. Zo kunnen zij incidenten van intimidatie melden en kunnen zaken, in overleg met de betreffende persoon, opgebracht worden bij de Chinese ambassade.
Vraag 15
Hoe staat u tegenover de aanbeveling van de onderzoekers om het mandaat van het meldpunt PersVeilig uit te breiden naar ook sociale en psychologische veiligheid en weerbaarheid? Deelt u deze mening?
Antwoord 15
Van deze aanbeveling heb ik kennisgenomen. PersVeilig is een gezamenlijk initiatief van de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ), het Nederlands Genootschap van Hoofdredacteuren, de Politie en het Openbaar Ministerie en heeft tot doel de positie van journalisten te versterken tegen geweld en agressie op straat, op sociale media en tegen juridische claims. Sociale en psychologische veiligheid horen op dit moment bij de diensten die PersVeilig biedt. Aandacht voor de psychologische en sociale impact en weerbaarheid maakt onderdeel uit van trainingen voor journalisten en werkgevers. Daarnaast is er aandacht voor deze impact bij het adviseren bij een melding. PersVeilig werkt structureel samen met een psycholoog.
Vraag 16
Onderschrijft u alle andere aanbevelingen van het rapport en zo ja, hoe gaat dit kabinet aan de slag met de implementatie hiervan? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 16
Het rapport doet een aantal aanbevelingen, zowel voor de Nederlandse overheid, redacties en belangenorganisaties. Het kabinet neemt alle relevante aanbevelingen serieus en zal deze de komende tijd verder bestuderen. Ze vormen een belangrijke bijdrage aan de discussie om de veiligheid en onafhankelijkheid van Nederlandse journalisten wereldwijd te beschermen. Implementatie vergt een brede aanpak van de betrokken ministeries, vooral OCW, JenV en BZ.
Vraag 17
Van welke landen is nog meer bekend dat soortgelijke praktijken en tactieken worden gebruikt?
Antwoord 17
Er zijn meer landen die binnen en buiten de landsgrenzen journalisten en burgers intimideren en daarmee de mediavrijheid en vrijheid van meningsuiting inperken. In de Fenomeenanalyse Statelijke Inmenging van de AIVD en de NCTV van 17 oktober jl. wordt dieper in gegaan op hoe algemene intimidatie van buitenlandse diasporagemeenschappen zich voordoet in Nederland.8 Freedom House publiceerde in december 2023 een rapport over journalistiek in ballingschap en transnationale repressie van journalisten.9
Website NOS, 30 oktober 2024, «China intimideert Nederlandse media en correspondenten», («China intimideert Nederlandse media en correspondenten» (nos.nl))↩︎
Kamerstukken II, 2024- 2025, 30 821 nr. 241↩︎
Kamerstukken II, 2024–2025, 30 821 nr. 250↩︎
AIV advies Hybride dreigingen en maatschappelijke weerbaarheid, 4 juni 2024↩︎
https://open.overheid.nl/documenten/dpc-0cd53774c9e2934c6ab4bf6c72389d25a333197f/pdf↩︎
China Kennisnetwerk (CKN), oktober 2024, «Chinese invloed en inmenging in het Nederlandse medialandschap», (https://leidenasiacentre.nl/wp-content/uploads/2024/10/24-10-23-CKN-Rapport-Chinese-invloed-en-inmening-in-het-Nederlandse-medialandschap-Nederlands.pdf)↩︎
Kamerstukken II, 2024–2025, 30 821 nr. 241↩︎
Kamerstuk 2024D39098↩︎
Freedom House rapport: a light that cannot be extinguished, december 2023↩︎