Digitale autonomie

Dit is een licht verbeterde versie van mijn praatje op 7 juni op de Public Spaces conferentie in Amsterdam, en ik wil de organisatie graag bedanken voor hun uitnodiging, en het publiek voor de goede vragen & reacties zelfs al tijdens het praatje. Vind de oorspronkelijke slides met notities hier. Of, voor wie zin heeft, hier is de oorspronkelijke video.

Nou, wat fijn dat jullie er allemaal zijn. Ik heb misschien een wat ander, minder technisch verhaal dan vele mensen die mij voorgingen hier. En excuses daarvoor. Dus als je denkt, joh, dit wist ik allemaal al, zie het dan misschien als goede argumenten om te delen met minder technische mensen.

Ik ga het hier vandaag hebben over digitale autonomie. En daarin ga ik het verbazingwekkend weinig hebben over open source. En ik ga het ook veel te weinig hebben over Europa. Terwijl de oplossingen zowel komen uit open source als uit Europa.

Wie ben ik? Waarom kan ik hier een zinvol verhaal over vertellen? Zoals net in de introductie al gezegd, ik doe dit nu 30 jaar. En in die tijd ben ik leverancier van de overheid geweest, ik ben ambtenaar geweest, ik ben toezichthouder op de overheid geweest. En ik heb binnen de overheid gewerkt, ik heb dingen aan ze verkocht. En ik heb als overheid geprobeerd om dingen te kopen. Dus ik heb een redelijk full spectrum zicht op van hoe doe je nou technologie doet samen met overheden.

En waarom heb ik het veel over overheden? Autonomie is natuurlijk ook belangrijk voor de voedselindustrie, voor onze bankwereld. Maar de overheid geeft heel vaak een voorbeeld. Als een overheid al zegt, het boeit ons eigenlijk niet of wij dit zelf kunnen, dan denkt de hele industrie, nou dan boeit het ons ook niet. Dus vandaar dat het een relatief overheidscentrisch verhaal is.

Wat is autonomie dan? Want iedereen heeft het er veel over. En wil het er ook heel graag over hebben. Maar het blijkt, het hebben van autonomie kost geld, kost tijd en veel aandacht. Dus voordat we leuke uitspraken doen als Europa moet meer autonomie hebben. Dan is altijd de vraag, welk stukje Europa precies moet iets doen en wat is die autonomie dan?

Dit zijn trouwens de enige leuke slides in de presentatie. Hierna wordt het allemaal ellende. Maar aan het einde wordt het ook weer leuk trouwens. Het midden moet je even doorzetten. Maar ik wil even dat gevoel geven. Wat is dat nou, autonomie?

En dit is een voorbeeld. In Nederland kunnen wij onze eigen waterhuishouding heel goed doen. En de hele wereld kijkt ook naar ons. En de rest van de wereld denkt van, verdorie, wij kunnen dit niet goed. Laten we die Nederlanders maar bellen.

En dan hebben we nog een plaatje. Want één plaatje was niet genoeg. In 2018 was het superduper hoog water en storm. Alle vijf de grote keringen waren dicht. En we zaten er op de bank over te lezen. En dat is het goede gevoel als je je eigen ding kan doen.

Nou, dit is ook een mooi gevoel. Dit is de haven van Rotterdam. En dan wil ik even met name de focus op die twee witte pijltjes daarboven. Dat is waar we Nederland nog niet groot genoeg vonden. En we dachten, weet je wat, we maken er nog wat extra Nederland bij. En dat kunnen wij, want wij weten hoe dat werkt. En vervolgens hebben we die enorme haven, wat nog steeds op allerlei manieren gemeten een van de grootste havens van Europa is.

Dan kan je wel denken, ja, het is allemaal olie daar en industrie. Dat vind ik niet goed. Dat vind ik niet leuk. Maar het is wel wat wij doen en kunnen.

Haven Rotterdam. Oh shit, het is allemaal Chinees. Oh, dit is echt niet leuk. Tweederde is van Chinezen. Oh joh. Het is niet heel breed bekend dit. Maar het is wel zo. En vervolgens hebben we allemaal douanescanners waar al onze spullen doorheen gaan. En die staan in rechtstreekse verbinding met China. En dat is niet een beeldspraak of zo, er zit soms gewoon een link. En dat is niet autonomie. Dat is niet tof.

Hier stond eerder een ferme claim over Nuctech scanners en hun directe snoer naar China. Zo erg blijkt het echter niet te zijn, maar er is wel soms verbinding. In de links boven is nuance te vinden. Excuses dat ik het hier eerder overdreef, en dank aan de oplettende betrokken lezer die me erop wees!

Dit is ook wel een heel warm gevoel. We roepen altijd van ja, Europa kan helemaal niks met AI en Big Tech en zo en computers. Al die Big Tech komt uit deze machine. Dan denken we wel eens dat wij dit allemaal doen, maar ASML is een conglomeraat van 2500 leveranciers verspreid over een heel groot stuk van West-Europa. België, Nederland, Duitsland. Maar ook over de hele wereld. Maar het is wel best wel tof.

Wat wel gek is, wij maken deze machine wel, maar we weten niet hoe die werkt. Er staat niet één van deze machines in Europa zelf. Dus wij maken ze en vervolgens verschepen we ze naar Azië en Amerika, want daar weten ze hoe deze machines werken. Wij maken geen [geavanceerde] chips hier. Desondanks is dit wel een fijn gevoel.

Deze wil ik ook nog even heel kort noemen. In de Europese gascrisis moesten we gas per schip gaan importeren. En toen heeft Nederland in zes maanden tijd deze rode boot geregeld en aangesloten. En die kan in zijn eentje 8% van de Nederlandse energievoorziening doorvoeren. Dat is echt wel veel. Dat lukte in zes maanden. Waarom lukte dat in zes maanden? Omdat we hier een overheid en een hele levendige gasindustrie hebben die weten hoe dat soort dingen werkt.

En toen er haast was, omdat de Russen ons geen gas meer konden leveren of wij het niet wilden hebben, lukte het om dat ding in zes maanden in productie te nemen. In Duitsland zijn ze nu 2,5 jaar bezig en daar is ‘ie nog niet af. Dus dat geeft je een gevoel van oké, dat betekent het als je je eigen spullen onder controle hebt. Als je de kennis hebt, de industrie hebt, de middelen om dingen te doen.

Opvallend genoeg is dit enorme succesverhaal in Nederland vrijwel onbekend. Zoals we verderop kunnen lezen vinden we techniek hier fundamenteel niet zo interessant. En dan komt er ook minder aandacht voor.

Dan gaan we nu over naar digitale autonomie. Dit is waar het minder gaat. Joost Schellevis, de tech-redacteur van de NOS, die ontdekte op een gegeven moment tijdens een scan dat hele grote stukken van Nederland hun e-mail al aan Microsoft hebben overgedaan. Ik bedoel, ze hebben hun hele e-mailarchief, dus de Tweede Kamer, heeft hun hele e-mailarchief opgetild en bij Microsoft neergezet.

Dat kan een goede keuze zijn, als je er goed over nadenkt. Het kan ook geen goede keuze zijn. Maar dit is dus niet autonomie. Dit is dus als je als land zegt, we hebben ons eigen parlement, we willen discussie kunnen voeren, we willen internationaal beleid kunnen maken, dat willen we wel enigszins onder onze eigen pet kunnen houden.

En we zeggen nee, dat kunnen we niet, we hebben ons hele e-mailarchief van 20 jaar lang overgezet. We zijn overgestapt naar een ander bedrijf. Het is niet autonomie. Dat blijkt nog meer paniek op te leveren, want inmiddels, dit was de Eerste Kamer en de Tweede Kamer, maar de rest van de overheid is er ook snoeihard mee bezig.

Komen we op terug. Maar in ieder geval, er is enig poeha over nu. Voorheen was er geen poeha.

Dit is het techniekkaartje van de wereld. En dan moet je wel in gedachten houden dat wij die chipmachine nou wel maken. Maar verder inmiddels is iedereen van mening dat je alleen nog maar technologie van Big Tech kunt gebruiken. En dat je je beheer ook vooral moet uitbesteden en niet zelf moet doen. En die pijltjes, die zijn een soort stroom van technologie en een stroom van diensten, maar zijn natuurlijk ook een stroom van invloed.

Want als je al je spullen uit één land haalt, dan zullen die mensen uiteindelijk toch wel gaan bepalen wat voor ICT dingen je nog kan doen. Dus dit is niet zo’n heel blij plaatje.

Zo, gaan we het eindelijk hebben over autonomie. Zoals we zeiden, het is best wel belangrijk. Maar het is ook een begrip waar je heel lang over kunt praten zonder dat je eigenlijk goed hebt besloten wat het nou is. En dan vermengen mensen het ook nog wel eens met soevereiniteit, wat denk ik hetzelfde is, maar dan sjieker. Maar het is wel nuttig om het even op te splitsen in drie stukken.

Ben je nog wendbaar? Ben je weerbaar? En kun je vertrouwelijk je ding doen? Nou, laten we even beginnen met wendbaarheid.

Dit is niet wendbaar. Beleid voeren met BTW-tarieven voor groente en fruit. En dat wil je heel graag doen. En de Belastingdienst zegt, ja, we krijgen onze computers niet zo gek. Dus we gaan het niet doen. Nou, er werd later gezegd, omdat het toch wel erg stom klonk, zei men de definitie van groente is heel lastig. En overigens, nou ben ik een beetje een bioloog, dus ik ben het daar stiekem wel mee eens, het is best lastig om een definitie van groente te maken waar pizza niet onder valt.

Maar desondanks, het eerste verhaal was, we kunnen dit gewoon niet doen met onze computers. We hebben geen controle over onze computers. De computers staan nu ingesteld op deze BTW-tarieven. En richt je maatschappij er maar naar in. Dit is de realiteit die we nu hebben.

En dit is ook nog eentje. Wij gebruiken allemaal Windows. Nou, tenminste, ik niet, maar bijna overal is Windows. Het is heel lastig om daarbij weg te komen. En op een gegeven moment zegt Windows 11, we gaan alles wat je doet, gaan we in de AI stoppen. Dat vinden jullie vast leuk. En, oh ja, je moet ook voor alles een Microsoft account aanmaken, zodat we dat naar de cloud kunnen uploaden.

En vervolgens zeg je, dat wil ik allemaal niet. En dan zeggen ze, nee, oké, als je heel goed zoekt, kan je overal vinkjes vinden waarmee dat weer mee uit kan. Maar je moet wel opletten, want één update en die vinkjes staan weer allemaal anders.

We hebben geen keuze hier. Wij kunnen niet zeggen van, we weigeren de nieuwe Windows en we blijven bij de oude. Want op een gegeven moment krijg je de oude gewoon niet meer. Dus dat is ook geen autonomie.

Deze vond ik wel aardig. Iedereen gebruikt Outlook [op kantoor]. En op een dag zegt Outlook, wij gaan je data delen met 801 partners. Oh, nou ja, dan… We gaan maar geen Outlook gebruiken of zo. Maar het punt is, vaak heb je die keuze helemaal niet. Dus wij zitten hier gewoon en de trein met AI/advertentie-technologie komt op ons af. En we zeggen, nou ja, het zal wel.

En dan gaat de EU heel boos worden. En uiteindelijk, vijf jaar later, krijgt Microsoft weer twee miljard boete. En dat is natuurlijk fantastisch. Dat vind ik wel mooi dat ze dat doen. Want andere landen doen dat niet eens. Maar ja, ondertussen zit je vijf jaar verder.

Dit vind ik een hele pijnlijke. We hebben een energietransitie gaande. En dat gaat om heel veel geld. En soms is energie heel duur. Op een gegeven moment zei de Nederlandse overheid, we gaan een teruggave voor jullie organiseren. Goed idee. En vervolgens bleek dat onze technologie dat niet flexibel kon. Dus iedereen krijgt 900 euro uiteindelijk. Iedereen.

Of je nou veel stroom gebruikt, of weinig stroom verbruikt. Of als je vijf stroomaansluitingen hebt, krijg je het vijf keer terug. Dat is echt best wel gênant. Er zijn ook mensen die hier goed misbruik van gemaakt hebben. Die hebben een aparte aansluiting voor hun Tesla en hun zonnepanelen. Die krijgen allebei teruggave.

Deze tweede grafiek vind ik wel aardig. Overdag is het nu zo dat stroom in Nederland eigenlijk gratis is in de zomer. Zou je best wel wat mee willen doen, want dat betekent, waarom is die stroom gratis? Omdat er niet genoeg van wordt gebruikt. Waarom wordt er niet genoeg van gebruikt? Nou, er zit zoveel belasting op stroom, dat zelfs gratis stroom in Nederland nog best duur is.

Dus gratis stroom kost 15 cent per kilowattuur. En daardoor reageren mensen er ook niet zo goed op. Als die stroom ’s middags echt gratis was, of zelfs een negatieve prijs had, moet je eens kijken wat mensen gingen doen. Of wat bedrijven gingen doen. Vergt dynamische ICT-systemen. Vergt grip over je belastingdienst. Hebben we niet. Dus onze groene stroomtransitie hapert, omdat we de computer niet begrijpen.

Vertrouwelijkheid.

Normaal begint iedereen hierover. Als je het hebt over autonomie, dan zeg je, ja, maar ik vind het heel vervelend dat ze in andere landen mee kunnen lezen met wat wij doen. Welke medicijnen ik gebruik. Dat vind ik heel vervelend. Maar tegenwoordig zijn we daar niet echt meer zo heel erg mee bezig.

Dit is uit de Tweede Wereldoorlog. Dit is een vrij onbekend verhaal. Het zou bekend moeten zijn. Tegenover het Vredespaleis stond het Nederlandse bevolkingsregister. Waarvan iedereen werd bijgehouden waar hij woonde. Of hij zijn voedselbon had afgehaald. Of hij Jood was of niet. Of hij half Jood was. Of hij kwart Jood was. Dat werd in absurd niveau bijgehouden.

Toen is deze registratie gebombardeerd en totaal vernietigd. Want men had door dat privacy boeit. En we waren zo blij mee dat ze de man die het gedaan had. Dat is een hele mooie foto. Die hebben ze een speldje gegeven. En toen vond men dat soort dingen echt belangrijk.

Heel kort, dit boek rechts. Moet je gewoon lezen. Lentz. Gaat over bevolkingsregisters. Gaat over de dodelijke gevolgen van privacy schendingen. Gaat over ethiek. Supermooi boek en relevant voor iedereen die meer data over mensen op wil slaan.

En toen zijn we het eigenlijk vergeten. Tot 1984 is er discussie geweest. Moet er een Sofinummer komen. Dus wat we nu kennen als het BSN. Ze hebben er veertien jaar ruzie over gehad. En toen zeiden ze ja nou oké hij komt er. Maar dat nummer gaat niet je hele leven overnemen. Het wordt geen algemeen persoonsnummer.

Dan hebben we een leuke vraag aan het publiek. Wie van jullie kent zijn BSN uit zijn hoofd? [Meer dan de helft steekt hand op]. Nou dit hebben we dus grootschalig verloren.

Oh het wordt nog leuker. Als je meer dan honderd euro over maakt, dan gaan meerdere banken dat onderzoeken. Boeit ons geen reet.

We vinden het allemaal wel erg ofzo. Maar als iemand zegt, gaan we op een andere politieke partij stemmen. Of gaan we hier iets aan doen. Nee. Wel handig die BSN eigenlijk. En dat snap ik ook wel. Want je hebt er nooit echt last van.

En dit is wel relevant voor dit praatje. Hoe weinig mensen in de praktijk blijken te doen voor hun digitale autonomie en privacy. Dat is schokkend weinig. Dus heb ik er even een plaatje bij. Misschien voor sommigen van jullie wel confronterend. In de linker kolom hebben we Chrome en WhatsApp. Chrome stuurt megabytes per dag over jouw surfgedrag naar Amerika en adverteerders. Dat is niet controversieel. Dat is gewoon zo.

En dan zeg je tegen mensen, wil je een keer Firefox gebruiken. Want die doet dat allemaal niet. Dan zeggen mensen. Nee. Nee. Nee. Ik moet dat downloaden. Ja ik heb het een keer gedaan. Maar ik had gehoord van iemand dat het niks was. Nee. Ga het niet doen. Het is wel grappig. Firefox wordt nog gebruikt door 1% schijnt van de webbezoekers. En 30% van de bezoekers op mijn site. Dus dat zijn dus allemaal spectaculaire nerds kennelijk [enig gejuich in de zaal].

WhatsApp. Kijk ook een mooi voorbeeld. We hebben WhatsApp. Signal. WhatsApp logt allemaal dingen over je. En Facebook probeert dat ook allemaal te verkopen en te gebruiken. En bij het minste of geringste geven ze je gegevens door aan iedereen. En ze weten precies met wie je chat en waar je bent. En dan heb je zelfs privacy-activisten, en sommigen van jullie zitten in de zaal overigens, die zijn met geen stok naar de Signal te krijgen. Dus ja “ik ga niet in twee apps kijken wat er gebeurt hoor. En ik ben gewoon gewend om op dat groene dingetje te drukken”.

En het is echt gênant. Want zelfs mensen die de app wel geïnstalleerd hebben (berichtjes komen aan) werken niet mee. Ze kijken er niet naar. Men is bereid precies niets te doen voor zijn privacy. En dat maakt het dus des te belangrijker dat het grootschalig en automatisch gebeurt voor iedereen.

Klein stukje over privacybesef. Want het boeit mensen kennelijk niet. Want je hebt eigenlijk nooit last van gebrek aan privacy. Ik heb nog nooit last gehad van het feit dat ik WhatsApp gebruik om met normale mensen te communiceren. Er is nooit iets in mijn leven gebeurd dat niet goed ging omdat ik WhatsApp gebruik.

En je hersenen die weten dat. Ik heb eigenlijk nooit last van die privacy schendingen. Ik betaal mijn gratis diensten met privacy muntjes. Maar de privacy muntjes gaan nooit op. Als die opgingen dan was je er wel zuiniger mee. Maar dat is niet zo. Maar langzamerhand beginnen er nu toch echt wel dingen te komen die wat minder abstract zijn. Namelijk dat je echt last krijgt van je schending van privacy.

Een voorbeeld is dit plaatje. Dit komt uit Amerika. Maar alles uit Amerika komt uiteindelijk naar ons toe. Amerikaanse auto’s blijken jouw rijgedrag door te geven aan een handelaar. En die handelaar verkoopt dat weer door aan verzekeringsmaatschappijen. Dat betekent dat als jouw neefje is gaan joyriden met jouw auto je verzekeringspremie volgend jaar veel duurder wordt. Dat is niet lachen. Dit zijn de dingen waarvan je zegt ik krijg echt last van mijn gebrek aan privacy.

Dat doet me iets. Het is dus iets anders dan het abstracte gevoel. Dat van ja mijn surfgedrag is uitgelekt zal wel. Nee het rijgedrag van mijn neefje is uitgelekt. En mijn verzekering wordt hartstikke duur.

Dit is ook een onderdeel van autonomie. Dit vind ik voor overheden een hele belangrijke. We hebben onze eigen privacy. Dat is leuk om zelf over na te denken. Maar overheden willen ook best wel graag hun beleid bepalen zonder dat andere landen dat ook weten. Dus wat is onze positie over Gaza? Wat is onze positie over hoeveel we Oekraïne gaan helpen? Dat willen we graag zelf kunnen bespreken. Andere landen zijn onwijs geïnteresseerd in onze positie. Die willen dat graag ook weten.

We weten dat omdat we weten hoeveel moeite de Amerikanen hebben gedaan om mevrouw Merkel af te luisteren. Onthoud dus buitenlandse overheden zijn geïnteresseerd in overheidscommunicatie. Echt waar. Ze geven er miljarden aan uit. Dus laten we er vanuit gaan dat dit zo is.

Verder in het stuk bespreken we nog hoe iedere server van een Amerikaans bedrijf onder Amerikaans recht valt, waar de server ook staat. De EU en GDPR/AVG helpen daar niets tegen.

We weten niet of iedereen even geïnteresseerd is in Dick Schoof overigens, dat is nog geen Angela Merkel.

Dan is er wel eens een discussie van waarom moet je eigenlijk vertrouwelijkheid? Je bent in de Tweede Kamer. Je houdt een parlementaire enquête. Je gaat getuigen horen. Je wilt toch echt wel dat het geheim kan blijven wie je hebt gesproken en wat die mensen gezegd hebben. Dan moet je dus niet zomaar op een ander mans cloud gaan zetten.

Ministeries bepalen beleid. Internationaal. Er is nu een behoorlijke kans dat als wij beleid maken over Amerika, dat ze in Amerika eerder dat beleid weten dan dat we het zelf gepubliceerd hebben. We tikken het binnenkort in op hun computer namelijk, of de Tweede Kamer nu al.

Defensie bestelt spullen. Het zijn gevoelige onderhandelingen over miljarden. Het zijn gevoelige onderhandelingen over hoe een land zichzelf wil verdedigen. Kan je die communicatie niet meer privé gaan houden? Tenzij je met z’n allen op de hei gaat zitten of zo kan dat straks niet meer.

Rechtbanken, politie, advocatenkantoren, ziekenhuizen. Moeten wij echt al onze dossiers en onze rechtspraak buiten ons zicht neer gaan zetten? Ik kan er eigenlijk niet bij, maar dit is wel wat er gaat gebeuren. En daar komen we zo op terug.

Heel belangrijk. Weerbaarheid. En dan moeten we even belangrijke woorden hebben van meneer Donald T. “Ik weet dat het ernstig klinkt, maar we moeten wennen aan het idee dat we in een nieuw vooroorlogstijdperk zitten”. Dit was Donald Tusk, de premier van Polen. En die had het eerder bij het juiste eind. Voor de invasie in Oekraïne had hij al gezegd, die Russen zijn echt heel eng. En iedereen zei toen, Donald, het valt echt wel mee. En Donald zegt nu van jongens, het valt niet mee.

Wij leven in chaotische tijden waarin dingen zomaar stuk kunnen gaan. Dit is de Kyivstar. Kyivstar is de grootste mobiele telefoonmaatschappij van Oekraïne. En de Russen proberen natuurlijk alle communicatie te verstoren. Want je hebt communicatie nodig voor je oorlogshandelingen. En Kyivstar is al vele keren gehackt geweest. En ze hebben zichzelf al honderd keer weer hersteld. Kortom, dit is een zeer goed verdedigde telefoonmaatschappij.

Toch, afgelopen jaar, in december, wisten de Russen Kyivstar geheel plat te hacken. En de computers fysiek stuk te maken. Dus dat hij niet zozeer van de server is overbelast. Zoals bijvoorbeeld TweedeKamer.nl en CDA gisteren overbelast waren. Nee, we hebben je server fysiek kapot gemaakt. Op afstand. Twee dagen later was Kyivstar weer in de lucht. Wat echt megaknap is.

Ik heb dit in een eerder praatje verteld. Toen kwamen allemaal Oekraïners me uitleggen hoe dat gebeurd is. Een hele hechte samenwerking tussen hun beveiligingsindustrie, de overheid, experts bij Kyivstar. Die hadden controle over hun eigen telecommunicatie-infrastructuur. Die hebben wij niet.

Want een paar jaar geleden hadden wij een discussie of we Chinese 5G technologie zouden moeten gebruiken, want dat was een enorm risico. Maar, op dat moment hadden we al lang onze telecommunicatie uitbesteed aan China. Zij beheerden alles voor ons. Vanuit de EU is toen een hele toolkit gekomen om Huawei overal weg te jagen. Dat gaat nu best wel goed.

Maar nog steeds beheersen wij onze eigen telecommunicatie-infrastructuur niet. De essentie daarvan is, als de Russen onze telecommunicatie-infrastructuur aanvallen en kapot maken, dan moeten we een ticket openen. In de hoop dat iemand het voor ons gaat fixen. Als we de ticket-viewer nog kunnen bereiken. Niet eens zeker of dat nog kan. Je zou ook gewoon alleen de ticket-viewer aan kunnen vallen. Dan gaat alles vanzelf stuk.

Maar wat nou als je telecommunicatie-provider zelf is gehackt door de Chinezen? Dan zit je met de gebakken peren. En dat is op dit moment het geval bij Microsoft. Dus we zijn nu in Nederland heel druk bezig onze hele telecommunicatie uit te besteden naar een platform. Een platform dat officieel gehackt is door de Chinezen.

SIDN, .nl. Dat is ook wel aardig. Alles wat eindigt op .nl wordt beheerd door SIDN. Die hebben ook gezegd, dat kunnen we zelf niet meer. Dat sturen we naar Amerika en Canada. Oké. We kunnen niet anders. Want in Europa kan niemand dit meer. Dus we moeten wel naar Amerika. Want niemand weet hoe dit moet nog. Dan zouden alle alarmbellen natuurlijk af moeten gaan. Hoe hebben het ooit zo ver kunnen laten komen.

Weerbaarheid. Wij kunnen niet Microsoft 365 repareren als het stuk is. We kunnen niet zeggen van, oké jongens, jullie zijn gehackt in China, we nemen jullie cloud over, we gaan hem nu zelf fixen. Dat kan niet, want hij is niet van ons. En als we er aan gaan zitten, dan vervalt de garantie. Je kunt hem niet openmaken. Je moet een ticket openen. Maar als men geen zin heeft om ons te helpen, nou ja, dan… Ik weet niet wat je dan gaat doen. Dus je moet maar gewoon hopen dat het goed gaat.

Hopen is niet autonomie.

Samenvattend, wendbaarheid. Kan je zelf de keuzes maken die je wil? Kan je je belastingtarieven nog aanpassen? Kan je slimme energietarieven doen? En misschien kan je dat dus niet.

Vertrouwelijkheid. Is het nog mogelijk voor jou om binnenskamers te communiceren zonder dat er allemaal andere mensen daarbij betrokken zijn.

En een hele belangrijke, weerbaarheid. Kan je het nog wel repareren? En denk dan even terug aan dat we in Nederland in staat waren om in zes maanden een volledige alternatieve vloeibaar aardgasstructuur op poten te zetten. Omdat we al die kennis hebben. En de rest van de wereld zegt, zo, dat kunnen jullie knap. En dat we niet in staat zijn om de btw op groente te veranderen.

Waar zijn we nu? Ik heb er al een beetje naar vooruit gewezen. Het gaat echt niet best nu. Dus iedere week verhuizen we een paar procentjes van onze e-mail weer bij ons vandaan. En die trein is absoluut niet te stoppen. Ik heb hier eerder wat over geblogd. En dan vervolgens ben ik heel dankbaar voor de reacties.

Dan gaan allemaal mensen mij vertellen. Nee Bert, het is nog veel erger. En dan schrijf ik nog een blog. En dan komen er weer meer details in de mail. En ik heb nu tientallen ontmoetingen met mensen gehad. En iedere keer zeggen ze, joh het is veel erger. En we weten nog niet eens hoe ver het gaat [met die verhuizing naar Microsoft].

En iedereen probeert het een beetje uit het zicht te houden. Maar ik voorspel dat ergens in 2026 Microsoft en Google 98% van onze e-mail in handen hebben. En dat is helemaal geen moeilijke voorspelling. Want niemand heeft ook maar een ander plan.

(reactie op publiek) Ja, jij hebt een ander plan. Dat snap ik wel. En ik heb ook een ander plan. Mijn e-mail gaat niet mee. Maar er is wel een leuk inhakertje. Jij en ik blijven achter in die 2%. En wat er nu al gaande is is dat de grote e-mail aanbieders zeggen, joh jullie kleine e-mail jongens, volgens mij zijn jullie allemaal spammers. Ja, ik hoor hoeveel mensen hier in de zaal ja zeggen.

Nou, het is een dagtaak. Zolang wij nog maar 2% zijn gaat niemand onze e-mail meer accepteren. Of die komt dan in een apart bakje. Twijfelachtige phishing ofzo. En het is allemaal toeval en per ongeluk. Maar dat gebeurt ook nu al. Mijn zwager werkt bij een bedrijf en die hadden hun eigen mailserver. In een Nederlands bedrijf. En die werden door Microsoft aangezien aan spam, hun mail kwam niet meer aan.

En het enige advies wat ik ze kon geven was, ga ook naar Microsoft. Want dan kun je gewoon business doen. En als dat een beetje mafioos overkomt, dat is ook zo.

Scholen leiden alleen nog maar op voor Big Tech. Dus als je nu naar HBO’s en MBO’s gaat. Dan krijg je een cursus Microsoft. Of een cursus Google Stack. Wat je opleidt is wat je krijgt. Dus de toestand is echt dramatisch. We hebben bijna het dieptepunt van de presentatie bereikt nu.

Latere aanvulling, binnen de overheid leven diverse “doe het zelf en doe het open” initiatieven. Zo is er het Digilab, een broedplaats voor technische innovaties, bedoeld voor projecten die voor of met de overheid werken. Ook is er de Haven standaard voor platform-onafhankelijke cloud hosting. Meer van dit graag.

Dit is allemaal geen nieuws. Heel veel mensen weten dit allemaal. Als je het op één slide ziet dan denk je, dat is wel heel erg eigenlijk. Maar heel veel mensen weten dit allemaal. Als je op een gegeven moment nog maar 10% kennis van ergens hebt. Dan zak je door het ijs. Want dan is de kritische massa weg. En dat is wel waar we nu naartoe gaan. Dat we dus zoveel van onze ICT uitbesteed hebben, dat we het ook niet meer zelf kunnen doen. Omdat er gewoon niemand meer is die dat kan.

Dus zoals wij wel in zes maanden tijd een hervergassingsinstallatie werkend kunnen krijgen. En in Duitsland niet. Daar gaan we voor onze IT ook heen: we kunnen het niet meer. Hoe kwam dat nou? Hoe is het zover gekomen?

Nou dan gaan we even naar de Tweede Kamer. Ik weet dat er een aantal betrokkenen aanwezig zijn in de zaal. 21 mei is er dus in de Tweede Kamer gezegd, het ziet er naar uit dat alles stiekem naar Microsoft gaat. En dat we het er nooit over hebben. En zullen we het er een keer over hebben? Nee. Dat is niet nodig. De Tweede Kamer zegt dit is niet het forum om het over te hebben. We willen het er op een andere manier over hebben. Op een andere moment. Maar we willen het er in ieder geval niet over hebben. Maar ja. Het is toch wel erg.

Een week later hebben we het nog een keer geprobeerd. Oké. Oké. Oké. Maar nu zijn er allemaal experts bijgekomen. Zeven stukjes in de krant en in vakbladen. Het is toch echt wel erg. Kunnen we het nog een keer over vergaderen? En toen zeiden de mensen. Nee. Gaan we hier niet doen. Ik moet eerlijk zeggen, als je dus geen interesse in het probleem hebt, dan krijg je ook geen oplossing.

Maar er is wel een klein beetje goed nieuws. Want het bleek, de stemmen zijn verkeerd geteld. Cliffhanger. Eén partij was vergeten te stemmen. Ik zal niet zeggen welke het was. [zaal roept een partij] Nee. Hou het stil. Hou het stil. Ze schamen zich al genoeg. En er is nu een procedure gestart waarmee ze proberen nu de gemiste stemmen weer te doen. En zo zijn er 78 stemmen. Iets meer van de helft van het parlement. We willen het er toch een keer over hebben in een plenair debat. Nou. Daar ben ik dan wel blij mee. Het was best wel veel werk.

Maar wat nu? We gaan echt door een diep dal. Dit is een reële voorspelling. De trein rijdt zo hard naar de cloud. Met alle wil van de wereld. We gaan hem niet stoppen. En dat hoeft ook niet. Het is niet zo erg als de helft naar de cloud gaat. Of zelfs driekwart. Zou ik ook nog mee kunnen leven. Het is die 98 procent waar ik moeite mee heb.

Want dan sterft er gewoon een hele industrie uit hier. De trein is desondanks niet te stoppen. En alle niet staatsgeheime overheidscommunicatie gaat gewoon naar de cloud. Want ik heb geen ENKEL plan B waar kunnen nemen. En het punt is. Dat zou je wel hebben kunnen zien als het er was. Als iemand had gezegd. We willen het op een andere manier doen. Dan werd dat aanbesteed. Er zou dan over gesproken worden. Maar dat zien we helemaal niet.

Dus, je kan me er aan houden. Over een paar jaar, 98 procent weg. En zo verpietert onze eigen kennis en bedrijfsleven. En omdat ik eigenlijk geen manier zie om dit tegen te houden heb ik dan maar een beperktere droom. Maar het is wel een mooie droom.

De Rijkscommunicatie Cloud. Het Rijkscloudbeleid zegt. Je moet een plan B hebben. Je kan niet zomaar zeggen, ik ben gemigreerd naar Google en dat is mijn plan. Je moet toch nog een plan B hebben (pagina 9, artikel 7).

En zou het niet mooi zijn als we in Nederland, met z’n allen, een plan B ontwikkelden. Waar mensen dan echt veilig konden e-mailen. Veilig konden chatten, vergaderen, bestanden konden delen. En dat dat dan allemaal met software die echt van ons is. En dat je ook echt kan zeggen dat als Twee kamerleden met elkaar E-mailen dat die e-mail dan in het gebouw/land/eigen datacenter blijft.

Want het is wel heel belangrijk. Wat ik even vergeten was te zeggen, er wordt wel eens gezegd, als de e-mail maar in de EU blijft, dan is het goed. Er zijn heel veel mensen die dat willen geloven ook. Met name de mensen die dat soort diensten verkopen. Het is zo dat als jij e-mail zet op een platform van een Amerikaans bedrijf, dan val je direct onder Amerikaanse wetgeving. Waar de server ook staat.

Er zijn mensen die dit ontkennen, maar die proberen je iets te verkopen. De Amerikaanse wetgeving strekt zich uit tot iedere Amerikaanse server, ook al staat die op de maan. Onze Rijkscommunicatie cloud zou zich hier nog aan kunnen onttrekken. En zou ons weer de mogelijkheid kunnen geven dat ministers en ambtenaren met elkaar kunnen communiceren, en dat het gewoon lekker binnen blijft.

Nou. Dit is niet zo heel moeilijk om te doen maar je zou er wel echt vol voor moeten gaan. Dus niet een “budget optie”. Nee. Hij wordt echt gerund door ambtenaren die echt van ons zijn. Die we niet per uur ingehuurd hebben, die ieder moment weer weg kunnen gaan. Maar die al jaren blijven werken. Die super enthousiast zijn.

En ik denk ook dat als je techneuten hier in de zaal zou vragen, wil jij dit komen bouwen en beheren, aan die Rijkscommunicatie cloud werken. Dan zeggen ze wanneer kan ik beginnen. [tijdens dit praatje kwam er al bericht uit de zaal, “ik wil zo beginnen”].

En als je dat ding toch opgebouwd hebt kun je ook tegen alle gemeenten zeggen, hij is ook voor jullie. Jullie mogen hem ook gebruiken. In provincies. Ziekenhuizen. En allerlei andere dingen. Het zou gewoon kunnen. Maar dan zegt iemand altijd gelijk, Ja Maar, hij kan nooit doen wat die grote tech jongens alemaal kunnen. Dat is natuurlijk waar. Maar je hebt ook niet altijd alles nodig.

Dit is wel een beetje een pijnlijke confrontatie. Wij vinden het hier heel leuk om Big Tech de schuld te geven van alles. En ik heb ook 45 keer het over Microsoft en Google gehad vandaag.

Maar het is ook eigenlijk heel erg onze eigen schuld. Ik noemde net al dat het met geen stok mogelijk is om mensen aan de Firefox te krijgen. Maar dat is nog niets vergeleken met het gejammer dat je krijgt als je tegen iemand zegt dat ‘ie Jitsi moet gaan gebruiken [in plaats van Teams].

En dan gebeurt er iets raars. Dan heb je één keer een Jitsi vergadering waarbij het niet werkt. En dan zeggen de mensen, zie je wel! Ondertussen werkt Teams zes keer achter elkaar niet, of een hele dag niet. En dan zeg je, dat is gewoon zo. En dat is een heel ander vreemd fenomeen. Ik heb met mijn bedrijf PowerDNS ook geconcurreerd met Amerikaanse Big Tech. En dan gebeurt iets heel raars.

De Amerikanen die konden in een PowerPoint zeggen, nou, dit is wat onze software allemaal doet. Echt over de top marketing claims. Je gebruikers worden 20% leuker. En het werd geaccepteerd. En als ik een claim had zeiden ze, ik wil eerst demo en een proof of concept van zes weken op jullie kosten.

Op een of andere manier hebben wij besloten dat de mensen aan de rechterkant van het scherm [big tech] weg mogen komen met vanalles, waaronder gigantische security problemen. Zoals WebEx eergisteren. Wat echt vreselijk gênant is. En vervolgens doe je een experiment met een open source videoconferencing ding. En dan werkt het één keer niet. En dan zeggen mensen. Nou. Dat was de laatste keer. Dat doen we niet meer.

Dus ik wil wel iedereen oproepen, niet alleen de techneuten in de zaal, maar ook de omgeving. Als iemand nou eens een keer met een alternatief communicatieplatform komt, zit dan niet te wachten tot het eerste dingetje wat je niet bevalt, om dan triomfantelijk te roepen, ik ga weer lekker terug naar WebEx.

Ook naar aanleiding van dit artikel kwamen er weer meerdere reacties van dit type, overigens, wat toch echt onvoorstelbaar is. Er is echt een soort big tech verdedigingsreflex die mensen beweegt alternatieven bij voorbaat als ongeschikt te zien.

Andere dingen zijn anders. Dus niet alleen moeten er autonome platformen komen, we moeten er ook voor zorgen dat we die platformen een kans geven. En besef daarbij ook dat je professionele dure software kwam met een team implementatiespecialisten, en dat men dat vergelijkt met een zelf gedownload open source programma. Dat is geen eerlijke vergelijking. Het alternatieve platform moet ook komen met gedegen ondersteuning.

Afsluitend. Het is allemaal niet best met onze autonomie. Het gaat ook nog aanzienlijk slechter worden eerst. En daar moeten we gewoon doorheen. Eén voor één zullen al onze bestaande eigen platformen uitgezet worden. Wegbezuinigd. Dit gaat nog jaren door.

Maar als we nu ons best doen. En nu een beetje nadenken en bijvoorbeeld interesse krijgen in het probleem en investeren in zo’n alternatieve rijkscommunicatiecloud, dan zou het beter af kunnen lopen.

En daarmee dank ik u voor uw aandacht.

Meer lezen