De mogelijke inzet van apps in het kader van het âtesten, traceren en thuisblijvenâ-beleid.
Schriftelijke vragen
Zaak 2020Z06536, gestart op 2020-04-10
Betrokkenen
- Gericht aan: minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport H.M. de Jonge
- Gericht aan: minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties R.W. Knops
- Gericht aan: minister voor Rechtsbescherming S. Dekker
- Indiener: Tweede Kamerlid K. Verhoeven
- Medeindiener: Tweede Kamerlid G. Wilders
- Medeindiener: Tweede Kamerlid G.J.P. van Otterloo
- Medeindiener: Tweede Kamerlid W.R. van Haga
- Medeindiener: Tweede Kamerlid F. Azarkan
- Medeindiener: Tweede Kamerlid F.M. van Kooten-Arissen
- Medeindiener: Tweede Kamerlid C. Stoffer
- Medeindiener: Tweede Kamerlid A.H. Kuiken
- Medeindiener: Tweede Kamerlid E. Ouwehand
- Medeindiener: Tweede Kamerlid K.M. Buitenweg
- Medeindiener: Tweede Kamerlid S.J.F. van der Graaf
- Medeindiener: Tweede Kamerlid F.W. Futselaar
- Medeindiener: Tweede Kamerlid T.H.P. Baudet
- Voortouwcommissie: TK
Documenten
- 2020-04-15: Antwoord op vragen van de leden Verhoeven, Wilders, Buitenweg, Futselaar, Kuiken, Van der Graaf, Ouwehand, Van Otterloo, Azarkan, Stoffer, Baudet, Van Kooten-Arissen en Van Haga over de mogelijke inzet van apps in het kader van het «testen, traceren en thuisblijven»-beleid (Antwoord schriftelijke vragen)
- 2020-04-10: De mogelijke inzet van apps in het kader van het âtesten, traceren en thuisblijvenâ-beleid. (Schriftelijke vragen)