Mogelijke scenario’s kosten voor uitleners
Bijlage bij Kamerbrief over de Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten, januari
2025
In deze bijlage worden op basis van een concept-rekenmodel van het ministerie van SZW de
kosten voor uitleners geschat voor drie mogelijke scenario’s. In deze scenario’s worden
verschillende aannames gedaan over de verhouding tussen werkstromen voor meer of minder
complexe zaken, het aantal bezwaarzaken tegen afwijzingsbesluiten, en het aantal werkdagen per
zaak voor de middelcomplexe werkstroom. Daarnaast worden enkele scenario’s gegeven voor de
nog vast te stellen differentiatie in vergoedingshoogte naar bedrijfsomvang.
Omwille van de begrijpelijkheid is het model op enkele onderdelen versimpeld. Het onderliggende
rekenmodel is nog niet vastgesteld en zal in de toekomst worden aangepast aan de hand van
nieuwe informatie en voortschrijdende inzichten.
Aannames
In alle scenario’s worden aannames gehanteerd. Deze aannames zijn arbitrair en kunnen nog niet
op ervaringsgegevens gebaseerd worden. De aannames – en dus de uitkomsten van het model –
kunnen dus wezenlijk afwijken van de werkelijkheid. Zij kunnen ook hoger of lager uitvallen dan de
hoogst resp. laagst opgenomen aanname of uitkomst.
Een aantal aannames is, omwille van de begrijpelijkheid van dit document, voor alle weergegeven
scenario’s hetzelfde. Een selectie van de belangrijkste aannames is hieronder weergegeven. Er is
van uitgegaan dat alle uitleners jaarlijks dezelfde vergoeding betalen aan de toelatende instantie,
ongeacht of het om een toelating of ontheffing gaat.
Aantal aanvragen
•
Er zijn 15.000 aanvragen tot toelating en 3.200 tot ontheffing. Deze aantallen zijn, na
toepassing van enkele aannames, gebaseerd op het Regioplan-onderzoek dat aan de
Tweede Kamer is verstuurd ten tijde van indiening van het wetsvoorstel.
Aannames met betrekking tot de behandeltijden per werkstroom
•
De totale behandeltijd per individuele aanvraag voor toelating is bij de toelatende instantie,
verdeeld over meerdere beoordelaars:
o een vierde dag voor minder complexe zaken (de aanvraag is compleet en de
aanvrager voldoet duidelijk aan alle eisen);
o één of anderhalve dag voor complexere zaken, afhankelijk van het scenario (de
aanvraag is niet compleet en/of de uitlener voldoet (nog) niet aan alle
voorwaarden);
o Zes dagen voor de meest complexe zaken (intensief overleg met stelselpartijen is
nodig of het Bibob-instrumentarium wordt ingezet).
•
De behandeltijd van een bezwaar tegen een afwijzings-, schorsings- of intrekkingsbesluit is
drie dagen.
•
De coördinatietijd van een beroepszaak is twee dagen.
Aannames met betrekking tot bezwaar- en beroepszaken
•
Bij de aanvraagprocedure wordt bezwaar aangetekend tegen 15% of 25% van de besluiten,
afhankelijk van het scenario, en beroep ingesteld tegen 7,5% van de besluiten op bezwaar.
•
Bij het tussentijds beoordelen van toegelaten uitleners wordt bezwaar aangetekend tegen
100% van de schorsings- en intrekkingsbesluiten en beroep ingesteld tegen 60% van de
besluiten op bezwaar.
Aannames met betrekking tot het beoordelen
•
Bij het tussentijds beoordelen van toegelaten uitleners wordt in 5% van de gevallen een
schorsings- of intrekkingsbesluit genomen.
•
Van de aanvragen voor toelating wordt:
o 40% in het eerste kalenderjaar na inwerkingtreding beoordeeld;
o 40% in het tweede kalenderjaar;
o 20% in het derde kalenderjaar.
Overgangsrecht
•
Op grond van het overgangsrecht kunnen bepaalde uitleners worden toegelaten zonder een
inspectierapport te overleggen en kunnen bepaalde uitleners blijven uitlenen zonder te zijn
toegelaten.
•
In dit document is geen rekening gehouden met het overgangsrecht. Op onderdelen van
het rekenmodel leidt dat waarschijnlijk tot onderschatting van de kosten en op andere
onderdelen tot overschatting. Op dit moment is het netto effect op de uitkomst niet aan te
geven.
Scenario’s voor gemiddelde kosten per uitlener
Scenario 1
Scenario 2
Scenario 3
Aannames
Aandeel minder complexe zaken
50%
30%
15%
Aandeel complexere zaken
45%
65%
75%
Aandeel meest complexe zaken
5%
5%
10%
Aandeel bezwaren tegen besluiten op
aanvraag
15%
15%
25%
Aantal dagen per zaak voor complexere
zaken
1,0
1,5
1,5
Resulterende vergoeding aan TI per jaar
Gemiddeld voor alle uitleners
€ 2.006
€ 2.407
€ 2.858
Differentiatie naar bedrijfsomvang
In de concept-AMvB is opgenomen dat de vergoeding voor toelating aan de TI zal worden
gedifferentieerd naar bedrijfsomvang. Er zijn nog geen beslissingen genomen over de wijze en
mate van differentiatie naar bedrijfsomvang. Onderstaande scenario’s zijn opgenomen om inzicht
te geven in de mogelijke effecten daarvan op de vergoedingen, alsmede de gevolgen van andere
verhoudingen tussen kleine, middelgrote en grote uitleners. Er zijn ook andere verhoudingen
denkbaar.
Er is geen differentiatie voorzien voor aanvragers en houders van ontheffingen. Omwille van de
eenvoud is daar in dit document geen rekening mee gehouden en is gerekend alsof alle uitleners
gedifferentieerde vergoedingen betalen.
Verhouding tussen kleine, middelgrote en grote uitleners
Er is nog niets bekend over de bedrijfsomvang van uitleners die toelating of ontheffing gaan
aanvragen. In onderstaande tabel worden twee mogelijke verhoudingen opgenomen:
A. 76% van de uitleners is klein, 15% middelgroot en 9% groot. Dit is gebaseerd op bijlage I
van de UWV-nota "Gedifferentieerde premies WGA en Ziektewet 2025" (gegevens voor
sector 52).
B. 50% van de uitleners is klein, 30% middelgroot en 20% groot. Dit is niet gebaseerd op
nadere informatie, maar opgenomen om het effect van een andere verhoudingen te
illustreren.
Voor de hoogte van de differentiatie zijn twee mogelijke varianten opgenomen:
•
Eén variant met als differentiatie klein (k) : middelgroot (m) : groot (g) = 1 : 1,5 : 2.
•
Eén variant met als differentiatie klein (k) : middelgroot (m) : groot (g) = 1 : 2 : 4.
Scenario 1
Scenario 2
Scenario 3
Gemiddelde kosten per uitlener
Gemiddeld voor alle uitleners
€ 2.006
€ 2.407
€ 2.858
Verhouding bedrijfsomvang A (75% klein, 15% middelgroot en 9% groot)
Differentiatie k : m : g = 1 : 1,5 : 2
Kleine uitlener
€ 1.724
€ 2.069
€ 2.457
Middelgrote uitlener
€ 2.587
€ 3.103
€ 3.685
Grote uitlener
€ 3.449
€ 4.138
€ 4.914
Differentiatie k : m : g = 1 : 2 : 4
Kleine uitlener
€ 1.419
€ 1.702
€ 2.022
Middelgrote uitlener
€ 2.838
€ 3.405
€ 4.043
Grote uitlener
€ 5.676
€ 6.809
€ 8.086
Verhouding bedrijfsomvang B (50% klein, 30% middelgroot en 20% groot)
Differentiatie k : m : g = 1 : 1,5 : 2
Kleine uitlener
€ 1.486
€ 1.783
€ 2.117
Middelgrote uitlener
€ 2.229
€ 2.674
€ 3.175
Grote uitlener
€ 2.972
€ 3.565
€ 4.234
Differentiatie k : m : g = 1 : 2 : 4
Kleine uitlener
€ 1.056
€ 1.267
€ 1.504
Middelgrote uitlener
€ 2.112
€ 2.533
€ 3.008
Grote uitlener
€ 4.223
€ 5.067
€ 6.017